Risico-Inventarisatie en -Evaluatie Rapportage t.b.v. Arbodienst/Arbodeskundige School: Elimschool Naam RI&E: PCPO Rijssen Aanmaakdatum RI&E: 08-06-2012 Contactpersoon: L. Mouthaan Opgesteld door: Datum : Juni 2012 Door : L. Mouthaan Klein Lageland 1c 8064 AP Zwartsluis 038-3867224 (werk) 06-12249027 (mobiel) www.risicoinventarisaties.nl / www.vcacertificeringen.nl / www.bhv-cursus.net
In verband met de toetsing van de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E) treft u onderstaand de volgende relevante documenten aan: - Vragenlijst voor de school - Concept plan van aanpak + detailinformatie Fine & Kinney - Rapportage Quickscan - Inventarisatielijst(en) Vragenlijst voor de school Naam school: Elimschool BRIN-nummer: 00ZS Naam bestuur: PCPO, Rijssen Werkgeversnummer: [Invullen: Werkgeversnummer] Ingevuld door: L. Mouthaan Functie: Consultant Arbo en Veiligheid, namens Zwartewaterland Training & Advies Telefoonnummer: 0521-345834
A. Achtergrondinformatie van de school 1. Wat voor soort onderwijs wordt op de school gegeven? BAO 2. Welke afdelingen en welke functies komen in uw school voor? directie, leerkrachten, klasse-assistenten, conciërge, schoonmaakdienst. 3. Hoeveel personeelsleden heeft de school? (aantal personen) Mannen 3 personen Vrouwen 26 personen 4. Hoeveel personen binnen de school behoren tot de volgende doelgroep? - personen jonger dan 18 jaar 0 personen - personen ouder dan 50 jaar 6 personen - gehandicapten 0 personen - stagiaires (gemiddeld) 4 personen - OP 23 personen - OOP 2 personen 5. Wat is het opleidingsniveau van de medewerkers? - LBO 2 personen - MBO 6 personen - HBO 23 personen - Universitair [Invullen: Aantal personen opleidingsniveau Univ] personen 6. Verwacht u een belangrijke groei of een afname van het personeelsbestand in de komende 3 jaar? ( ) () Nee Zo ja, gaarne een toelichting: 7. Is het bestuur of de school kort geleden gefuseerd of is er een fusie de komende 3 jaar te verwachten? ( ) () Nee Zo ja, gaarne een toelichting. 8. Bent u van mening dat deze fusie van invloed is op het welzijn van de medewerkers () N.v.t. ( ) ( ) Nee Zo ja, gaarne een toelichting? 9. In hoeverre is de MR betrokken (geweest) bij de totstandkoming en de uitvoering van het arbobeleid? Zij worden achteraf geïnformeerd. 10. Is er binnen de school een preventiemedewerker aanwezig? () ( ) Nee Zo ja: - Wie is de preventiemedewerker en hoe kan ik deze bereiken?
is op locatie aanwezig 11. Wat is het ziekteverzuimpercentage en de ziekteverzuimfrequentie geweest in de afgelopen 3 schooljaren? - vorig schooljaar: percentage: [Invullen: Percentage] frequentie: [Invullen: Frequentie] - twee schooljaren geleden percentage: [Invullen: Percentage] frequentie: [Invullen: Frequentie] - drie schooljaren geleden percentage: [Invullen: Percentage] frequentie: [Invullen: Frequentie] Verzuimcijfers zijn op locatie aanwezig en bij arbodienst bekend. 12. Zijn er arbeidsongevallen geweest in de afgelopen 3 jaren? ( ) () Nee Zo ja, gaarne de ongevalrapportages meezenden. 13. Zijn de afgelopen 3 jaren beroepsziekten geconstateerd en door de arbodienst of door de arbodeskundige (bedrijfsarts) gemeld aan het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten? ( ) () Nee Zo ja, om hoeveel werknemers gaat het en wat is de aard van de beroepsziekten? 14. Heeft er de afgelopen 3 jaar een inspectie/onderzoek van de Arbeidsinspectie plaatsgevonden? () ( ) Nee Zo ja, wat waren hiervan de resultaten? (evt. verslag in kopie meesturen) mei 2010, door inspectie van het onderwijs. 15. Hoe oud is het schoolgebouw/de schoolgebouwen? 40 jaar 16. Bestaan concrete plannen voor verbouw of nieuwbouw? ( ) () Nee Zo ja, welke?
B. De totstandkoming van de RI&E 1. Is de (G)MR betrokken geweest bij: - de voorbereidingen op de RI&E? - de uitvoering van de RI&E? - de keuze van de manier van uitvoering? () ( ) Nee ( ) Gedeeltelijk Graag een korte toelichting hierop. Zij worden achteraf geïnformeerd. 2. Wie zijn behalve de preventiemedewerker en de (G)MR betrokken geweest bij de uitvoering van de RI&E en op welke wijze? Naam Functie Rol bij de RI&E Dhr. W.G. Kreuger directie gegevensverstrekker Dhr. L. Mouthaan Arbo consultant, Zwartewaterland Adviseur, invuller [Invullen: Naam] [Invullen: Functie] [Invullen: Rol] [Invullen: Naam] [Invullen: Functie] [Invullen: Rol] 3. Welke werkdocumenten uit de Arbomeester zijn gebruikt bij de RI&E? ( ) n.v.t. () Werkdocument: Format Arbobeleidsplan (nr. 0) () De RI&E-lijst: Verplichtingen uit de Arbowet (nr. 1) () De RI&E-lijst: Veiligheid en Gezondheid (nr. 2) () De RI&E-lijst: Veiligheid en Gezondheid (nr. 3) () De RI&E-lijst: Quickscan personeel (nr. 4) () De RI&E-lijst: Personeelsbeleid (nr. 5) () De RI&E-lijst: Agressie, Geweld, Pesten en Seksuele Intimidatie (nr. 6) () De RI&E-lijst: Bedrijfshulpverlening (nr. 7) () De RI&E-lijst: Ziekteverzuim (nr. 8) () Werkdocument: Risicoclassificatie (nr. 9) () Werkdocument: Plan van Aanpak (nr. 10) ( ) Werkdocument: Voorbeeld ongevallenregister (nr. 12) ( ) Werkdocument: Voorbeeld voortgangsrapportage (nr. 13) ( ) Werkdocument: Aandachtspuntenlijst Arbozorg (nr. 14) 4. In welke tijdsbestek is deze RI&E afgenomen? juni 2012 5. Zijn er metingen verricht? ( ) () Nee Zo ja, wilt u de resultaten meesturen. 6. Kruis aan hoe de medewerkers betrokken zijn geweest bij het stellen van prioriteiten: ( ) bespreking binnen de (G)MR ( ) bespreking in het werkoverleg ( ) gezamenlijk overleg tussen werknemers en directie () anders, namelijk: adviesbureau, Zwartewaterland. n.a.v. adviezen zullen prioriteitenstellingen worden besproken 7. Aanvullende bronnen die zijn gebruikt voor het opstellen van de RI&E Informatie van de regio-adviseur, arbo-informatiebladen, de Arbo-wet etc. Arbo-Informatiebladen
8. Is er een eterne deskundige betrokken geweest bij de uitvoering van de RI&E? () ( ) Nee Zo ja, wie is dat en wat is zijn/haar deskundigheid? Zwarteland Training & advies, adviesbureau 9. Welke inventarisaties zijn reeds eerder in uw school uitgevoerd en in welke periode is dit gebeurd? ( ) Gevaarlijke stoffen Periode: [Invullen: Periode] ( ) Beeldschermwerk Periode: [Invullen: Periode] ( ) Geluid/lawaai Periode: [Invullen: Periode] ( ) Werkhouding Periode: [Invullen: Periode] ( ) Verlichting Periode: [Invullen: Periode] ( ) Werkdruk Periode: [Invullen: Periode] Indien een van bovenstaande inventarisaties naast deze RI&E zijn uitgevoerd, wilt u de resultaten dan meezenden?
Bijgeleverde documenten: ( ) Werkdocument: Format Arbobeleidsplan (nr. 0) () De RI&E-lijst: Verplichtingen uit de Arbowet (nr. 1) () De RI&E-lijst : Veiligheid en Gezondheid (nr. 2) () De RI&E-lijst : Veiligheid en Gezondheid (nr. 3) () De RI&E-lijst : Quickscan personeel (nr. 4) () De RI&E-lijst: Personeelsbeleid (nr. 5) () De RI&E-lijst: Agressie, Geweld, Pesten en Seksuele Intimidatie (nr. 6) () De RI&E-lijst: Bedrijfshulpverlening (nr. 7) () De RI&E-lijst: Ziekteverzuim (nr. 8) () Werkdocument: Risicoclassificatie (nr. 9) (verwerkt in het onderdeel Plan van Aanpak) () Werkdocument: Plan van Aanpak (nr. 10) ( ) Werkdocument: Voorbeeld ongevallenregister (nr. 12) ( ) Werkdocument: Voorbeeld voortgangsrapportage (nr. 13) ( ) Werkdocument: Aandachtspuntenlijst Arbozorg (nr. 14) ( ) Kengetallen Ziekteverzuim ( ) Ongevalsrapportages ( ) Verslagen Arbeidsinspectie ( ) Rapportages overige inventarisaties ( ) De Schoolgids ( ) Overige relevante informatie, t.w. o o Onderstaand treft u het concept plan van aanpak en de detailinformatie van de risicoclassificatie aan van de uitgevoerde RI&E. Wanneer uit de RI&E -inventarisatielijsten blijkt dat er aandachtspunten zijn, is het nodig om de risico s te evalueren. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de methode van Fine & Kinney. Deze methode gaat uit van de gedachte dat de gebruiker drie inschattingen maakt m.b.t. een bepaald risico (aandachtspunt): 1. Hoe zit het met de blootstelling aan het risico? 2. Wat is de waarschijnlijkheid dat het risico zich voordoet? 3. Wat is het mogelijk effect dat zal optreden? Deze vragen kunnen ook als een formule worden opgeschreven: Risico = Blootstelling Waarschijnlijkheid Effect Gelet op het feit dat genoemde methode vooral oog heeft voor veiligheidsrisico s zullen de inventarisatielijsten die meer betrekking hebben op welzijnsrisico s (lijst 1, 4 tot en met 6 en 8) niet via Fine & Kinney worden beoordeeld.
Rapportage Risicoclassificatie en Plan van Aanpak Rapport Risicoclassificatie en Plan van Aanpak Datum 02-07-2012 Naam RI&E PCPO Rijssen Gebruikersnaam L. Mouthaan Naam School Elimschool (00ZS) Subsector onderwijs BAO Aantal mannen 3 Aantal vrouwen 26 De volgende aandachtspunten gaan naar Plan van Aanpak Bronindicatie 2.1.4.0 Aandachtspunt Fietsers komen niet zonder gevaar vanaf het schoolterrein in het verkeer en omgekeerd. Naast de hekjes voor de ingang zijn metalen draden aangebracht (foto). deze draden zijn nauwelijks te zien, zodat kinderen hierover gemakkelijk kunnen struikelen. Blootstellingsfrequentie Voortdurend van het risico Waarschijnlijkheid/kans Te verwachten dat het optreedt Effect van het risico Belangrijk, letsel en ziekteverzuim Risicoklasse 2 Activiteiten Laat draden vervangen door zichtbaar en deugdelijk materiaal. Bijv.. hek je van hout of metaal welk geopend kan worden, wanneer dit nodig is. Waarschuwingsborden geplaatst door de Gemeente. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren techn. dienst Kosten stelpost Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2014 Hoe evalueren overleg/controle Gereed Bronindicatie 2.2.11.0 Aandachtspunt In de gangen, hallen en gemeenschapsruimten zijn de (nood)uitgangen niet met pictogrammen aangegeven. Dit is in een van de gangen niet het geval. Blootstellingsfrequentie Regelmatig (dagelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Zeer wel mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Ernstig, onomkeerbaar effect (invaliditeit) Risicoklasse 2 Activiteiten Laat in de gang waar dit nog niet aanwezig is ook vluchtwegaanduidingen plaatsen. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren gesp. bedrijf Kosten stelpost Hoeveel tijd Wanneer af 01-10-2013 Hoe evalueren overleg/controle Gereed Bronindicatie 2.3.3.0 Aandachtspunt Er is geen goede ventilatie/afzuiging bij de toiletten, zodat er stankoverlast ontstaat. Bij het eigen gymlokaal zijn er problemen met stank door onvoldoende ventilatie.
Blootstellingsfrequentie Af en toe (wekelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Ongewoon, maar mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Belangrijk, letsel en ziekteverzuim Risicoklasse 4 Activiteiten Tracht te onderzoeken of dit verbeterd kan worden door bijv. het aanbrengen van andere ventilatie of het verbeteren van de bestaande ventilatie. E.e.a. kan ook verband houden met de poreuze vloer. Laat u hiervoor zo nodig adviseren door een installateur. De poreuze vloer is inmiddels vervangen. Geen stankoverlast meer. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren gesp. bedrijf Kosten begroting Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2014 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 2.3.6.0 Aandachtspunt De wand- en vloerafwerking in de sanitaire ruimten is glad en oneffen en/of het materiaal op wanden en vloer is poreus. Poreuze vloer bij toiletten. Blootstellingsfrequentie Regelmatig (dagelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Ongewoon, maar mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Belangrijk, letsel en ziekteverzuim Risicoklasse 4 Activiteiten Laat de vloeren worden voorzien van een aaneengesloten gietlaag, of dat er minimaal jaarlijks een dieptereinigingen uitgevoerd wordt. Dit kan mede het eerder beschreven aandachtspunt 2.3.3.0 helpen verbeteren/oplossen. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren gesp. bedrijf Kosten begroting Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2014 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 2.6.5.0 Aandachtspunt De blusmiddelen worden niet jaarlijks door een deskundige gecontroleerd. In de werkruimte van de conciërge staat een eerder afgekeurde poederblusser. Deze blusser is dus niet gebruiksklaar! Wanneer in geval van brand deze blusser niet werkt tijdens het ondernemen van een bluspoging, kan dit grote/ernstige gevolgen hebben. Blootstellingsfrequentie Regelmatig (dagelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Zeer wel mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Ernstig, onomkeerbaar effect (invaliditeit) Risicoklasse 2 Activiteiten Laat deze blusser verwijderen of vervangen. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren gesp. Bedrijf i.o.m brandweer Kosten stelpost
Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2012 Hoe evalueren overleg/controle Gereed Bronindicatie 2.7.2.0 Aandachtspunt Er liggen losse snoeren op de grond. Met name bij computer liggen losse snoeren. Blootstellingsfrequentie Regelmatig (dagelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Zeer wel mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Belangrijk, letsel en ziekteverzuim Risicoklasse 3 Activiteiten Laat losse snoeren vastmaken. Kinderen Kunnen er met hun voeten in verstrikt raken. hierdoor worden snoeren beschadigd en kan er kortsluiting ontstaan, met als gevolg mogelijk letsel en of brand. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren techn. dienst Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2012 Hoe evalueren visuele controle/overleg Gereed Bronindicatie 2.12.3.0 Aandachtspunt Kasten en stellingen zijn ondeugdelijk, onvoldoende stabiel en niet verankerd, en planken worden overbelast. In de personeelskamer staat een losse stelling (foto). Blootstellingsfrequentie Regelmatig (dagelijks) van het risico Waarschijnlijkheid/kans Zeer wel mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Belangrijk, letsel en ziekteverzuim Risicoklasse 3 Activiteiten Laat de betreffende stelling vastmaken. Personeelskamer is een andere ruimte geworden. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren techn. dienst Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2012 Hoe evalueren overleg/visuele controle Gereed Bronindicatie 2.17.11.0 Aandachtspunt Blootstellingsfrequentie van het risico Eén of meerdere gastoestellen verkeren in slechte staat en/of worden niet jaarlijks door een deskundige gecontroleerd. In de werkruimte van de conciërge is een gas kooktoestel aanwezige met een verouderde gastoevoerslang (1997), welk tijdens de jaarlijkse controle niet gecontroleerd wordt. N.B.: na elk gebruik wordt de gastoevoer door de conciërge afgesloten. Voortdurend
Waarschijnlijkheid/kans Zeer wel mogelijk dat het optreedt Effect van het risico Ernstig, onomkeerbaar effect (invaliditeit) Risicoklasse 1 Activiteiten Laat dit toestel z.s.m. keuren door een erkend installateur. Advies voor gasslang is elke 5 jaar vervangen. Laat dit toestel meenemen bij de jaarlijkse keuring van de CV en laat dit in het logboek vastleggen. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren gesp. bedrijf Kosten stelpost Hoeveel tijd Wanneer af 01-08-2012 Hoe evalueren controle/documentatie Gereed Bronindicatie 5.3.1.0 Aandachtspunt De school houdt niet epliciet rekening met de werkbelasting voor zwangere en pas bevallen medewerksters. Activiteiten Deze mensen behoren tot een van de risicogroepen. Zorg dat i.o.m. betreffende medewerker in welke mate en op welke de werkbelasting kan worden afgestemd. Maak dit tot onderdeel van het bovenschools en locale beleid. Document personele inzet naar leeftijdsfase. Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten Hoeveel tijd Wanneer af 01-10-2012 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 6.1.6.1 Aandachtspunt De school besteedt binnen het plan van aanpak niet gericht aandacht aan preventie en bestrijding van agressie en geweld, pesten, discriminatie en seksuele intimidatie. Activiteiten Pas bestaande procedures en beleid waar nodig aan of breidt ze uit. Zorg voor duidelijke afspraken wat wel en niet getolereerd wordt. Bespreek dit met de locatiedirecties. Zorg daarna dat de hernieuwde procedures onder de aandacht worden gebracht van alle medewerkers. Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2014, Alles staat nu online in schoolveiligheidsplan. Hoe evalueren overleg/documentatie. Gereed Bronindicatie 6.1.8.1 Aandachtspunt De school heeft geen commissie ingesteld, die klachten over agressie en geweld, pesten, discriminatie en seksuele intimidatie behandelt. Er is een contact- vertrouwenspersoon ingesteld Activiteiten Stel een commissie aan welke zich met deze zaken bezig houd. Ook als dit nog geen ernstige problemen op deze locatie geeft is preventie heel belangrijk. Wie is verantwoordelijk directie
Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-10-2012 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 6.1.11.0 Aandachtspunt Schoolleiding, arbocoördinatoren, preventiemedewerkers en personeel zijn onvoldoende getraind in het signaleren en bespreekbaar maken van seksuele intimidatie. Activiteiten Zorg voor training m.b.t. dit punt en geef leidinggevenden de mogelijkheid om deze te volgen. Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd/begroting Hoeveel tijd Nascholingen van vertrouwenspersoon Wanneer af 01-06-2013 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 8.1.2.0 Aandachtspunt Binnen onze school bestaan geen afspraken over hoe wordt omgegaan met privacygevoelige gegevens. Activiteiten Maak dit tot onderdeel van de bovenschoolse protocollen. Wellicht zijn deze al aanwezig dan zijn ze kennelijk niet bekend. Breng ze dan nogmaals onder de aandacht van alle medewerkers. Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af Hoe evalueren overleg/documentatie Gereed Nee Bronindicatie 8.1.14.0 Aandachtspunt Er vindt binnen de school op een vooraf vastgesteld moment geen evaluatie plaats van het gehele ziekteverzuimbeleid. Activiteiten Zorg voor evaluatie met daaruit voortvloeiend beleid op dit punt. Oorzaken van verzuim zijn een belangrijke graadmeter bij het ontwikkelen van het beleid. Oorzaken kunnen verschillen per locatie Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-10-2012, wordt bovenschools geregeld. Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 8.1.27.0 Aandachtspunt Bij werkhervatting na ziekteverzuim van meer dan 2 weken, spreekt de direct leidinggevende niet met de medewerker. Activiteiten Zorg dat dit wel wordt uitgevoerd. Uit zulke gesprekken kan worden
opgemaakt of de medewerker voldoende in staat is om zijn/haar taak naar behoren uit te voeren en hoe hij/zij dit zelf ervaart. Dit kan tevens preventief werken m.b.t. hernieuwd verzuim. leg dit vast in bovenschoolse procedures als onderdeel van verzuimbeleid. Wie is verantwoordelijk directie Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd Hoeveel tijd Wanneer af 01-09-2012 Hoe evalueren overleg Gereed Bronindicatie 8.1.29.0 Aandachtspunt De leidinggevenden zijn niet getraind in het voeren ziekteverzuimgesprekken. Activiteiten Onderzoek of en welke trainingen wenselijk en zinvol zouden zijn. Overleg dit op bestuursniveau binnen PCPO Rijssen en met de leidinggevenden van de scholen. Wie is verantwoordelijk directie/bovenschools management Wie gaat het uitvoeren directie/bovenschools management Kosten tijd/begroting Hoeveel tijd Wanneer af 01-06-2013 Hoe evalueren overleg Gereed Nee
De volgende aandachtspunten gaan niet naar Plan van Aanpak Bronindicatie 4.1.22.0 Aandachtspunt 5h. verbale agressie zoals (cyber)pesten, bedreigen, intimideren' geeft 0% van het personeel aan hierdoor in enige tot zeer sterke mate belast te worden. Nee Motivatie Geen bijz. gemeld op de locatie m.b.t. dit onderwerp. Bronindicatie 4.1.23.0 Aandachtspunt 5i. fysiek geweld zoals duwen, slaan, vernieling eigendom, mishandeling' geeft 0% van het personeel aan hierdoor in enige tot zeer sterke mate belast te worden. Nee Motivatie Geen bijz. gemeld op de locatie m.b.t. dit onderwerp. Bronindicatie 4.1.24.0 Aandachtspunt 5j. ongewenste seksuele intimiteiten' geeft 0% van het personeel aan hierdoor in enige tot zeer sterke mate belast te worden. Nee Motivatie Geen bijz. gemeld op de locatie m.b.t. dit onderwerp. Bronindicatie 4.1.25.0 Aandachtspunt 5k.discriminatie' geeft 0% van het personeel aan hierdoor in enige tot zeer sterke mate belast te worden. Nee Motivatie Geen bijz. gemeld op de locatie m.b.t. dit onderwerp.
Onderstaand treft u de rapportage quickscan aan. Rapportage Quickscan welzijn personeel in het kader van de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie Naam school: Elimschool Onderwijssector: BAO Datum: 02-07-2012 1. Respons Vanuit onderzoekstechnisch oogpunt is het van belang te weten hoeveel personen aan een onderzoek hebben deelgenomen. Op basis hiervan kan de respons worden vastgesteld. Dit gegeven levert de benodigde informatie op om te kunnen vaststellen of aan het onderzoek voldoende personen hebben deelgenomen om de uitkomsten van het onderzoek representatief te verklaren voor de gehele organisatie (school). Naar aanleiding van de ingevulde Basisgegevens RI&E zijn er 29 personeelsleden op de school werkzaam. In het kader van het onderzoek zijn 18 personeelsleden uitgenodigd voor deelname aan het onderzoek. Uiteindelijk hebben 18 personeelsleden de vragenlijst ingevuld. Dit betekent een respons van 100,0%. In de onderstaande tabellen is een onderverdeling van de respons gemaakt naar functie en geslacht. Tabel. Respons naar functie. aantal percentage onderwijzend personeel 10 55,6% onderwijs ondersteunend personeel 6 33,3% schoolleiding 0 0,0% anders 2 11,1% totaal 18 100% Tabel. Respons naar geslacht respons aantal percentage mannen 2 11,1% vrouwen 16 88,9% totaal 18 100% 2. Resultaten Aan de personeelsleden is gevraagd te reageren op een aantal stellingen, waarbij er een vijftal antwoordmogelijkheden zijn (van helemaal mee oneens tot helemaal mee eens). De gemiddelde score van de school wordt per stelling gerelateerd aan de gemiddelde score voor de sector. De gemiddelde score voor de sector is gebaseerd op een representatieve steekproef van scholen. In onderstaand figuur worden de resultaten weergegeven. Een positieve score (balkje rechts van het midden) geeft aan dat de school het beter doet dan het gemiddelde, een negatieve score (balkje links van het midden) geeft aan dat de school het slechter doet dan het gemiddelde. Grafiek: De gemiddelde score van de school op stellingen en de afwijking ten opzichte van het gemiddelde voor de onderwijssector.
Legenda Opschrift Vraag Advies a. Mijn direct leidinggevende staat mij bij met raad en advies als dat nodig is. Werksfeer b. Mijn direct leidinggevende draagt bij aan een goede werksfeer. Verantwoordelijkheid c. Mijn verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn duidelijk. Personeelsbeleid d. Ik ben tevreden over het personeelsbeleid binnen de school. Scholing e. Ik krijg voldoende gelegenheid om scholing en opleiding te volgen. Functioneringsgesprek f. Ik ervaar het functioneringsgesprek als zinvol. Werkdruk g. Binnen de school wordt er voldoende gedaan om de werkdruk binnen de perken te houden. Signalen h. Op onze school worden signalen van werkdruk en overbelasting goed opgepikt door de leiding. Verdeling i. Op onze school zijn de taken eerlijk verdeeld Overbelasting j. Ik voel mij vaak overbelast Aanraden k. Ik zou mijn vrienden aanraden om op deze school te gaan werken. In de vragenlijst is een vraag opgenomen in welke mate het personeel tevreden is over de manier waarop de direct leidinggevende leiding geeft. Hierbij worden vijf antwoordmogelijkheden geboden (van zeer ontevreden tot zeer tevreden). In de onderstaande tabel wordt de procentuele verdeling van de antwoorden van het personeel van de school (respons) afgezet tegen het landelijk gemiddelde (referentie). Tabel: Mate van tevredenheid over de manier waarop de direct leidinggevende leiding geeft. respons referentie zeer ontevreden 0,0% 1,0% ontevreden 0,0% 8,0% tevreden noch ontevreden 16,7% 20,0% tevreden 66,7% 57,0% zeer tevreden 16,7% 15,0% totaal 100% 100% Aan de personeelsleden is tevens gevraagd aan te geven in welke mate men zich bij de uitoefening van het werk belast voelt door bepaalde factoren. Hierbij zijn er een vijftal antwoordmogelijkheden (niet of n.v.t., nauwelijks, in enige mate, in sterke mate in en in zeer sterk mate). De gemiddelde score van de school wordt per factor gerelateerd aan de gemiddelde score voor de sector. De gemiddelde score voor de sector is gebaseerd op een representatieve steekproef van scholen. Een positieve score (balkje rechts van het midden) geeft aan dat de school het beter doet dan het gemiddelde, een negatieve score (balkje links van het midden) geeft aan dat de school het slechter doet dan het gemiddelde.
Grafiek. In welke mate voelt men zich bij de uitoefening van het werk belast door: Legenda Opschrift Vraag Beslag a. het beslag dat door het werk wordt gelegd op de vrije tijd. Verhoudingen b. de onderlinge verhoudingen tussen collega s Samenwerking c. de mate van samenwerking met collega s Sfeer d. de sfeer binnen de school Leerlingen e. leerlingen die zich voortdurend misdragen Intimidatie f. intimiderend (agressief) gedrag van ouders Klimaat g. klimatologische omstandigheden in het gebouw (koude, tocht, hitte, gebrek aan frisse lucht, vochtigheid) In onderstaande tabel treft u de procentuele verdeling van de antwoorden op (eventueel) belastende factoren met betrekking tot agressie, geweld, ongewenste seksuele intimiteiten en discriminatie aan. Tabel. Procentuele verdeling van de mate waarin men zich bij de uitoefening van het werk belast voelt door: niet of n.v.t. nauwe lijks totaal a. verbale agressie zoals (cyber)pesten, bedreigen, intimideren b. fysiek geweld zoals duwen, slaan, vernieling eigendom, mishandeling c. ongewenste seksuele intimiteiten d. discriminatie in enige mate in sterke mate in zeer sterke mate 55,6% 44,4% 0,0% 0,0% 0,0% 100% 61,1% 38,9% 0,0% 0,0% 0,0% 100% 100,0 % 100,0 % 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100% Inventarisatielijst % vragen ingevuld Aantal Vragen totaal Aantal OK Aantal Aandacht nodig Aantal n.v.t. Verplichtingen uit de Arbowet 100,0% 13 12 0 1 Veiligheid en 100,0% 131 109 8 14 Veiligheid en 100,0% 52 8 0 44 Psychosociale arbeidsbelasting 2: Personeelsbeleid 100,0% 8 7 1 0 Psychosociale arbeidsbelasting 3: Agressie, Geweld, Pesten en 100,0% 17 14 3 0
Seksuele Intimidatie Bedrijfshulpverlening 100,0% 14 14 0 0 Ziekteverzuim 100,0% 41 33 4 4 Status Quickscan Personeel (Beheerder W.G. kreuger): onderzoek afgesloten (100,0% van genodigden heeft Quickscan ingevuld)
Onderstaand treft u de voor deze RI&E gebruikte inventarisatielijsten aan. Aangezien het mogelijk is om een RI&E op onderdelen uit te voeren is het mogelijk dat u niet alle inventarisatielijsten aantreft. De meeste aandachtspunten uit het rapport zijn inmiddels geregeld en opgelost.( dec. 2014) Rapport Inventarisatielijsten Datum 02-07-2012 Naam RI&E PCPO Rijssen Gebruikersnaam L. Mouthaan Naam School Elimschool (00ZS) Subsector onderwijs BAO Aantal mannen 3 Aantal vrouwen 26 Bron Indicatie Inventarisatielijst Hoofdstuk 1.1.1.1 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.2.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.3.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.4.0 Verplichtingen uit de Arbowet Aandachtspunt Arbobeleid (Willen) Werkgever moet een arbobeleid voeren dat is gebaseerd op de stand van de techniek en de professionele dienstverlening. Bij dat arbobeleid moet o.a. worden gestreefd naar: - het zoveel mogelijk aanpakken van de problemen aan de bron; - het zoveel mogelijk aanpassen van de werkplekken en de arbeidsinhoud aan de persoonlijke eigenschappen van de werknemers; - het zoveel mogelijk voorkomen van monotone arbeid; - doeltreffende maatregelen nemen in het kader van de bedrijfshulpverlening. Ook moeten arbeidsplaatsen worden aangepast aan werknemers met structurele functionele beperkingen als gevolg van ziekte of arbeidsongeschikheid. Onderdeel van het Arbobeleid is een beleid gericht op het voorkomen en beperken van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). PSA bestaat uit agressie, geweld, pesten, discriminatie, seksuele intimidatie en werkdruk. Risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) (Weten) Schriftelijk vaststellen van de risico's van de arbeid voor de werknemers. Inclusief een beschrijving van de gevaren, risicobeperkende maatregelen en risico's voor bijzondere categorieën van werknemers. De RI&E moet ook aandacht schenken aan de vraag hoe werknemers toegang hebben tot interne en/of eterne arbodeskundigen. De RI&E bevat een plan van aanpak. De RI&E wordt herhaald als daartoe aanleiding is. Plan van aanpak (Wegen) In het plan van aanpak staat aangegeven welke maatregelen zullen worden getroffen om de arbeidsomstandigheden te verbeteren. Ook de termijn waarop de maatregelen worden getroffen staat aangegeven in het plan van aanpak. Voorlichting en onderricht (Werken) De werkgever zorgt ervoor dat de werknemers doeltreffend worden voorgelicht over de te verrichten werkzaamheden, de daaraan verbonden risico's en de maatregelen die zijn getroffen om de risico's te beperken (bijv. BHV). De werkgever ziet toe op de naleving van de instructies en voorschriften die gericht zijn op het beperken van de In orde Aandac ht nodig N.v.t
1.1.5.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.6.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.7.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.8.1 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.8.2 Verplichtingen uit de Arbowet risico's. Melding van ongevallen (Werken en Weten) De werkgever meldt mondeling ernstige ongevallen aan de Arbeidsinspectie. Het gaat om de volgende ongevallen: - dodelijke ongevallen; - ongevallen die gevolgd zijn door een ziekenhuisopname; - ongevallen die geleid hebben tot blijvend letsel. Een behandeling in een polikliniek van een ziekenhuis, bijvoorbeeld bij het kneuzen van een arm, is dus een arbeidsongeval, dat niet gemeld hoeft te worden. Aan de Arbeidsinspectie gemelde ongevallen en ongevallen die geleid hebben tot een ziekteverzuim van méér dan drie dagen, moeten geregistreerd worden in een lijst van ongevallen. In ieder geval moet bij ieder ongeval de datum en de aard van het ongeval worden geregistreerd. Bescherming van derden (Werken) Anderen (het gaat veelal om mensen die zo nu en dan de school bezoeken: denk aan ouders, leveranciers, onderhoudsmonteurs, inspecteurs, collega's van andere scholen etc.) die op het terrein van de school komen worden voldoende beschermd tegen mogelijke gevaren. Verplichtingen van werknemers (Werken) De werknemer dient de nodige voorzichtigheid en zorgvuldigheid in acht te nemen, rekening houdend met zijn opleiding en de door de werkgever verstrekte instructie. Tevens draagt de werknemer naar vermogen zorg voor eigen veiligheid en gezondheid en die van anderen. De werknemer dient: - de arbeidsmiddelen (gereedschappen / machines) en gevaarlijke stoffen op de juiste wijze te gebruiken (inclusief persoonlijke beschermingsmiddelen); - de beveiligingen (bijv. op machines) niet te verwijderen; - mee te werken aan voorlichting en onderricht; - gevaarlijke situaties te melden aan werkgever of leidinggevende; - in- en eterne arbodeskundigen bij te staan. Deskundige bijstand door preventiemedewerkers (Weten) De werkgever laat zich bijstaan door één of meerdere deskundige werknemers met preventietaken. Deze medewerker(s) heeft (hebben) de volgende (wettelijke) taken: - meewerken aan het verrichten en opstellen van een RI&E; - uitvoeren van arbomaatregelen; - adviseren aan en samenwerken met de (G)MR. De preventiemedewerker(s) moet(en) voldoende ervaring, scholing en tijd hebben. Deskundige bijstand door arbodeskundigen/ arbodienst (Weten)
1.1.9.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.10.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.11.0 Verplichtingen uit de Arbowet 1.1.12.0 Verplichtingen uit de Arbowet 2.1.1.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.2.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.3.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.4.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.5.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein De werkgever laat zich bijstaan door een gecertificeerd arbodienst of gecertificeerde arbodeskundigen (m.n. bedrijfsarts) m.b.t. de volgende taken: - het toetsen van de RI&E; - het begeleiden van zieke werknemers; - het uitvoeren van een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek; - het uitvoeren van een aanstellingskeuring (wanneer dat is toegestaan). Alle bovengenoemde in- en eterne deskundigen moeten zelfstandig en onafhankelijk kunnen opereren. Bedrijfshulpverlening (Weten en Werken) Eén of meerdere werknemers aanwijzen als bedrijfshulpverleners. Bijstand betekent tenminste: - verlenen van eerste hulp bij ongevallen; - beperken en bestrijden van brand en het voorkomen en beperken van ongevallen; - alarmeren en evacueren van werknemers in noodgevallen. De bedrijfshulpverleners zijn voldoende opgeleid voor deze taken. Periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) (Weten en waken) Medewerkers worden in de gelegenheid gesteld om zich periodiek (veelal 1 per vier jaar) arbeidsgezondheidskundig te laten onderzoeken. Op basis van de algemene uitkomsten kan de school risico's voorkómen of beperken. Samenwerking verschillende werkgevers Indien een school samen met anderen (andere scholen of andere organisaties) in één gebouw zit, wordt met deze organisaties goed samengewerkt om de bepalingen uit de Arbowet goed na te leven (bijv. m.b.t. BHV). Betrokkenheid medezeggenschap. Bij de vormgeving en uitvoering van het arbobeleid is de medezeggenschap goed geregeld. Schoolterrein en schoolgebouw zijn voor iedereen goed en veilig toegankelijk. Eventuele hoogteverschillen zijn ook voor lichamelijk gehandicapten te overbruggen. Het schoolterrein heeft een deugdelijke afrastering die geen scherpe randen of uitsteeksels heeft en overklimbaar is. Uitgangen van het schoolterrein naar de openbare weg zijn overzichtelijk in verband met het verkeer. Fietsers komen zonder gevaar vanaf het schoolterrein in het verkeer en omgekeerd. De bestrating van het schoolplein bevat geen gebreken (zoals losliggende tegels, kuilen, slechte afwatering enz.). Naast de hekjes voor de ingang zijn metalen draden aangebracht (foto). deze draden zijn nauwelijks te zien, zodat kinderen hierover gemakkelijk kunnen struikelen.
2.1.6.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.7.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.8.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.9.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.10.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.11.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.12.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.13.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.14.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.15.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.16.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein 2.1.17.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein Indien het terrein grenst aan beglazing, dan is gezorgd dat kinderen er niet doorheen kunnen vallen (bijvoorbeeld door een stootplank ongeveer op schouderhoogte van een kind). Nieuwe speeltoestellen (zoals schommels, klimtoestellen, glijbanen) zijn voorzien van een CE-markering en worden jaarlijks geïnspecteerd door een bevoegd controleur. De speeltoestellen zijn in ieder geval: stevig in de grond verankerd; geschikt voor de doelgroep; afgeschermd tegen spontaan inlopen (denk bv. aan schommels): zijn goed onderhouden, stevig en niet doorgeroest of verrot. Er is een logboek bij ieder speeltoestel. De ondergrond is van een zacht materiaal (zoals zand, gras, houtschaafsel of rubber tegels) zodat bij een val geen ernstig letsel kan ontstaan. Zandbakken: worden na gebruik afgedekt met een zandbaknet tegen bevuiling door dieren; hebben een waterdoorlatende ondergrond; worden tenminste éénmaal per jaar verschoond. Vóór en ná schooltijd en tijdens de pauzes is er voldoende overzicht en toezicht. Het schoolplein is groot genoeg in verhouding tot het aantal leerlingen. De jongste groepen hebben een passende speelgelegenheid. Als er afvalbakken op het schoolplein staan, zijn deze onbrandbaar en zijn ze opgesteld op afstand van het schoolgebouw. De centrale afvalberging is afgesloten en bij voorkeur op enige afstand van de school gelegen. Met betrekking tot fietsers geldt het volgende: er is voldoende gelegenheid voor het veilig stallen van fietsen; op het schoolplein mag niet gefietst worden. indien de school beschikt over een inpandige fietsenstalling, dan mogen leerlingen daar alleen met de fiets aan de hand naar binnengaan. Dit wordt in eigen beheer uitgevoerd. Eventuele gebreken worden direct verholpen 2.1.18.0 Veiligheid en Toegang/schoolplein De beplanting op en rondom het schoolplein is ongevaarlijk (bijvoorbeeld geen doornen), is niet giftig en is laag gesnoeid. 2.1.19.0 Veiligheid en Bij het risico op contact met zwerfafval
Toegang/schoolplein 2.2.1.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.2.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.3.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.4.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.5.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.6.0 Veiligheid en Gangen en trappen (kapotte bierflesjes, spuiten drugsgebruikers, e.d.) na weekenden en/of vakanties, heeft de school adequate preventieve en curatieve maatregelen getroffen. De in- en uitgangen zijn veilig toegankelijk: geen val- of struikelgevaar of scherpe voorwerpen. De gangen en trappen zijn goed verlicht. Gangen, trappen, wanden, leuningen en uitgangen zijn vrij van uitstekende, puntige of scherpe delen. De wandafwerking is niet ruw. Vloeren en traptreden zijn voldoende stroef. Er zijn geen losse vloerdelen en oneffenheden die struikelgevaar kunnen veroorzaken. Kledinghaken, deurknoppen, radiatorknoppen of andere scherpe objecten zijn glad afgewerkt of goed afgeschermd, zodat ze niet gemakkelijk aanleiding kunnen geven tot verwondingen. De trappen zijn van leuningen voorzien: breedte > 1,20 m: aan beide zijden; breedte < 1,20 m: tenminste aan één zijde, breedte > 2,20 m: tevens een tussenleuning. 2.2.7.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.8.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.9.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.10.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.11.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.12.0 Veiligheid en Gangen en trappen Situaties waar gevaar voor vallen van hoogte bestaat, zoals vloeropeningen en bordessen zijn deugdelijk afgeschermd. Niveauverschillen zijn goed visueel gemarkeerd, bijvoorbeeld door kleurverschil, materiaalverschil of pictogrammen. Gangen, trappen en (nood)uitgangen zijn vrij van obstakels of opslag en niet geblokkeerd. De in de school aanwezige rookwerende (tocht)deuren zijn zelfsluitend en worden gesloten gehouden (of de kleefmagneten, dranger of vloerveren worden ontkoppeld door middel van rookdetectie). In de gangen, hallen en gemeenschapsruimten zijn de (nood)uitgangen met pictogrammen aangegeven. De breedte van nooduitgangen en vluchtwegen is: voor 1 t/m 25 personen: 0,60 m; voor 26 t/m 100 personen: 0,75 m; voor meer dan 100 personen: 1,20 m (of 2 0,75). Dit is in een van de gangen niet het geval. 2.2.13.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.2.14.0 Veiligheid en Op de plaatsen waar gedrang mogelijk is, zijn glazen en transparante deuren en vlakken beveiligd tegen doorvallen van leerlingen (bijvoorbeeld door gebruik van veiligheidsglas of stootbalk). Glazen of transparante deuren en vlakken zijn voorzien van een markering op ooghoogte (1.40 meter).
Gangen en trappen 2.2.15.0 Veiligheid en Gangen en trappen 2.3.1.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.2.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.3.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.4.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.5.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen Het gevaar dat vingers bekneld raken bij toegangsdeuren en zware tussen- /klapdeuren is adequaat bestreden. Er zijn voldoende goede toiletten voor personeel aanwezig. Er zijn afzonderlijke toiletten voor jongens en meisjes. Er is een goede ventilatie/afzuiging bij de toiletten zodat er geen stankoverlast is. Op of nabij de toiletten is gelegenheid voor handen wassen door middel van wasbakken. Bij de toiletten zijn voorzieningen met betrekking tot: de afvoer van maandverband; de verkrijgbaarheid van maandverband. Bij het eigen gymlokaal zijn er problemen met stank door onvoldoende ventilatie. 2.3.6.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.7.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.8.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.9.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.3.10.0 Veiligheid en Sanitaire voorzieningen 2.4.1.0 Veiligheid en Lunch- en andere voorzieningen 2.4.2.0 Veiligheid en Lunch- en andere voorzieningen 2.4.3.0 Veiligheid en Lunch- en andere voorzieningen 2.4.4.0 Veiligheid en De wand- en vloerafwerking in de sanitaire ruimten is stroef en vlak. Het materiaal op wanden en vloer is niet poreus. Er is tenminste één toilet aanwezig dat bereikbaar en geschikt is voor lichamelijk gehandicapten. Op de voorruimte van de toiletten die bestemd zijn voor de jongste leerlingen is zicht vanuit een groepsruimte mogelijk. De toiletten zijn voldoende verlicht (door kunst- of daglicht). De eventueel aanwezige warmwaterkranen t.b.v. kinderen zijn voorzien van een thermostaat die is ingesteld op maimaal 38 C en alleen door het personeel is in te stellen. Er is een aparte ruimte voor het personeel aanwezig, waar men de pauzes kan doorbrengen. De personeelsruimte is voldoende bemeten voor het aantal personeelsleden en heeft voldoende stoelen en tafels. De overblijfvoorzieningen voor de leerlingen leveren geen veiligheidsproblemen op. Borstvoedinggevende vrouwen beschikken over een (af te sluiten) ruimte waar ze borstvoeding kunnen Poreuze vloer bij toiletten.
Lunch- en andere voorzieningen 2.5.1.0 Veiligheid en Onderhoud, orde en netheid 2.5.2.0 Veiligheid en Onderhoud, orde en netheid 2.5.3.0 Veiligheid en Onderhoud, orde en netheid 2.5.4.0 Veiligheid en Onderhoud, orde en netheid 2.5.5.0 Veiligheid en Onderhoud, orde en netheid 2.6.1.1 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen geven of kunnen kolven. Alle delen van de school worden schoongehouden volgens een op schrift gesteld programma, afgestemd op het gebruik en de functie van de ruimte. Er zijn voorzieningen om onderhoud- en schoonmaakmiddelen, hulpmaterialen, gereedschappen e.d. op te bergen in een af te sluiten ruimte. De afsluitbare voorzieningen om onderhoud- en schoonmaakmiddelen, hulpmaterialen, gereedschappen e.d. op te bergen worden goed gebruikt. Schoonmaakmiddelen die gevaarlijk zijn bij consumptie worden achter slot en grendel bewaard. De afvalbakken in de lokalen worden het liefst dagelijks na het einde van de lestijd geleegd in de grote afvalcontainer. De volgende verbandtrommels zijn aanwezig: tenminste één goedgevulde verbandtrommel op een voor iedereen bekende en goed bereikbare (voorzien van sticker/bord) plaats; verbandtrommels met eenvoudige inhoud in of nabij de praktijklokalen. 2.6.2.0 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen 2.6.3.1 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen 2.6.4.1 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen 2.6.5.0 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen 2.6.6.0 Veiligheid en Hulpverleningsmidd elen 2.7.1.0 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen De inhoud van de verbandtrommels wordt regelmatig gecontroleerd. Voor zover nodig, is iedereen op de hoogte van specifieke gezondheidsaspecten van leerlingen en personeel. Er zijn voldoende brandblusmiddelen aanwezig. Deze blusmiddelen zijn direct bereikbaar en aangeduid met een pictogram. arlijks worden door een deskundige, meestal de leverancier, de blusmiddelen gecontroleerd. Noodverlichting wordt jaarlijks gecontroleerd. Wandcontactdozen, stekkers, verdeeldozen en snoeren zijn onbeschadigd en voldoende afgeschermd. In de werkruimte van de staat een eerder afgekeurde poederblusser. Deze blusser is dus niet gebruiksklaar! Wanneer in geval van brand deze blusser niet werkt tijdens het ondernemen van een bluspoging, dan kan dit grote of ernstige gevolgen hebben.
2.7.2.0 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen 2.7.3.0 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen Er liggen geen losse snoeren op de grond. De vloerafwerking is: antistatisch; geluiddempend; voetwarm (niet koud); doelmatig te reinigen. Met name bij computer liggen losse snoeren. 2.7.4.0 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen 2.7.5.0 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen 2.7.7.1 Veiligheid en Les- en werkruimtes algemeen 2.8.1.1 Veiligheid en Afmetingen van les- en werkruimtes 2.8.2.0 Veiligheid en Afmetingen van lesen werkruimtes 2.8.3.0 Veiligheid en Afmetingen van lesen werkruimtes 2.8.4.1 Veiligheid en Afmetingen van lesen werkruimtes 2.9.1.0 Veiligheid en Geluid en lawaai in les- en werkruimtes 2.9.2.0 Veiligheid en Geluid en lawaai in les- en werkruimtes 2.10.1.0 Veiligheid en Verlichting in les- en werkruimtes 2.10.2.0 Veiligheid en Verlichting in les- en werkruimtes 2.10.3.0 Veiligheid en Verlichting in les- en werkruimtes 2.10.4.0 Veiligheid en De vloer in het handvaardigheids- en/of technieklokaal wordt niet glad tijdens het gebruik (bijvoorbeeld door water of zaagsel). Bij de aanschaf van planten en dieren wordt gelet op giftigheid, veiligheid, hygiëne en mogelijke allergische reacties. In de school geldt een rookverbod. Er kan een specifieke ruimte worden aangewezen waar wel gerookt mag worden. De les- en werkruimtes zijn voldoende groot voor het aantal mensen dat aanwezig is. De looppaden zijn minstens 60 cm breed. De vrije strook tussen de bordwand en de voorste tafelrij bedraagt minstens twee meter. Het (digitale) schoolbord is in hoogte verstelbaar en geeft geen lichtreflecties of schitteringen. De akoestiek en verstaanbaarheid worden als goed ervaren. Er wordt geen hinder ondervonden van: verkeerslawaai; aangrenzende ruimten; ventilatiesystemen (lawaai). In werk- en lesruimtes kan daglicht binnenkomen. Er is uitzicht naar buiten mogelijk. Er is voldoende daglicht en kunstlicht voor de aard van het werk. Men heeft geen last van: flikkerend licht; glans;
Verlichting in les- en werkruimtes scherpe contrasten; hinderlijke lichtval. door de toepassing van kunstlicht. 2.11.1.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.11.2.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.11.3.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.11.4.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.11.5.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.11.6.0 Veiligheid en Klimaat en temperatuur in lesen werkruimtes 2.12.1.0 Veiligheid en Meubilair in les- en werkruimtes De temperatuur wordt zowel in de zomer als in de winter als behaaglijk ervaren. De temperatuur is per ruimte regelbaar. De vochtigheidsgraad is in de zomer en in de winter aanvaardbaar. Verschijnselen die kunnen wijzen op onvoldoende ventilatie doen zich niet voor. Hinderlijke tocht door luchtverversingsinstallaties komt niet voor. Werk- en verblijfsruimtes aan de zonzijde zijn voorzien van zonwering, bij voorkeur aan de buitenzijde. De tafels en stoelen zijn: stabiel; verkeren in goede staat van onderhoud; zijn vrij van splinters en andere beschadigingen. 2.12.2.1 Veiligheid en Meubilair in les- en werkruimtes 2.12.3.0 Veiligheid en Meubilair in les- en werkruimtes 2.12.4.0 Veiligheid en Meubilair in les- en werkruimtes 2.13.1.0 Veiligheid en Werkhoudingen/afwi sseling (denk aan OOP) 2.13.2.0 Veiligheid en Werkhoudingen/afwi sseling (denk aan OOP) Het meubilair is voldoende aangepast aan de lengteverschillen van de leerlingen. Minimaal éénmaal per jaar (liefst aan het begin van het schooljaar) wordt er gecontroleerd of de leerlingen op/aan het juiste meubilair zitten. Kasten en stellingen zijn deugdelijk, voldoende stabiel en verankerd, en planken worden niet overbelast. Het meubilair (stoel en tafel) voor de medewerkers is ergonomisch verantwoord. Er is voldoende afwisseling tussen de verschillende werkhoudingen (zitten/staan). Degenen die regelmatig zware lasten tillen, passen de juiste tiltechniek toe en worden hierover met enige regelmaat voorgelicht. In de personeelskamer staat een losse stelling (foto).
2.13.3.0 Veiligheid en Werkhoudingen/afwi sseling (denk aan OOP) 2.13.4.0 Veiligheid en Werkhoudingen/afwi sseling (denk aan OOP) 2.14.1.0 Veiligheid en Beeldschermwerk 2.14.2.1 Veiligheid en Beeldschermwerk 2.15.1.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen Tillen, bukken en knielen door medewerkers in de onderbouw wordt zoveel mogelijk beperkt. Medewerkers ontvangen met regelmaat voorlichting over juiste werkhoudingen. Medewerkers overbelasten hun stem niet. Zij weten hoe zij overbelasting van hun stem kunnen voorkomen. De school weet welke medewerkers langdurig beeldschermwerk verrichten en weet welke voorzieningen/hulpmiddelen worden geboden. Bij beeldschermwerk is de werkplekinrichting goed afgestemd op het werk en de lichaamsafmetingen van de medewerkers en de leerlingen. Dit geldt ook voor de medewerkers die thuis werk verrichten. Kopieerapparatuur en printers zijn veilig en geven geen hinder: de apparatuur heeft een veilige elektrische aansluiting; bij veelvuldig gebruik van deze apparatuur wordt er voldoende geventileerd. 2.15.2.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen 2.15.3.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen 2.15.4.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen Elektrisch solderen kan veilig worden uitgevoerd. Handgereedschappen zoals hamers, vijlen en zagen zijn in goede staat. Elektrisch handgereedschap: is in goede staat; snoeren zijn onbeschadigd; is dubbel geïsoleerd of werkt onder veilige spanning. 2.15.5.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen 2.15.6.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen 2.15.7.0 Veiligheid en Gereedschappen/mi ddelen 2.16.1.0 Veiligheid en Gevaarlijke stoffen 2.16.2.0 Veiligheid en Gevaarlijke stoffen 2.16.3.0 Veiligheid en Ladders, trappen en ander klimmateriaal zijn in goede staat en worden goed onderhouden en gekeurd. Werknemers zijn voorgelicht over het veilig gebruik van ladders, trappen en ander klimmateriaal. Handgereedschappen en werkmaterialen zijn veilig en overzichtelijk opgeborgen, bij voorkeur in een speciaal daarvoor bestemde kast. In de RI&E is een overzicht opgenomen van die gevaarlijke stoffen die op de school worden gebruikt. De verpakking van gevaarlijke stoffen is: deugdelijk en onbeschadigd; van geschikt materiaal. De gevaarlijke stoffen hebben de volgende etikettering: naam produkt; Men heeft slechts een kleine hoeveelheid huishoudelijke middelen t.b.v. de schoonmaakdienst.