Literatuurstudie Conclusies, aanbevelingen en ontwikkelopgaven voor Brandveilig leven Marcel van Galen, voorzitter landelijk overleg Brandveilig leven Nancy Oberijé, IFV Hester Veltman, bureau Brandweer Nederland 3 maart 2016 Pagina 1 van 6
Inleiding De afgelopen jaren hebben we op het terrein van Brandveilig leven veel zien gebeuren. In 2010 heeft de brandweer de visie op de toekomst gepresenteerd met de Brandweer over morgen. Daarin heeft het voorkomen van brand nadrukkelijk aandacht gekregen. In die periode is ook gestart met de eerste wetenschappelijke verkenningen naar gedragsbeïnvloeding van burgers 1 in relatie tot het voorkomen van brand. In 2015 zijn verschillende onderzoeksrapporten en visies gepubliceerd die ingrijpen op Brandveilig leven. We prijzen ons gelukkig met alle aandacht voor ons vakgebied. Deze rapporten vormen een goede aanleiding om de ontwikkelingen in nauwe samenhang met elkaar opnieuw te bezien. We kunnen hiermee herijken : onze focus bepalen en richting geven aan het vervolg. Daarbij willen we voortbouwen op het enthousiasme en de creativiteit in het veld om zo Brandveilig leven verder te versterken. Wat voor u ligt zijn de resultaten van de bureaustudie. We hebben verschillende recente visies en onderzoeksrapporten onder de loep genomen. Doel van deze bureaustudie is een basis te bieden voor het benoemen en uitwerken van speerpunten/focus voor de toekomst. We nemen u mee van maatschappelijke ontwikkelingen en de ambitie van de brandweer op het gebied van Brandveilig leven naar een overzicht van aanbevelingen uit de literatuur. Met deze bureaustudie pretenderen wij niet 100% volledig te zijn. Wij hebben de rapporten/visies die voor Brandveilig leven het meest relevant lijken gelezen en hier de belangrijkste leerpunten uit gedestilleerd. Maatschappelijke ontwikkelingen De voor Brandveilig leven relevante maatschappelijke trends die zich, kortgezegd, aftekenen zijn: vergrijzing, langer zelfstandig thuiswonenden en de participatiemaatschappij 2. Als het om branden gaat, dan zien we de laatste jaren dat branden gevaarlijker worden door het gebruik van kunststoffen die zowel een snellere brandontwikkeling als giftigere rookgassen veroorzaken. Dit zijn enkele van de aanleidingen geweest voor de brandweer om in 2010 een nieuwe visie 3 op te stellen. Onderdeel van deze visie is de nieuwe doctrine brandveiligheid, waarvan de kern is dat de brandweer het brandveiligheidsbewustzijn en de eigen verantwoordelijkheid bij burgers en bedrijven wil stimuleren. Nu de brandweer zich hierin verdiept, tekenen zich een aantal groepen in de samenleving af die een groter risico lopen, zoals mensen die niet zelfredzaam zijn. Een groot deel van deze groep bestaat uit ouderen. Omdat voor gedragsverandering op het gebied van brandveiligheid een lange termijnbenadering nodig is, (vergelijk duurzaamheid, gezondheid, stoppen met roken) benadert de brandweer ook jongere doelgroepen. De visie De beweging van risicobeheersing naar risicogerichtheid in 2020 4 beschrijft eigenlijk precies deze werkwijze: Waar het om gaat, is de gerichtheid op risico s die ertoe doen en deze risico s op een adequate wijze beïnvloeden. Dat vergt niet alleen het toepassen van regels, maar vooral risicogerichtheid en vervolgens risicobeïnvloeding: het scherp in beeld brengen en afwegen van risico s, het zoeken naar maatregelen die de veiligheid bevorderen, het motiveren van anderen, het beïnvloeden van gedrag en een heldere verantwoordelijkheidsverdeling tussen burgers, bedrijven en overheden. 1 Onderzoek naar pilots ouderen, jeugd, studenten, achterstandswijken en brandweer intern, februari 2013, Tabula Rasa in opdracht van Brandweer Nederland. 2 Zie onder meer Brandweer over morgen, NVBR, 2010 en deelrapport 1 De invloed van vergrijzing op brandveiligheid, Brandweeracademie, 2015. 3 Brandweer over morgen, NVBR, 2010. 4 De beweging van risicobeheersing naar risicogerichtheid in 2020, Samen zorgen voor échte coproductie, 23 juni 2015, p.1. Pagina 2 van 6
De activiteiten van de brandweer Overal in het land onderneemt de brandweer initiatieven op het gebied van Brandveilig leven. Inmiddels bloeien er 1000 bloemen. Overal ontstaan beleidsplannen, richt de brandweer afdelingen in, worden interventies bedacht en uitgevoerd. En dat met een tomeloze hoeveelheid energie. We differentiëren naar doelgroepen en werken samen met partners die de doelgroepen goed kennen. We proberen steeds meer inzicht te krijgen in de effecten van de activiteiten en werken tegelijkertijd aan verduurzaming (waar gewenst) en bestuurlijke steun. Ondertussen ontwikkelen we ook op landelijk niveau de samenwerking met (koepel)partners en zijn we met de wetgever in gesprek over veranderingen in de wet- en regelgeving voor onder meer rookmelders en het verbeteren van productveiligheid. Ook heeft Brandweer Nederland landelijk en regionaal de afgelopen twee jaar ingezet op eigentijdse publiekscampagnes en voorlichting op beurzen. De brandweer wil bovendien meer aandacht schenken aan Brandveilig ondernemen. Vanuit de optiek van incidentbestrijding krijgt het eerlijke verhaal een nadrukkelijke plaats: de ontwikkelopgave is om het gesprek met een ondernemer te voeren over de mate van brandveiligheid door de voorzieningen die hij zelf treft en de mogelijkheden en onmogelijkheden bij het optreden van de brandweer. Tegelijkertijd werkt Risicobeheersing in sommige regio s met een Keurmerk veilig ondernemen (KVO), een stimulans voor de nodige brandpreventieve voorzieningen. Aanbevelingen uit de literatuur Uit de literatuur en ervaringen blijkt dat we de professionaliteit en de kwaliteit van ons werk nog verder kunnen verbeteren. De rode draad van alle aanbevelingen in de literatuur is: Ga doelgroepgericht aan brandveiligheid werken. Dit klinkt als een open deur, maar dit is het idee: de woorden doelgroepgericht, brandveiligheid en werken vormen de haken van een kapstok: Hieronder een beschrijving van de aanbevelingen uit de literatuur, opgehangen aan deze haken. 1. Doelgroepgericht Een aantal rapporten 5 geeft aanbevelingen over doelgroepgericht werken. Samengevat komt het neer op: Vergroot je inzicht en je kennis over doelgroepen. Een selectie van de meest relevante adviezen: 5 Wetenschappelijke raad brandweer, Gedragsverandering voor brandveilig leven, Inzichten en aanbevelingen, 2015. Gedragsverandering via campagnes 2.0, Aanvullende inzichten uit de wetenschappelijke literatuur, University of Amsterdam, 2015, De beweging van risicobeheersing naar risicogerichtheid in 2020, Samen zorgen voor échte coproductie, 23 juni 2015. Pagina 3 van 6
- Welke risicogroepen kennen we en waarom zijn dit risicogroepen? Stel jezelf deze vraag vanuit een meervoudige blik, dat wil zeggen: betrek hierbij meerdere disciplines. 6 - Leer je doelgroep kennen, zodat je je interventie kunt richten. Waarom gedragen zij zich brandonveilig? 7 Wat zijn heersende normen en denkbeelden binnen deze groep? 8 En wat zijn belangrijke opinieleiders? 9 Deze en nog veel vragen zullen beantwoord moeten worden voor een zo effectief mogelijke inzet van maatregelen. 2. Brandveiligheid Waar het hier om gaat zijn de wegen die je kunt bewandelen om brandveiligheid te beïnvloeden. In de literatuur vinden we op hoofdlijnen drie manieren: - Gedragsverandering. Het advies is: vergroot je inzicht en kennis over hoe gedragsverandering tot stand komt. Dit kan door bestaande kennis en onderzoeksresultaten tot je te nemen en door in de praktijk te meten en te evalueren. o o Er is bijvoorbeeld veel bestaande kennis over de manieren waarop je gedrag kunt beïnvloeden, waarop je risicoperceptie kunt vergroten en waarop je weerstand tegen gedragsverandering kunt wegnemen. 10 Meten en evalueren in de praktijk is nodig om inzicht te krijgen in de behaalde resultaten en om de juiste vervolgstappen te zetten. - Innovatie en engineering. Zowel uit de rapportage RemBrand als uit het derde deelrapport van de onderzoeken naar vergrijzing komt naar voren dat innovatie belangrijk is, dat we daarover met partners in gesprek moeten gaan en dat we ook als brandweer openingen moeten bieden (zie werken ). Brandveiligheid kunnen we beïnvloeden door het toepassen van innovatieve technische voorzieningen zoals rookmelders met automatische alarmopvolging, mobiele sprinklers en binnenhuisdrones. Op zoek gaan naar innovaties, meedenken met de markt die innovatieve oplossingen wil ontwikkelen en uitdragen van vernieuwende ideeën zullen onderdeel van het totaalplaatje van brandveiligheid moeten worden. En onderdeel van het DNA van de brandweer. - Wet- en regelgeving. In de rapportage RemBrand en in deelrapport 3 van de onderzoeken naar vergrijzing wordt genoemd dat het belangrijk is om ook via de weg van wet- en regelgeving de technische eisen op het gebied van brandveiligheid te vergroten. 6 De beweging van risicobeheersing naar risicogerichtheid in 2020, Samen zorgen voor échte coproductie, 23 juni 2015, p.2. Een mooi voorbeeld van het verzamelen van data over de omvang van een probleem is Deelrapport 1: De omvang van de problematiek (onderdeel van het in 2015 en 2016 verschenen drieluik over De invloed van vergrijzing op brandveiligheid van de Brandweeracademie en de Nederlandse Brandwonden Stichting). 7 Wetenschappelijke raad brandweer, Gedragsverandering voor brandveilig leven, Inzichten en aanbevelingen, 2015, p.84-85. Ook hier is een mooi voorbeeld van beschikbaar voor de doelgroep ouderen. In Deelrapport 2 over de invloed van vergrijzing op brandveiligheid wordt nadrukkelijk ingegaan op de risicofactoren en oorzaken waardoor ouderen vaker slachtoffer worden van brand. 8 Gedragsverandering via campagnes 2.0, Aanvullende inzichten uit de wetenschappelijke literatuur, University of Amsterdam, 2015, p. 64-77. 9 Gedragsverandering via campagnes 2.0, Aanvullende inzichten uit de wetenschappelijke literatuur, University of Amsterdam, 2015, p. 78-84. 10 Wetenschappelijke raad brandweer, Gedragsverandering voor brandveilig leven, Inzichten en aanbevelingen, 2015, hfdst. 6, 7 en 8. Gedragsverandering via campagnes 2.0, Aanvullende inzichten uit de wetenschappelijke literatuur, University of Amsterdam, 2015, hfdst. 5. Pagina 4 van 6
Vanuit de opdracht voor de herijking, vraagt de scope om een focus op het eerste punt. De laatste twee punten gaan met name over technische en bouwkundige voorzieningen. 3. Werken Verschillende rapporten staan stil bij de ontwikkeling van de eigen organisatie om invulling te kunnen geven aan het uitvoeren van de Brandveilig leven taken. Hoe willen wij werken als brandweer? is de vraag die centraal staat. De volgende elementen zijn hierbij van belang: 4. Uniformiteit. Sommige activiteiten vragen juist om lokale betrokkenheid, een lokale blik en lokale uitvoering. De laatste jaren zijn in het hele land langzaam gedeelde beelden ontstaan over ambities en uitvoering. Te denken valt aan de landelijk leerlijn voor 4 18 jarigen die de korpsen willen ontwikkelen. Te denken valt aan de Herijking waarmee wij nu bezig zijn: dit komt voort uit de gezamenlijke wens om meer uniform onze focus te kiezen. Te denken valt aan de resultaten van brandonderzoek en hoe we daar gezamenlijk van kunnen leren. En te denken valt ook aan de uniformiteit die gewenst is voor de basis waarop we ons werk stoelen, bijvoorbeeld voor het brandrisicoprofiel: de veiligheidsregio s zouden er goed aan doen om landelijk te komen tot één werkwijze voor een brandrisicoprofiel 11. Maar ook is er de wens om meer uniform uitvoering te geven aan basic voorlichting in het kader van brandveiligheid; waar plaats ik een rook- of koolmonoxidemelder, vluchtplannen en ontruimingsoefeningen in de woonomgeving. 5. Kwaliteit van werken. In veel korpsen bestaat de wens/behoefte om de kwaliteit van het personeel op het gebied van Brandveilig leven naar een zeker minimaal niveau te tillen. Voor dit vakgebied bestaan (nog) geen specifieke opleidingen of is nog nauwelijks content opgenomen in andere/reguliere opleidingen. Hier lopen we nu tegenaan 12. Zowel op beleidsmatig als uitvoerend niveau. We kunnen voor kennisontwikkeling en implementatie voor Brandveilig leven ons voordeel doen met de ervaringen die zijn opgedaan voor kennisontwikkeling en implementatie in de reguliere brandweerpraktijk (met name vanuit incidentbestrijding ingegeven). Het rapport Beter begrijpen leidt tot krachtiger handelen 13 geeft inzichten in de rode patronen die zich voordoen op dit vlak. Voorbeelden zijn: ja zeggen maar nee doen, het eigen belang voor het collectieve belang stellen, eerst doen dan denken, gebrek aan regie bij kennisontwikkeling. Als we de kwaliteit van werken op het terrein van Brandveilig leven willen vergroten, dan moeten we rekening houden met deze rode patronen. 6. Werken met partners ( alliantievermogen ). Kunnen werken volgens een passende verantwoordelijkheidsverdeling (burgers en bedrijven eerst en binnen de overheid nadrukkelijk de gemeente) is een vereiste voor risicogericht werken. We moeten meer inzetten op onderhandelen in de voorfase, uitnodigen of verleiden tot aanvullende maatregelen waar die gewenst zijn en op gedragsverandering bij gebruikers 14. Het gaat om het zoeken van partners en goede initiatieven (vooral buiten de brandweer), het aangaan van allianties, het opbouwen en onderhouden van relaties. Onder deze noemer scharen we ook de bestuurlijke sensitiviteit en verbinding in gemeentelijke context, dat wil zeggen de verbinding met partners in het ruimtelijke en sociale domein. Maar ook het open staan voor innovaties : waar de brandweer voorheen zich niet uitsprak over initiatieven in het bedrijfsleven is dat nu júist gewenst, zodat ook de markt oplossingen onderzoekt. Deze oplossingen 11 RemBrand, Brandveiligheid is coproductie, p. 31. 12 Uit: Analyse landelijke beurzen, Brandweer Nederland, februari 2016. Maar dit zijn ook bevindingen vanuit de expertdagen voor de brandpreventieweken en een rondgang bij regio s. 13 Beter begrijpen leidt tot krachtiger handelen, Rode patronen in kennisontwikkeling en implementatie binnen de brandweer, Project versterking brandweer, 13 augustus 2014. 14 De beweging van risicobeheersing naar risicogerichtheid in 2020, Samen zorgen voor échte coproductie, 23 juni 2015, p. 4 en 5. Pagina 5 van 6
kunnen bijdragen aan en zorgen voor de toename van een brandveiligheidsbewustzijn recht doende aan Brandveilig leven. 7. Vrijwilligerspotentieel. De brandweer heeft een groot potentieel om iets te kunnen betekenen voor Brandveilig leven binnen de huidige groep van brandweervrijwilligers. Ervaringen in het traject Blussen voordat het brandt 15 leren ons dat het huidige vrijwilligersbestand van de brandweer kansen biedt. Juist met hun ervaringsverhalen, kennis van branden en hun lokale betrokkenheid, zijn sommigen van hen bij uitstek geschikt voor Brandveilig leven taken. Dit past uitstekend binnen de Visie op vrijwilligheid 16. Sommige korpsen zien deze mogelijkheden echter nog niet. Ook verkent de brandweer de mogelijkheden om vrijwilligers te werven voor niet-repressieve taken. De regio s stuiten hierbij op arbeidsvoorwaardelijke drempels, omdat hiervoor nog geen landelijke regels bestaan. Dit zijn eigenlijk twee sporen die aandacht verdienen. Ook het binden van andere soorten van vrijwilligheid biedt kansen. Te denken valt aan BHV-ers (ca. 300.000 in Nederland). Vanuit de BHVbranche zijn signalen ontvangen dat zij graag inspanningen verricht om deze doelgroep te betrekken bij Brandveilig leven. Ook maatschappelijke stages in het onderwijs en maatschappelijk verantwoord ondernemen kunnen mogelijkheden creëren voor de brandweer om Brandveilig leven via andere wegen onder de aandacht te brengen 17. Tot slot, de Jeugdbrandweer lijkt laaghangend fruit te zijn om jonge brandweermensen de eerste schreden in Brandveilig leven te laten zetten. Tot slot: de definitie In 2010 introduceerden de opstellers van Brandveilig leven: evolutie of revolutie 18 de volgenden definitie van Brandveilig leven: BrandVeilig Leven omvat de activiteiten die tot doel hebben de fysieke en sociale veiligheid van verschillende doelgroepen in hun eigen omgeving te verbeteren. Dit gebeurt door het veiligheidsbewustzijn, en hun rol in het organiseren van de (eigen) veiligheid en de zelfredzaamheid te vergroten. Dit in samenwerking met andere partijen. De vraag is of we met de kennis en ervaring van nu deze definitie nog passend vinden. Het gezamenlijk hanteren van een (nieuwe?) definitie kan de ondersteunende activiteiten van de brandweer helpen tot een succes te maken. 15 Zie http://www.brandweernederland.nl/wat_doen_we/thema-(brand)veilige/brandveilig-leven-0/brandveiligleven/blussen-voordat/. In het programma "Blussen voordat het brandt..." staat de rol die de incidentbestrijder (zowel beroeps als vrijwillig) wil spelen bij Brandveilig leven centraal. 16 Vrijwilliger bij de brandweer, Visie van, voor en door vrijwilligers bij de brandweer, Brandweer Nederland, Vakvereniging Brandweervrijwilligers, 2013. 17 Brandweer en vrijwilligerspotentieel: grijp je kans!, René de Caluwé, december 2011. 18 BrandVeilig Leven, Evolutie of Revolutie? Op weg naar een andere brandweer, rapportage verkenning BrandVeilig Leven, Léon Haver, Han van Bussel, april 2010. Pagina 6 van 6