Een caravan of aanhanger trekken

Transcriptie

1 Een cara van of aa nhange r trekken EEN AANHANGER TREKKEN E90953 WAARSCHUWINGEN U mag de maximumgewichten van het voertuig of de aanhanger nooit overschrijden. Als u dit toch doet, kan dit snellere slijtage en beschadiging van de Land Rover tot gevolg hebben. Het kan tevens de stabiliteit en het remmen van het voertuig nadelig beïnvloeden. Dit kan er op zijn beurt toe leiden dat u de macht over het stuur verliest en dat de remafstand groter wordt, waardoor u over de kop kunt slaan of een botsing kunt krijgen. Om goed rijgedrag en stabiliteit te behouden, mag u alleen door Land Rover goedgekeurde accessoires voor slepen monteren. U mag voor het trekken van een aanhanger nooit de sleepogen of sjorpunten gebruiken. Die zijn hier niet voor ontworpen. Doet u dit toch, dan kunnen ze breken, wat ernstig letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben. Bij het slepen mag u niet harder dan 100 km/h (60 mijl/h) rijden, of 80 km/h (50 mijl/h) als u het ruimtebesparende reservewiel gebruikt. WAARSCHUWINGEN Het neusgewicht plus het gecombineerde gewicht van de kofferruimte en de passagiers van de achterbank mag nooit de gespecificeerde maximale achterasbelasting overschrijden. Als de toegestane voertuig- en asbelastingen worden overschreden, is de kans op een defect aan de banden of de luchtvering groter, neemt de remafstand van het voertuig toe en worden het rijgedrag en de stabiliteit van het voertuig negatief beïnvloed. Hierdoor kunt u betrokken raken bij een aanrijding of kan het voertuig over de kop slaan. VOORZICHTIG U mag op het voertuig geen balancerende trekhaak of een andere trekhaakuitvoering voor gewichtsverdeling gebruiken. Voorkom overmatige slijtage aan de koppeling bij lage snelheden door een lagere versnelling te gebruiken in voertuigen met een handgeschakelde versnellingsbak terwijl u met een zware aanhanger manoeuvreert of op een heuvel start. Wanneer u uw voertuig op het slepen voorbereidt, dient u alle door de aanhangerfabrikant gegeven instructies in acht te nemen. 200

2 Het waarschuwingslampje voor de aanhanger gaat branden bij de lampjescontrole wanneer u de contactschakelaar naar stand II draait en gaat weer uit wanneer u de motor start. Als het lampje niet tezamen met de richtingaanwijzers knippert, is het gloeilampje van de aanhanger misschien defect. Opmerking: u als bestuurder blijft ervoor verantwoordelijk te waarborgen dat het slepende voertuig en de aanhanger op de juiste manier en overeenkomstig de aanbevelingen van de fabrikant en de van toepassing zijnde wetgeving gebruikt worden. Aansluitpunt van de aanhanger U mag alleen goedgekeurde elektrische circuits op het aansluitpunt van de aanhanger aansluiten. Daarnaast moeten deze circuits in goede staat verkeren. Als u verkeerde of defecte circuits aansluit, kunt u de elektrische circuits in de Land Rover ernstig beschadigen. Het elektrische systeem van het voertuig is zodanig geconfigureerd dat alle sleepvereisten worden ondersteund en het gemonteerde elektrische aansluitpunt voldoet aan de wettelijke voorschriften voor het gebied waar het voertuig het eerst werd verkocht. Alle sleepcircuits zijn in de trekhaakzekeringkast van een afzonderlijke zekering voorzien. Raadpleeg LOCATIES VAN DE ZEKERINGKASTEN (bladzijde 263). Opmerking: wanneer u de elektrische stekker van de aanhanger aansluit, schakelt de Land Rover de sensors van de achteruitrijbeveiliging automatisch uit. Voertuigen met dieselmotor Het managementsysteem van de dieselmotor heeft sensors waarmee de optimale prestaties worden bepaald. Het is ook bedoeld om de motor te beschermen bij zware omstandigheden tijdens het slepen. Wanneer de omgevingstemperatuur hoger dan 40 C (104 F) is, kan de motorkoelvloeistoftemperatuur hoger dan het normale bedrijfsniveau worden. Wanneer dit gebeurt, neemt het managementsysteem enkele maatregelen zodat het voertuig weer terugkeert naar de normale bedrijfsomstandigheden. Deze maatregelen kunnen de volgende omvatten: Een mededeling van het message centre. Lagere motorprestaties. Inschakelen van het airconditioningsysteem. De temperatuur van het systeem schommelt tussen heet en koud, zodat de motor zijn warmte kwijt kan raken. Als de motor oververhit blijft, gaat de airconditioning over op continue uitvoer van warmte. We raden u aan het voertuig met aanhanger op een geschikte plaats stil te zetten en de motor stationair te laten draaien totdat de temperatuur weer normaal is. Schakel de motor niet uit. 201

3 Vaste trekhaakkogel C B D E90954 A Afmetingen van trekhaakkogel Ref. Afmeting Metrisch Brits A Van wielmiddelpunt tot trekhaakkogelmiddelpunt 1190 mm 46,9 inch B Van grond tot trekhaakkogelmiddelpunt 395 mm 15,55 inch C Van trekhaakkogelmiddelpunt tot trekhaakbevestiging 170 mm 6,7 inch D Van trekhaakkogelmiddelpunt tot trekhaakbevestiging 124 mm 4,9 inch Opmerking: de afmetingen gelden voor officiële Land Rover-hulpmiddelen voor het trekken. 202

4 Trekhaak met steunplaat voor meerdere hoogten H I D F F E G E A B C E90955 J K 203

5 Afmetingen van trekhaakkogel Ref. Afmeting Metrisch Brits A B C D E F G H I J K Van wielmiddelpunt tot trekhaakkogelmiddelpunt (horizontaal) Van middelpunt van buitenste bevestigingspunten tot trekhaakkogelmiddelpunt (horizontaal) Van hartlijn van puntradius bajonetsleuf tot trekhaakkogelmiddelpunt (horizontaal) Van middelpunt van binnenste bevestigingspunten tot trekhaakkogelmiddelpunt (horizontaal) Van middelpunt van binnenste bevestigingspunten tot trekhaakkogelmiddelpunt (verticaal) Van middelpunt van bovenste bout van trekhaakkogelplaat tot trekhaakkogelmiddelpunt (verticaal) Van middelpunt van onderste bout van trekhaakkogelplaat tot trekhaakkogelmiddelpunt (verticaal) Van middelpunt van buitenste bevestigingspunten tot trekhaakkogelmiddelpunt (horizontaal) Van hartlijn van puntradius bajonetsleuf tot trekhaakkogelmiddelpunt (verticaal) Afstand tussen middelpunten van binnenste bevestigingspunten Afstand tussen middelpunten van buitenste bevestigingspunten 1210 mm 47,64 inch 403,6 mm 15,89 inch 192,4 mm 7,57 inch 108 mm 4,25 inch 20 mm 0,79 inch 36 mm 1,42 inch 70 mm 2,76 inch 167,3 mm 6,59 inch 174,3 mm 6,86 inch 180,5 mm 7,10 inch 822,5 mm 32,38 inch 204

6 HORIZONTAALSTELLING E82250 Voor het handhaven van de voertuigstabiliteit is het uitermate belangrijk dat de aanhanger zodanig beladen wordt, dat hij parallel met de grond blijft. Dit is vooral belangrijk bij het trekken van dubbelassige aanhangers. Stel de hoogte van de trekstang zodanig af dat de aanhanger horizontaal staat, wanneer hij aan een beladen voertuig wordt vastgekoppeld. ONONTBEERLIJKE CONTROLES BIJ HET TREKKEN Als de aanhanger beladen is, moet hij parallel met de grond blijven. Wanneer u het geladen gewicht van de aanhanger berekent, dient u het aanhangergewicht en het gewicht van de lading bij elkaar op te tellen. Als de lading over de Land Rover en de aanhanger verdeeld kan worden, verbetert het plaatsen van meer gewicht in de Land Rover meestal de stabiliteit. U mag de gewichtsgrenzen van de Land Rover niet overschrijden. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 279). Zorg dat u bij het beladen en trekken van een aanhanger aan alle van toepassing zijnde voorschriften en wetgeving voldoet. Verhoog de spanning van de achterbanden van de trekkende Land Rover tot de waarden voor de maximale belasting van het voertuig. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 279). Zorg dat u de bandenspanningen van de aanhanger oppompt tot de waarden, die door de aanhangerfabrikant worden aanbevolen. Als u de Land Rover tot het maximaal toelaatbare totaalgewicht (MTT) hebt beladen, is het neusgewicht beperkt tot 150 kg (330 lbs). Als u het neusgewicht tot maximaal 250 kg (550 lbs) moet verhogen, moet u de lading van de Land Rover met dezelfde hoeveelheid verminderen. Dit waarborgt dat het MTT en de maximale achterasbelasting niet overschreden worden. Zorg dat er een geschikte losbreekkabel of secundaire koppeling is aangebracht. Raadpleeg voor de juiste procedure de instructies van de aanhangerfabrikant. Controleer of de trekkogel goed vastzit. Controleer of alle aanhangerverlichting in orde is. 205

7 WAARSCHUWING Leg de losbreekkabel niet met een lus om de trekkogel, aangezien hij eraf kan glijden. Alleen in Australië Bandenspanning Verhoog de spanning op de achterbanden bij een voertuig dat gaat slepen tot de spanning voor het maximaal toelaatbare totaalgewicht. Neusgewicht Dit moet minimaal 7% van het brutogewicht van de caravan/ aanhanger zijn, tot maximaal 350 kg (722 lbs). Trekhaakhoogte Deze hoogte moet worden ingesteld terwijl de motor draait, zodat de caravan/aanhanger op dezelfde hoogte ligt als het trekkende voertuig. SCHAKELEN Om oververhitting van de versnellingsbak, en bij voertuigen met een handgeschakelde versnellingsbak de koppeling, te vermijden, raden wij u af een aanhanger met zware lading te trekken bij snelheden onder de 32 km/h (21 mijl/h), terwijl een hoge versnelling is geselecteerd. Selecteer in plaats daarvan een lage versnelling. 206

8 AANBEVOLEN TREKGEWICHTEN WAARSCHUWING U mag het maximaal toelaatbare totaalgewicht (MTT), de maximale achterasbelasting, het maximale aanhangergewicht of het neusgewicht niet overschrijden. Door het overschrijden van deze grenzen kan de combinatie onstabiel worden en kunt u de macht over het stuur verliezen. Raadpleeg TECHNISCHE SPECIFICATIES (bladzijde 279). Maximaal toelaatbare trekgewichten Op de weg Op terrein Aanhangers zonder rem 750 kg (1654 lbs) 750 kg (1654 lbs) Aanhangers met oploopremmen 3500 kg (7716 lbs) 1000 kg (2205 lbs) Neusgewicht 250 kg (550 lbs) 250 kg (550 lbs) Maximale trek-/laadgrens Brutogewicht (Gewicht van voertuig plus aanhanger met oploopremmen) Voertuigen met benzinemotor (zelfaanzuigend) 6570 kg lbs Voertuigen met benzinemotor (met supercharger) 6625 kg lbs Voertuigen met dieselmotor 6570 kg lbs Daklading (inclusief gewicht van imperiaal) 75 kg 165 lbs Opmerking: bij het trekken mag u het maximaal toelaatbare totaalgewicht met een maximum van 100 kg (220 lbs) verhogen, mits de snelheid tot 100 km/h (60 mijl/h) beperkt blijft. Opmerking: wij maken u erop attent dat u bij het berekenen van de achterasbelasting, het aanhangerneusgewicht, de lading in de kofferruimte van de Land Rover, het gewicht van het imperiaal en het gewicht van de passagiers op de achterbank bij elkaar moet optellen. Trekgewichten alleen in Australië De Australische voorschriften geven aan dat het aanhangergewicht maximaal 1,5 keer het gewicht van het voertuig mag bedragen. 207

9 VERWIJDERBARE TREKHAAKKOGEL De trekhaakkogel monteren E Haal de beschermkap van de bevestigingssteun voor de trekhaakkogel af en leg hem in het opbergvak voor de trekhaakkogel. 2. De trekhaakkogel kan alleen worden gemonteerd als de groene vergrendelhendel op de ontgrendelde stand staat. 3. Steek de trekhaakkogel in de bevestigingssteun en druk hem stevig naar boven, totdat de trekhaakkogel goed vast zit. 4. De rode markering moet helemaal door de groene vergrendelhendel worden bedekt. 5. Draai de sleutel voordat u gaat slepen naar links om de trekhaakkogel te vergrendelen. Verwijder de sleutel en berg hem goed op. 208

10 De trekhaakkogel verwijderen E Draai de sleutel naar rechts om de hendel te ontgrendelen. 2. Trek de hendel naar buiten en naar links, totdat u een klik hoort. De markering op de hendel moet rood zijn. Opmerking: de sleutel kan niet uit de trekhaakkogel worden verwijderd wanneer de trekhaakkogel van het voertuig is verwijderd. 3. Laat de trekhaakkogel voorzichtig zakken en berg hem goed en veilig op. 4. Plaats de beschermkap terug op de bevestigingssteun voor de trekhaakkogel. Druk onderop de kap om hem goed vast te zetten. Berg de trekhaakkogel op in het opbergvak wanneer hij niet in gebruik is. 209

11 DE TREKHAAKKOGEL OPBERGEN WAARSCHUWING Bij het hanteren van de trekhaakkogel houdt u de kogel aan de onderkant vast. Het op zijn plaats vergrendelen gebeurt automatisch en laat de vergrendelhendel met veerdruk draaien. E90956 De trekhaakkogel wordt opgeborgen onder een toegangsluik in de vloer van de kofferruimte. Opmerking: een Australische trekhaakkogel ziet er anders uit, maar hij wordt op dezelfde plaats opgeborgen. 210