Adviezen voor sport en beweging bij diabetes Inleiding Lichaamsbeweging is erg gezond, ook als u diabetes heeft. Wel gelden er bij diabetes een aantal adviezen rond sport en beweging. De diabetesverpleegkundige en de diëtist informeren u hierover. In deze folder kunt u de informatie nog eens rustig nalezen. Het belang van sport en beweging Lichaamsbeweging kan hart- en vaatziekten en overgewicht voorkomen. Door voldoende lichaamsbeweging kan de medicatie bij diabetespatiënten vaak verlaagd worden. Regelmatig bewegen zorgt ook voor: - een betere opname van insuline door de lichaamscellen; - een verlaging van de bloeddruk en een verbetering van het cholesterol; - een gunstig effect op de botdichtheid (sterkere botten). Nederlandse Norm Gezond Bewegen In Nederland gebruiken we de Nederlandse Norm Gezond bewegen. Doel van deze norm is de gezondheid te verbeteren/ gezond te blijven. Locatiegegevens Locatie Utrecht Bosboomstraat 1 3582 KE Utrecht Locatie Zeist Prof. Lorentzlaan 76 3707 HL Zeist Locatie Doorn Bergweg 2 3941 RB Doorn T 088 250 5000 www.diakonessenhuis.nl Voor volwassenen met een normaal gewicht is de norm: minstens vijf dagen per week minstens 30 minuten per dag bewegen. Voor kinderen, jongeren tot 18 jaar en mensen met overgewicht is de norm: elke dag minstens 60 minuten per dag bewegen. Het soort inspanning dat hierbij hoort, noemen we matig intensieve lichaamsbeweging. Voorbeelden van matig intensieve lichaamsbeweging zijn: - jeugd tot 18 jaar: rennen, traplopen wandelen en fietsen, rolschaatsen en skateboarden; Diakonessenhuis, Diëtetiek/Interne geneeskunde, folder INT17/ 001 1
- volwassenen (18 tot 55 jaar): wandelen (5 tot 6 km/uur) en fietsen (15 km/uur); - 55 jaar en ouder: wandelen (3 tot 4 km/uur) en fietsen (10 km/uur). Algemene adviezen voor sporten bij diabetes - Informeer teamgenoten en/ of medesporters over uw diabetes. - Begin de inspanning niet bij bloedglucosewaarden lager dan 5 mmol/l. - Injecteer insuline niet op plekken die u tijdens de sport veel gebruikt. Op die plekken wordt de doorbloeding beter en komt insuline sneller in het bloed. Dit kan een hypo geven. - Duursporten zoals wandelen, hardlopen, fietsen en zwemmen zijn zeer geschikt. Deze sporten hebben een geleidelijk effect op de bloedglucosewaarde. - Hanteer een actieve leefstijl. Neem bijvoorbeeld vaker de fiets dan de auto, gebruik de trap in plaats van de lift, laat de hond uit of werk in de tuin. - Overleg bij zware sport of inspanning met het diabetesteam voor persoonlijk advies. - Pas op met alcohol voor en na de inspanning in verband met het bloedglucose verlagende effect. Meet bij alcoholgebruik en sport regelmatig de bloedglucose om te weten wat het effect van alcohol bij u is. - Gebruik geen sportdranken met een hoog gehalte aan koolhydraten. Deze kunnen maagklachten veroorzaken. Gebruik liever een isotone sportdrank (4 tot 8 gram koolhydraten per 100ml). Specifieke adviezen bij diabetes mellitus type 1 Meet uw bloedglucosewaarde voordat u gaat sporten Bij diabetes mellitus type 1 is het belangrijk om de hoogte van uw bloedglucose te meten voor u aan een inspanning begint. Pas hier vervolgens de hoeveelheid insuline of koolhydraten in de voeding op aan. Is het bloedglucosegehalte boven de 16 mmol/l, achterhaal dan waarom deze zo hoog is. Vervolgens kunt u corrigeren door extra kortwerkende insuline te spuiten. Zodra de bloedglucosewaarde normaal is, kunt u gaan sporten. Als u gaat sporten met een bloedglucosegehalte hoger dan 16 mmol/l loopt u het risico dat de bloedglucosewaarde verder oploopt. Er is onvoldoende actieve insuline, het lichaam verzuurt dan. Wees alert op hypo s Door sporten daalt over het algemeen de bloedglucosewaarde. Daardoor kan een hypo ontstaan. De koolhydraten worden tijdens het bewegen namelijk sneller verbrand. Bovendien verbetert de doorbloeding tijdens het sporten en wordt insuline sneller opgenomen in het bloed. Dit effect kan 24 tot 48 uur na de inspanning aanhouden. Wees daarom ook na het sporten alert op hypo s. Specifieke adviezen bij diabetes mellitus type 2 Meet uw bloedglucosewaarde en pas uw voeding/medicatie aan Een risico bij sporten met diabetes is een hypo. De signalen van een hypo, zoals zweten en hartkloppingen kunnen tijdens het sporten onopgemerkt blijven. Controleer daarom voor het sporten uw bloedglucose en pas uw voeding of medicatie hier op aan. Als u wilt afvallen, is het beter om de hoeveelheid medicatie (vlak) voor de inspanning te verlagen, dan het eten of drinken van extra koolhydraten voor de inspanning. Overleg hierover met uw diëtist of diabetesverpleegkundige. Diakonessenhuis, Diëtetiek/Interne geneeskunde, folder INT17/ 001 2
Maatregelen bij gebruik van een dieet en/of tabletten Hieronder leest u hoe u een hypo tijdens of na het sporten kunt voorkomen bij verschillende soorten medicatie: - Heeft u alleen een dieet (geen medicatie), dan is er geen risico op een hypo. U hoeft geen extra maatregelen te nemen. - Gebruikt u metformine, dan is er geen risico op een hypo. U hoeft geen extra maatregelen te nemen. - Gebruikt u SU- derivaten dan is er wel een risico op een hypo. Deze tabletten hebben een lange werkingsduur. Daarom heeft het geen zin om vlak voor het sporten de inname te wijzigen. U kunt beter extra koolhydraten nemen. Zie hiervoor tabel 1. - Gebruikt u andere medicatie bijvoorbeeld DPP4 remmers of GLP-1 analogen dan is er een zeer kleine kans op een hypo. U hoeft geen extra maatregelen te nemen. Wees wel alert op de symptomen van een hypo (zweten, hartkloppingen). Neem in dat geval extra koolhydraten. Zie hiervoor tabel 1. Maatregelen bij gebruik van een dieet en insuline - Gebruikt u tweemaal daags een mix-insuline dan is er een risico op het krijgen van een hypo. In mixinsuline zit kort- en langwerkende insuline. Vanwege de dubbele werking is het aanpassen van de hoeveelheid insuline moeilijk. U kunt beter extra koolhydraten nemen. Zie hiervoor tabel 1. - Gebruikt u viermaal daags insuline, dan is er een risico op het krijgen van een hypo. Er zijn verschillende mogelijkheden de insuline of voeding aan te passen. Zo kunt u de avond voor de inspanning de hoeveelheid (middel) langwerkende insuline met ongeveer 25% verminderen, of voor de maaltijd voorafgaand aan het sporten 25 tot 50% minder kortwerkende insuline spuiten. U kunt ook extra koolhydraten nemen. Zie hiervoor tabel 1. Het kan ook noodzakelijk zijn bij de maaltijd na de inspanning 25 tot 50% minder insuline te spuiten. Hiervoor geldt: meten is weten. - Gebruikt u een insulinepomp, dan is er een risico op het krijgen van een hypo. Het is daarom aan te raden om de insulinetoediening aan te passen. In tabel 2 vindt u het soort inspanning en de bijbehorende aanpassingen in de insulinetoediening. Als u de hoeveelheid insuline niet wilt aanpassen is het ook mogelijk om extra koolhydraten ten nemen. Zie hier voor tabel 1. Tabellen Tabel 1: extra koolhydraten voor aanvang inspanning Duur en type inspanning Glucosewaarde voor aanvang Extra koolhydraten 30 minuten of minder lichte inspanning 30-60 minuten matige Inspanning 1 uur of langer matige Inspanning boven 5 mmol/l tussen 5 en 10 mmol/l tussen 10 en 16 mmol/l tussen 5 en 10 mmol/l tussen 10 en 16 mmol/l 10-15 gram * geen 30-45 gram * 15 gram geen 45 gram per uur* 30-45 gram per uur 15 gram per uur *Voorbeelden van producten met extra koolhydraten vindt u in tabel 2 Diakonessenhuis, Diëtetiek/Interne geneeskunde, folder INT17/ 001 3
Tabel 2: voorbeelden van extra koolhydraten Product Hoeveelheid Gram koolhydraten Limonadesiroop (onverdund) (kan verdund gedronken worden) 40ml Isotone sportdrank zoals: AA Drink Isotone Extran Hydro Gatorade 350ml 285ml 335ml Tweedrank/dubbeldrank 150ml Glucosetabletten g/ 5 a 6 tabletten* Frisdrank 150ml 14 Banaan 1 stuks 18 Ontbijtkoek 1 plak 12 Mueslireep (regular 25 gram) 1 stuks 13 Volkoren biscuit 2 stuks ( g) 14 Zoute biscuit (Tuc) 5 stuks ( g) 15 Zoute stokjes stokjes ( g) 14 Krentenbol 1 stuks 26 * afhankelijk van merk en gewicht Tabel 3: aanpassing insulinetoediening bij inspanning bij gebruik insulinepomp Inspanning: licht intensief zwaar Maaltijdbolus voor de inspanning Basaal tijdens de inspanning 50 tot 100% 50% 50% 50% 0% 0% Basaal na de inspanning 100% 75 tot 100% 50 tot 75% Meer informatie Vragen Met vragen over sporten en bewegen met diabetes kunt u terecht bij de diabetesverpleegkundigen. Zij houden dagelijks telefonisch spreekuur van 8.30 uur tot 10.30 uur via 088 250 6733. Diakonessenhuis, Diëtetiek/Interne geneeskunde, folder INT17/ 001 4
Klachten Het Diakonessenhuis streeft ernaar optimale zorg te verlenen. Toch kan het voorkomen dat u niet tevreden bent. Wij stellen het op prijs als u uw klacht of ongenoegen met ons bespreekt. U kunt zich wenden tot de direct betrokken medewerker of de leidinggevende. Als u liever een neutraal persoon inschakelt, kunt u terecht bij de klachtenfunctionaris via telefoonnummer 088 250 6143 (Utrecht), 088 250 9313 (Zeist/ Doorn), via e-mail klachten@diakhuis.nl of via het klachtenformulier op www.diakonessenhuis.nl. Opmerkingen over de tekst Ontbreekt er informatie of is iets onduidelijk beschreven, dan horen wij dat graag. Met medische vragen over uw behandeling kunt u bellen met de betrokken afdeling via de telefoonnummers achter in deze folder. Opmerkingen over de tekst kunt u doorgeven aan de afdeling Communicatie via telefoonnummer 088 250 9705 of via info@diakhuis.nl. Tot slot Over het Diakonessenhuis Utrecht, Zeist, Doorn Het Diakonessenhuis, opgericht in 1844, is een vooruitstrevend algemeen ziekenhuis op drie locaties in de regio Utrecht. Onze medewerkers zetten zich dagelijks in om patiënten de beste zorg dichtbij te bieden. Kwalitatief hoogwaardige, veilige, tijdige en persoonlijke zorg in een prettige omgeving staan voorop. Het ziekenhuis ontvangt hiervoor regelmatig erkenningen van patiënten en onafhankelijke instanties. Algemene voorwaarden Op de dienstverlening van het Diakonessenhuis zijn algemene voorwaarden van toepassing. U vindt de voorwaarden op www.diakonessenhuis.nl in de rubriek 'Naar het ziekenhuis'. Telefoonnummers Diabetesverpleegkundigen 088 250 6733 Diakonessenhuis, Diëtetiek/Interne geneeskunde, folder INT17/ 001 5