Arnhemse. monitor. Primair Onderwijs

Vergelijkbare documenten
De Arnhemse Primair Onderwijs. monitor

Arnhemse. Primair Onderwijs. monitor

Arnhemse. Primair Onderwijs. monitor

Arnhemse. Primair Onderwijs. monitor

Arnhemse. Primair Onderwijs. monitor

Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2006, 2007, Voorwoord

Scholenmarkten 2016/2017 data + locaties

Agenda bijeenkomst raadsleden Datum: 22 november 2016 Tijd: 17:30 19:30 uur Locatie: Onderwijshuis PO, Beverweerdlaan 3 in Arnhem

Rapportage Resultaten eindtoetsen 2018

Rapportage Eindresultaten 2011

Rapportage Eindresultaten Wat zijn de prestaties van onze scholen?

Rapportage Resultaten eindtoetsen 2017

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Rapportage Eindresultaten 2014

Rapportage Eindresultaten 2013

Controle voorlopige gegevens eindtoets en schooladvies

/ aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % aant. % ,3 5 3,3 8 5, , ,7 153

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

H 8 Cito Eindtoets 2014

ANALYSE EN WAARDERINGEN VAN OPBRENGSTEN

NBS Boeimeer Jan Nieuwenhuijzenstraat RJ Breda

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 34.4 en 34.6 van het Besluit bekostiging WPO;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 34.4 en 34.6 van het Besluit bekostiging WPO;

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

Wijzigingen opbrengstbeoordeling in het primair onderwijs Februari 2011

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

ANALYSE EN WAARDERINGEN VAN OPBRENGSTEN PRIMAIR ONDERWIJS

Drentse Onderwijs monitor

Conceptversie 1 25 januari Eind en tussenopbrengsten januari (& juli) Koningin Wilhelmina School

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

Resultaten eindtoets

Resultaten eindtoets

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

ANALYSE EN WAARDERINGEN VAN OPBRENGSTEN

Drentse Onderwijsmonitor

Resultaten eindtoets

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Resultaten eindtoets

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Nutsbasisschool Dirk van Veen Laan van Mecklenburg GD Breda

Resultaten eindtoets

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Datum 12 september 2013 Betreft Verstrekking databestand inzake eindtoetsresultaten van leerlingen in groep 8 op basisscholen

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor

ANALYSE EN WAARDERINGEN VAN OPBRENGSTEN

Drentse Onderwijsmonitor

Leerlingendoorstroom, tussentijdse in- en uitstroom

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Drentse Onderwijsmonitor

Resultaten Augustinusschool eindcito 2012

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijsmonitor

Resultaten entreetoets ,6 254,5 Conclusies entreetoets Verklaring behaalde resultaten

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijs monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Interne doorstroom Dr. Mollercollege - Waalwijk

Resultaten eindcito 2012 R.K.Josefschool:

Interne doorstroom Walewyc-mavo

Drentse Onderwijsmonitor

Het Almeerse basisonderwijs

Voorlopige normering opbrengsten speciaal basisonderwijs

Interne doorstroom !mpulse Leeuwarden, school van OSG Piter Jelles

Toelichting rapportages Entreetoets 2014

Drentse Onderwijsmonitor

Opbrengsten rapportage Entree- en Eindtoets Columbusschool

Samenvatting Leidse Monitor

Drentse Onderwijsmonitor

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 37b en 37c van het Inrichtingsbesluit W.V.O.

Bijlage bij de Terugkoppeling Leerresultaten PO in het Internet Schooldossier

Overstap van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs. Rotterdamse plaatsingswijzer Schooljaar

Berekening en correctie indicatoren leerresultaten

Onderzoek eindadviezen werkers WP BO die doorstromen naar WP VO

* Indien van toepassing ** Indien van toepassing wordt een voorgenomen besluit CvB voorgelegd aan de (P)MR

De beoordeling van opbrengsten in het basisonderwijs

Gelijke kansen in het onderwijs

Kansengelijkheid in het onderwijs in Den Haag

Transcriptie:

De Arnhemse monitor 2013-2015 Primair Onderwijs

De 2013-2015 Arnhemse monitor Redactie Martijn Davelaar Samenstelling Centrale eindtoets Martijn Davelaar Doorstroom PO-VO Channa Woudenberg Secretariële ondersteuning Ellen Hendriks Annelies de Roo Vormgeving Marcel van Wilsem Vos Beverweerdlaan 3 6825 AE Arnhem Postbus 2044 6802 CA Arnhem 026-7600 975 info@stichtingpas.nl www.stichtingpas.nl Primair Onderwijs

Voorwoord Voor u ligt de zestiende versie van de Arnhemse Monitor Primair Onderwijs (AMPO). Door monitoring van gegevens van de Arnhemse basisscholen kunnen de resultaten van de basisscholen in de gemeente worden gevolgd, waarbij steeds aangesloten wordt op nieuwe ontwikkelingen. Op verzoek van de drie Arnhemse schoolbesturen zijn, naast de gegevens van de centrale eindtoets, dit jaar voor het eerst gegevens over de door-, op- en afstroom in de eerste drie jaar van het voortgezet onderwijs gemonitord. De gepresenteerde gegevens geven echter nog geen volledig beeld van de door-, op- en afstroom en zijn slechts een aanzet hiertoe. Dergelijke gegevens moeten in de toekomst in een meerjarenperspectief worden gezet om een volledig beeld te kunnen geven. De gegevens in de Arnhemse Monitor Primair Onderwijs worden steeds met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. De resultaten van de centrale eindtoets zijn gecorrigeerd volgens de hiervoor, door de onderwijsinspectie, opgestelde regels 1. Pas dan krijgen dergelijke gegevens betekenis en kunnen resultaten van de verschillende scholen worden vergeleken. Martijn Davelaar Channa Woudenberg Stichting PAS (Primair onderwijs Arnhem in Samenwerking) Arnhem, november 2015 1 Inspectie van het Onderwijs (augustus 2014), Analyse van waarderingen en opbrengsten Primair Onderwijs en Inspectie van het Onderwijs (januari 2015), aanvulling op Analyse van waarderingen en opbrengsten Primair Onderwijs.

2

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 5 2 Achtergrondinformatie... 7 2.1 Algemeen... 7 2.2 Centrale eindtoets... 7 2.3 Doorstroom PO-VO... 12 3 Resultaten van de Arnhemse basisscholen... 13 3.1 Algemeen... 13 3.2 Gemiddelde eindtoetsresultaten per school... 14 3.3 Doorstroom PO-VO... 22 4 Resultaten van de Arnhemse basisscholen per schoolbestuur... 25 4.1 Algemeen... 25 4.2 Schoolbestuur De Basis... 26 4.3 Schoolbestuur Delta... 31 4.4 Schoolbestuur Fluvius... 36 4.5 Schoolbestuur Stichting Evangelische Basisschool... 41 4.6 Schoolbestuur Veluwe Plus... 42 4.7 Schoolbestuur SIMON... 43 4.8 Stichting Cosmicus Onderwijs... 44 4.9 Stichting Vrijescholen Athea... 45 5 Samenvatting en conclusies... 47 Bijlage 1. Eindtoetsscores van de Arnhemse basisscholen... 49 Bijlage 2. De scores op de drie onderdelen... 59 Bijlage 3. Correcties op de centrale eindtoets... 67 Bijlage 4. Inspectienorm... 69 3

4

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 1 Inleiding In de Arnhemse Monitor Primair Onderwijs (AMPO) worden de gegevens van de centrale eindtoets van de Arnhemse basisscholen weergegeven, waarbij de normering door de onderwijsinspectie als meetlat wordt gebruikt. Door het over langere tijd verzamelen van gegevens van scholen kan een trendanalyse worden weergegeven. Het weergeven van deze gegevens ten opzichte van een norm geeft op overzichtelijke en systematische wijze inzicht in de schoolontwikkelingen. De gegevens van de centrale eindtoets alleen geven slechts een beperkt beeld van een school. Daardoor wordt in deze monitor ook een eerste aanzet gedaan tot het weergeven van de doorstroom PO-VO. Vanaf het schooljaar 2014/2015 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs verplicht om een eindtoets te maken. De overheid stelt hiervoor aan scholen de centrale eindtoets beschikbaar. Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) is verantwoordelijk voor de uitvoering van de centrale eindtoets. Deze wordt in samenwerking met Stichting Cito gemaakt. Ook dit jaar zijn scholen in de gelegenheid gesteld tot correctie van de centrale eindtoetsgegevens. Scholen hebben hiertoe informatie ontvangen waarin duidelijk omschreven stond in welke gevallen de centrale eindtoetsgegevens achteraf gecorrigeerd mochten worden. De resultaten van leerlingen die korter dan vier jaar in Nederland zijn, leerlingen met een PrO/VSO advies en leerlingen met beperkte cognitieve capaciteiten zijn buiten beschouwing gelaten. Tevens worden de resultaten van leerlingen die in groep 7 of 8 zijn ingestroomd buiten beschouwing gelaten. In hoofdstuk 2 wordt nader ingegaan op deze zogenaamde ontheffingscategorieën. Voor scholen met meerdere locaties (en één BRIN nummer) is rekening gehouden met verschillen in percentage gewichtenleerlingen per locatie, waardoor een meer waarheidsgetrouw beeld per locatie wordt gegeven. Vanaf 2015 mogen scholen voor het voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen niet meer laten afhangen van het resultaat van de eindtoets. Het schooladvies is hierbij leidend. In het basisonderwijs, het voortgezet onderwijs, bij de schoolbesturen en de gemeente spelen vragen op het gebied van de overgang van leerlingen van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. Wat is het advies van de basisschool en waar zit de leerling na drie jaar? Met het inzichtelijk maken van de door-, op- en afstroom in de onderbouw van het voortgezet onderwijs wordt een aanzet tot een antwoord op deze vragen gegeven. Hoofdstuk 2 gaat nader in op de achtergrondinformatie. De resultaten van de centrale eindtoets en de doorstroom naar het VO worden in hoofdstuk 3 (alle Arnhemse scholen) en hoofdstuk 4 (per schoolbestuur) gegeven. De monitor wordt afgesloten met de samenvatting en conclusies in hoofdstuk 5. 5

6

2 Achtergrondinformatie De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 2.1 Algemeen De Arnhemse schoolbesturen zijn overeengekomen dat in de AMPO de eindtoetsresultaten van alle reguliere Arnhemse basisscholen worden weergegeven. Daarnaast worden de resultaten van de Arnhemse basisscholen De Rank (Stichting Evangelische Basisschool), Pieter Jongelingschool (Schoolbestuur Veluwe Plus), Ibn-i Sinaschool (Schoolbestuur SIMON) en Cosmicus (Stichting Cosmicus Onderwijs) in de monitor vermeld, waarmee het aantal deelnemende scholen/locaties op 58 komt. De Parcivalschool (Stichting Vrijescholen Athea) heeft in 2015 voor het eerst deelgenomen aan de centrale eindtoets, maar wenst niet deel te nemen aan de AMPO. Om scholen onderling te kunnen vergelijken, is het van belang dat scholen dezelfde regels hanteren bij de afname van de toets. Ter bevordering van de vergelijkbaarheid tussen de Arnhemse basisscholen zijn de scholen in juni 2015 geïnformeerd over het corrigeren van de eindtoetsresultaten (zie bijlage 3). 2.2 Centrale eindtoets 2.2.1 Correctie centrale eindtoets Niet alle leerlingen hoeven deel te nemen aan de centrale eindtoets. Voor bepaalde groepen is het maken hiervan niet verplicht. Deze leerlingen mogen wel deelnemen aan de centrale eindtoets, maar worden bij de correctie van de schoolresultaten buiten beschouwing gelaten (verder ontheffingsleerlingen genoemd). De eerste groep bestaat uit leerlingen die vallen onder één van de volgende ontheffingsgronden eindtoetsing PO 2 : o leerlingen die korter dan 4 jaar in Nederland verblijven en de taal onvoldoende beheersen (voorheen de zogenaamde I-leerlingen), o zeer moeilijk lerende leerlingen, o meervoudig gehandicapte leerlingen. Daarnaast worden de resultaten van de volgende leerlingen buiten de beoordeling gelaten: o leerlingen die een VSO of PrO advies hebben gekregen (voorheen de zogenaamde J-leerlingen) 3, o leerlingen met beperkte cognitieve capaciteiten. Dit kan de school op twee manieren aantonen. De eerste manier is wanneer uit de gegevens in het leerlingdossier blijkt dat de leerling maximaal het eindniveau van groep 6 behaalt voor taal én rekenen. De tweede manier is wanneer blijkt dat de leerling een IQ van onder de 80 heeft 4, o leerlingen die in groep 7 of 8 zijn ingestroomd. 2 College voor Toetsen en Examens (2015), Handleiding centrale eindtoets 2015. 3 Inspectie van het Onderwijs (augustus 2014), Analyse van waarderingen en opbrengsten Primair Onderwijs. 4 Inspectie van het Onderwijs (januari 2015), Aanvulling Analyse van waarderingen en opbrengsten Primair Onderwijs. 7

Evenals voorgaande jaren gaf Stichting PAS de basisscholen de mogelijkheid hun gemiddelde eindtoetsscore aan te passen voor leerlingen die ten onrechte zijn meegerekend. Van herkansende leerlingen gebruikt de school alleen de score van de leerling op de herkansing van de centrale eindtoets. De scores op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie worden niet jaarlijks aangepast op basis van de moeilijkheidsgraad van de toets. De scores op deze onderdelen kunnen daarom niet van jaar tot jaar met elkaar vergeleken worden. Het onderdeel Wereldoriëntatie is facultatief, maar werd dit jaar op 49 van de 58 scholen/locaties afgenomen. Het onderdeel Studievaardigheden is dit jaar uit de centrale eindtoets gehaald. 2.2.2 Instroomcorrectie en typen schoolrapporten Verschillen tussen schoolgemiddelden worden mede bepaald door factoren waarop het onderwijs niet of nauwelijks invloed heeft, maar die wel van grote betekenis zijn voor de onderwijsresultaten. Deze factoren zijn onder te verdelen in twee categorieën: o Factoren op schoolniveau. Een factor op schoolniveau is de sociaal-culturele achtergrond van de leerlingpopulatie. Scholen die veel leerlingen met een zwakke(re) sociaal-culturele achtergrond hebben, moeten er harder aan trekken om landelijk gemiddelde prestaties neer te zetten dan scholen die weinig leerlingen met een zwakke(re) sociaal-culturele achtergrond hebben. Het percentage gewichtenleerlingen wordt als een indicator beschouwd voor de sociaal-culturele achtergrond van de leerlingpopulatie van een school. o Factoren op leerlingniveau. Een factor op leerlingniveau is de intelligentie van leerlingen. Leerlingen die intelligenter zijn, behalen bij dezelfde onderwijsinspanning hogere scores dan leerlingen die meer moeite hebben met leren. Het resultaat op Begrijpend lezen geldt als benadering voor de factor intelligentie. Het College voor Toetsen en Examens rapporteert bij de centrale eindtoets 2015 vijf typen schoolrapporten, waarvan twee op leerlingniveau en drie op schoolniveau 5. Deze zijn allemaal op te vragen via de online portal Rapportage Centrale Eindtoets (RCET). In deze monitor wordt gebruik gemaakt van de gegevens uit het Schoolrapport Schoolgroep en het Schoolrapport met Correctie LG (LeerlingGewicht). In het Schoolrapport Schoolgroep wordt de ongecorrigeerde gemiddelde score van de school vergeleken met de onder- en bovengrens van de schoolgroep waartoe de school behoort. Een school wordt op basis van het percentage gewichtenleerlingen van de school ingedeeld in een schoolgroep. Hoe groter het percentage gewichtenleerlingen op de school hoe hoger de schoolgroep. De schoolgroep van de school is een vast gegeven, gebaseerd op het percentage gewichtenleerlingen zoals bekend bij DUO (op 1 oktober 2014). De gegevens uit het Schoolrapport Schoolgroep sluiten aan bij de normering van de onderwijsinspectie vanaf 2012 (zie 2.2.3). 5 College voor Toetsen en Examens (2015), Handleiding RCET bij de centrale eindtoets PO 2015. 8

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 In het Schoolrapport Correctie LG wordt per school een schatting gegeven van de gemiddelden indien deze qua schoolgrootte en percentage gewichtenleerlingen niet zou afwijken van de gemiddelde school. Het percentage gewichtenleerlingen op een school wordt gebruikt als correctiefactor voor de sociaal-culturele achtergrond van de leerlingen. De gegevens uit dit rapport worden gebruikt om schoolscores voor de drie onderdelen van de centrale eindtoets met elkaar en het Arnhems gemiddelde (bij ontbreken van een inspectienorm) te kunnen vergelijken 6. Voor scholen met meerdere locaties baseert DUO de schoolgroep op het percentage gewichtenleerlingen van de locaties tezamen. In deze monitor is de schoolgroep van een locatie echter gebaseerd op het percentage gewichtenleerlingen van de locatie zelf 7 en niet op het totale percentage gewichtenleerlingen van alle locaties tezamen. De reden hiervoor is dat het percentage gewichtenleerlingen van locaties sterk kan verschillen. 2.2.3 Inspectienormering Met ingang van het schooljaar 2011/2012 hanteert de inspectie een geheel nieuwe systematiek voor de beoordeling van de centrale eindtoets. Hierbij wordt voor alle scholen gebruik gemaakt van de ongecorrigeerde standaardscore 8. Op basis van de schoolscores van ongeveer 6.000 basisscholen over de periode 2009-2011 is een gemiddelde schoolscore berekend voor scholen met verschillende percentages gewichtenleerlingen (zie figuur 1, gele lijn). Per procentpunt gewichtenleerlingen is een ondergrens (roze lijn) en een bovengrens (donkergroene lijn) bepaald, die niet meer jaarlijks aangepast hoeft te worden (zie bijlage 4 voor een volledig overzicht van de inspectienormen per schoolgroep). De gemiddelde eindtoetsscore van een bepaald schooljaar is goed als deze op of boven de bovengrens ligt, voldoende als deze tussen de onder- en bovengrens ligt en onvoldoende als deze onder de ondergrens ligt. 6 In tegenstelling tot voorgaande jaren zijn op het moment van schrijven de landelijke gemiddelden op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie nog niet bekend, vandaar dat in deze monitor voor de gegevens van 2015 gebruik is gemaakt van het Arnhems gemiddelde op deze onderdelen. 7 Op basis van de leerlingtellingen uit het registratiesysteem van Esis (teldatum: 1 oktober 2014). 8 Inspectie van het Onderwijs (februari 2012), De beoordeling van opbrengsten in het basisonderwijs. 9

Figuur 1. De ondergrens, bovengrens en het landelijk gemiddelde bij verschillende percentages gewichtenleerlingen Citoscore 540 539 538 537 536 535 534 533 532 531 530 529 528 527 526 525 524 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Percentage gewichtenleerlingen Bovengrens Landelijk gemiddelde Ondergrens De systematiek is gelijk voor zowel kleine als grote scholen. Voor kleine scholen (minder dan tien leerlingen in groep 8) blijft wel gelden dat (waar nodig) de resultaten over vijf jaar in plaats van over drie jaar worden bekeken. De onder- en bovengrenzen worden niet meer jaarlijks aangepast. Dit is mogelijk doordat het Cito de toetsen zodanig ontwikkelt dat een schoolscore van het ene jaar vergeleken kan worden met die van de andere jaren. Als volgend jaar een hogere schoolscore wordt gerealiseerd, betekent dit dat de leerlingen van die groep een grotere vaardigheid hebben bereikt dan die van het jaar daarvoor. De aangepaste systematiek is transparanter dan die van voor 2011/2012, omdat deze gebruik maakt van de ongecorrigeerde standaardscore. De omrekening naar een gecorrigeerde standaardscore is dus niet meer nodig. Deze omrekening konden scholen zelf ook niet doen en was daarom voor hen niet transparant. Bij het bepalen van de onder- en bovengrenzen van de eindresultaten houdt de inspectie rekening met de leerlingenpopulatie. Dit gebeurt via het schoolgewicht (het percentage gewichtenleerlingen van een school). Het schoolgewicht, waarbij de opleiding van ouders de bepalende factor is, speelt een rol bij de toekenning van extra financiering door de overheid. Het is plausibel dat scholen voor 1.2-leerlingen meer inspanning moeten verrichten om hen tot eenzelfde resultaat op de eindtoets te brengen dan voor 0.3-leerlingen. Hoe die extra inspanning gewogen moet worden in relatie tot de leerresultaten, is echter lastig te bepalen. Bovendien groeien de landelijk gemiddelde scores op de eindtoets voor 0.3- en 1.2-leerlingen steeds meer naar elkaar toe. Om deze redenen maakt de inspectie voor het bepalen van het schoolgewicht in het kader van de opbrengstbeoordeling geen onderscheid tussen 0.3- en 1.2-leerlingen. Ter illustratie volgen hieronder drie voorbeelden. In alle drie de voorbeelden wordt uitgegaan van een gemiddelde ongecorrigeerde eindtoetsscore van 531,0. 10

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 1. Goed School 1 heeft 80 procent gewichtenleerlingen en een gemiddelde eindtoetsscore van 531,0. De score van de school ligt boven de bovengrens van de onderwijsinspectie (zie figuur 2). Hieruit kan geconcludeerd worden dat de gemiddelde eindtoetsscore van de school boven het landelijk gemiddelde ligt. Figuur 2. School 1 met een eindtoetsscore van 531,0 en 80% gewichtenleerlingen Citoscore 540 539 538 537 536 535 534 533 532 531 530 529 528 527 526 525 524 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Percentage gewichtenleerlingen Bovengrens Landelijk gemiddelde Ondergrens 2. Voldoende School 2 heeft 50 procent gewichtenleerlingen en een gemiddelde eindtoetsscore van 531,0. Uit figuur 3 blijkt dat de gemiddelde eindtoetsscore van de school tussen de onder- en bovengrens van de onderwijsinspectie ligt. Hieruit kan geconcludeerd worden dat de score van de school niet afwijkend is van het landelijk gemiddelde. Figuur 3. School 2 met een eindtoetsscore van 531,0 en 50% gewichtenleerlingen Citoscore 540 539 538 537 536 535 534 533 532 531 530 529 528 527 526 525 524 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Percentage gewichtenleerlingen Bovengrens Landelijk gemiddelde Ondergrens 11

3. Onvoldoende School 3 heeft 20 procent gewichtenleerlingen en een gemiddelde eindtoetsscore van 531,0. De score van de school ligt beneden de ondergrens van de onderwijsinspectie (zie figuur 4). Hieruit kan geconcludeerd worden dat de score van de school onder het landelijk gemiddelde ligt. Figuur 4. School 3 met een eindtoetsscore van 531,0 en 20% gewichtenleerlingen Citoscore 540 539 538 537 536 535 534 533 532 531 530 529 528 527 526 525 524 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Percentage gewichtenleerlingen Bovengrens Landelijk gemiddelde Ondergrens Beoordeling eindresultaten Taal en Rekenen De onderwijsinspectie heeft besloten met ingang van 2012 geen ondergrenzen meer vast te stellen voor de onderdelen Taal en Rekenen. Omdat de gemiddelden op Taal en Rekenen jaarlijks variëren in moeilijkheidsgraad kan de hierboven beschreven nieuwe manier van beoordelen bij de centrale eindtoets niet toegepast worden om stabiele ondergrenzen voor Taal en Rekenen te bepalen. Wel kunnen de voor leerlinggewicht (LG) gecorrigeerde resultaten worden vergeleken met het Arnhems gemiddelde. 2.3 Doorstroom PO-VO In deze Arnhemse monitor PO wordt een eerste aanzet gegeven met het inzichtelijk maken van de doorstroom naar de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Hierbij wordt de doorstroom, opstroom en afstroom van leerlingen die in schooljaar 2011/2012 in groep acht zaten en in 2014/2015 in het derde jaar van het VO zaten, weergegeven. Tevens geven de resultaten inzicht in het aantal doublures en de uitstroom van deze groep leerlingen. Deze gegevens zijn afkomstig uit het leerlingadministratiesysteem Magister, dat door alle middelbare scholen in Arnhem wordt gebruikt. Van alle leerlingen is bekend van welke basisschool zij afkomen, wat hun advies was en waar zij drie jaar later zitten. Alleen de leerlingen die in Arnhem van het reguliere basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs gingen, kunnen worden gevolgd. Het aantal leerlingen per basisschool is dit jaar gering omdat we met het volgen van één schooljaar beginnen. In de toekomst zullen meerdere jaren samengevoegd worden waardoor de gegevens betrouwbaarder zullen worden. 12

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 3 Resultaten van de Arnhemse basisscholen 3.1 Algemeen In dit hoofdstuk worden de gemiddelde eindtoetsresultaten en de verschillende onderdelen van de centrale eindtoets van de 58 Arnhemse scholen/locaties tezamen besproken. Om de gemiddelde scores in breder perspectief te kunnen plaatsen wordt daarbij een vergelijking gemaakt met de Arnhemse en de landelijke scores. In paragraaf 3.2 worden de resultaten beschreven van de gemiddelde eindtoetsscores. In paragraaf 3.3 komen de resultaten van de verschillende onderdelen van de centrale eindtoets aan bod. 3.1.1 Gemiddelde eindtoetsscore van Arnhem Vanaf 2012 geeft de inspectie een beoordeling op basis van de ongecorrigeerde standaardscore en wordt op basis van het percentage gewichtenleerlingen een onder- en bovengrens gehanteerd (zie bijlage 4). De gegevens voor Arnhem zijn in tabel 1 gegeven. De gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore van Arnhem voor 2015 ligt, evenals voorgaande jaren, dicht tegen het landelijk gemiddelde. Tevens valt deze binnen de boven- en ondergrens van de inspectienorm. Tabel 1. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore, Arnhem en landelijk 9 2013, 2014 en 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) Gewichten- Ongecorrigeerde Ondergrens leerlingen standaardscore Bovengrens 2013 Arnhem 12,8% 533,2 534,8 537,2 Landelijk 535,1 2014 Arnhem 12,1% 533,4 534,5 537,4 Landelijk 534,9 2015 Arnhem 11,1% 533,5 535,7 10 537,5 Landelijk 535,5 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm 3.1.2 Gemiddelde score van Arnhem op Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie In figuur 5 wordt een overzicht gegeven van het gemiddeld aantal goed gemaakte opgaven op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie. De resultaten van de leerlingen die onder een van de ontheffingscategorieën vallen zijn hierbij buiten beschouwing gelaten. De gegevens zijn gecorrigeerd voor leerlinggewicht (LG). 9 Bron: College voor Toetsen en Examens, Persbericht Uitslagen centrale eindtoets 2015, 12 mei 2015 10 Ongecorrigeerde standaardscore berekend op basis van het gemiddelde van alle Arnhemse leerlingen (excl. ontheffingsleerlingen) 13

Figuur 5. Gemiddelde score op Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie in Arnhem 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) taal 98,2 rekenen 61,1 wereldoriëntatie 61,8 0 20 40 60 80 100 120 3.2 Gemiddelde eindtoetsresultaten per school Van de 58 Arnhemse basisscholen wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde ongecorrigeerde eindtoetsscore ( 3.2.1). Hierbij worden resultaten van de ontheffingsleerlingen buiten beschouwing laten (zie 2.2.1). Bij uitzondering kunnen de leerlingen de centrale eindtoets herkansen. Slechts het cijfer van de herkansing wordt meegeteld. Verder wordt van alle scholen een overzicht van de voor LG gecorrigeerde resultaten op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie gegeven ( 3.2.2). 3.2.1 Gemiddelde eindtoetsscore per school In figuur 6 zijn de ongecorrigeerde eindtoetsscores 2015 van de individuele scholen gegeven. De scholen zijn naar oplopend percentage gewichtenleerlingen (tussen haakjes) weergegeven 11. Het percentage gewichtenleerlingen wordt op 1 oktober van het betreffende schooljaar bepaald en kan van jaar tot jaar verschillen. Op basis van het aantal gewichtenleerlingen (schoolgroep) is voor iedere school/locatie de bijbehorende onder- en bovengrens bepaald en weergegeven. Aan de hand van deze onder- en bovengrens is voor iedere school aangegeven hoe de school in 2015 t.o.v. de inspectienorm scoort. Er zijn in 2015 in totaal 16 scholen/locaties met een gemiddelde eindtoetsscore die onder de onderwijsinspectienorm ligt, dit is aanzienlijk minder dan in 2014 (22 scholen/locaties). 12 scholen/locaties scoren in 2015 boven de inspectienorm. Dit is een stijging ten opzichte van 2014 (9 scholen/locaties). De overige 30 scholen/locaties zijn volgens de inspectienormering niet afwijkend van het landelijk gemiddelde. 11 De leerlinggewichten zijn gebaseerd op de gegevens van DUO (teldatum: 1 oktober 2014), zoals bekend bij het College van Toetsen en Examens. Hierbij zijn de leerlinggewichten van de dubbellocaties gebaseerd op het (gemiddelde) leerlinggewicht van de gehele school. Om toch een onderscheid te kunnen maken tussen de dubbellocaties zijn de leerlinggewichten van deze afzonderlijke locaties gebaseerd op de leerlingtellingen uit het registratiesysteem van Esis (teldatum: 1 oktober 2014). 14

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Figuur 6. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore per school 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm ondergrens bovengrens 15

In figuur 7 is over de periode 2010-2015 het aantal scholen met een ongecorrigeerde standaardscore (zonder ontheffingsleerlingen) onder, conform of boven de inspectienorm weergegeven. De periode 2012-2014 laat een toename zien in het aantal scholen dat onder de inspectienorm scoort en een afname in het aantal scholen dat bovengemiddeld scoort. In 2015 is het beeld weer positiever. Het aantal scholen dat onder de norm scoort is in 2015 weer afgenomen en het aantal scholen met een bovengemiddelde score toegenomen. Figuur 7. Aantal scholen met een ongecorrigeerde standaardscore onder, conform of boven de inspectienorm over de periode 2010-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) 60 50 14 16 21 12 9 12 40 30 20 25 28 26 27 27 30 boven inspectienorm conform inspectienorm onder inspectienorm 10 0 17 18 21 12 16 10 2010 2011 2012 2013 2014 2015 Om een beeld te krijgen van de resultaten van scholen/locaties over de verschillende jaren, wordt in tabel 2 over de periode 2010-2015 weergegeven hoe de gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore zich verhoudt t.o.v. de voor dat schooljaar geldende inspectienorm. Door de jaren heen werden verschillende normen door de inspectie gehanteerd. Ook verschillen de cijfers op basis waarvan de inspectie een beoordeling maakt over deze periode (LG gecorrigeerde score vs. ongecorrigeerde score). Door middel van inkleuring van iedere school is aangegeven of de gemiddelde standaardscore over de periode 2010-2015 onder, boven of conform de inspectienorm van het betreffende jaar ligt. De scholen zijn gesorteerd op het percentage gewichtenleerlingen in 2015. De Arnhemse Montessorischool, Het Panorama en Het Mozaïek (locatie Eimersingel) scoorden in de gehele periode 2010-2015 boven de inspectienorm. Daarnaast zijn er nog acht scholen/locaties die over deze periode (wisselend) boven of conform de inspectienorm scoorden. Twee scholen/locaties scoorden de laatste drie jaar onder de inspectienorm. In bijlage 1 is van alle individuele Arnhemse basisscholen een uitgebreid overzicht gegeven van de ongecorrigeerde eindtoetsscore, het percentage gewichtenleerlingen en de bijbehorende onder- en bovengrenzen (2013-2015). 16

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Tabel 2. Overzicht van scholen met een ongecorrigeerde standaardscore onder, conform of boven de inspectienorm over de periode 2010-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) Standaardscore 2010 2011 2012 2013 2014 2015 Arnhemse Montessorischool (0%) Emmausschool (0%) Het Panorama (0%) Julianaschool (0%) Pieter Brueghelschool (Bauer) (0%) Pieter Brueghelschool (E. v. Beinum) (0%) Pieter Jongelingschool (0%) De Troubadour Elden (1%) Het Klinket (1%) Toermalijn (Brabantweg) (1%) Confetti (2%) De Arabesk (2%) Heijenoordschool (2%) Pieter de Jongschool (Kempenaer) (2%) De Boomhut (3%) De Gazelle (3%) De Wijzer (3%) Jozef Sartoschool (3%) Arnhemse Schoolvereniging (4%) De Schatgraaf (4%) De Sterrenkring (4%) Lea Dasbergschool (Emily Brontë) (4%) Montessorischool De Binnenstad (4%) Pieter de Jongschool (Pythagoras) (4%) Laarhorst (5%) Het JongLeren (6%) Toermalijn (Venlosingel) (7%) De Kringloop (8%) De Ommelander (8%) De Rank (8%) Jan Ligthartschool (9%) De Troubadour Vredenburg (10%) J. F. Kennedyschool (10%) St. Jozefschool (10%) Anne Frankschool (11%) De Troubadour Elderveld (11%) Cosmicus (14%) nvt nvt nvt nvt nvt Blinkertschool (15%) Dr. Aletta Jacobsschool (15%) Jeroen Boschschool (15%) Laarakker (15%) Pastoor van Arsschool (19%) Lea Dasbergschool (Pythagoras) (20%) Kunstrijk (29%) nvt nvt Annie M. G. Schmidtschool (30%) O.L.V. van Lourdesschool (31%) De Monchyschool (Graslaan) (32%) De Monchyschool (Lupinestraat) (32%) St. Margarethaschool (32%) Ibn-i Sinaschool (35%) Dr. Willem Dreesschool (36%) Hugo De Grootschool (36%) Johannesschool (37%) St. Paulusschool (41%) Het Mozaïek (Zwanebloemlaan) (43%) De Witte School (48%) Het Mozaïek (Eimerssingel) (51%) De Vlindertuin (52%) conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm 17

3.2.2 Gemiddelde score per school op Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie Om, bij gebrek aan een inspectienorm voor de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie, toch een indicatie te geven met betrekking tot de resultaten op deze onderdelen, zijn in figuur 8, 9 en 10 de scores (als gemiddeld aantal goed gemaakte opgaven) van deze onderdelen ten opzichte van het Arnhems gemiddelde gegeven 12. Omdat gebruik is gemaakt van de voor LG gecorrigeerde scores kunnen de resultaten van scholen onderling en ten opzichte van het gecorrigeerde Arnhems gemiddelde vergeleken worden. Uit de resultaten van de verschillende onderdelen blijkt dat scholen met een gemiddelde standaardscore onder de inspectienorm ook relatief laag scoren op de onderdelen Taal en Rekenen. Scholen met een gemiddelde standaardscore boven de inspectienorm scoren over het algemeen relatief hoog op deze onderdelen. Het onderdeel Wereldoriëntatie is facultatief, waardoor de scores op dit onderdeel niet meegenomen worden in de berekening van de gemiddelde standaardscore van de centrale eindtoets. Een aantal scholen hebben dit onderdeel niet afgenomen (zie figuur 10). De resultaten van de verschillende onderdelen van de centrale eindtoets laten zich moeilijker in een meerjarenperspectief plaatsen, als gevolg van het ontbreken van een correctie voor verschillen in moeilijkheidsgraad tussen de verschillende jaren. Bij de resultaten per schoolbestuur (hoofdstuk 4) wordt hier nader op ingegaan. 12 In tegenstelling tot voorgaande jaren zijn op het moment van schrijven de landelijke gemiddelden op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie nog niet bekend, vandaar dat in deze monitor voor de gegevens van 2015 gebruik is gemaakt van het Arnhems gemiddelde op deze onderdelen. 18

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Figuur 8. Gemiddelde score op Taal per school 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) schoolscore Arnhems gemiddelde 19

Figuur 9. Gemiddelde score op Rekenen per school 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) schoolscore Arnhems gemiddelde 20

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Figuur 10. Gemiddelde score op Wereldoriëntatie per school 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) schoolscore Arnhems gemiddelde 21

3.3 Doorstroom PO-VO 3.3.1 Op-, door- en afstroom Landelijk zit driekwart van de leerlingen in de derde klas van het VO op het niveau van het basisschooladvies, in Arnhem is dat bij zes op de tien leerlingen het geval. Wanneer een leerling in het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs op een hogere positie zit dan het basisschooladvies aangaf, spreekt de inspectie van opstroom. Landelijk is dat 15 procent van de leerlingen. Als een leerling in het derde leerjaar op een lagere positie zit dan het basisschooladvies aangaf, is sprake van afstroom. Landelijk is dat 10 procent van de leerlingen (bron: Inspectie van het onderwijs, 2014). In Arnhem stroomt 3,5 procent van de leerlingen op en 20 procent van de leerlingen af. 13 procent van de afstromers heeft ook gedoubleerd. 9 procent van de leerlingen stroomt uit. Het landelijk percentage zittenblijvers in het voortgezet onderwijs in Nederland bedraagt 5,8 procent. In de onderbouw blijven niet zoveel leerlingen zitten als in de bovenbouw. Het percentage zittenblijvers is het hoogst in de havo en dan vooral in havo 4 (bron: Inspectie van het onderwijs, 2015). In Arnhem doubleert 10 procent van de leerlingen in de eerste drie jaar van het voortgezet onderwijs. 3.3.2 Op- door en afstroom per basisschool In tabel 3 wordt de door-, op- en afstroom van leerlingen die in schooljaar 2011/2012 in groep 8 zaten en in 2014/2015 in het derde jaar van het VO zaten, weergegeven. Een deel van ingestroomde leerlingen stroomt af naar een lager niveau of stroomt op naar een hoger niveau. De leerlingen die rechtstreeks doorstromen zitten in het derde leerjaar van het VO op hetzelfde niveau als in het eerste leerjaar. Uitstroom betekent dat de leerling geen onderwijs meer volgt aan één van de VO-scholen in Arnhem. De vertrekredenen die door de VO-scholen opgegeven worden, lopen sterk uiteen. Leerlingen die uitstromen kunnen niet meer worden gevolgd. Alleen de leerlingen die in Arnhem van het reguliere basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs gingen, kunnen worden gevolgd. Het aantal leerlingen per basisschool is dit jaar gering omdat we met het volgen van één schooljaar beginnen. In de toekomst zullen meerdere jaren samengevoegd worden waardoor de gegevens betrouwbaarder zullen worden. Indien minder dan vier leerlingen in een categorie voorkomen dan wordt het percentage niet in de tabel weergegeven. Basisschool Cosmicus had in het schooljaar 2011/2012 geen leerlingen in groep 8 en van basisschool de Rank stroomden er geen leerlingen uit naar het VO in Arnhem. Van de Monchyschool (Graslaan) zijn geen gegevens bekend, vermoedelijk doordat beide locaties van deze school in 2015 zijn samengevoegd. 22

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Tabel 3. Door-, op- en afstroom in de onderbouw van het VO per basisschool tussen 2012 en 2014 school instroom doorstroom opstroom afstroom uitstroom doublure Anne Frankschool 7 100% Annie M.G. Schmidtschool 18 78% 11% 6% 6% Blinkertschool 23 39% 30% 30% De Boomhut 28 68% 7% 7% 7% 11% De Monchyschool (Lupinestraat) 11 45% 36% 9% 9% De Schatgraaf 29 34% 45% 10% 10% De Witte School 9 56% 11% 11% 22% Dr. Aletta Jacobsschool 15 27% 7% 33% 7% 27% Dr. Willem Dreesschool 9 56% 11% 22% 11% Heijenoordschool 51 82% 2% 2% 6% 8% Het JongLeren 10 40% 20% 40% Het Mozaïek (Eimersingel) 23 26% 9% 39% 9% 17% Het Mozaïek (Zwanebloemlaan) 25 16% 44% 24% 16% Hugo de Grootschool 13 54% 8% 8% 31% 0% Jan Ligthartschool 22 95% 5% Jeroen Boschschool 15 80% 7% 13% Lea Dasbergschool (Emily Brontë) 31 68% 3% 23% 3% 3% Lea Dasbergschool (Pythagoras) 19 26% 47% 11% 16% Pieter Brueghelschool (Bauer) 23 83% 4% 9% 4% Pieter Brueghelschool (E. v. Beinum) 16 88% 13% De Arabesk 23 35% 17% 35% 4% 9% De Gazelle 3 33% 33% 33% De Kringloop 25 24% 32% 28% 16% De Ommelander 13 62% 23% 8% 8% De Wijzer 7 86% 14% Johannesschool 10 10% 30% 30% 30% Kunstrijk 16 56% 6% 25% 6% 6% Laarakker 15 33% 13% 40% 13% Laarhorst 22 36% 9% 36% 5% 14% Pastoor van Arsschool 21 19% 5% 57% 10% 10% Pieter de Jongschool (Kempenaer) 42 50% 2% 36% 5% 7% Pieter de Jongschool (Pythagoras) 30 57% 7% 20% 17% St. Jozefschool 13 46% 8% 31% 15% St. Margarethaschool 20 20% 5% 50% 15% 10% St. Paulusschool 19 63% 5% 11% 5% 16% Arnhemse Montessorischool 34 85% 6% 3% 6% Arnhemse Schoolvereniging 19 63% 5% 5% 21% 5% Confetti 6 100% De Sterrenkring 16 75% 6% 19% De Troubadour Elden 13 46% 8% 31% 8% 8% De Troubadour Elderveld 4 75% 25% De Troubadour Vredenburg 10 60% 20% 20% De Vlindertuin 6 83% 17% Emmausschool 25 76% 4% 4% 12% 4% Het Klinket 32 47% 9% 22% 13% 9% Het Panorama 20 75% 5% 15% 5% J.F. Kennedyschool 17 71% 6% 12% 12% Jozef Sartoschool 28 89% 7% 4% Julianaschool 29 86% 7% 7% Montessorischool De Binnenstad 12 58% 17% 8% 17% O.L.V. van Lourdesschool 27 56% 22% 11% 11% Toermalijn (Brabantweg) 10 50% 20% 20% 10% Toermalijn (Venlosingel) 11 73% 18% 9% Ibn-i Sinaschool 24 83% 8% 8% Parcivalschool 4 50% 50% Pieter Jongelingschool 6 100% 23

24

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 4 Resultaten van de Arnhemse basisscholen per schoolbestuur 4.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn per schoolbestuur de resultaten van de ongecorrigeerde standaardscores en de voor LG gecorrigeerde scores op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie (als percentage t.o.v. het Arnhems gemiddelde) van de scholen/locaties in meerjarenperspectief gegeven 13. Per school is door middel van kleuring aangegeven of de standaardscore onder, conform of boven de inspectienorm van het betreffende schooljaar ligt. De onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie kunnen per schooljaar verschillen in moeilijkheidsgraad, waardoor deze scores niet van jaar tot jaar vergeleken mogen worden. Om de (voor LG gecorrigeerde) schoolresultaten op de drie onderdelen van de centrale eindtoets binnen eenzelfde jaar beter te kunnen vergelijken met elkaar maar ook ten opzichte van het Arnhems gemiddelde, is gekozen de resultaten als percentage goed gemaakte opgaven ten opzichte van het (voor dat jaar geldende) Arnhems gemiddelde weer te geven. Het Arnhems gemiddelde zelf ligt steeds op 100 procent. Een score lager dan 100 procent betekent dat de gemiddelde schoolscore lager dan het Arnhems gemiddelde van dat jaar ligt en een score boven de 100 procent betekent dat de gemiddelde schoolscore hoger dan het Arnhems gemiddelde van dat jaar ligt. Bij gebrek aan een normering op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie kan niet beoordeeld worden of een score boven of onder het gemiddelde nu daadwerkelijk afwijkt van het gemiddelde. Rekenvoorbeeld Op het onderdeel Taal ligt het Arnhems gemiddelde voor 2015 op 98,2 goed beantwoorde vragen (correctie LG en exclusief de resultaten van de leerlingen die onder een van de ontheffingscategorieën vallen). Een school met gemiddeld 91 goed beantwoorde vragen scoort dan op (91/98,2=) 92,7 procent ten opzichte van het Arnhems gemiddelde. Een school met 105 goed beantwoorde vragen scoort op (105/98,2=) 106,9 procent ten opzichte van het Arnhems gemiddelde. 13 In tegenstelling tot voorgaande jaren zijn op het moment van schrijven de landelijke gemiddelden op de onderdelen taal, rekenen en wereldoriëntatie nog niet bekend, vandaar dat in deze monitor voor de gegevens van 2015 gebruik is gemaakt van het Arnhems gemiddelden op deze onderdelen taal. Voor de gegevens van voorgaande jaren is gebruik gemaakt van de landelijke gemiddelden. 25

4.2 Schoolbestuur De Basis Organisatie voor openbaar onderwijs 4.2.1 Centrale eindtoetsresultaten In tabel 4 zijn van alle scholen van schoolbestuur De Basis het gezamenlijke percentage gewichtenleerlingen, de gemiddelde ongecorrigeerde eindtoetsscore en de bijbehorende onder- en bovengrens voor 2013, 2014 en 2015 gegeven. De gemiddelde score van De Basis valt in 2015, evenals voorgaande jaren, binnen de onder- en bovengrens van de inspectienorm. Tabel 4. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore van schoolbestuur De Basis 2013, 2014 en 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) 2013 2014 2015 Leerlinggewicht 17% 15% 15% Ondergrens 532,6 532,9 532,9 Gem. score De Basis 534,5 534,5 535,7 Bovengrens 536,6 536,9 536,9 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm Uit tabel 5 blijkt dat de scores op de verschillende onderdelen van de centrale eindtoets over de periode 2013-2015 gelijk zijn aan, of iets boven het landelijk/arnhems gemiddelde liggen. Door gebrek aan een normering kan echter niet vastgesteld worden of deze scores daadwerkelijk boven de norm liggen. Tabel 5. Gemiddelde scores op Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie van schoolbestuur De Basis en landelijk/arnhems, 2013, 2014 en 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) 2013 2014 2015 De Basis Landelijk De Basis Landelijk De Basis Arnhem Taal 71,6 71,2 72,0 71,6 98,9 98,2 Rekenen 40,9 40,8 40,6 40,4 61,5 61,1 Wereldoriëntatie 60,6 60,3 61,6 60,4 62,4 61,8 Door middel van kleuring is aangegeven hoe de 21 scholen/locaties van schoolbestuur De Basis ten opzichte van de inspectienorm scoren (zie figuur 11). De scholen/locaties zijn naar percentage gewichtenleerlingen (=schoolgroep 2015) gerangschikt. Op basis van dit percentage is de bijbehorende ondergrens (geel) en een bovengrens (blauw) gegeven. Van de 21 scholen/locaties van De Basis scoren 6 scholen/locaties onder de norm en scoren 6 scholen/locaties boven het landelijk gemiddelde van hun schoolgroep. De overige 9 scholen scoren gelijk aan het landelijk gemiddelde van hun schoolgroep. 26

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Figuur 11. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscores van schoolbestuur De Basis per school 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm ondergrens bovengrens Figuur 12 geeft een overzicht van het aantal scholen/locaties dat onder, conform of boven de inspectienorm scoort over de periode 2010-2015. De aantallen wisselen over de schooljaren, al zijn de verschillen in de laatste drie schooljaren niet erg groot. Figuur 12. Aantal scholen van schoolbestuur De Basis met een ongecorrigeerde standaardscore onder, conform of boven de inspectienorm over de periode 2010-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) 25 20 15 10 5 0 5 6 7 5 11 6 8 11 7 10 9 7 8 4 3 7 6 6 2010 2011 2012 2013 2014 2015 boven inspectienorm conform inspectienorm onder inspectienorm 27

In de tabellen 6 en 7 wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde eindtoetsscores van alle scholen van schoolbestuur De Basis over de periode 2013-2015. Daarnaast worden de voor LG gecorrigeerde scores op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie (in percentages ten opzichte van het landelijk/arnhems gemiddelde) gegeven over de periode 2013-2015. In 2015 ligt de gemiddelde eindtoetsscore van de Pieter Brueghelschool (beide locaties), de Blinkertschool, de Lea Dasbergschool (Pythagorasstraat) en Het Mozaïek (beide locaties) boven de inspectienorm. De Lea Dasbergschool (Emily Brontësingel), de Anne Frankschool, de Dr. Aletta Jacobsschool, de Monchyschool (beide locaties) en De Witte School scoren in 2015 onder de inspectienorm. De 6 scholen/locaties met een eindtoetsscore onder de inspectienorm scoren relatief laag op alle/het merendeel van de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie. De 6 scholen/locaties met een gemiddelde standaardscore boven de inspectienorm scoren over het algemeen relatief hoog op deze onderdelen. Opvallend is wel dat de Blinkertschool en de Lea Dasbergschool (Pythagorasstraat) relatief laag scoren op het onderdeel Wereldoriëntatie, terwijl de ongecorrigeerde standaardscores van deze scholen boven de inspectienorm liggen. Tabel 6. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore en de voor LG gecorrigeerde scores op Taal en Rekenen (in % t.o.v. landelijk/arnhems gemiddelde) van schoolbestuur De Basis 2013-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) Taal Rekenen 2013 2014 2015 2013 2014 2015 2013 2014 2015 Pieter Brueghelschool (Bauer) (0%) 106,0 111,0 107,7 105,9 111,1 106,9 Pieter Brueghelschool (E. v. Beinum) (0%) 105,9 99,3 107,0 104,9 99,3 104,6 Heijenoordschool (2%) 103,7 102,0 102,9 106,4 99,5 101,8 De Boomhut (3%) 102,4 99,7 99,7 102,7 97,3 100,0 De Schatgraaf (4%) 98,6 98,5 101,2 102,2 104,7 99,4 Lea Dasbergschool (E. Brontësingel) (4%) 96,3 97,6 98,1 94,4 101,7 95,6 Het JongLeren (6%) 100,0 102,8 102,3 92,9 101,5 98,2 Jan Ligthartschool (9%) 102,4 99,3 98,3 102,5 99,3 101,3 Anne Frankschool (11%) 95,8 100,3 94,2 95,6 102,2 91,2 Blinkertschool (15%) 110,0 104,1 104,7 109,6 100,7 101,7 Dr. Aletta Jacobsschool (15%) 97,6 100,7 92,9 101,5 106,2 97,7 Jeroen Boschschool (15%) 99,7 100,0 100,9 95,6 103,0 100,0 Lea Dasbergschool (Pythagorasstraat) (20%) 94,5 93,7 104,5 92,2 92,1 107,2 Annie M.G. Schmidtschool (30%) 98,9 96,2 97,8 105,4 98,8 106,1 De Monchyschool (Graslaan) (32%) 98,2 95,0 91,8 100,0 95,5 96,9 De Monchyschool (Lupinestraat) (32%) 89,2 101,0 95,5 90,9 98,3 99,7 Dr. Willem Dreesschool (36%) 96,8 105,9 99,1 100,7 104,0 103,0 Hugo De Grootschool (36%) 99,4 99,9 100,1 99,3 93,8 98,4 Het Mozaïek (Zwanebloemlaan) (43%) 108,0 98,2 104,3 107,6 94,1 102,3 De Witte School (48%) 104,1 109,4 94,2 102,0 103,5 94,0 Het Mozaïek (Eimerssingel) (51%) 105,9 103,4 107,6 98,8 107,2 106,4 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm 28

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Tabel 7. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore en de voor LG gecorrigeerde scores op Wereldoriëntatie (in % t.o.v. landelijk/arnhems gemiddelde) van schoolbestuur De Basis 2013-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) Wereldoriëntatie 2013 2014 2015 2013 2014 2015 Pieter Brueghelschool (Bauer) (0%) 110,1 111,1 109,8 Pieter Brueghelschool (E. v. Beinum) (0%) 107,3 100,5 106,4 Heijenoordschool (2%) 102,2 102,3 104,4 De Boomhut (3%) 106,0 104,5 100,9 De Schatgraaf (4%) 96,5 97,5 98,4 Lea Dasbergschool (E. Brontësingel) (4%) 96,8 102,2 94,5 Het JongLeren (6%) 89,1 96,7 102,6 Jan Ligthartschool (9%) 106,6 107,5 107,8 Anne Frankschool (11%) 96,4 Blinkertschool (15%) 102,3 97,7 96,8 Dr. Aletta Jacobsschool (15%) 94,4 103,3 90,7 Jeroen Boschschool (15%) 106,6 100,0 98,3 Lea Dasbergschool (Pythagorasstraat) (20%) 88,7 93,0 97,5 Annie M. G. Schmidtschool (30%) 97,0 91,4 97,8 De Monchyschool (Graslaan) (32%) 97,8 De Monchyschool (Lupinestraat) (32%) 90,9 101,8 Dr. Willem Dreesschool (36%) 90,4 104,5 95,8 Hugo De Grootschool (36%) Het Mozaïek (Zwanebloemlaan) (43%) 112,8 96,0 97,0 De Witte School (48%) 99,7 105,5 88,2 Het Mozaïek (Eimerssingel) (51%) 106,1 111,3 111,2 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm 4.2.2 Doorstroom PO-VO In figuur 13 wordt van alle scholen van de Basis de door-, op- en afstroom weergegeven van leerlingen die in schooljaar 2011/2012 in groep 8 zaten en in 2014/2015 in het derde jaar van het VO 14. De Heijenoordschool, de Pieter Brueghelschool (beide locaties), de Jan Ligthartschool en de Anne Frankschool hebben relatief de meeste leerlingen die doorstromen naar het onderwijsniveau waarvoor zij in groep 8 een advies hebben gekregen (meer dan 80 procent van de leerlingen). De Dr. Aletta Jacobsschool, de Lea Dasbergschool (Pythagorasstraat) en Het Mozaïek (beide locaties) hebben relatief de minste leerlingen die na drie jaar zijn doorgestroomd naar het niveau waarvoor zij een advies hebben gekregen in groep 8 (minder dan 30 procent van de leerlingen). Een groot deel van de leerlingen van deze scholen is afgestroomd naar een lager niveau of tussentijds gedoubleerd. 14 Van de Monchyschool (Graslaan) zijn geen gegevens bekend, vermoedelijk doordat beide locaties in 2015 zijn samengevoegd. 29

Figuur 13. Door-, op- en afstroom in de onderbouw van het VO per basisschool van schoolbestuur De Basis tussen 2012 en 2014 doorstroom opstroom afstroom doublure uitstroom Anne Frankschool (n=7) Jan Ligthartschool (n=22) P. Brueghel (E. v. Beinumlaan) (n=16) P. Brueghelschool (Bauer) (n=23) Heijenoordschool (n=51) Jeroen Boschschool (n=15) Annie M.G. Schmidtschool (n=18) De Boomhut (n=28) Lea Dasbergschool (E. Brontë) (n=31) Dr. Willem Dreesschool (n=9) De Witte School (n=9) Hugo de Grootschool (n=13) De Monchyschool (Lupine) (n=11) Het JongLeren (n=10) Blinkertschool (n=23) De Schatgraaf (n=29) Dr. Aletta Jacobsschool (n=15) Lea Dasbergschool (Pythagoras) (n=19) Het Mozaïek (Eimerssingel) (n=23) Het Mozaïek (Zwanebloem) (n=25) 100% 95% 88% 83% 82% 80% 78% 68% 68% 56% 56% 54% 45% 40% 39% 34% 27% 26% 26% 16% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 30

4.3 Schoolbestuur Delta De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 Stichting voor katholiek en protestants christelijk primair onderwijs 4.3.1 Centrale eindtoetsresultaten In tabel 8 zijn van alle scholen van schoolbestuur Delta het gezamenlijke percentage gewichtenleerlingen, de gemiddelde ongecorrigeerde eindtoetsscore en de bijbehorende onder- en bovengrens voor 2013, 2014 en 2015 gegeven. De gemiddelde score van Delta valt in 2015 binnen de onder- en bovengrens van de inspectienorm. Tabel 8. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscore van schoolbestuur Delta 2013, 2014 en 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) 2013 2014 2015 Leerlinggewicht 13% 13% 13% Ondergrens 533,2 533,2 533,2 Gem. score Delta 534,5 533,1 534,8 Bovengrens 537,2 537,2 537,2 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm Uit tabel 9 blijkt dat de gemiddelde scores van de Arnhemse scholen van Delta op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie over de periode 2013-2015 meestal rond of net iets onder het landelijk/arnhems gemiddelde liggen. Door gebrek aan een normering kan niet vastgesteld worden of deze scores daadwerkelijk afwijken van het gemiddelde. Tabel 9. Gemiddelde scores op Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie van schoolbestuur Delta en landelijk, 2013, 2014 en 2015, gecorrigeerd voor LG (excl. ontheffingsleerlingen) 2013 2014 2015 Delta Landelijk Delta Landelijk Delta Arnhem Taal 70,5 71,2 70,8 71,6 97,0 98,2 Rekenen 40,9 40,8 39,3 40,4 60,6 61,1 Wereldoriëntatie 59,1 60,3 58,3 60,4 60,4 61,8 Figuur 14 geeft een overzicht van de gemiddelde eindtoetsscores van de 15 Arnhemse scholen/locaties van schoolbestuur Delta. Door middel van kleuring is aangegeven hoe de scholen/locaties ten opzichte van de inspectienorm scoren. De scholen/locaties zijn naar percentage gewichtenleerlingen (=schoolgroep 2015) gerangschikt. Op basis van dit percentage is de bijbehorende ondergrens (geel) en een bovengrens (blauw) gegeven. Van de 15 scholen/locaties van Delta scoren 3 scholen boven de norm en 3 scholen onder de norm. De overige 9 scholen/locaties scoren conform de inspectienorm. 31

Figuur 14. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscores van schoolbestuur Delta per school 2015 (excl. ontheffingsleerlingen) conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm ondergrens bovengrens Het aantal scholen/locaties dat in 2015 boven de inspectienorm scoort is toegenomen en het aantal scholen/locaties dat onder de inspectienorm scoort is juist afgenomen ten opzichte van de voorgaande jaren (figuur 15). Figuur 15. Aantal scholen van schoolbestuur Delta met een ongecorrigeerde standaardscore onder, conform of boven de inspectienorm over de periode 2010-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) 20 15 10 5 0 2 2 3 1 3 8 7 9 7 10 9 5 7 5 5 2 3 2010 2011 2012 2013 2014 2015 boven inspectienorm conform inspectienorm onder inspectienorm 32

De Arnhemse Monitor Primair Onderwijs 2013-2015 In de tabellen 10 en 11 wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde eindtoetsscores van alle scholen/locaties van Delta over de periode 2013-2015. Daarnaast worden de voor LG gecorrigeerde scores op de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie (in percentages ten opzichte van het landelijk/arnhems gemiddelde) gegeven over de periode 2013-2015. In 2015 ligt de gemiddelde eindtoetsscore van De Gazelle, De Laarhorst en Kunstrijk boven de inspectienorm. De Wijzer, De Ommelander en de Johannesschool scoren in 2015 onder de inspectienorm. De 3 scholen met een eindtoetsscore onder de inspectienorm scoren relatief laag op alle/het merendeel van de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie. De 3 scholen met een gemiddelde standaardscore boven de inspectienorm scoren over het algemeen relatief hoog op deze onderdelen. Tabel 10. Gemiddelde ongecorrigeerde standaardscores en de voor LG gecorrigeerde scores op Taal en Rekenen (in % t.o.v. landelijk/arnhems gemiddelde) van schoolbestuur Delta 2013-2015 (excl. ontheffingsleerlingen) Taal Rekenen 2013 2014 2015 2013 2014 2015 2013 2014 2015 De Arabesk (2%) 102,2 102,2 97,8 104,2 97,0 99,9 Pieter de Jongschool (Kempenaer) (2%) 93,3 96,4 97,4 93,4 98,0 99,0 De Gazelle (3%) 100,6 99,2 100,6 101,2 105,2 102,0 De Wijzer (3%) 101,4 93,6 97,7 102,0 94,6 95,1 Pieter de Jongschool (Pythagoras) (4%) 101,8 96,2 97,9 109,8 95,5 97,7 Laarhorst (5%) 102,9 97,2 102,3 99,5 95,8 105,4 De Kringloop (8%) 100,7 102,8 101,5 106,1 99,5 102,6 De Ommelander (8%) 100,0 101,0 95,3 101,7 100,7 90,0 St. Jozefschool (10%) 102,0 98,6 99,0 102,7 91,8 96,9 Laarakker (15%) 95,9 96,6 99,8 89,5 94,3 95,6 Pastoor van Arsschool (19%) 96,8 100,4 98,5 102,0 98,3 98,4 Kunstrijk (29%) 95,6 100,6 99,7 100,7 101,7 105,6 St. Margarethaschool (32%) 100,3 103,6 100,5 93,1 95,5 103,6 Johannesschool (37%) 99,2 100,6 97,1 100,2 101,2 98,6 St. Paulusschool (41%) 93,4 94,7 99,9 90,4 91,6 100,5 conform inspectienorm onder inspectienorm boven inspectienorm 33