Rijexamen: Clusteropdracht Omkeeropdracht Zelfreflectie en meer

Vergelijkbare documenten
Uitvoering elementen rijexamen

CURRICULUM PRAKTIJKOPLEIDING CATEGORIE B

Inhoudsopgave. Inleiding. Colofon: Hoe slaag ik in 1 keer

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen.. wat kunnen wij voor jou betekenen? Een goede rijopleiding die duidelijk en omvattend is!

Praktijk examen tips

RIM Verkeersleermiddelen. Rijbewijs B

Kruisingen oversteken of op kruisingen afslaan: Minirotondes : Verkeerslichten : Rijstrook wisselen : Volgafstand :

Toetsmatrijs Medegebruik van verharde lijnbusbanen en lijnbusstroken gemeente Amsterdam

Toetsmatrijs Directiechauffeur Praktijk CCV-DP2 - Extern

Toetsmatrijs Praktijkexamen Rijbewijs voor categorie D1, E bij D1, D en E bij D

AUTORIJSCHOOL JOHN VAN DEN KIEBOOM VLAMINGVAART GR STEENBERGEN

Het wegrijden Hoe doe je dat?


Snelweg invoegen, inhalen, uitvoegen.

Toetsmatrijs Praktijkexamen Rijbewijs voor categorie T

wegrijden in het verkeer / stoppen buiten het verkeer

Toetsmatrijs Praktijkexamen Rijbewijs voor categorie T*

Tips voor je rij-examen

Snelweg invoegen en uitvoegen hoe?

BEDENK DAT VOOR ELKE OEFENING GELDT:

HERKENNEN VAN KRUISPUNTEN

Toetsmatrijs Rijvaardigheidsanalyse Praktijktrainer Nascholing

CBR praktijkexamen B

Speciale verrichtingen bij het CBR

Vooruit kijken Vooruit denken Hoe gaat dat?

Kruispunten met de borden

Tip: oefen het examen op beschikbaar vanaf 7 maart

Voortgang CO 2 reductie

Toetsmatrijs Taxi Doelgroepenvervoer

Voortgang CO2 reductie

Toetsmatrijs TVP. Opgesteld door: CCV Examenhuis. Examenonderdeel. Praktijkexamen Taxi Volledig

Voortgang CO2 reductie

Oefenboek. rijbewijs B

Tax = Taxonomiecode F = Feitelijke kennis B = Begripsmatige kennis R = Reproductieve vaardigheid P = Productieve vaardigheid

Schakel zo vroeg mogelijk op naar een hogere versnelling, tussen 2000 en 2500 toeren.

Toetsmatrijs Taxi vakbekwaamheid praktijk beperkt

Opleidingscontract voor de bromfietsrijder

Lading op dak mag niet meer uitsteken dan 20cm aan beide zijkanten.

6.5. EVENWIJDIG TEN OPZICHTE VAN DE WEG RECHTS PARKEREN TUSSEN TWEE VOERTUIGEN

Vraag 1 U heeft ontzegging van uw rijbevoegdheid u mag dan? A Niet zelf rijden maar wel rijles nemen. B Niet zelf rijden en ook geen rijles nemen

Bijzondere verrichtingen

Vragen en antwoorden theorie verkeersregels en verkeerstekens - Deel 1

5.9 PARKEREN ACHTER EEN VOERTUIG

Het praktijkexamen leerboek. Hoe slaag ik in 1 keer?

Lokale Politie LAN. Foutparkeren. Je doet er toch niet aan mee? Veiligheid? Samen zorgen we daarvoor!

Ben jij het ook zat om steeds te zakken met 1 fout te veel? Mag je al afrijden maar moet je nog stééds je theorie halen?

Rijschool Amstelland

EINDELIJK IS HET DAN ZO VER, JE MAG

Toetsmatrijs Taxi Doelgroepenvervoer

Bijzondere manoeuvre: Straatje keren in 3 keer

Moet je voorrang verlenen aan de fietser? Toelichting De fietser is een bestuurder en komt hier van rechts op een gelijkwaardig kruispunt.

Vier keer gezakt... dan een onderzoek rijvaardigheid

Toetsmatrijs Taxi vakbekwaamheid praktijk volledig

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

Toetsmatrijs Praktijkexamen Rijbewijs voor categorie C1, E bij C1, C en E bij C

FOUTPARKEREN. U doet er toch niet aan mee? Veiligheid? Samen zorgen we daarvoor! PZ HerKo. Lokale Politie Herent- Kortenberg

Examenprocedure TVP / TVPC

Toetsmatrijs Taxi Amsterdam Praktijk

Examenprocedure TAP. Taxi Amsterdam Praktijk

Welkom +31 (0) uur per dag, 7 dagen per week

Toetsmatrijs LZV. Opgesteld door:

Voertuigcontrole in en om de (les)auto

proef Het vernieuwde theorie-examen voor de auto Per 1 maart 2009 bevat het theorie-examen voor de auto naast de onderdelen verkeersregels en

Veilig rijden. Apollo rijden CA Almere

Test theorie: Autowegen en Autosnelwegen

Verkeersveiligheidsplan. Veilig verkeer rond de Godelindeschool

Bijzondere verrichtingen. Keren. Bijz. verr. keren dmv 3x steken op een niet te brede rijbaan

Toetsmatrijs Praktijkexamen Rijbewijs voor categorie T*

GROEPERING VAN ERKENDE ONDERNEMINGEN VOOR AUTOKEURING EN RIJBEWIJS V.Z.W. Theoretisch en praktisch examen en coherentie van opleiding en examinering

Bijlage 1 Verkeersborden

doe-fiche fietser Opstappen en wegrijden uw kind politie Bilzen - Hoeselt - Riemst nog niet kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen.

Examenprocedure TAP. Taxi Amsterdam Praktijk

Tijdens de verkeerslessen hebben we met de kinderen gepraat over veilig fietsen.

Bijzondere manoeuvre: File parkeren

IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN

Toetsmatrijs. Opgesteld door: CCV. Examenonderdeel. Chauffeur LZV Mondeling (theoriegedeelte) en Praktijk. Examenvorm

7 Manoeuvres en bewegingen

Einde Autosnelweg. Woonerf

Nationaal VVN Verkeersexamen 2019

Even vooraf.. Motorrijden heeft veel voordelen, echter het heeft ook veel nadelen..

Het eerste wat we gaan behandelen is afslaan naar rechts 1

Toetsmatrijs LZV. In deze toetsmatrijs staat wat u moet kunnen en kennen. De toetsmatrijs vormt daarom de basis van de opleiding en het examen.

Bij het niet verschijnen van een deelnemer volgt de andere deelnemer het gehele lesprogramma zoals bedoeld voor twee deelnemers.

al onze leerlingen hebben hun eigen verhaal... Rijbewijs B / aangepaste opleiding

Papenaardekenstraat Schoten VERKEERSPLAN. Veiligheid voor onze kinderen in het verkeer is een gezamenlijke zorg van ouders en van de school.

Motor. Verkeersschool Cranenbroek. In deze brochure vindt u alles wat u moet weten voor en tijdens uw opleiding voor de motor.

CO2 REDUCTIE BRANDSTOFBESPARING DOOR GEDRAGSVERANDERING WERKGROEP TACIDE KENNIS. Fase 2 Rijgedrag/technisch onderhoud

Extra informatie examen voertuigbeheersing, uitleg clusters en examenoefeningen Verplichte oefeningen en keuze examinator

Examen doen voor het bromfietsrijbewijs Informatie over het theorie- en het praktijkexamen

Cluster 1. Achteruit parkeren

Antwoorden Kennisvragenlijst voorrangsvoertuigen

Rijbewijs B / aangepaste opleiding. al onze leerlingen hebben hun eigen verhaal...

Examen doen voor het bromfietsrijbewijs

1 JE RIJBEWIJS HALEN...11

20 geheime tips om snel je Rijbewijs te halen! Door Math Muijen

Wet + Regelgeving. Vraag 4 Hoeveel uur nachtdienst mag u volgens de overleg regeling verrichten per 2 weken? A..20 uur B. 22 uur C.

FIETSEXAMEN MECHELEN. Vertrek en aankomst in het Vrijbroekpark. Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg

Oefenboek. rijbewijs A

Een stilstaand voertuig voorbijrijden

FIETSPROEF BERLAAR (nieuw parcours - gezien wegenwerken in het dorp)

Transcriptie:

Rijexamen: Clusteropdracht Omkeeropdracht Zelfreflectie en meer (wordt je aangeboden door Autorij-instructie.nl) Het autorijexamen Een praktijkexamen voor het behalen van je rijbewijs-b duurt ongeveer 55 minuten. Voor aanvang van het praktijkexamen maak je kennis met de examinator, die je vraagt naar het formulier zelfreflectie. Na afloop van het examen wordt dit besproken. De examinator controleert je identiteitsbewijs én of je geslaagd bent voor je theorie-examen. Buiten aangekomen moet je een kenteken van een stilstaande auto op een afstand van ongeveer 25 meter kunnen lezen (de ogentest). Voordat het rijexamen kan beginnen kunnen je een aantal vragen worden gesteld met betrekking tot de voertuigcontrole; zowel buiten als in het voertuig. Rest nog het afstellen van de zithouding (stuur en stoel), juist afstellen van de spiegels én het omleggen van de veiligheidsgordel. Wat er tijdens het rijden van het praktijkexamen onder andere van je verwacht wordt, lees je onderstaand.

Zelfstandig route rijden Bij het zelfstandig rijden van een route -die ongeveer 10 á 15 minuten duurt- moet je tijdens het rijden kunnen laten zien dat je in staat bent onder eigen verantwoordelijkheid de juiste en veilige beslissingen binnen het verkeer te nemen. Je moet de route zelfstandig kunnen rijden door: 1. naar een oriëntatiepunt rijden (een voor jou bekend punt, of een zichtbaar hoog object) 2. met behulp van een navigatiesysteem rijden (niet verplicht) 3. het rijden op basis van een cluster van opdrachten (gemiddeld krijg je drie opdrachten tegelijkertijd) Note: aankomen op de plaats van bestemming is niet het meest belangrijke, wel het op een vlotte, zelfstandige wijze komen tot verantwoorde en veilige keuzes Vooraf aangegeven bestemming / oriëntatiepunt Dit houdt in dat de je zelfstandig naar een vooraf aangegeven oriëntatiepunt moet kunnen rijden. Dit kan een voor jou bekende bestemming zijn of -als je plaatselijk minder bekend bent- een duidelijk in de verte zichtbaar gebouw of object. Rijden met behulp van het navigatiesysteem Hierbij moet je -na instructie van de examinator- het navigatiesysteem zelfstandig instellen op een door de examinator opgegeven straat en huisnummer.

Bij het volgen van de daarop volgende rit moet je er zelf rekening mee te houden dat de kans bestaat dat het navigatiesysteem je door een straat wil sturen waar je niet in mag (b.v. borden geslotenverklaring C1 en C2). Als je dit signaleert, moet je zelf een juiste, vlotte en veilige oplossing vinden voor dit probleem. Ook moet je er rekening mee houden dat het navigatiesysteem wel eens gebreken zou kunnen vertonen of een foutieve weergave heeft. Er wordt van je verwacht dat je zelf ook op blijft opletten, dit signaleert en corrigeert. De clusteropdracht Het clusteren (bundelen) van opdrachten kan een lastige opgave zijn. Je moet maximaal 5 opdrachten achter elkaar kunnen onthouden, vergelijkbaar met een praktijksituatie waarbij je in een onbekende omgeving de weg vraagt. Op het aangegeven eindpunt aangekomen, kan je eventueel een nieuwe cluster van opdrachten ontvangen. Als je een vergissing hebt gemaakt is dat niet erg. Zoek in dat geval zelf een veilige plaats om stil te gaan staan, zodat je verduidelijking of verdere aanwijzingen kan vragen. Voorwaarden bij de clusteropdracht: de opdracht kan alle soorten wegen inhouden: erf, 30-km zone, binnen de bebouwde kom, buiten de bebouwde kom en op autowegen en autosnelwegen de opdracht moet minimaal drie en maximaal vijf herkenningspunten inhouden (cluster) de opdracht moet bij voorkeur worden gegeven wanneer je buiten het verkeer stilstaat de methode dient gedurende minimaal 10 min. te worden toegepast

n de opdracht worden, zoveel mogelijk, markante punten gebruikt in verband met de herkenbaarheid hiervan Bijvoorbeeld: de opdracht zou kunnen luiden: ga bij de T-splitsing links, ga na het tankstation rechts, ga voor de kerk links en probeer tot slot zo dicht mogelijk na de eerste bushalte te parkeren. Milieubewust rijden Dit houdt in dat de je in staat moet zijn om milieubewuste keuzes te kunnen maken en hierna te handelen zoals onder andere beschreven staat in "Het Nieuwe Rijden" Volgens het principe van Het Nieuwe Rijden houd je onder andere rekening met: schakelen - schakel zo vroeg mogelijk op naar een hogere versnelling, tussen de 2000 en 2500 toeren rijden - rijd zoveel mogelijk met een gelijkmatige snelheid en een laag motortoerental in een zo hoog mogelijke versnelling vooruitkijken - kijk zo ver mogelijk vooruit en anticipeer op het overige verkeer uitrollen - Zie je dat je snelheid moet minderen of moet stoppen voor een verkeerslicht, laat dan tijdig gas los en laat de auto in de versnelling van dat moment uitrollen motor uitzetten - zet de motor uit bij stops, waarbij je vermoedt dat deze langer gaan duren dan 1 minuut en start daarna kort voor vertrek weer zonder gas te geven bandenspanning - controleer maandelijks de bandenspanning cruise control - maak -als dit logisch of noodzakelijk is- gebruik van de apparatuur en hulpmiddelen in de auto zoals: toerenteller, cruise control en boordcomputer

energieverbruikers - ga bewust om met energieverbruikers zoals, airconditioning (plusminus 25% brandstoftoename), achterruitverwarming (plusminus 10% brandstoftoename) en onnodig voeren van verlichting. Maar denk bijvoorbeeld ook aan geopende autoramen en de autoradio. Zet deze dus uit wanneer u ze niet meer nodig heeft. Uitvoeren van Bijzondere verrichtingen Je moet tijdens het examen zelfstandig een bijzondere verrichting / manoeuvre kunnen uitvoeren De opdrachten kunnen bestaan uit: 1. Omkeeropdracht 2. Parkeeropdracht 3. Stopopdracht Doel bij het uitvoeren van de bijzondere verrichting(en) is dat je moet kunnen laten zien dat je zelfstandig tot een juiste, vlotte uitvoering van een bijzondere verrichting komt. Je kunt twee van de drie genoemde bijzondere verrichten verwachten, waarbij bij één van verrichtingen achteruitgereden moet worden. Beoordeling Naast de beheersing van het voertuig, het kijkgedrag en het eventueel voor laten gaan van het overige verkeer, is ook het maken van een veilige keuze voor wat betreft de plaats van handeling van belang. De omkeer-, parkeer- of stopopdrachten worden je al rijdend gegeven. Omkeeropdracht Tijdens de rit krijg je de opdracht om met de auto te keren en de andere kant / tegenovergestelde richting op te rijden. Het is dan aan jou om een juiste plek te bepalen waar je de bijzondere verrichting het meest logisch en het veiligste kan doen. Je houdt hierbij

rekening dat je het overige verkeer (inclusief voetgangers) zo min mogelijk mag hinderen. Ook moet je er rekening mee houden dat er bij de uitvoering van een opdracht geen verkeersovertredingen worden begaan. Bijvoorbeeld: de bocht achteruit een straat in- of uitrijden waar je niet in of uit mag komen. (éénrichtingsverkeer, geslotenverklaring) De omkeeropdracht kun je bijvoorbeeld uit voeren door middel van: keren steken ( straatje keren ) de halve draai keren via een uitrit (inrit) bocht achteruit via een parkeerplaats of parkeervak Parkeeropdracht Bij de parkeeropdracht maak je zelfstandig een keuze afhankelijk van de beschikbare ruimte en mogelijkheden waar je kunt parkeren. De parkeeropdracht kan zijn: voor of achteruit in een parkeervak parkeren in file (voor of achteruit) of parkeren langs de zijde van de rijbaan De opdrachten mag je zowel rechts als links van de rijbaan uit voeren. Formulering van de opdracht Bijvoorbeeld: parkeren in een straat. De opdracht zou dan kunnen luiden: ''het is de bedoeling dat je de auto in deze straat zo dicht mogelijk parkeert bij straatnummer. ''

Bij parkeren op een parkeerplaats. De opdracht zou kunnen luiden: ''het is de bedoeling dat je de auto zo dicht mogelijk bij de ingang van het overdekte winkelcentrum parkeert'' Stopopdracht Je moet na het krijgen van de stopopdracht zo kort mogelijk achter een ander voertuig stoppen om vervolgens weer zelfstandig vooruit rijdend aan het verkeer te kunnen gaan deelnemen. Formulering van de opdracht De opdracht zou kunnen luiden: stop zo dicht mogelijk achter die rode bestelwagen, maar wel zodanig dat je weer vooruit je weg kunt vervolgen. Toetsing en Gevaar herkenning Je moet (mogelijke) gevaren kunnen herkennen en hierop op een veilige en adequate wijze kunnen reageren. Herkennen van en reageren op gevaren Voor een veilige en verantwoorde verkeersdeelname is het belangrijk dat mogelijke gevaren tijdig onderkend worden (waarnemen), je er vervolgens de juiste consequenties aan verbindt (voorspellen en evalueren) en er tenslotte de juiste beslissingen en handelingen aan koppelt. Motiveren van gemaakte keuzes Bij de situatie bevraging wordt er achteraf nagegaan welke stappen je hebt doorlopen bij het oplossen van de voorgaande verkeerssituatie, én of je de gemaakte keuzes goed kan onderbouwen op basis van de volgende punten / criteria: 1. de omgang met het voertuig 2. beoordeling van de veiligheid

3. rekening houden met de doorstroming 4. sociaal rijgedrag 5. milieubewust rijgedrag Het doel hiervan is om voor jezelf inzicht te krijgen in je vaardigheden, om gevaren tijdig te herkennen en op een adequate wijze op deze gevaren te reageren en juist te handelen. Dit onderdeel neemt 1 á 2 minuten in beslag. Formulering van de opdracht Er wordt voorafgaand aan een min of meer complexe verkeerssituatie aangegeven dat er na deze situatie gestopt moet worden om de situatie te bespreken, of nadat je een willekeurige situatie hebt voltooid wordt aangegeven waar even gestopt wordt om deze situatie te bespreken. Je moet dan aangeven: wat je gedaan hebt welke afwegingen jij daarbij gemaakt hebt maximaal 2 van de 5 boven genoemde criteria benoemen aangeven hoe je gekomen bent tot de oplossing Zelfreflectie Je moet in staat zijn je eigen vaardigheden te kunnen inschatten (je zelfbeeld) en een motivatie kunnen geven van je rijgedrag. Je beoordeelt je eigen prestaties door het invullen van het zelfreflectie formulier. Je eigen beoordeling wordt dan vergeleken met het vertoonde rijgedrag tijdens je examen. Tot slot wordt er -om te beoordelen of je een realistisch beeld hebt van je eigen capaciteiten en beperkingen- vóór het praktijkexamen het zogenaamde zelfreflectieformulier ingevuld

waarbij je jezelf een cijfer geeft voor een aantal belangrijke aspecten over veilig en verantwoord rijgedrag. Deze zelfbeoordeling wordt door de examinator bij het bespreken van de einduitslag betrokken.