Velgen en banden ALGEMENE INFORMATIE. Aanduidingen op de banden

Vergelijkbare documenten
Wielen vervangen GEREEDSCHAPSSET HET RESERVEWIEL VERWIJDEREN AFSLUITBARE WIELMOEREN

Banden DE BANDENSPANNINGEN CONTROLEREN BANDVERZORGING VERKLARING OMTRENT DE BANDEN (ALLEEN INDIA)

Velgen en banden ALGEMENE INFORMATIE. Aanduidingen op de banden

De band. Blad 1. Loopvlak. Naam: Klas: Voor deze opdracht heb je nodig: Een autoband Een profieldieptemeter (afbeelding 2)

Garagekrik 3 ton + assteunen 3 ton Handleiding

Band plakken. AOC OOST Almelo Groot Obbink

Hoe maak je jack-up van een auto (of

Een caravan of aanhanger trekken

WIELEN EN BANDEN 11. Capri 11: Sektie Januari 1974

Montage-instructies: Speed Triple (vanaf VIN ) - Speed Triple R - Street Triple - Street Triple R (vanaf VIN ) A en A

Banden de- en montage machine

Installation instructions, accessories. Sneeuwkettingen. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden. Pagina 1 / 15 R

Trekken AANBEVOLEN TREKGEWICHTEN ELEKTRISCHE AANSLUITING VAN DE AANHANGER

Uitdeukset hydraulisch 4 ton Handleiding

VEILIG OP WEG met uw caravan, bagagewagen of trailer

Om de voorwiel te monteren dient u eerst de voorvork stangen te draaien, totdat deze naar voren wijzen.

RC030/RC035 Pneumatisch (handmatig) vloeistof afzuigapparaat. Instructies

Voertuig Controle Golf 7

HOU DE EMOTIE IN TOPVORM ALLES WAT U MOET WETEN OVER DE BANDEN

ContiComfortKit Handleiding

Sulky Line Painter 1200

Praktijk Vragen over auto

Caliper rem met dubbel scharnierpunt

Door de diverse stappen in deze montagehandleiding te doorlopen zorg je ervoor dat he in een handomdraai klaar bent met de montage.

VEILIG OP WEG met uw caravan, bagagewagen of trailer

Installation instructions, accessories. Stuurwiel, leer. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden , ,

200 bar, 15 l/min., l, tandemasser met honda benzine motor (11,7 Hp 8.6 kw) Instructies voor gebruik, onderhoud en transport.

AET48 Gebruikershandleiding. SLEEPBELUCHTER Gebruikershandleiding. AET48 Beginnend met serienummer: Vervangingsonderdelen

Montagehandleiding. Categorie Mountainbike

Innovation Protection Conseil


Vloeistofpe ilcontro les

Door de diverse stappen in deze montagehandleiding te doorlopen zorg je ervoor dat he in een handomdraai klaar bent met de montage.

STIGA PARK 107 M HD

Praktijk Vragen over auto

Instructie Voertuig (auto) controle Kia Cee d Autorijschool Lolkama

De voorkant. De zijkant. De banden

Rijden in het terrein

Banden ONDERHOUD VAN UW BANDEN

STIGA VILLA 92 M 107 M

Voertuig Controle BMW 116d Sportline

Montagehandleiding. Categorie Omafietsen

Stoelen IN DE JUISTE HOUDING ZITTEN

Voertuigcontrole Kawasaki Z650 (BRAVOK)

B C I Y C C Y L C E T A R I A L I E L R

Transport over land en te water laten van de boot

Theoretische toets - WerkPortfolio Mijn Fiets Antwoorden

Om de voorwiel te monteren dient u eerst de voorvork stangen te draaien, totdat deze naar voren wijzen.

Schaarlift tafel model

Voornaaf/cassettenaaf (standaardtype)

STIGA VILLA 85 M

BANDENVERZORGING EN BANDENSERVICE

AirPort-kaart. Opmerking: U kunt instructies op het internet vinden op

Montagehandleiding. Categorie Stadsfietsen

Onderstaand de vertaling van de tekst van de waarschuwingsstickers die u op de AB Prince Pro vindt.

Om de voorwiel te monteren dient u eerst de voorvork stangen te draaien, totdat deze naar voren wijzen.

Powerpack. gebruikshandleiding

Van n Bike draagsysteem

Vlak pedaal. Dealerhandleiding DEORE XT PD-M8040 SAINT PD-MX80 PD-M828. Geen Serie PD-GR500. RACE MTB Trekking. Stads-toer/ comfort-fiets DM-PD

Installatie-instructies

CCS COMBO 2 ADAPTER. Handleiding

HANDLEIDING. Sesame. Thermoplastic Tank Technologies

Installation instructions, accessories. Cruise control. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden

Fig Veiligheid

FC-M820 / FC-M825 SM-BB71 / SM-CR82

Installation instructions, accessories. Afneembare trekhaak. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden. Pagina 1 / 15 D

Winterbanden en sneeuwkettingen

Handbedieningsset voor vierwielaandrijving Groundsmaster 4000 en 4010 serie cirkelmaaiers

MOBIEL+ BANDENSERVICE

STIGA PARK 121 M

Veiligheidsgordels ALGEMENE INFORMATIE

FORD. Essentiële afstelling van een eenvoudige distributieset VKMA Install confidence. Infoblad

Handleiding. Tilly Light fietsendrager

Lage druk landbouwbanden

Onderstaand de vertaalde tekst van de Engelstalige waarschuwingssticker die zich op uw Ab Wave bevindt:

1) Demonteer het wiel. 2) Verwijder de remblokken en druk de remzuiger met het juiste gereedschap terug in de cilinder.

STIGA PARK 92 M 107 M

Installation instructions, accessories. Stuurwiel. Volvo Car Corporation Gothenburg, Sweden

Gebruikershandleiding Festec FNS hydraulische moerensplijter

NL BOSAL TOURER Gebruiksaanwijzing voor fietsendrager E4-26R

VEILIGHEID EN CORRECT GEBRUIK

Gemaksvoorzieningen ZONNEKLEPPEN DIMMER VOOR DE INSTRUMENTENVERLICHTING ZONNESCHERMEN

VOERTUIGCONTROLE ( BRAVOK)

Metalen plaat Z Master commerciële 2000-serie zitmaaiers

Instructies voor de overgang naar tubeless

7-8. Fietsband. Fietsband

DM-CD (Dutch) Dealershandleiding. Kettingapparaat SM-CD50

Transcriptie:

Velgen en banden ALGEMENE INFORMATIE Aanduidingen op de banden 1 2 3 4 5 6 7 8 9 15 14 10 13 12 11 E80640 1. Een P geeft aan dat de band voor toepassing op een personenvoertuig bestemd is. 2. Dit is de breedte in millimeters van de ene wang van de band tot de andere. 3. De breedte-hoogteverhouding, ook wel profiel genoemd, geeft de wanghoogte aan als een percentage van de spoorbreedte. Als de spoorbreedte dus bijvoorbeeld 205 mm is en de hoogte-breedteverhouding 50, dan is de wanghoogte 102 mm. 4. Een R geeft aan dat de band een constructie met radiale lagen heeft. 5. Dit is de diameter van de velgrand in inch. 6. Dit is de belastingsindex van de band. Deze index wordt niet altijd aangegeven. 7. Deze snelheidsaanduiding geeft de maximumsnelheid aan waarmee langdurig met de band mag worden gereden. 8. Dit geeft informatie over de bandenfabricagenorm, die voor het terugroepen en andere controleprocedures kan worden gebruikt. Het grootste deel van deze informatie heeft betrekking op de fabrikant, waar de band is gefabriceerd, enz. De laatste vier cijfers geven de fabricagedatum aan. Het getal 3106 geeft bijvoorbeeld aan dat de band in week 31 van 2006 is gemaakt. 9. M+S of M/S geeft aan dat de band iets beter geschikt is voor gebruik in modder en sneeuw. 111

10. Dit duidt op het aantal lagen in zowel het loopvlakgedeelte als de wang en geeft aan met hoeveel lagen rubber gecoat materiaal de bandstructuur is opgebouwd. Op de band staat ook informatie over de gebruikte materialen. 11. Aanduiding voor slijtbestendigheid. Een band met bijvoorbeeld de aanduiding 400 gaat twee keer zo lang mee als een band met de aanduiding 200. 12. De tractiewaarde geeft de prestatieklasse van de band aan bij het stoppen op een nat wegdek. Hoe hoger de waarde, des te beter de remprestaties. De waarden van hoog naar laag zijn AA, A, B en C. 13. Dit geeft de maximumbelasting aan die de band kan dragen. 14. Hittebestendigheidsklasse. De hittebestendigheidsklasse van de band is A, B of C, waarbij A de grootste hittebestendigheid aangeeft. Deze klassering geldt voor een goed opgepompte band, die tot de snelheids- en belastingsgrens wordt gebruikt. 15. Dit is de maximale druk voor het oppompen van de band. U mag deze spanning niet bij normale rijomstandigheden gebruiken. Raadpleeg TECHNISCHE SPECI- FICATIES (bladzijde 128). Snelheidswaarden Waarde Snelheid km/h (mijl/h) Q 160 (99) R 170 (106) S 180 (112) T 190 (118) U 200 (124) H 210 (130) V 240 (149) W 270 (168) Y 300 (186) Sticker met bandeninformatie (alleen Australië) LAN1275 Op de rechter B-stijl bevindt zich een sticker met informatie over de bandenspecificaties en -spanningen, velgafmetingen en maximaal toegestane gewichten voor belading. 112

VERZORGING VAN DE BANDEN Defecte banden zijn gevaarlijk. U mag niet met de Land Rover rijden wanneer een band beschadigd, overmatig versleten of verkeerd opgepompt is. Als u dit toch doet, kan de band voortijdig stuk gaan. Probeer te voorkomen dat er voertuigvloeistoffen op de banden terecht komen, aangezien deze de band kunnen beschadigen. Vermijd het slippen van de wielen. De ontstane krachten kunnen de bandstructuur beschadigen en scheuren veroorzaken. Als u dit toch doet, kan de band voortijdig stuk gaan. Als het slippen van de wielen onvermijdelijk is doordat ze hun grip verliezen (bijvoorbeeld in diepe sneeuw), mag u de aanduiding voor 50 km/h (30 mijl/h) op de snelheidsmeter niet overschrijden. Als u dit toch doet, kan de band voortijdig stuk gaan. N.B. Nadat u met de Land Rover op terrein hebt gereden, dient u te controleren of de banden nog in orde zijn. Zodra u met de Land Rover weer op een normaal, hard wegdek rijdt, brengt u hem tot stilstand en controleert u of de banden beschadigd zijn. U dient alle banden van de Land Rover (inclusief het reservewiel) regelmatig op beschadigingen, slijtage en vervorming te controleren. Als u erover twijfelt of een band nog in orde is, dient u hem onmiddellijk te laten controleren bij een bandenreparatiebedrijf of uw Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur. Bandenslijtage Een goed rijgedrag zal de gebruiksduur van uw banden verlengen en onnodige schade voorkomen. Zorg dat de banden altijd met de juiste spanning zijn opgepompt. Houd u altijd aan de aangegeven maximumsnelheden en de adviessnelheden bij bochten. Vermijd snel optrekken of snel accelereren. Vermijd het snel nemen van bochten of hard remmen. Omzeil indien mogelijk gaten in het wegdek of obstakels op de weg. U mag niet tegen stoepranden op rijden of bij parkeren er met de banden langs schrapen. Slijtage-indicatoren WAARSCHUWING De banden zijn voorzien van slijtage-indicatoren, die de door de fabrikanten aanbevolen minimale profieldiepte aangeven. Banden die tot hier zijn versleten, hebben zowel minder grip als slechtere waterverplaatsingskarakteristieken. VOORZICHTIG Als de profielslijtage over de band ongelijk is, of als de band overmatig slijt, dient u de Land Rover zo snel mogelijk bij uw Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur te laten controleren. 113

Lekke banden E80236 Zodra het profiel tot ongeveer 2 mm versleten is, verschijnen de slijtage-indicatoren aan het oppervlak van het profiel. Dit vormt een ononderbroken rubberstrook over het profiel, als zichtbare indicatie. Om de prestaties en grip te behouden, dient u de band te vervangen zodra de slijtageindicator verschijnt. Soms moet dit zelfs eerder, wanneer de wet dit bij een grotere profieldiepte voorschrijft. N.B. U dient de profieldiepte regelmatig te controleren, in sommige gevallen zelfs vaker dan de onderhoudsintervallen. Neem voor advies over het controleren van banden contact op met uw Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur of met een bandenbedrijf. Verslechtering na verloop van tijd Na verloop van tijd verslechteren de banden onder invloed van ultraviolet licht, extreme temperaturen, hoge belastingen en milieuomstandigheden. Wij bevelen u aan de banden minstens om de zes jaar te vervangen, soms misschien wel vaker. Land Rover beveelt u aan de band van het reservewiel tegelijk met de vier banden te vervangen. WAARSCHUWING U mag niet met een lekke band rijden. Zelfs als de lekke band niet helemaal is leeggelopen, kunt u de band niet veilig gebruiken, aangezien hij op elk moment plotseling kan leeglopen. Hoe voorzichtig u ook rijdt, een lekke band is altijd mogelijk. Uw voertuig is voorzien van binnenbandloze banden, die niet zouden mogen leeglopen wanneer ze door een scherp voorwerp worden gepenetreerd, mits het voorwerp in de band achterblijft. Mocht u echter tijdens het rijden plotseling trillen of een verstoring voelen, of indien u vermoedt dat uw band of het voertuig beschadigd is, dient u onmiddellijk langzamer te gaan rijden. Rijd langzaam naar de dichtstbijzijnde veilige plek verwijderd van het verkeer, waarbij u hard remmen of snel verdraaien van het stuurwiel vermijdt. Hierdoor kunt u de lekke band nog verder beschadigen. Uw veiligheid is echter belangrijker. Stop het voertuig en controleer de banden op beschadigingen. Als een band onvoldoende is opgepompt of beschadigd is, verwijdert u de velg/band en vervangt u hem door het reservewiel. Raadpleeg EEN WIEL VERWISSE- LEN (bladzijde 119). Als u de oorzaak niet kunt vaststellen, laat u de Land Rover naar het dichtstbijzijnde bandenbedrijf bergen om de Land Rover te laten controleren. Door een lekke band zal de bandenspanning uiteindelijk te laag worden. Daarom is het regelmatig controleren van de bandenspanningen erg belangrijk. U dient een lekke of beschadigde band zo snel mogelijk permanent te laten repareren of te vervangen. 114

Bandencontroles Niet elke lekke band loopt onmiddellijk leeg. Het is daarom erg belangrijk dat u de banden regelmatig op beschadigingen en vreemde deeltjes controleert. Controleer de banden op scherpe voorwerpen, beschadigingen of een te lage spanning. Bij beschadigingen of vervorming dient u de band te vervangen. Als u geen reservewiel hebt, dient u de Land Rover naar een bandenreparatiebedrijf of Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur te laten bergen. N.B. Na gebruik op terrein dient u de banden onmiddellijk te controleren, voordat u met de Land Rover op de openbare weg gaat rijden. Vervangingsbanden U mag geen diagonaalbanden aanbrengen. Breng geen banden met binnenband aan. U mag de banden niet op verschillende posities op de Land Rover gebruiken. De banden lopen in op de specifieke karakteristieken van elke wielpositie. Door het omwisselen van banden kunt u het rijgedrag en de tractie van de Land Rover nadelig beïnvloeden. Breng altijd vervangingsbanden van hetzelfde type aan, en indien mogelijk van hetzelfde merk en met hetzelfde profiel. U dient alleen originele Land Rover-onderdelen als vervangingsbanden te gebruiken. Hiermee worden de ontworpen rijkarakteristieken zowel op de weg als op terrein behouden. Als het gebruik van banden die niet door Land Rover zijn aanbevolen onvermijdelijk is, dient u de instructies van de bandenfabrikant eerst te lezen en u eraan te houden. Als u dit nalaat, kan de band stuk gaan door verkeerde montage of onjuist gebruik. U dient de banden bij voorkeur als set van vier te vervangen. Als dit niet mogelijk is, vervangt u de banden per paar (voor en achter). Nadat de banden vervangen zijn, dient u de wielen altijd opnieuw te laten balanceren en de uitlijning te laten controleren. De juiste bandenspecificatie voor uw Land Rover staat verderop in dit instructieboekje. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 128). 115

Richtingsgevoelige banden Richtingsgevoelige banden zijn zodanig ontworpen dat ze bij vooruit draaien (dus wanneer de Land Rover vooruit rijdt) goed functioneren. Typerende richtingindicatoren E80237 Bandenspanningen U mag nooit met uw Land Rover rijden wanneer de banden niet de juiste spanning hebben. Een te lage bandenspanning rekt de banden te veel uit en veroorzaakt ongelijke bandenslijtage. De band kan hierdoor plotseling stuk gaan. Bij een te hoge bandenspanning treedt er stug rijden, ongelijke bandenslijtage en slecht weggedrag op. U dient de bandenspanningen uitsluitend bij koude banden te controleren en nadat de Land Rover meer dan drie uur heeft stilgestaan. Een hete band op of onder de aanbevolen koude bandenspanning, is gevaarlijk laag opgepompt. Als u de Land Rover in sterk zonlicht hebt geparkeerd of bij hoge omgevingstemperaturen hebt gebruikt, mag u de bandenspanningen niet verlagen. Zet de Land Rover in de schaduw en laat de banden afkoelen, voordat u de spanningen opnieuw controleert. Bij normaal gebruik op de weg dient u de bandenspanningen (inclusief het reservewiel) minstens één keer per week te controleren, maar bij terreinrijden elke dag. Controleer de bandenspanningen altijd voordat u aan een lange reis begint. Gebruik een betrouwbare meter om de spanningen te controleren, wanneer de banden koud zijn. Zelfs door het rijden van een korte afstand, zoals 3 km (1 mijl), kunt u de banden genoeg opwarmen om de bandenspanningen nadelig te beïnvloeden. Mocht u de bandenspanningen toch moeten controleren wanneer de banden warm zijn, dan mag u verwachten dat de spanningen 30-40 kpa (0,3-0,4 bar) (4-6 lbf/in 2 ) hoger zijn geworden. U mag de bandenspanningen onder deze omstandigheden niet tot de koude bandenspanning verlagen. Laat de banden helemaal afkoelen, voordat u de spanningen verandert. 116

De bandenspanningen controleren WAARSCHUWING U dient de bandenspanningen regelmatig met een nauwkeurige drukmeter te controleren, wanneer de banden koud zijn. Nalatigheid bij het goed op spanning houden van de banden kan de kans op een lekke band vergroten, met als gevolg dat u het voertuig onvoldoende onder controle kunt houden en lichamelijk letsel kunt oplopen. U dient de bandenspanningen aan de hand van de volgende procedure te controleren en aan te passen. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 128). 1. Verwijder het ventieldopje. 2. Zet een bandenspanningmeter en opblaasmond stevig op het ventiel. 3. Lees de bandenspanning af op de meter en voeg zo nodig lucht toe. 4. Als u de band hebt opgeblazen, verwijdert u de meter en zet u hem nogmaals op de band, voordat u de spanning afleest. Als u dit nalaat, krijgt u mogelijk een onnauwkeurige aflezing. 5. Bij een te hoge bandenspanning verwijdert u de meter en laat u lucht uit de band ontsnappen door het midden van het ventiel in te drukken. Zet de meter weer op het ventiel en controleer de spanning. 6. Herhaal de procedure door lucht bij te vullen of te laten ontsnappen, totdat de band de juiste spanning heeft. 7. Breng het ventieldopje weer aan. N.B. In sommige landen wordt het rijden met een voertuig zonder de juiste bandenspanningen als een overtreding beschouwd. N.B. U als bestuurder bent verantwoordelijk voor het op de juiste spanning houden van de banden. Bandventielen Zorg dat de ventieldopjes stevig op de ventielen zijn geschroefd, om te voorkomen dat er water of vuil in het ventiel binnendringt. Controleer tevens of de ventielen lekken, wanneer u de bandenspanningen controleert. 117

Spanningscompensatie voor veranderingen in de omgevingstemperatuur Platte plekken Als de Land Rover bij hoge omgevingstemperaturen langdurig stil heeft gestaan, kunnen de banden platte plekken gaan vertonen. Wanneer u met de Land Rover gaat rijden, veroorzaken deze platte plekken trillingen, die geleidelijk verdwijnen naarmate de banden opwarmen en hun oorspronkelijk vorm weer aannemen. E80321 Als de omgevingstemperatuur daalt, nemen de bandenspanningen af, zodat de banden onvoldoende zijn opgeblazen. U dient hier rekening mee te houden wanneer u naar of door gebieden met een lagere temperatuur rijdt. Bij een onvoldoende opgeblazen band kan de wang van de band lager worden, waardoor de band op zijn beurt ongelijk slijt, zodat hij stuk kan gaan. U kunt de bandenspanningen aanpassen voordat u aan een reis naar of door gebieden met een lage temperatuur begint. Als tweede mogelijkheid kunt u de bandenspanningen aanpassen, zodra u het gebied met een lage temperatuur hebt bereikt. N.B. Als u de bandenspanningen in het gebied met een lagere temperatuur moet aanpassen, dient u de Land Rover minstens een uur te laten staan, voordat u de spanningen aanpast. Voor elke temperatuurverlaging met 10 C (20 F) dient u de bandenspanningen met 0,14 bar/14 kpa (2 lbf/in 2 ) te verhogen. E80322 Om het vormen van platte plekken te minimaliseren, kunt u de bandenspanningen verhogen. Voor elke temperatuurverhoging met 10 C (20 F) boven de 20 C (68 F) kunt u de bandenspanningen met 0,14 bar/14 kpa (2 lbf/in 2 ) verhogen. Langdurige opslag U kunt het vormen van platte plekken tijdens langdurige opslag minimaliseren door de bandenspanning te verhogen tot de maximale spanning, die op de wang van de band is aangegeven. N.B. Voordat u na opslag weer met de Land Rover gaat rijden, dient u eerst de bandenspanningen te controleren en ze zo nodig tot de juiste druk te verlagen. 118

WINTERBANDEN GEBRUIKEN Als er op de Land Rover winterbanden zitten, dient u de instructies van de bandenfabrikant op te volgen. Let vooral op de instructies met betrekking tot de maximumsnelheid waarmee u met de Land Rover kunt rijden en tevens de juiste spanningen voor de banden. EEN WIEL VERWISSELEN Krik en gereedschapsset WAARSCHUWING Na het verwisselen van een wiel dient u het gereedschap, de keg, de krik en het reservewiel in hun juiste bergplaatsen vast te zetten. Uw Land Rover is uitgerust met óf een hydraulische krik óf een dommekracht. Het is erg belangrijk dat u de gebruiksaanwijzing leest voor het kriktype dat in uw Land Rover is aangebracht. De krik is in een van de volgende plaatsen opgeborgen: E85862 Onder de linkervoorstoel. Raadpleeg HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN (bladzijde 20). Achter de voorstoelen. Onder de achterstoelen. E84680 De wielsleutel/lepel en een keg voor de wielen zijn onder de linkervoorstoel opgeborgen. 119

Verzorging van de krik Kijk de krik af en toe na, maak de bewegende delen schoon en vet ze in, vooral de steun (of kolom). Controleer het oliepeil in de hydraulische krik op de normale onderhoudsintervallen. Vul hem bij met hydraulische olie met een viscositeit overeenkomstig BS4231 klasse 32 en ISO-keurmerk 32. U dient de hydraulische krik altijd helemaal omlaag te zetten en rechtopstaand op te bergen. Reservewiel: stationwagon Reservewiel Het reservewiel is zwaar. Als u het verkeerd hanteert, kan dit letsel tot gevolg hebben. Wees bij het tillen en manoeuvreren van de wielen uitermate voorzichtig. U mag de borgmoeren van het reservewiel niet in plaats van de wielmoeren van de wielen gebruiken of de wielmoeren van de wielen op het reservewiel gebruiken. De moeren zijn niet uitwisselbaar. N.B. In een aantal markten zijn de lichtmetalen velgen voorzien van een afsluitbare wielmoer op elke wiel. Er zijn ook markten waar het reservewiel een afsluitbare wielmoer heeft. N.B. De lokatie van het reservewiel verschilt afhankelijk van de carrosseriestijl. E84679 Reservewiel: pick-up E85578 1. Draai met de bijgeleverde wielsleutel/lepel de moeren af waarmee het wieldeksel vastzit. 2. Verwijder de moeren waarmee het reservewiel aan de drager vastzit en til het wiel eraf. 120

Afsluitbare wielmoeren U kunt de afsluitbare wielmoeren alleen met het trekgereedschap en de adapter verwijderen. N.B. Berg de adapter en het trekgereedschap op een veilige plaats uit het zicht in de Land Rover op. N.B. Op de vlakke kant van de adapter is een codeletter gestempeld. U dient deze letter op de beveiligingskaart te noteren, die bij het documentatiepakket is geleverd. Mocht u een vervangingsadapter nodig hebben, dan zal men naar deze letter vragen. U moet de beveiligingskaart op een veilige plek opbergen, maar u mag hem niet in de Land Rover bewaren. N.B. Mocht u het trekgereedschap per ongeluk over een standaard wielmoer aanbrengen, dan kunt u hem alleen loshalen door de wielmoer te verwijderen. De wielsleutel/lepel past binnenin het trekgereedschap en op de wielmoer. 2. Trek het trekgereedschap haaks van het wiel af om de moerdop te verwijderen, zodat de afsluitbare wielmoer, 3, bloot komt te liggen. 4 De afsluitbare wielmoeren losdraaien LAN1370 2 1 N.B. Berg de wielmoeradapter na gebruik in de gereedschapsset op. 3. Breng de adapter, 4, aan over de afsluitbare wielmoer. U kunt de wielmoer nu met de wielsleutel/lepel verwijderen. 3 LAN1369 1. Duw het trekgereedschap, 1, over het deksel van de afsluitbare wielmoer, 2, waarbij u ervoor zorgt dat hij er helemaal overheen zit. 121

Veiligheid bij het verwisselen van een wiel Zorg voordat u de Land Rover opkrikt of een wiel verwisselt, dat u eerst de volgende waarschuwingen leest en opvolgt. Breng de Land Rover altijd op een veilige plek tot stilstand, niet op de snelweg en uit de buurt van verkeer. Ontkoppel de eventueel aanwezige aanhanger of caravan van de Land Rover. Schakel de alarmknipperlichten in. Zorg dat er geen passagiers en dieren in de Land Rover achterblijven, maar dat iedereen zich op een veilige plek buiten het voertuig en uit de buurt van de weg bevindt. Zet een waarschuwingsdriehoek op een geschikte afstand achter de Land Rover, in de richting van het achteropkomende verkeer. Controleer of de voorwielen recht vooruit staan, zet het stuurwiel op het stuurslot en trek de handrem aan. Zet de transmissie in de eerste versnelling of achteruitrijversnelling. Zorg ervoor dat de krik op een stevige, vlakke ondergrond staat. Zet hem nooit op een zachte ondergrond, of boven metalen roosters of mangatdeksels. U mag nooit iets tussen de krik en de ondergrond of de krik en de Land Rover plaatsen. Breng onder de wielen altijd de keggen aan, die in de gereedschapsset zitten. Leg de keggen aan beide zijden van het wiel, dat diagonaal tegenover het te verwisselen wiel staat. Mocht u de Land Rover toch op een flauwe helling moeten opkrikken, dan legt u de keggen tegen de lage zijde van de twee tegenoverliggende wielen. Verwijder het reservewiel voordat u de Land Rover opkrikt. Doe dit om te vermijden dat de Land Rover bij het omhoog zetten onstabiel wordt. Niemand mag een deel van zijn/haar lichaam onder een voertuig plaatsen, dat door een krik ondersteund wordt. Gebruik altijd bokken voor het voertuig. Wees bij het optillen van het reservewiel en het verwijderen van de lekke band erg voorzichtig. De wielen zijn zwaar en kunnen letsel veroorzaken, als u ze verkeerd optilt. Wees voorzichtig bij het losdraaien van de wielmoeren. De wielsleutel/lepel kan van de moer afglijden als hij verkeerd is aangebracht, en de wielmoeren kunnen plotseling losschieten. Elk van deze onverwachte bewegingen kan letsel veroorzaken. N.B. De keg wordt opgeborgen in een ruimte onder de linkervoorstoel. Raadpleeg HANDMATIG VERSTELBARE STOELEN (bladzijde 20). 122

De hydraulische krik gebruiken 5. U kunt de krik omlaag zetten door de hendel los te halen (verdraaien en trekken), waarna u het uiteinde met de sleuf over de pennen op de ontlastklep schuift. Draai de ontlastklep langzaam linksom, waarbij u het gewicht van de Land Rover de krik omlaag laat zetten. WAARSCHUWING U mag de ontlastklep niet helemaal losschroeven. E84681 Zorg voordat u de hydraulische krik onder de Land Rover zet, dat u weet hoe u met de krik moet omgaan. 1. Schuif de twee delen van de krikhendel in elkaar (1), waarbij u ervoor zorgt dat de veerklem uit de sleuf steekt, waar de twee delen in elkaar passen (2). 2. Doe de ontlastklep van de krik dicht door hem helemaal naar rechts te draaien m.b.v. het uiteinde van de krikhendel, die van een sleuf is voorzien (3). 3. Steek de hendel in de houder zoals aangegeven (4) en verdraai de hendel om hem in de houder te vergrendelen. 4. Pomp de hendel op en neer om de krik omhoog te zetten. 123

De hydraulische krik neerzetten U mag onder de Land Rover nooit werkzaamheden uitvoeren, wanneer het voertuig alleen door de hydraulische krik wordt ondersteund. Gebruik de hydraulische krik nooit aan de zijkant van de Land Rover. Gebruik gedurende de hele procedure de krikhendel om het per ongeluk beschadigen van het chassis, letsel door de onderkant van het voertuig of het aanraken van een heet uitlaatsysteem te minimaliseren. Zorg dat u de hydraulische krik altijd op de juiste manier op een van de hierna aangegeven krikpunten plaatst, aangezien u anders lichamelijk letsel kunt oplopen of de Land Rover kunt beschadigen. E84682 E84683 124

De dommekracht neerzetten Zorg dat u eerst op de hoogte bent van hoe u de dommekracht moet gebruiken, voordat u de Land Rover ermee omhoog zet. Gebruik de krik niet zonder de grondplaat. De Land Rover zal dan niet goed ondersteund worden, hetgeen lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben. Controleer dat de krikpen volledig in de krikbuis zit, helemaal tot aan de borst (met pijl in onderstaande afbeelding aangegeven). U mag de Land Rover alleen bij de hieronder aangegeven punten opkrikken, aangezien u anders lichamelijk letsel kunt oplopen of de Land Rover kunt beschadigen. Krikpunt voor 5 4 2 1 Krikpunt achter 5 E84685 1. Als u een voorwiel moet vervangen, verwijdert u de rubberen plug (1) uit de krikbuis, die het dichtst bij het te verwisselen wiel zit. 2. Steek de krikkolom (2) helemaal in de grondplaat (3). 3. Monteer de ratelhendel (4) op de bovenkant van de kolom en verstel de hoogte van de krikpen (5) zodanig, dat u hem helemaal in de krikbuis kunt steken. N.B. De krikhendel werkt als een ratel. Met de ene kant kunt u de krik omhoog zetten, waarna u hem om moet keren om de krik weer te laten zakken. 4 2 3 E84684 3 125

Een wiel verwisselen 1. Lees en houd u aan alle waarschuwingen in Veiligheid bij het verwisselen van een wiel. 2. Draai de wielmoeren een halve slag los (linksom). 3. Zet de krik onder het betreffende krikpunt aan de hand van de hierboven gegeven aanwijzingen. 4. Zet de Land Rover langzaam en geleidelijk met de krik omhoog. Vermijd snelle, onregelmatige bewegingen, aangezien de Land Rover of de krik hierdoor onstabiel kan worden. 5. Draai de wielmoeren helemaal af en leg ze ergens bij elkaar waar ze niet kunnen wegrollen. 6. Verwijder het wiel en leg het aan de kant. Leg het wiel niet op het buitenvlak neer, aangezien de afwerking beschadigd kan worden. WAARSCHUWING Controleer bij het aanbrengen van een wiel dat de pasvlakken van de naaf en velg schoon zijn en er geen roest of smeermiddel tegen vastlopen op zit. Door opeenhoping van roest of vuil kunnen de wielmoeren losgaan en een ongeluk veroorzaken. 7. Breng het reservewiel aan, waarbij u erop let dat het wiel gelijkmatig tegen de naaf aanligt. Draai de wielmoeren er weer op en draai ze lichtjes aan. 8. Controleer of er onder de Land Rover geen obstakels in de weg zitten en zet de Land Rover langzaam en soepel omlaag. E83968 1 4 N.B. Als u de wielmoeren na het verwisselen van een wiel niet met het vereiste aanhaalmoment kunt vastdraaien, dient u dit daarna zo snel mogelijk te laten doen. 9. Nadat alle wielen op de grond zijn gezet en u de krik hebt verwijderd, draait u de wielmoeren in de hierboven aangegeven volgorde helemaal vast met het juiste aanhaalmoment van 133 Nm (98 lb.ft). 10. Als u een lichtmetalen reservewiel moet aanbrengen, tikt u de dop met geschikt stomp gereedschap uit het midden van het verwijderde wiel. Druk de dop daarna in het pas aangebrachte reservewiel, waarbij u alleen handkracht mag gebruiken. 11. Berg de krik, het gereedschap, de keg en het reservewiel weer in de juiste plaatsen op. 12. Controleer de bandenspanning zo snel mogelijk en pas deze zo nodig aan. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 128). 2 3 5 126

SNEEUWKETTINGEN GEBRUIKEN U mag sneeuwkettingen alleen bij zware sneeuwval, op een hard wegdek gebruiken. Als u sneeuwkettingen hebt aangebracht, mag u nooit harder dan 50 km/h (30 mijl/h) rijden. Breng om de voorwielen geen sneeuwkettingen aan die niet zijn goedgekeurd. Hierdoor kunnen de onderdelen van het remsysteem beschadigd raken. Bij zware sneeuwval op een hard wegdek kunt u door Land Rover goedgekeurde sneeuwkettingen gebruiken om de tractie te vergroten. U mag ze niet voor terreinrijden gebruiken. Mocht u sneeuwkettingen moeten aanbrengen, dan dient u de onderstaande punten in acht te nemen: Achterwielen: u mag om de achterwielen van elke Land Rover sneeuwkettingen aanbrengen, mits er velgen en banden met standaardafmetingen zijn aangebracht. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 128). Zorg dat het differentieel van de versnellingsbak geblokkeerd is. Als u alleen om de voorwielen sneeuwkettingen wilt aanbrengen, of om alle vier de wielen, mag u alleen door Land Rover goedgekeurde sneeuwkettingen gebruiken. Alleen de door Land Rover goedgekeurde kettingen zijn getest, om te waarborgen dat ze het voertuig niet kunnen beschadigen. Neem voor informatie contact op met een Land Roverdealerbedrijf/erkende reparateur. Sneeuwkettingen die niet zijn goedgekeurd mag u alleen om de achterwielen aanbrengen. U dient de instructies van de sneeuwkettingfabrikant altijd te lezen, te begrijpen en op te volgen. Let vooral op de instructies over de maximumsnelheid en het spannen van de kettingen. Voorkom schade aan de banden of de Land Rover door de sneeuwkettingen te verwijderen zodra de omstandigheden dit toelaten. VERKLARENDE WOORDENLIJST BANDEN Gebruikte terminologie lbf/in 2 of psi Ponden per vierkante inch, een Britse eenheid van de drukwaarde. kpa Kilo-Pascal, een metrische eenheid van de drukwaarde. Koude bandenspanning De luchtdruk in een band die langer dan drie uur heeft stilgestaan, of minder dan één mijl heeft gereden. Maximale opblaasdruk De maximale druk waarop u de band mag oppompen. Deze druk staat op de zijwand van de band aangegeven in lbf/in 2 (psi) en kpa. N.B. Dit is de maximale druk die door de fabrikant wordt toegestaan. Het is niet de druk die voor gebruik wordt aanbevolen. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 128). Rijklaar gewicht Het gewicht van een standaardvoertuig, inclusief een volle brandstoftank, gemonteerde extra uitrusting en gevuld tot het juiste koelvloeistof- en oliepeil. 127

Maximaal toelaatbare totaalgewicht Het maximaal toelaatbare gewicht van een Land Rover met bestuurder, passagiers, belading, bagage, uitrusting en trekhaakbelasting. Accessoiregewicht Het gecombineerde gewicht (min het gewicht van de te vervangen onderdelen) van de onderdelen die als in de fabriek geïnstalleerde uitrusting beschikbaar zijn. Gewicht van productie-opties Het gecombineerde gewicht van geïnstalleerde opties dat het gewicht van de te vervangen standaardonderdelen met meer dan de 1,4 kg (3 lbs) overschrijdt. Deze opties zijn nog niet in het rijklaar- of accessoiregewicht opgenomen. Het betreft onderdelen zoals remmen voor zwaar gebruik, accu met hoge capaciteit, speciale bekleding, enz. Gewicht van voertuigcapaciteit Het aantal zitplaatsen vermenigvuldigd met 68 kg (150 lbs) plus de toegestane belading/bagage. Gewicht van maximaal beladen voertuig De som van het rijklaar- en accessoiregewicht, gewicht van voertuigcapaciteit, plus eventuele productie-optiegewichten. Velg De metalen steun van een band, of band en binnenband, waartegen de velgranden aanliggen. Velgrand De binnenrand van een band, die zodanig gevormd is dat hij met een luchtdichte afdichting om de velg past. De velgrand bestaat uit staaldraden die door de gelaagde koorden gewikkeld of versterkt zijn. Wieltype Velgafmetingen Bandenmaat Lichtmetaal 7,0J x 16 235/85 R 16 Staal 6,5J x 16 7,50 R16C 7,50 R16 Staal 6JK x 16 205/80 R 16 Staal 5,5F x 16 7,50 R16C 7,50 R16 Staal 5,5J x 16 205/80 R 16 7,50 R16 Bandenspanningen Belastingsomstandigheden Bandenmaat Spanning KPa/bar/psi 90-modellen Alle bedrijfsomstandigheden 110-modellen Normale omstandigheden Voor Achter Voor Achter Alle Alle Alle Alle 207/2,1/30 262/2,6/38 207/2,1/30 331/3,3/48 128

Belastingsomstandigheden Bandenmaat Spanning KPa/bar/psi 110-modellen Voertuig belast tot maximaal toelaatbare totaalgewicht, en/of bij slepen 130-modellen Alle bedrijfsomstandigheden Voor Achter Voor Achter Alle Alle Alle Alle 207/2,1/30 448/4,5/65 310/3,1/45 448/4,5/65 129