Heupdysplasie met mogelijke heupluxatie. Informatie voor ouders/ verzorgers



Vergelijkbare documenten
Heupluxatie bij een kind

Heupdysplasie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Behandeling met spreidbroekje

We beperken in ons in deze folder tot de heupdysplasie omdat dit bij uw kind geconstateerd is. Over de heupluxatie is een aparte folder beschikbaar.

Orthopedie Heupdysplasie

Heupdysplasie. Heupdyplasie

Heupluxatie bij heupdysplasie

Heupluxatie bij heupdysplasie. Informatie voor ouders Kind met een aangeboren heupafwijking

Tractiebehandeling bij aangeboren heupafwijking

Spreidbroek bij heupdysplasie

Heupafwijkingen bij pasgeborenen (heupdysplasie)

Tractiebehandeling bij heupdysplasie

Behandeling van heupdysplasie

Aangeboren heupdysplasie

Uw kind krijgt een gipsbroek

Spreidbroekje. Patiënteninformatie PR/ Spreidbroekje omdoen

Kinderen met een aangeboren heupafwijking

Tractiebehandeling bij heupluxatie

Behandeling van klompvoet

Congenitale heupdysplasie

(door middel van de pavlik bandage)

Aangeboren heupdysplasie

Heupdysplasie Onderontwikkeling van de heupkom

Heupproblemen bij kinderen met een Cerebrale Parese

Aangeboren heupafwijking Congenitale heupdysplasie Orthopedie

Inhoud. Inleiding 3. Optillen en liggen 3. Verschonen 4. Wassen 4. Kleding 5. Voeding 5. Spelen 5. Bewegen 6. Slapen 6. Vervoer naar huis 6

Heupdysplasie. Orthopedie. alle aandacht. (Congenitale heupdysplasie of. heupontwrichting/heupluxatie)

Heupafwijkingen bij jonge kinderen

Aangeboren heup afwijking. (Congenitale heupdysplasie)

Gipsbroek bij kinderen

Aangeboren heupafwijking

Congenitale (= aangeboren) heupdysplasie

Heupdysplasie en heupluxatie

Bryant-tractie. Behandeling van een dijbeenfractuur bij kinderen. Gipskamer

Gipsbroek. (heupdysplasie) Patiënteninformatie PR/ Gipsbroek

Inhoudsopgave. Inleiding 5. Waarom een gipsbroek? 5. Congenitale heupdysplasie 6. Dijbeenbreuk (femurfractuur) 8. Gipsbroek 9

Verzorging van uw kind in een gipsbroek

Heupbrace. Anti-luxatie brace

Heupdysplasie bij jonge kinderen

Kleine beschadigingen aan het gips zijn niet erg, het gips mag echter niet scheuren of breken waardoor beweging mogelijk is.

Gipsbehandeling bij vergroeiing van borstwervels

De gipsbroek. T +32(0) F +32(0) Campus Sint-Jan Schiepse bos 6. B 3600 Genk

De gipsbroek. Gipskamer. Locatie Hoorn/Enkhuizen

Bryant tractie. behandeling van een breuk in het bovenbeen bij kinderen. afdeling kindergeneeskunde

GIPSBROEK BIJ KINDEREN

Wat is een gipsbroek? Waarom een gipsbroek?

Patiënteninformatie over een gipsbroek

Bovenbeenbreuk (kind onder de 5 jaar)

Vervangen polsgewricht. Polsprothese

Nabehandeling voorvoetoperatie. Zonder gips

Heupdysplasie/Heupluxatie

Vastzetten van het polsgewricht. Polsartrodese

Heupoperatie. Peri-acetabulaire osteotomie en triple osteotomie van het bekken

Informatie over evolutieve heupdysplasie en heupluxatie

Gipskamer Heupdysplasie

Inhoudsopgave. Het rompkorset 3. Doel van de behandeling 3. Vast rompkorset 4 Leefregels 4. Afneembaar rompkorset 4. Tips voor dragen van een korset 5

Wat is een gipsbroek? pagina 2. Waarom een gipsbroek pagina 3. Het aanbrengen van een gipsbroek pagina 3. Verzorging kind pagina 3

Beenoperatie bij kinderen met intensieve revalidatie. Verbeteren van zitten, staan en/of lopen door Single Level Surgery (SiLS) en revalidatie

Operatie aan het gewrichtskapsel van het schoudergewricht. Capsular shift

Onderzoek van de heup. Marcaïnisatie

Gipsbroek bij kinderen. Gipskamer

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Heupafwijkingen. Informatie en tips over behandeling en verzorging van kinderen met een heupafwijking

Leefregels na ontslag. Na opname Sint MaartensKinderkliniek - Klinische kinderafdeling C4

Heupoperatie. De Pandakplastiek

Bryant-tractie behandeling van. een dijbeenbreuk bij kinderen

De Heupen. Werkstuk : De Heupen

Heupoperatie. Peri-acetabulaire osteotomie en triple osteotomie van het bekken

Kijkoperatie heup. Heupartroscopie

Wat is een klompvoet? Een klompvoet is een aangeboren afwijking aan de botten, gewrichten en spieren rondom het onderbeen, de enkel en de voet.

Nabehandeling voorvoetoperatie. Zonder gips

Tips bij de behandeling met een gipsbroek

Gipskamer. Klompvoet

TOTALE HEUP OPERATIE

Marcaïnisatie en/of punctie van de heup

Gedrag en ontwikkelingsondersteuning

Behandeling van een klompvoet

Gipsbroek. Albert Schweitzer ziekenhuis januari 2015 pavo 0584

Kijkoperatie van de schouder. arthroscopie

Operatie bij standafwijking been of beenlengteverschil. (Hemi) Epifysiodese

Uw kind heeft een aangeboren heupdysplasie of een heelkundige heup-operatie ondergaan waarvoor het een behandeling in een gipsbroek nodig heeft.

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. De totale heupprothese (nieuwe heup)

Gipskamer Gipsbehandeling bij kinderen met heupdysplasie / aangeboren heupluxaties

Anatomische schouderprothese

Nabehandeling voorvoetoperatie. Met gips

Lordoserend driepuntskorset

Kinderen met aangeboren klompvoetjes

Stabiliserende operatie van schoudergewricht. Latarjet operatie

Brede rugspier verleggen met operatie i.v.m. gescheurde pezen in schouder. Latissiumus Dorsi transpositie

Het gipskorset met pijp 3. Vast gipskorset met pijp 4 Leefregels 4. Afneembaar korset met pijp 4

Correctie van de stand van de rug. Lumbale columnotomie

Antiluxatiebrace. polikliniek orthopedie

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Hallux valgus (Scheefstand van de grote teen) rkz.nl

Herstellen schouderspieren met operatie. Cuffrepair

Leefregels na ontslag. Na een klinische opname

De totale heupprothese

Aangeboren heupafwijking (congenitale heupdysplasie)

KBOEM-B voor kinderen. Verbeteren van looppatroon door botox en revalidatie

Scopische neerplastiek. Kijkoperatie van de schouder

Verplaatsen knieschijf pees en herstel binnenste knieschijfband bij voorste knie pijn en instabiliteit

Herstellen schouderspieren met operatie. Cuffrepair

Transcriptie:

Heupdysplasie met mogelijke heupluxatie Informatie voor ouders/ verzorgers

Inhoud Inleiding voor ouders of verzorgers 3 Heupdysplasie en heupluxatie 4 Een normaal heupgewricht 4 Heupdysplasie 4 Heupluxatie 4 Oorzaken van heupdysplasie 5 Onderzoek en diagnose 5 De consultatiebureau-arts of huisarts 5 De orthopeed 5 Behandeling 5 Het spreidbroekje 6 Tractiebehandeling 7 Het arthrogram en de gipsbroek 8 Het arthrogram 8 De gipsbroek 8 Behandeling na een gipsbroek 9 Tips bij het dragen van de spreidbroek 9 Tips voor de tractieperiode 11 De toekomst na een heupluxatie 13 Meer informatie 14 2

Inleiding voor ouders of verzorgers Onlangs bent u samen met uw kind op de polikliniek orthopedie geweest en is er bij uw kind een aangeboren heupafwijking geconstateerd. In deze folder vindt u informatie over wat heupdysplasie en heupluxatie is en de daarbij behorende behandelingsmogelijkheden. Ook vindt u praktische informatie voor in de thuissituatie. 3

Heupdysplasie en heupluxatie Een normaal heupgewricht Een heupgewricht bestaat uit twee delen: een heup-kop en een heup-kom. Het heupgewricht is een kogelgewricht: de kop van het dijbeen kan draaien in een kom. De kom is diep genoeg om de kop te omvatten en voldoende steun te geven. Heupdysplasie Heupdysplasie is een aangeboren afwijking. Bij heupdysplasie is de heupkop onvoldoende overdekt door de heup-kom. De kop zit wel op de juiste plaats in de kom, maar de kom (en soms ook de kop) is onvoldoende ontwikkeld, waardoor het heupgewricht niet goed werkt. Heupdysplasie komt voor bij ongeveer 20 op de 1000 pasgeborenen. Doorverwijzing vindt vaak plaats na een eerste bezoek aan een consultatiebureau-arts. Deze verwijst voor nader onderzoek naar de orthopeed. Wanneer heupdysplasie niet tijdig behandeld wordt, kan dit ertoe leiden dat een kind moeite met lopen krijgt. Wanneer uw kind jongvolwassen is, kan dit leiden tot vroegtijdige slijtage van de heup Heupluxatie Bij heupluxatie is de heup-kop uit de heup-kom. Door het optreden van spierverkorting komt de heup-kop buiten (meestal boven) de heup-kom te staan. Bij heupluxatie is altijd sprake van een heupdysplasie. Heupluxatie komt voor bij ongeveer 1 op de 1000 pasgeborenen. Behandeling is altijd noodzakelijk. 4

Oorzaken van heupdysplasie Het is niet precies bekend wat de oorzaak van heupdysplasie is. Het is wel bekend dat de kans op heupdysplasie (eventueel gepaard gaande met heupluxatie) groter is in de volgende gevallen: als een kind in stuitligging heeft gelegen als er in de familie aangeboren heupafwijkingen voorkomen als een kind tevens een andere aangeboren afwijking heeft (bijv. aan voet of rug) heupdysplasie komt vaker voor bij meisjes dan bij jongens Onderzoek en diagnose Heupdysplasie/ heupluxatie kan op verschillende manieren worden vastgesteld. De consultatiebureau-arts of huisarts De consultatiebureau-arts of huisarts controleert of de beentjes van uw kind goed gespreid kunnen worden en of er een verschil in de lengte van de beentjes is. Ook kijkt de arts of er een extra bilplooi aanwezig is. Wanneer één van deze symptomen aanwezig is, of als uw kind behoort tot de risicogroep, zal er extra onderzoek plaatsvinden om na te gaan of er sprake is van heupdysplasie/heupluxatie. U wordt dan doorverwezen naar een orthopeed. De orthopeed De orthopeed zal uw kindje opnieuw onderzoeken. Hierbij kan een röntgenfoto dan wel een echografie gemaakt worden. Behandeling Als vastgesteld is dat er sprake is van heupdysplasie of heupluxatie kan de behandeling starten, deze vindt in eerste instantie thuis plaats. Het is belangrijk om hier meteen mee te beginnen, nog voordat uw kind gaat lopen. Tijdige behandeling heeft in veruit de meeste gevallen een goed resultaat. Bovendien is de behandeling voor uw kindje niet belastend wanneer hij/zij nog niet kan lopen. 5

Het spreidbroekje Na het vaststellen van de diagnose, krijgt uw kind een spreidbroekje aangemeten. Het spreidbroekje zorgt ervoor dat de beentjes gespreid worden en in spreidstand blijven. Hierdoor wordt de heup-kop in het centrum van de heup-kom gebracht en wordt het gewricht gestimuleerd zich op de juiste wijze te ontwikkelen. Tot de leeftijd van 6 à 7 maanden wordt er gebruik gemaakt van een Pavlik-bandage. Dit is een soort tuigje dat met bandjes en gespen om het middel en de beentjes van uw kind vastgemaakt wordt. De Pavlikbandage werkt alleen wanneer deze elke keer goed omgedaan wordt. Dit vraagt enige vaardigheid van u. Uw kind moet de Pavlik-bandage dag en nacht dragen. Bij het in bad doen en tijdens het aan- en uitkleden mag hij even af. Uw kind heeft als het goed is geen last van de Pavlik-bandage. Wanneer u vermoedt dat uw kind pijn heeft, moet u contact opnemen met de orthopeed of gipskamer/instrumentmaker. Als het met behulp van de Pavlik-bandage lukt om het heupje weer in de kom te krijgen, kan de Pavlik-bandage worden vervangen door een Campspreider. Dit gebeurt indien uw kind te groot of te sterk wordt voor de Pavlik-bandage. De Campspreider is een afneembare brace van kunststof met instelbare metalen strip aan voor- en achterzijde met bovenbeenmanchetten. 6

Als het niet lukt om het heupje met de Pavlik-bandage weer in de kom te krijgen, kan het mogelijk zijn dat uw kind een tractiebehandeling moet ondergaan. Tractiebehandeling Bij de tractiebehandeling wordt de heup-kop via gewichtjes aan de benen op de juiste plek gebracht. Dit betekent dat uw kind gedurende één tot zes weken in het ziekenhuis op bed komt te liggen met de beentjes omhoog. De beentjes worden in verband gewikkeld. Aan de beentjes worden gewichtjes bevestigd, die door het verband op hun plek worden gehouden. Door de gewichtjes worden de te korte pezen en spieren van het heupgewricht langzaam opgerekt. De behandeling is pijnloos. Uw kind zal er echter aan moeten wennen om voortdurend op de rug te moeten liggen. Door de gewichtjes aan de beentjes van uw kind komt er spanning op de huid te staan. Dit kan irritatie veroorzaken. Ter controle wordt de huid van de beentjes twee keer per dag gecontroleerd door het verband te verwijderen en weer opnieuw om het been te zwachtelen. Waar nodig worden de geïrriteerde plekjes verzorgt. Tijdens het verblijf op de afdeling kunt u uw kind zelf blijven verzorgen. Ook is het mogelijk om bij uw kind op de kamer te overnachten. Houdt er rekening mee dat het verblijf een aantal weken zal duren. Indien u uw kind borstvoeding geeft, kunt u hier tijdens de opname gewoon mee doorgaan. Zie voor meer informatie ook de folder Uw kind/ Uw baby in het ziekenhuis 7

Het arthrogram en de gipsbroek Na één tot zes weken is de tractiebehandeling klaar en wordt er onder narcose een gipsbroek aangelegd, op indicatie kan vooraf aan de gipsbroek een foto van het heupgewricht (arthrogram) worden gemaakt. Het (zo nodig) maken van de arthrogram en het aanleggen van de gipsbroek vindt plaats onder algehele verdoving (narcose). Tijdens de ingreep zal uw kind dus niets zien of horen en geen pijn voelen. Voor de verdoving zijn meestal enige voorbereidingen nodig. Daarom brengt u enige tijd voor het aanmeten van de gipsbroek een bezoek aan de Pre Operatieve Screening (POS). De anesthesioloog schat in welke risico s aan de anesthesie verbonden zijn en hoe deze kunnen worden beperkt. Meer informatie over de verdoving vindt u in de folder Anesthesie bij kinderen. Het arthrogram Het onderzoek vindt plaats op de operatiekamer onder narcose. Het heupgewricht wordt ingespoten met contrastvloeistof. Door deze vloeistof worden bot, kraakbeen, bindweefsel en gewrichtskapsel zichtbaar. Na het maken van het arthrogram wordt meteen een gipsbroek aangelegd. Het voordeel hierbij is dat uw kind dan onder narcose is en hier geen last van zal hebben. De gipsbroek Een gipsbroek is een broek van lichtgewicht kunststof. De gipsbroek zorgt ervoor dat de heup stevig op zijn plaats gehouden wordt waardoor de heup-kop niet meer uit de kom kan gaan. De gipsbroek omvat het lichaam vanaf de taille tot aan de enkels (evt. met voetjes). Ter hoogte van het kruis blijft een uitsparing. De binnenkant bestaat uit een katoenen tricot met een laag watten ter bescherming van de huid. Als de gipsbroek goed zit komt uw kind terug op de afdeling. Daar wordt gecontroleerd of het gips nergens knelt en er geen scherpe randjes aan zitten. In principe mag uw kind dezelfde of de volgende dag naar huis. 8

De behandeling met een gipsbroek duurt drie maanden. Wanneer uw kind veel groeit en de gipsbroek te strak gaat zitten, wordt de gipsbroek opnieuw aangelegd. Hiervoor wordt uw kind opnieuw opgenomen in het ziekenhuis. Behandeling na een gipsbroek Na de behandeling met een gipsbroek is de heupluxatie meestal opgeheven. Wel kan er nog sprake zijn van heupdysplasie. Deze restdysplasie wordt dan behandeld met een spreidbroekje. De periode waarin het spreidbroekje gedragen moet worden is afhankelijk van de ernst van de heupdysplasie. Als het niet lukt om de heup met spreidbroek en gipsbroek in de kom te krijgen, kan operatief ingrijpen noodzakelijk zijn. Tips bij het dragen van de spreidbroek (Pavlik-bandage, Campspreider) Wassen en verschonen Tijdens het wassen en aankleden mag de spreidbroek even af. Voor het verschonen van een luier hoeft de Pavlik-bandage niet af. Hiervoor hoeft u alleen het voetgedeelte van het rompgedeelte los te koppelen en daarna weer vast te koppelen. De Campspreider zal even af moeten zeker als er een maillot onder gedragen wordt. Let wel goed op want luierlekkage komt iets vaker voor. Kleding Kleding kan zowel over als onder de spreidbroek gedragen worden. Katoenen kleertjes onder de brace dragen geeft de minste irritatie (maillot/ romper). De kleding mag niet te strak zitten, de spreidstand zou belemmerd kunnen worden. Om te voorkomen dat uw kindje de sluitingen van de Campspreider lostrekt is het dragen van een ruime broek over de spreider handig. 9

Vervoer Er zijn autostoeltjes te koop waarbij de zijkanten gedeeltelijk kunnen worden weg geklapt. Wanneer u al in het bezit bent van een goede autostoel kunt u deze opvullen met een kussen waardoor uw kind hoger komt te zitten en de beentjes over de zijkant kunnen. Het is wel belangrijk om hierbij een tuigje of driepuntsgordel te gebruiken. Bent u in het bezit van een maxi cosy, dan is het mogelijk om een aangepaste maxi cosy te lenen bij maxi cosy. Heeft u zelf geen maxi cosy, dan is bovenstaande mogelijk voor een klein huurbedrag. Op de fiets is het raadzaam om een fietszitje met open zijkanten te gebruiken. Het is verstandig om uw kind een tuigje om te doen omdat het makkelijk voorover kan vallen. De wandelwagen moet een soepele zijkant hebben of een naar voren uitstekende zitting. Eventueel kunt u ook deze met kussentjes op de zitting of achter in de rug verhogen zodat de beentjes over de zijkant kunnen. Het gebruik van een rugzitje of draagzak is aan te bevelen. De beentjes worden dan vanzelf gespreid. Onderhoud De Pavlik-bandage kan met de hand gewassen worden of op een kort programma in de wasmachine op 30 graden. Sluit voor het wassen alle klittenband sluitingen. De bandage liggend drogen, niet in de droger. De rugplaat van de Campspreider is van kunststof en is goed te reinigen met water en zeep of met alcohol. Vervolgens goed droog maken. Bewegen Ondanks het spreidbroekje kan uw kind gewoon leren zitten, kruipen, draaien, staan en lopen. Meestal is er sprake van een kleine achterstand in ontwikkeling maar dat kan uw kind na de behandelperiode weer inhalen. 10

Tips voor de tractieperiode Wassen Het is mogelijk om tijdens de tractieperiode uw kind om de dag in bad te doen. Dit kan niet dagelijks om verweking van de huid te voorkomen. Lichamelijk contact, wat in deze periode toch al beperkt is, is erg belangrijk voor uw kind. Kleding Het meest geschikt is een rompertje met daarover heen een t-shirt of pyjamajasje. Om koude voetjes te voorkomen zijn sokjes of slofjes ook aan te raden. Over deze kleding komt een soort tuigje wat met banden aan het bed vastgemaakt wordt. Dit is om te voorkomen dat uw kind door de gewichtjes naar beneden zakt of zich gaat omdraaien. Voeding Het geven van borstvoeding tijdens de tractieperiode is mogelijk. Het vraagt wat extra werk, maar het is zeker de moeite waard omdat het uw kind ook troost en een gevoel van geborgenheid geeft. U kunt hiervoor op het bed van uw kind gaan liggen. De baby kan zich dan naar uw toedraaien en drinken. Spelen In tractie ligt uw kind op de rug en kan weinig met de beentjes. Spelen gaat een beetje moeilijk. Toch zijn er voldoende mogelijkheden om uw kind bezig te houden, dit zullen de pedagogisch medewerkers samen met u bespreken. Een aantal voorbeelden: Aan de tractiestellage kunt u allerlei speelgoed ophangen (bijvoorbeeld een mobiel, trekpop, muziekdoosje, knuffeltje). Aan de spijlen van het bed kunt u bijvoorbeeld een boxtrapeze bevestigen. Sommige kinderen vinden het leuk om een spiegel in bed te hebben (ook te bevestigen aan de spijlen) zodat ze naar zichzelf kunnen kijken. Andere speeltips zijn: poppenkastpoppen, vingerpoppetjes, voorlezen, zingen, muziek, knuffel, rammelaars, ballen/ballonnen, babyboekjes. Met een bedtafeltje schuin tegen het bed geplaatst, zijn er nog enkele mogelijkheden zoals boekjes kijken, scheuren, krassen en/of tekenen. 11

Suggesties voor de opname in het ziekenhuis Om de opname in het ziekenhuis zo gezellig, stimulerend en vertrouwd mogelijk te maken volgen hier enkele tips: Breng de eigen dekbedhoes mee, eigen knuffeltjes of speelgoed, eigen fopspeen en fles. Daarnaast kunt u het bed versieren en een mobiel, tekeningen of posters ophangen. Een aantal tips voor de behandeling in het gips Tips voor de behandeling in het gips worden beschreven in de folder Gipsbroek. Voor meer informatie verwijzen wij u naar deze folder. 12

De toekomst na een heupluxatie Vervolgbehandeling Na een succesvolle behandeling van heupdysplasie/heupluxatie controleert de orthopeed uw kind tot en met volwassen leeftijd regelmatig (twee maanden na het einde van de behandeling en op een-, twee-, vier-, acht- en zestienjarige leeftijd). Is de heup op vierjarige leeftijd goed ontwikkeld, dan hoeft u in principe niet meer bang te zijn voor problemen op latere leeftijd. Na de puberteit moet de heupkom goed gevormd zijn en steun geven aan de heupkop. Vroegtijdige slijtage kan dan in principe niet meer optreden. Wanneer er opnieuw klachten zijn, kunt u via de huisarts het beste meteen contact opnemen met een orthopeed. Erfelijkheid Zoals al eerder vermeld, is een aangeboren heupdysplasie erfelijk. Vooral als één van de ouders of een broertje of zusje heupdysplasie heeft gehad, is het zinvol om een volgend kindje te laten controleren op heupdysplasie. Overleg dit met de consultatiebureau-arts of uw huisarts. 13

Meer informatie Voor meer informatie kunt u in de boekhandel of bibliotheek terecht voor de volgende boeken: Spelen met de baby J. Hagstrom en J. Marik Uitgever Elmar, Rijswijk Inspelen op baby s en peuters M. Riksen- Walraven Uitgever Loghem Slaterus, Deventer Hoe houd ik ze bezig 600 getoetste speltips voor kinderen tot 5 jaar Uitgever Canteleer, De Bilt Pas mode aan, kledingtips voor handicaps Uitgever Callenbad bv, Nijkerk De Huiszorg Hr. Knops C. Bakker Intro Hoensbroek revalidatie- infocentrum Op internet vindt u meer informatie op: www.kinderorthopedie.nl www.heupafwijkingen.nl www.kindenziekenhuis.nl 14

16

Meer informatie of vragen Colofon Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neemt u dan contact op via telefoonnummer (0485) 845000 Vragen naar: Gipskamer/Orthopedisch instrumentmaker e-mail gipskamer@maartenskliniek.nl Uitgave van de afdeling communicatie, i.s.m. gipskamer augustus 2015 Bestelcode 1036613 Adres Sint MaartensKinderkliniek Boxmeer Dokter Kopstraat 1, 5835 DV Beugen Postbus 55, 5830 AB, Boxmeer Telefoon (0485) 845 350 Sint Maartenskliniek Nijmegen Hengstdal 3, 6574 NA Ubbergen (bij Nijmegen) Postbus 9011, 6500 GM Nijmegen Telefoon (024) 365 99 11 Internet www.maartenskliniek.nl