Hoofdstuk 1 Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Beheersverordening 3 1.3 Vigerende plannen 3 1.4 Ligging en begrenzing 4 1.



Vergelijkbare documenten
Beheersverordening Buitengebied Pekela V A S T G E S T E L D

Bestemmingsplan Heiligerlee en Westerlee, plan van wijziging IJsvereniging Heiligerlee V O O R O N T W E R P

Toelichting 1 Inleiding 2 Beleidskader 3 Beoordeling

Beheersverordening BUITENGEBIED DE WOLDEN TOELICHTING. actief en betrokken. dewolden.nl

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Duinkampen 23 te Paterswolde

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

Bestemmingsplan Sterrenboschlaan (tussen 13 en 26) V A S T G E S T E L D

Beheersverordening Kornputkwartier

Bestemmingsplan Sterrenboschlaan (tussen 13 en 26) O N T W E R P

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Buitengebied Efterwei 23, Rottevalle

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

Onderwerp : Verklaring van geen Bedenkingen: bouwen loods aan de Middendijk 7 te Usquert

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Asserstraat 31 Vries

Projectbesluit Watermolendijk 3 Eelde

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

RO Wielemakersbaan 6 Ride by the Sea

Ruimtelijke onderbouwing Ontwerp - omgevingsvergunning Landelijk gebied Braamberg 5

Thematische herziening archeologie

Toelichting. Leeuwarden Buitengebied - Omzetten intensieve naar reguliere veehouderij Brédyk 185 Wirdum

Een goede ruimtelijke ordening. Henry de Roo

Wijzigingsplan Oentsjerk, De Pleats 3 (wijziging bouwvlak)

BESTEMMINGSPLAN WIJZIGING BESTEMMINGS-/BOUWVLAK PROF. DONDERSWEG 8, BEEK EN DONK GEMEENTE LAARBEEK. 10 december 2015 vastgesteld

Toelichting. Wijzigingsplan i.c. bestemmingsplan Sumar, Master de Vrieswei 22-22A (wijziging bestemming)

GEMEENTE EEMSMOND BESTEMMINGSPLAN UITHUIZERMEEDEN TORENSTRAAT 4

VASTGESTELD Wijzigingsplan bestemmingsplan Halfweg Hee Hoofdweg, ten westen van de Richel

Toelichting 'Wijzigingsplan Eerste Weg 4' te Nieuw- en Sint Joosland

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

bijlagen bij de Toelichting

Bestemmingsplan Hoofdweg 237 te Paterswolde V O O R O N T W E R P

Wijzigingsplan i.c. Bestemmingsplan Eastermar It Heechsân 2008, It Heechsân 7A (aanbrengen bouwvlak)

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

2 e Plan van wijziging Globaal Bestemmingsplan Houten Vinex. Houtensewetering naast 45

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

BIJLAGE 2: VERANTWOORDING UITBREIDING BOOMSWEG

Wijzigingsplan. Leliëndaalseweg 7 Middelburg. ontwerp vastgesteld. 14 maart mei 2013 NUMRO.0687.BPWBGMLEL-ON99 NL.IMRO.0687.

Wijzigingsplan Wyldpaed West 3 te Twijzelerheide ONTWERP

NOTA VAN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN ONTWERPBESTEMMINGSPLAN LANDELIJK GEBIED SANDELINGEN AMBACHT

Bestemmingsplan Kern Noorbeek, herziening Dorpstraat 2. Gemeente Eijsden - Margraten

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

1. Aanleiding. 2. Omgevingsaspecten

3. Toekomstige situatie Milieuaspecten Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

Toelichting 2e herziening Schil, locatie skatepark Wilgenbos

Ruimtelijke onderbouwing omgevingsvergunning Breekweg 14 te Leens

Bedrijventerrein Oost II, wijzigingsplan Einsteinstraat

Wijzigingsplan Buitengebied Sint Anthonis, Hank 39. Gemeente Sint Anthonis

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten

Toelichting bestemmingsplan 1e partiele herziening Veersedijk

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland

Bestemmingsplan Kleine kernen Bergakker, tweede herziening

Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van functiewijziging Agrarisch naar Wonen van de boerderij aan de Wergeasterdyk 45 Leeuwarden

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Realisatie kunstwerk Bestemming Drachten Markeringspunt Noord

Wijzigingsplan. Stedelijke bedrijventerreinen Vlissingen, 2 e planwijziging. President Rooseveltlaan 768 / 768a

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het. bestemmingsplan ex. Artikel 3.6 Wro. Weverwijk 30A te Leerbroek

Beheersverordening Cranberryschuur Badweg West 1 V A S T G E S T E L D

Toelichting behorende bij de binnenplanse wijziging van het. bestemmingsplan ex. Artikel 3.6 Wro. Weverwijk 7 rood te Meerkerk

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Gemeente. Schijndel. Beleidsnotitie indieningsvereisten. Voor aanvragen omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1, onder a.

Beheersverordening Asten Stegen, Koestraat Gemeente Asten. datum: 7 augustus 2013 projectnummer: R.2013 adviseur: Jke

Stedenbouw/welstandsrichtlijnen Aangezien er enkel een interne verbouwing zal plaatsvinden, zal de uiterlijke verschijningsvorm niet wijzigen.

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

Wijzigingsplan Baarsdorpermeer 4, Zuidermeer Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Ruimtelijke onderbouwing Leveroyseweg 14, Heythuysen

Wijzigingsplan Winsum-Dorp Trekweg naar Onderdendam 2. Vastgesteld

Wijzigingsplan Grootweg 13a, Berkhout Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Skuniadyk 14 te Bakhuizen

Stedelijke bedrijventerreinen Vlissingen, 1 e wijziging

Gemeente Achtkarspelen Ruimtelijke onderbouwing 'het uitbreiden van de woning met een aanbouw' op het perceel de Wedze 22a te Twijzel

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

(ontwerp) ruimtelijke onderbouwing afwijking BP Akenveenweg 1 Tynaarlo

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING

Ruimtelijke onderbouwing

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

Wijzigingsplan It Oast 2 Augustinusga. Ontwerp

Burg. J.G. Legroweg 98 te Eelde

Ruimtelijke onderbouwing Schakerpad 5 in Twello

Wijzigingsplan Julianastraat 30, Avenhorn Bestemmingsplan Landelijk Gebied Koggenland, wijziging bedrijfswoning naar plattelandswoning

Toelichting op het bestemmingsplan Geluidzone industrieterrein Werkendam

GEMEENTE HOOGEVEEN. BESTEMMINGSPLAN Buitengebied Zuid Herziening 2007, wijzigingsplan Alteveer 76 in Hoogeveen. Vastgesteld

GEMEENTE FERWERDERADIEL WIJZIGINGSPLAN BURDAARD DS. R.H. KUIPERSSTRAAT 9

Toelichting. Bestemmingsplan. "Uitbreiding geluidzone Derde Merwedehaven"

Bestemmingsplan Hoofdweg in Paterswolde O N T W E R P

P l a n r e g e l s vrs

BESTEMMINGSPLAN Buitengebied West, correctieve herziening Plakkenweg 7a Heerde

PARC TICHELT Rijsbergen Wijzigingsplan GEMEENTE ZUNDERT

Ontheffingenbeleid hogere waardeprocedure Wet geluidhinder Gemeente Oirschot

Ontwerpwijzigingsplan Kern Heesselt, Gerestraat Gemeente Neerijnen

Ontwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren

Bijlage B Provincie Fryslân Toepassing Bro, art , onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist.

GEMEENTE HOOGEVEEN. WIJZIGINGSPLAN Buitengebied Noord, deelplan Beilerstraat 21 en , te Pesse.

Wijzigingsplan De Wedze 22c te Twijzel

Ruimtelijke onderbouwing Clermontstraat 10 te Margraten. Gemeente Eijsden-Margraten

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen

Wijzigingsplan Koaidyk 10 te It Heidenskip V A S T G E S T E L D

BEHEERSVERORDENING SPEELTERREIN J.P. SWEELINCKSTRAAT 2014

Gasthuisbergweg 18 te Wijchen

Bestemmingsplan Heiligerlee en Westerlee, plan van wijziging IJsvereniging Heiligerlee V A S T G E S T E L D

4. Toetsingskader kleinschalige windturbines

Transcriptie:

Toelichting 1

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 3 1.3 Vigerende plannen 3 1.4 Ligging en begrenzing 4 1.5 Leeswijzer 5 Hoofdstuk 2 Beleidskader 7 2.1 Rijk 7 2.2 Provincie 7 2.3 Gemeente 8 Hoofdstuk 3 Beschrijving gebied en verordening 9 3.1 Algemeen 9 3.2 Juridisch-planologische regels 10 3.2.1 10 3.2.2 Verantwoording 10 3.2.3 Bestemmingen 11 3.2.4 Dubbelbestemmingen 12 Hoofdstuk 4 Toets aan wet- en regelgeving 14 4.1 Milieuzonering 14 4.2 Geluid 14 4.3 Bodem 15 4.4 Water 15 4.5 Luchtkwaliteit 16 4.6 Ecologie 17 4.7 Externe veiligheid 17 4.8 Archeologie 18 4.9 Cultuurhistorie 19 2

Hoofdstuk 1 1.1 Aanleiding Elke gemeente dient op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) om de tien jaar haar bestemmingsplannen te herzien of zo mogelijk een verlengingsbesluit te nemen, dan wel een beheersverordening vast te stellen. Indien de gemeenteraad dit niet tijdig doet, vervalt de bevoegdheid om leges te heffen voor diensten die verband houden met het bestemmingsplan (bijvoorbeeld in het kader van omgevingsvergunningen). Dit geldt ook voor het bestemmingsplan Boven Pekela dat in 2006 is vastgesteld. Gelet hierop is ervoor gekozen de bestaande juridisch-planologische regeling opnieuw vast te leggen in een beheersverordening. 1.2 De beheersverordening is in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) opgenomen om, met het oog op het beheer van een gebied, het bestaande gebruik snel en effectief te kunnen vastleggen in een gebied waar geen ruimtelijke ontwikkelingen worden voorzien (een laag dynamisch gebied). Het gaat dus om een beheerregeling. Daarnaast heeft de beheersverordening een digitale component en sluit het aan bij de digitale opzet van het overige Wro-instrumentarium. In de Handreiking Wro is aangegeven dat de beheersverordening bestaat uit: een object dat bestaat uit het gebied waarop de verordening betrekking heeft; een of meer objecten binnen het gebied; regels die zijn gekoppeld aan het gebied en/of de objecten binnen het gebied en die gericht zijn op het beheer van het gebied; regels die gaan over gebruiken, bouwen, aanleggen en slopen, afwijken met een omgevingsvergunning en overgangsrecht. Een beheersverordening gaat vergezeld van een toelichting waarin gemotiveerd de volgende zaken worden beschreven: de keuze voor het instrument beheersverordening, waarom er géén ruimtelijke ontwikkelingen worden voorzien en welke onderzoeken hebben plaatsgevonden. Ook bevat de toelichting een uitleg van de regels. De kern Boven Pekela is grotendeels te beschouwen als een laag dynamisch gebied. Dit is voor de gemeente aanleiding geweest om een beheersverordening op te stellen. 1.3 Vigerende plannen Voor het onderhavig verordeningsgebied zijn de volgende (bestemmings)plannen en verordeningen van kracht: 3

Plan Vaststelling Goedkeuring Bestemmingsplan Boven Pekela 28-10-2005 16-5-2006 Wijzigingsplan Noordercolonie 29-11-2007 21-1-2008 Wijzigingsplan Dwarsdiep 3 te Boven Pekela 16-7-2009 5-8-2009 Wijzigingsplan Twee woningen Noordercolonie Boven Pekela 29-6-2009 3-8-2009 Wijzigingsplan Wildeplaats 9a te Boven Pekela 29-6-2009 3-8-2009 Bestemmingsplan Boven Pekela partiële herziening 17-11-2009 n.v.t. Bestemmingsplan Wildeplaats 29 te Boven Pekela 2-3-2010 n.v.t. Bestemmingsplan Dwarsdiep 1 te Boven Pekela 5-10-2010 n.v.t. Facet-bestemmingsplan Kleinschalige verblijfsrecreatie 15-5-2008 27-1-2009 Facet-bestemmingsplan Mestopslag op agrarische gronden 9-10-2012 n.v.t. De voorliggende beheersverordening legt de juridisch-planologische regeling van bovengenoemde plannen opnieuw vast. Daarbij gelden enkele bijzonderheden. Hoewel enkele van de in de tabel genoemde bestemmingsplannen jonger zijn dan tien jaar, zijn deze integraal meegenomen in deze beheersverordening. Dit geldt ook voor de genoemde facet-bestemmingsplannen. De reden hiervoor is dat de facet-bestemmingsplannen bindende, gemeentelijke beleidsuitgangspunten bevatten. Daarnaast zijn gebieden waar nieuwe ruimtelijke ingrepen plaatsvinden buiten het verordeningsgebied gelaten. Alleen de (beperkte) ontwikkelingsmogelijkheden uit de vigerende plannen zijn overgenomen in deze beheersverordening. Verder is voor sommige percelen niet van de vigerende regeling, maar van het bestaande gebruik uitgegaan. Daarvoor is gekozen als dat beter past bij de actualiteit. Tenslotte is aangesloten bij enkele regelingen van Rijk en provincie die sinds de vaststelling van het moederplan zijn uitgekomen. Hierbij valt te denken aan richtlijnen op het gebied van archeologie en externe veiligheid, maar ook aan het provinciale omgevingsbeleid dat is vertaald in de Omgevingsverordening. Deze laatste bijzonderheid leidt bovenal tot inperking van de bestaande regeling. Al met al maakt deze beheersverordening dus geen ontwikkelingen mogelijk en legt het de bestaande (juridisch-planologische) situatie vast. 1.4 Ligging en begrenzing Het verordeningsgebied omvat vrijwel het gehele plangebied van het vigerende bestemmingsplan voor Boven Pekela. De ligging en begrenzing zijn weergegeven op de navolgende kaart. 4

Ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan zijn enkele gebieden buiten het onderhavig verordeningsgebied gelaten. Dit betreft de twee agrarische bedrijven aan de Tilstraat H met het aangrenzende deel van het Pekelderhoofddiep inclusief aanliggende wegen. Deze percelen zijn opgenomen in het bestemmingsplan De Linten (vastgesteld 9 april 2014). Voor enkele onbebouwde wijzigingsbevoegdheid percelen opgenomen is voor in de het bouw vigerende van een bestemmingsplan woning. Omdat een een beheersverordening enkel beperkte ontwikkelingen mogelijk maakt, zijn de percelen met de wijzigingsbevoegdheid buiten het verordeningsgebied gelaten. Het betreft de volgende twee locaties: Wildeplaats tussen huisnummer 1 en 3; Wildeplaats tussen huisnummer 41 en 43. 1.5 Leeswijzer Het volgende hoofdstuk geeft het beleidskader voor het verordeningsgebied weer. Daarbij wordt alleen ingegaan op beleidsdocumenten die van invloed zijn op de juridisch-planologische regeling van deze beheersverordening. Het gaat hier niet om beleid voor nieuwe ontwikkelingen, maar om het ruimtelijk beleid zoals dat op dit moment geldend is voor het verordeningsgebied. In hoofdstuk 3 komt de juridische vormgeving aan bod; zowel de huidige situatie binnen het 5

verordeningsgebied als de juridische regeling voor de toekomst worden beschreven. Hoofdstuk 4 betreft de toets aan wet- en regelgeving ten aanzien van de secundaire wetgeving vanuit ruimtelijk- en milieukundig oogpunt (onder andere ten aanzien van archeologie, natuur en externe veiligheid). In hoofdstuk 5 wordt ingegaan op de maatschappelijke uitvoerbaarheid. 6

Hoofdstuk 2 Beleidskader 2.1 Rijk In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) uit 2012 geeft het Rijk haar visie aan op de ruimtelijke- en mobiliteitsopgaven voor Nederland richting 2040. Dit betreft een integraal kader dat de basis vormt voor bestaand en nieuw rijksbeleid met ruimtelijke consequenties. In dit document zijn de nationale belangen geformuleerd. In het bijbehorende Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) zijn de nationale belangen voorzien van juridische kaders, bedoeld voor de doorwerking van de nationale belangen binnen de ruimtelijke planvorming. Onderzoek Op het onderhavig verordeningsgebied zijn geen nationale belangen van toepassing. Vanwege het feit dat de voorliggende beheersverordening geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk maakt en er geen nationale belangen van toepassing zijn, is er geen aanvullende regeling opgenomen. 2.2 Provincie Op 1 juni 2016 heeft de provincie Groningen de Omgevingsvisie 2016-2020 vastgesteld. In de Omgevingsvisie is het provinciaal beleid verwoord. Daarnaast is op dezelfde datum de Omgevingsverordening 2016 vastgesteld. In de Omgevingsverordening zijn de provinciale belangen vertaald in bindende, juridisch-planologische regels. Onderzoek De relevante bepalingen uit de Omgevingsverordening zijn integraal opgenomen in deze beheersverordening. Hieronder zijn de titels weergegeven die, al dan niet deels, betrekking op het onderhavig verordeningsgebied. Voor meer informatie over de inhoud van de titels wordt verwezen naar de Omgevingsverordening. 7

Onderwerp Titel Zorg voor ruimtelijke kwaliteit 2.2 Bundeling van verstedelijking 2.3 Agrarische ontwikkelingsmogelijkheden 2.8 Duurzame energie 2.11 Bescherming van natuur en bos 2.12 Bescherming landschap en kernkarakteristieken 2.13 In de voorliggende beheersverordening zijn de van toepassing zijnde regels uit de provinciale Omgevingsverordening integraal opgenomen. 2.3 Gemeente De gemeente Pekela heeft in de periode van de vigerende bestemmingsplannen tot nu diverse beleidsdocumenten vastgesteld die voorzien bindende juridisch-planologische regels. In de voorliggende beheersverordening zijn deze beleidsdocumenten meegenomen, waarmee enkele regels inhoudelijk zijn gewijzigd. Onderzoek In het navolgende schema zijn de van toepassing zijnde beleidsdocumenten weergegeven. Beleidsdocument Vaststelling Beleidsnotitie bedrijvigheid aan huis 18 december 2007 Beleidsnotitie bijbehorende bouwwerken Pekela 2012 3 april 2012 Nota archeologiebeleid 2016 (concept) n.v.t. De regels uit de voorgenoemde gemeentelijk beleidsdocumenten zijn integraal opgenomen in deze beheersverordening. 8

Hoofdstuk 3 Beschrijving gebied en verordening 3.1 Algemeen In de inleiding in hoofdstuk 1 is aangegeven dat de voorliggende beheersverordening uitgaat van de bestaande (juridisch-planologische) situatie. Gebieden waar nieuwe ruimtelijke ingrepen plaatsvinden, zijn buiten het verordeningsgebied gelaten. Dit met uitzondering van de facet-bestemmingsplannen die worden beschouwd als het vigerend, vastgesteld beleid. Juridische regeling In deze beheersverordening zijn de bindende regels opgenomen uit het van kracht zijnde omgevingsbeleid en geldende wet- en regelgeving die in de tijd vanaf de vaststelling van het bestemmingsplan tot nu is vastgesteld. Hierbij kan gedacht worden aan de provinciale verordening (zie hoofdstuk 2) en omgevingsaspecten als archeologie en externe veiligheid (zie hoofdstuk 4). Deze regels leggen veelal beperkingen op de bouw- en gebruiksmogelijkheden van de gronden. Het mag duidelijk zijn dat het hier geen ontwikkelingen in de zin van artikel 3.38 Wro betreft. De voorliggende beheersverordening is gericht op het beheer van een laag dynamisch gebied, zoals ook in de inleiding reeds is geschetst. Dit betekent dat in deze verordening geen (grootschalige) ontwikkelingsmogelijkheden zijn opgenomen. Slechts kleinschalige ontwikkelingsmogelijkheden zijn, via afwijking met een omgevingsvergunning, toegelaten. Hierbij kan gedacht worden aan de mogelijkheid tot uitbreiding van bestaande bebouwing. De regeling bij afwijking door middel van een omgevingsvergunning zorgt er voor dat ook belanghebbenden voldoende bescherming krijgen in de beheersverordening. Verbeelding De verbeelding is grotendeels een weergave van de verbeelding van het geldende bestemmingsplan uit 2006, maar wijkt af daar waar in de tussentijd legale veranderingen hebben plaats gevonden. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een verandering van Agrarisch naar Wonen, daar waar agrariërs zijn gestopt en zijn blijven wonen. 9

3.2 Juridisch-planologische regels 3.2.1 De Wro geeft niet aan uit welke elementen een beheersverordening is opgebouwd, c.q. waaruit deze bestaat. De Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008 geeft aan dat de beheersverordening wordt vormgegeven, ingericht en beschikbaar gesteld overeenkomstig IMRO2012 en STRI2012. De voorliggende beheersverordening voldoet aan deze vereisten. De beheersverordening bestaat uit: een verbeelding; regels. Op de verbeelding zijn de bestemmingen, dubbelbestemmingen en aanduidingen opgenomen. De regels zijn als volgt opgebouwd: Inleidende regels; Bestemmingsregels; Algemene regels Overgangs- en slotregels. De inleidende regels bestaan uit een uitleg van de in de beheersverordening gebruikte begrippen, alsmede de wijze van meten. De bestemmingsregels bestaan uit de bestemmingen, dubbelbestemmingen en aanduidingen. In het navolgende wordt een toelichting gegeven op deze bestemmingen, dubbelbestemmingen en (gebieds)aanduidingen. In de algemene regels zijn de anti-dubbeltelregel, de algemene gebruiksregels, de algemene aanduidingsregels, de algemene afwijkingsregels en de overige regels opgenomen. Het laatste hoofdstuk van de regels tenslotte bevat het overgangsrecht en de slotregel. 3.2.2 Verantwoording De regels bestaan uit een samenvoeging van de regels van het bestemmingsplan Boven Pekela met die van de in paragraaf 1.3 genoemde wijzigings- en bestemmingsplannen en met de facetregelingen voor kleinschalige verblijfsrecreatie en mestopslag. De inhoudelijke regeling van de verschillende bestemmingen is zoveel mogelijk overgenomen. Voor zover de geldende regels strijdig waren met de provinciale omgevingsverordening zijn deze passend gemaakt. De wijzigingsbevoegdheden die nieuwe ontwikkelingen mogelijk maken, zoals de bouw van woningen, zijn niet overgenomen in de beheersverordening. De afwijkingsmogelijkheden uit de vigerende plannen zijn - voor zover niet strijdig met de provinciale verordening - wel 10

overgenomen in de beheersverordening. Het gaat hier om geringe afwijkingsmogelijkheden, zoals voor maatvoering. 3.2.3 Bestemmingen Algemeen In de beheersverordening is het bestaande beleid opgenomen ten aanzien van bedrijvigheid aan huis. Beroepen aan huis zijn bij recht toegestaan en bedrijvigheid aan huis is bij afwijking mogelijk in alle woonbestemmingen en bij de agrarische bedrijven. Ook het meest recente gemeentelijke beleid voor bijbehorende bouwwerken bij (bedrijfs)woningen is vertaald in de regels. Het facetbestemmingplan voor kleinschalige verblijfsrecreatie is vertaald in de regels van de bestemming Agrarisch en in de algemene afwijkingsregels. Ook het facet-bestemmingsplan voor mestopslag is vertaald in de regels van de bestemming Agrarisch. Agrarisch De agrarische bedrijven en de cultuurgronden zijn bestemd als Agrarisch. Alleen binnen de bouwvlakken mag worden gebouwd ten behoeve van de agrarische bedrijven. In deze beheersverordening is opgenomen dat geen mestopslag buiten het bouwvlak mag plaatsvinden. Dit in overeenstemming met de Provinciale Verordening en het facetbestemmingsplan voor mestopslag. De bouwpercelen zijn overgenomen uit het vigerende plan. Vergroting van de agrarische bouwvlakken is binnen de regels van de beheersverordening niet mogelijk. In het verordeningsgebied zijn enkel grondgebonden agrarische bedrijven aanwezig. Er bevinden zich geen intensieve veehouderijen. Groen De bestaande groenvoorzieningen zijn weer als Groen bestemd. Maatschappelijk Het terrein van de basisschool aan de H.B. Hulsmanstraat K is als Maatschappelijk bestemd. Dit geldt ook voor het multifunctioneel centrum aan de Noordercolonie. Maatschappelijk - Begraafplaats Het terrein van de begraafplaats aan de H.B. Hulsmanstraat I is als Maatschappelijk - Begraafplaats bestemd. 11

Sport Het sportpark van voetbalvereniging Pekelder Boys aan de Noordercolonie is bestemd als Sport. De regels uit het vigerende bestemmingsplan zijn overgenomen. Verkeer Alle bestaande wegen die in de vigerende bestemmingsplannen bestemd waren voor wegverkeer, zijn in de beheersverordening bestemd als Verkeer. Water De bestaande watergangen zijn als water bestemd. Water - Karakteristieke waterloop De wijken en kanalen die in de gemeentelijke Nota archeologiebeleid en provinciale verordening als karakteristiek zijn aangemerkt, zijn in deze beheersverordening bestemd als Water - Karakteristieke waterloop. De regeling bevat een verbodsregeling voor het verleggen van de waterloop en het wijzigen van het profiel. Woongebied De percelen met (uitsluitend) een woonfunctie zijn bestemd als Woongebied. De vigerende regelingen zijn een op een overgenomen. Wel zijn de huidige gemeentelijke regelingen met betrekking tot bedrijvigheid aan huis en de bijgebouwen toegevoegd. Vanuit de provinciale verordening is de bepaling overgenomen dat de oppervlakte van de woning, inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen ten hoogste 300 m 2 mag bedragen. 3.2.4 Dubbelbestemmingen In de beheersverordening is een aantal dubbelbestemmingen opgenomen. Dit betreffen de bestemmingen Waarde - Archeologie 2, Waarde - Archeologie 3, Waarde - Landschap verkaveling en Waarde - Reliëf. De bestemmingen Waarde - Archeologie 2 en Waarde - Archeologie 3 kwamen in het vigerende bestemmingsplan niet voor, maar vloeien voort uit de Nota Archeologiebeleid. De dubbelbestemming Waarde - Reliëf is opgenomen vanwege een dekzandrug in het noordwestelijke deel van het verordeningsgebied die in de provinciale verordening als landschappelijk waardevol is opgenomen. Ten noorden van de dekzandrug bevindt zich een gebied waarbinnen de oorspronkelijke veenkoloniale verkaveling over een groter oppervlak nog vrijwel intact is. Deze zone bevindt zich deels in het verordeningsgebied en heeft de dubbelbestemming Waarde - Landschap 12

verkaveling gekregen. Er is een omgevingsvergunningstelsel opgenomen om de dekzandrug en verkaveling te beschermen. 13

Hoofdstuk 4 Toets aan wet- en regelgeving 4.1 Milieuzonering Een goede ruimtelijke ordening voorziet in het voorkomen van voorzienbare milieuhinder door milieuhinderlijke objecten (bedrijvigheid) naar milieugevoelige objecten (onder andere woningen). De mogelijke hinder wordt inzichtelijk gemaakt door gebruik te maken van de aanbevolen richtafstanden uit de VNG-publicatie Bedrijven en Milieuzonering (2009). In deze uitgave is de minimum afstand van milieuhinderlijke tot milieugevoelige objecten aangegeven. Hierbij wordt uitgegaan van het omgevingstype 'rustige woonwijk/buitengebied'. Daarnaast zijn ook milieuafstanden aanwezig op basis van agrarische wet- en regelgeving, waaronder de Wet geurhinder en veehouderij en de Wet ammoniak en veehouderij. Tevens heeft de gemeente Pekela een geurverordening vastgesteld op grond waarvan de afstanden van veehouderijen tot geurgevoelige objecten in het buitengebied kan worden teruggebracht naar 25 m (in plaats van de thans geldende 50 m). Vanwege het vastleggen en verankeren van de bestaande situatie met deze beheersverordening, ontstaan geen (nieuwe) conflictsituaties tussen milieugevoelige en milieuhinderlijke objecten. Een nader onderzoek kan daarmee achterwege blijven. Daarnaast komen uit de vigerende weten regelgeving geen regels voort die een juridisch-planologische verankering behoeven. 4.2 Geluid Wat betreft geluid zijn de regels uit de Wet geluidhinder van toepassing. In deze wet wordt onderscheid gemaakt in wegverkeerslawaai, railverkeerslawaai en industrielawaai. In het verordeningsgebied liggen geen spoorwegen of gezoneerde bedrijventerreinen. Ook ligt het gebied niet binnen de geluidzone van nabijgelegen spoorwegen of bedrijventerreinen. Wegverkeerslawaai In het kader van de Wet geluidhinder bevinden zich langs alle wegen zones, met uitzondering van wegen waar een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt en wegen die zijn aangeduid als 'woonerf'. In geval van geluidgevoelige bebouwing binnen een zone dient akoestisch onderzoek plaats te vinden. Behoudens situaties waarbij door burgemeester en wethouders een hogere waarde is 14

vastgesteld, geldt voor geluidgevoelige bebouwing, waaronder woningen, binnen een zone als hoogst toelaatbare geluidsbelasting van de gevel 48 db. Onderzoek De wegen in en rond het verordeningsgebied betreffen zowel wegen binnen als buiten de bebouwde kom. Voor wegen binnen de bebouwde kom geldt een zone van 200 m. Wegen buiten de bebouwde kom hebben een zone van 250 m aan weerszijde. Hoewel deze hoofdzakelijk buiten het verordeningsgebied liggen, kan de zone wel over dit gebied liggen. Deze beheersverordening maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk waardoor akoestisch onderzoek achterwege kan blijven. De geluidszones van de wegen behoeven geen nadere juridisch-planologische regeling. 4.3 Bodem Voor het aspect bodem is onder meer de Wet bodembeheer van belang. Bij nieuwe ontwikkelingen/nieuwbouw moet aangetoond worden dat de bodem van voldoende kwaliteit is voor de beoogde functies. Daarnaast heeft de gemeente Pekela haar bodembeleid nader uitgewerkt in de Nota Bodembeheer (2011). De voorliggende beheersverordening maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk waardoor een bodemonderzoek achterwege kan blijven. Daarnaast komen uit de vigerende wet- en regelgeving en het beleid, geen regels voort die een juridisch-planologische verankering behoeven. 4.4 Water Op grond van artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening dient in de toelichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf te worden opgenomen. Deze waterparagraaf doet verslag van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie. Het verordeningsgebied ligt in het beheersgebied van het Waterschap Hunze en Aa s. In het Beheerprogramma 2016-2021 is het beleid van dit waterschap weergegeven. 15

Onderzoek In het verordeningsgebied is een aantal watergangen aanwezig (waaronder een deel van het Pekelder Hoofddiep) die een belangrijke rol vervullen in de waterhuishouding van het gebied (onder andere waterafvoer en recreatievaart). Daarnaast zijn nog verscheidene kleinere watergangen aanwezig die de uitstraling van de veenkoloniale historie weergeven, de zogenoemde kanalen en wijken. Op grond van het provinciaal beleid geldt voor deze watergangen een extra beschermingsregime. Op 23 juni 2016 is een watertoets uitgevoerd. Door het waterschap is aangegeven dat de beheersverordening geen belangen van het waterschap raakt, geen nieuwe invloeden op het watersysteem heeft en daarmee geen aanleiding tot aanvullende wateradviezen geeft. Er is sprake van 'geen waterschapsbelang'. Voor de verdere procedurele afhandeling van de watertoets is het voor de verordening niet noodzakelijk het waterschap te betrekken. In deze beheersverordening is de bestaande situatie vastgelegd. Het heeft daarmee geen invloed op de waterhuishoudkundige situatie. De (hoofd)watergangen hebben een waterbestemming gekregen. Daarnaast zijn de kanalen en wijken voorzien van een specifieke bestemming die gericht is op de bescherming ervan (Omgevingsverordening, artikel 2.58.1). 4.5 Luchtkwaliteit Nederland heeft de Europese regels ten aanzien van luchtkwaliteit geïmplementeerd in de Wet milieubeheer. Kern van de wet is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Hierin staat wanneer en hoe overschrijdingen van de luchtkwaliteit moeten worden aangepakt. Het programma houdt rekening met nieuwe ontwikkelingen zoals bouwprojecten of de aanleg van infrastructuur. Projecten die passen in dit programma, hoeven niet meer te worden getoetst aan de normen (grenswaarden) voor luchtkwaliteit. Ook projecten die 'niet in betekenende mate' (nibm) van invloed zijn op de luchtkwaliteit hoeven niet meer te worden getoetst aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit. De criteria om te kunnen beoordelen of voor een project sprake is van nibm, zijn vastgelegd in de AMvB-nibm. In de AMvB-nibm is bepaald dat een grens van 3% verslechtering van de luchtkwaliteit (een toename van maximaal 1,2 μg/m³ NO2 of PM10) als 'niet in betekenende mate' wordt beschouwd. Deze beheersverordening maakt geen ontwikkelingen mogelijk die van invloed zijn op de luchtkwaliteit. Er is derhalve sprake van een 'nibm'-situatie waardoor onderzoek achterwege kan 16

blijven. Daarnaast komen uit de vigerende wet- en regelgeving, geen regels voort die een juridisch-planologische verankering behoeven. 4.6 Ecologie Ter bescherming van ecologische waarden dient bij ruimtelijke ingrepen een afweging te worden gemaakt in het kader van het Natuurnetwerk Nederland (voorheen: Ecologische Hoofdstructuur), de Natuurbeschermingswet (1998) en de Flora- en faunawet. Het Natuurnetwerk Nederland is een netwerk van gebieden in Nederland waar de natuur voorrang heeft. Het netwerk helpt voorkomen dat planten en dieren in geïsoleerde gebieden uitsterven en dat natuurgebieden hun waarde verliezen Onderzoek In het verordeningsgebied liggen geen natuurgebieden die vallen onder de Natuurbeschermingswet (waaronder Natura 2000-gebieden) of onderdeel uitmaken van het Natuurnetwerk Nederland. Eveneens zijn er in het gebied geen gronden die op basis van de provinciale Omgevingsverordening zijn aangewezen als bos- en natuurgebieden buiten het Natuurnetwerk Nederland. Het verordeningsgebied is in de provinciale Omgevingsverordening wel aangewezen als 'leefgebied akkervogels'. Een ruimtelijk plan dat betrekking heeft op zo'n gebied en voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling biedt inzicht in de maatregelen die nodig zijn om de mogelijke schade aan de waarde van het leefgebied voor akkervogels te voorkomen en restschade elders te compenseren indien die ontwikkeling in significante mate afbreuk kan doen aan de waarden van deze leefgebieden voor akkervogels hetzij door aantasting van de landschappelijke openheid, hetzij door verstoring en aantasting van het areaal. Het voorgaande is niet van toepassing op normaal agrarisch gebruik. Vanwege het feit dat de voorliggende beheersverordening niet voorziet in nieuwe ontwikkelingen en er geen natuur- en bosgebieden in het verordeningsgebied aanwezig zijn kan een aanvullend onderzoek naar de invloed op de aanwezige natuurwaarden achterwege blijven. 4.7 Externe veiligheid Ten aanzien van externe veiligheid wordt onderscheid gemaakt in inrichtingen, vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen en vervoer van gevaarlijke stoffen door buisleidingen. De 17

provincie Groningen heeft in 2010 het Provinciaal Basisnet Groningen vastgesteld. De regels uit dit Basisnet zijn opgenomen in de provinciale Omgevingsverordening. Het Provinciaal Basisnet is op alle provinciale wegen van toepassing en gaat uit van zones en invloedsgebieden rond die wegen. De belangrijkste risicomaten voortkomend uit de wet- en regelgeving rond externe veiligheid zijn het plaatsgebonden risico, weergegeven in de 10-6 -jaar/contour (grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten) en het groepsrisico (ontwikkelingen in het invloedsgebied getoetst aan een oriënterende waarde). Onderzoek Inrichtingen In of nabij het verordeningsgebied liggen geen inrichtingen met gevaarlijke stoffen die onder het Bevi vallen. Het verordeningsgebied ligt buiten het invloedsgebied van zulke inrichtingen. Wegen In of nabij het verordeningsgebied liggen geen wegen die behoren tot het Provinciaal Basisnet of rijks-, spoor- en waterwegen waarover gevaarlijke stoffen vervoerd worden. Het verordeningsgebied ligt buiten het invloedsgebied van zulke wegen. Buisleidingen In of nabij het verordeningsgebied zijn geen buisleidingen aanwezig waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Het verordeningsgebied ligt buiten het invloedsgebied van buisleidingen. Gezien het voorgaande komen uit de vigerende wet- en regelgeving geen regels voort die een juridisch-planologische verankering behoeven in de beheersverordening. Daarnaast wordt in het kader van groepsrisico opgemerkt dat deze beheersverordening niet voorziet in nieuwe ontwikkelingen en slechts uitgaat van de bestaande situatie. Verder ligt het verordeningsgebied niet binnen het invloedsgebied van risicovolle objecten. Een nadere beschouwing van het groepsrisico en invulling van de verantwoordingsplicht is daarmee achterwege gelaten. 4.8 Archeologie Archeologische waarden dienen op grond van de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) te worden mee gewogen in de besluitvorming over ruimtelijke ingrepen. De gemeente beschikt over eigen archeologiebeleid; een archeologische beleidsadvieskaart en bijbehorende Nota archeologiebeleid. Dit beleid stamt uit 2012 en wordt op dit moment herzien. Het herziene 18

archeologiebeleid bevindt zich nog in de concept-fase en moet nog worden vastgesteld. In voorliggende beheersverordening is het herziene beleid al wel verwerkt. Onderzoek Uit de gemeentelijke beleidsadvieskaart blijkt dat in het verordeningsgebied de volgende archeologische (en cultuurhistorische) waarden aanwezig zijn: Cultuurhistorisch en -landschappelijk waardevolle waterlopen (WR-a2) Hoge archeologische verwachtingswaarde (WR-a3) Waardevolle verkaveling (Waarde - Landschap verkaveling) Lage archeologische verwachting Vanwege het feit dat de voorliggende beheersverordening niet voorziet in nieuwe ontwikkelingen kan een aanvullend onderzoek naar de invloed op de aanwezige archeologische waarden achterwege blijven. De hierboven genoemde waarden (met uitzondering van de lage archeologische verwachting) zijn in de voorliggende beheersverordening vertaald in regels. 4.9 Cultuurhistorie Sinds 1 januari 2012 is het verplicht in ruimtelijke plannen een beschrijving op te nemen over de wijze waarop met de in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden rekening is gehouden. De gemeente Pekela heeft in 2012 de gemeentelijke erfgoedverordening vastgesteld. De erfgoedverordening regelt de volgende zaken: de aanwijzing van gemeentelijke (archeologische) monumenten; de instandhouding van gemeentelijke monumenten en gebieden met een (hoge) archeologische (verwachtings)waarde; de inschakeling van de monumentencommissie als adviesorgaan voor de aanwijzing tot gemeentelijk (archeologisch) monument en de verlening van een vergunning voor gemeentelijke en beschermde monumenten (uitgezonderd archeologische rijksmonumenten). (De verplichting van een monumentencommissie vloeit voort uit de Monumentenwet 1988). De gemeente Pekela is bezig met een inventarisatie van de karakteristieke panden binnen de gemeente. Deze inventarisatie moet leiden tot een gemeentelijke monumentenlijst. Onderzoek In het verordeningsgebied zijn geen rijksmonumenten aanwezig. De cultuurhistorische waarden zijn opgenomen op de in paragraaf 4.8 aangehaalde archeologische beleidskaart. In het 19

verordeningsgebied bevindt zich een deel van het in de zeventiendee eeuw aangelegde Pekelderhoofddiep. Cultuurhistorisch is dit een waardevolle waterloop. Binnen de gemeente Pekela komt een aantal gebieden voor waarbinnen de oorspronkelijke veenkoloniale verkaveling over een groter oppervlak nog vrijwel intact is. Het gaat in totaal om vier zones, waarvan één zich bevindt op de overgang van Nieuwe Pekela naar Boven Pekela. Deze zone bevindt zich deels in het verordeningsgebied. De provincie Groningen heeft bovendien in haar Omgevingsvisie en -verordening aangegeven welke kanalen en wijken binnen de gemeente Pekela karakteristiek worden bevonden. Een deel hiervan bevindt zich binnen het verordeningsgebied. Het beloop en profiel van deze waterlopen moeten worden beschermd. In het noordwestelijke deel van het verordeningsgebied bevindt zich verder een dekzandrug die in de provinciale verordening als waardevol is opgenomen. Dit reliëf, en de herkenbaarheid ervan, moet ook worden beschermd. De gemeente Pekela is bezig met een inventarisatie van de karakteristieke panden binnen de gemeente (gemeentelijke monumenten). In de voorliggende beheersverordening zijn derhalve geen specifieke regels opgenomen. De hierboven genoemde cultuurhistorische waarden zijn in de voorliggende beheersverordening vertaald in regels. 20