OCMWCPASFamilyAllowances (raadpleging van het kadaster van de kinderbijslag) Inhoudstafel 1) Inleiding... 1 2) Wetgeving... 1 3) Voorgeschiedenis... 2 4) Wie gebruikt de dienst? Voor wie en naar wie?... 2 5) Welke zijn de vereisten voor een goede gegevensoverdracht? Welke controles worden uitgevoerd op de ingevulde gegevens?... 3 6) Welke gegevens zijn vereist en welke gegevens worden verstrekt?... 3 7) Hoe gebeurt de overdracht en wie zijn de betrokken partners?... 6 8) Binnen welke termijn is er een antwoord?... 6 9) Wat zijn meest voorkomende fouten en resulaten?... 6 10) Samenhang tussen de verschillende functionaliteiten van de dienst... 7 11) Andere betrokken diensten... 7 12) Andere betrokken documentatie... 7 13) Aanvullende opmerkingen... 7 1) Inleiding Dit document geeft een overzicht van de werking van de beschikbare dienst op het netwerk van de sociale zekerheid via de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid (KSZ) voor de raadpleging van het kadaster van de kinderbijslag. Dit kadaster bevat informatie over werknemers in loondienst en werknemers in overheidsdienst. Het zal het OCMW in staat stellen om in het bijzonder de bevoegde kas voor de betaling van toelagen te kennen en zal informatie verstrekken over de identiteit van de verschillende actoren van het dossier (rechthebbende, rechtgevende en bijslagtrekkende). We delen nu al mee dat, in de huidige versie van CADAF, de kinderbijslagdossiers toegespitst zijn op de rechthebbende; deze opmerking zal beslissend zijn wanneer het zal gaan om de toegang tot de verschillende elementen van het dossier. 2) Wetgeving - Artikel 3, 6 van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie legt de aanvrager op "zijn rechten laten gelden op uitkeringen die hij kan genieten krachtens de Belgische of buitenlandse sociale wetgeving". Artikel 60, 2 van de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976 legt het OCMW op "alle nuttige raadgevingen en inlichtingen te verstrekken en de stappen te doen om aan de betrokkenen alle rechten en voordelen te verlenen waarop zij krachtens de Belgische of de buitenlandse wetten aanspraak kunnen maken.» Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 1/7
- De wettelijke basis voor de controleopdracht van de personeelsleden van de dienst Inspectie van de POD MI is terug te vinden in de artikelen 121 tot en met 124 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 juli 2003). 14 APRIL 1988 - Koninklijk besluit tot regeling van het gebruik van het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen, wat de openbare centra voor maatschappelijk welzijn betreft. 9 DECEMBER 1987. - Koninklijk besluit tot regeling van de toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, wat de openbare centra voor maatschappelijk welzijn betreft. 3) Voorgeschiedenis Tot op heden beschikten de OCMW's over geen enkele mogelijkheid om de bestanden van de RKW geautomatiseerd te raadplegen. In sommige situaties was het zoeken naar de bevoegde kas of, bijvoorbeeld, naar de rechthebbende die het recht op de storting van de bijslag opende niet vanzelfsprekend, aangezien de stappen best per telefoon of per kerende post moesten gebeuren. Men meet gemakkelijk dat de toekenning en vooral de recuperatie van voorschotten op de kinderbijslag niet eenvoudig is. 4) Wie gebruikt de dienst? Voor wie en naar wie? Zoals de titel van het project reeds aangeeft, maakt de raadpleging van dit kadaster het voor de maatschappelijk werker of de administratief medewerker van het OCMW mogelijk om de toestand te ontvangen van het gezin op het vlak van kinderbijslag bij de RKW. De maatschappelijk werker zal het kadaster bovendien in verschillende situaties raadplegen. Tijdens het sociaal onderzoek zal hij toegang kunnen hebben tot de kinderbijslagdossiers van dit gezin en zo de hoedanigheid van zijn cliënt kennen en bepalen of die aanspraak kan maken op de storting van bijslag. In sommige gevallen kan het OCMW toestemmen in voorschotten op kinderbijslag, mits recuperatie van de bedragen gestort aan de kinderbijslagkas wanneer de toestand van de betrokkene zal geregulariseerd zijn. Zijn eveneens betrokken, de personen die een onderhoudsplicht hebben tegenover een steunaanvrager. In dat geval kan het OCMW bepalen dat het bedrag van de toelagen moet gestort worden aan zijn cliënt en bij de RKW en de bevoegde kas tussenkomen opdat zijn cliënt kan genieten wat hem toekomt. De betalingsgegevens van kinderbijslag interesseren de diensten voor schuldbemiddeling waarvan een van de taken bestaat in het bepalen van de inkomens van hun cliënten. Het bedrage van de gestorte toelagen is echter niet beschikbaar en we moeten vaststellen dat, momenteel, niet in de terbeschikkingstelling van deze informatie is voorzien. Bovendien kan via de toegang tot deze gegevens eindelijk de bevoegde bijslagkas gekend zijn en zal het mogelijk zijn om hiermee contact op te nemen om de regularisatie van het dossier te bespoedigen in geval van problemen. Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 2/7
5) Welke zijn de vereisten voor een goede gegevensoverdracht? Welke controles worden uitgevoerd op de ingevulde gegevens? De enige voorwaarde is dat het OCMW beschikt over het huidige INSZ van de cliënt. Vooraleer de gegevens te controleren zal de KSZ nagaan of de persoon vandaag geïntegreerd is, met een "specifieke" kwaliteitscode (van 001 tot 009). 6) Welke gegevens zijn vereist en welke gegevens worden verstrekt? Inhoudstafel Mogelijke input van het OCMW - INSZ van de persoon waarvoor de raadpleging gebeurt, ongeacht zijn hoedanigheid (rechthebbende, rechtgevende, bijslagtrekkende). - Dossierperiode voor raadpleging (minimaal 1 maand, maximaal 5 jaar nodig, meer bepaald in geval van geboortepremie) Antwoorden van de sector van de kinderbijslag: o Negatief antwoord - INSZ betrokken persoon - Dossierperiode (periode die voortkomt uit het onderzoek) - Statuut (negatieve tendens van het antwoord) - Code retour o Positief antwoord voor dit onderzoek: - INSZ betrokken persoon - Dossierperiode (periode die voortkomt uit het onderzoek) - Lijst van de kinderbijslagdossiers waarbij de persoon gekend is, volgens de aangeduide opzoekingscriteria. - Identificatienummer van het dossier - Nummer van de kas - nummer van het lokaal bureau van de kas - Dossiernummer - Rechthebbende(1! per dossier en 1! dossier per kas) - INSZ - Lijst van de rechthebbenden - Soort rechthebbende Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 3/7
- INSZ - Periodes van recht op betaling - Gegevens in verband met de geboortepremie - Lijst van de rechthebbende kinderen - INSZ - Betaalperiodes - Gegevens in verband met de adoptiepremie Opmerkingen: a. Periode van het onderzoek: Hoewel de gevraagde informatie kan teruggaan tot de laatste 5 jaren (60 maanden) mag het onderzoek slechts op maximum een jaar betrekking hebben. b. Gegevens over de adoptie: De informatie over de adoptiedatum is reeds aanwezig bij het kadaster. Die is gekoppeld aan het betrokken rechthebbende kind en kan meerdere keren aanwezig zijn, zoveel keer als het kind geadopteerd is. c. Handicap van het kind. De OCMW's wensen de bevestiging te krijgen van de tenlasteneming van de handicap van het kind door de sector van de kinderbijslag, evenals de andere elementen die de bedragen verduidelijken. Bij gebrek aan bedragen van uitkeringen of indicatie van een handicap zal CADAF de OCMW's niet toestaan om te bepalen of men rekening houdt met de handicap in de toegekende uitkering. In eerste instantie zal de enige referentie dus de raadpleging blijven van de Directie-Generaal personen met een handicap. Deze raadpleging, die binnenkort geïmplementeerd zal worden, zal enkel inlichtingen verstrekken over de erkenning van de handicap en niet over de gestorte bedragen. d. Kenmerken/ Karakteristieken of subcategorieën: De sector van de OCMW's heeft gevraagd informatie te krijgen over de hoedanigheid/het kenmerk of de subcategorie van de actor. Dit gegeven zou, bijvoorbeeld, moeten meedelen of de rechthebbende een kind met een handicap is. De andere categorieën zijn meer bepaald deze die recht geven op de verhoogde toelagen, zoals het feit dat de rechthebbende een langdurig werkzoekende is. In haar huidige versie bevat het kadaster van de kinderbijslag dit gegeven niet. Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 4/7
Aanvullende opmerkingen: 1. Een dossier heeft betrekking op een rechthebbende (een enkel dossier per rechthebbende voor een uitkeringsfonds). Het kan zijn samengesteld uit een of meerdere rechthebbenden en uit een of meerdere bijslagtrekkenden. Er is momenteel geen enkel verband in het dossier tussen de rechthebbenden en de bijslagtrekkenden en dat kan tot problemen leiden wanneer een aanvraag tot uitkering gebeurt door een rechthebbende voor zijn eigen kinderen. Er moet dus een verband gecreëerd worden tussen deze twee soorten actoren. Er bestaan verschillende wat bijzondere gevallen betreffende de uitkeringsdossiers. Het is, bijvoorbeeld, mogelijk dat een persoon in meerdere dossiers voorkomt als rechthebbende, wanneer hij/zij rechthebbende kinderen heeft met verschillende bijslagtrekkende personen. Het kan eveneens zijn dat een persoon bijslagtrekkende is in een dossier en een rechthebbende in andere dossiers of tegelijkertijd bijslagtrekkende en rechthebbende is in hetzelfde dossier. Een persoon kan de drie hoedanigheden hebben in eenzelfde dossier. 2. Een overleden gezinslid kan toegankelijk blijven in CADAF wanneer hij de unieke bron van inkomen was van het gezin en wanneer hij de enige referentie blijft voor het recht, meer bepaald inzake kinderbijslag. Integratie <-> raadplegingsperiode: Het einde van de raadplegingsperiode zal altijd de systeemdatum zijn. Het is belangrijk dat de OCMW-cliënt geïntegreerd wordt op deze systeemdatum voor een kwaliteitscode van 001 tot 009. De raadplegingsperiode mag trouwens nooit de 60 maanden boven de systeemdatum overschrijden. Impact van de nieuwe CADAF: Een nieuwe versie van CADAF zal de volgende jaren gefinaliseerd worden. Deze verrijkte versie zou tot wijzigingen kunnen leiden op het niveau van de overgebrachte diensten. Voorbeeld van de situatie en opzoekingsvoorbeelden: Een bijslagtrekkende A heeft in zijn dossier een rechthebbende B met twee kinderen X en Y en een bijslagtrekkende C met een kind Z. X doet een recht ontstaan van 2001 tot 2005 en deze periode wordt dus vermeld in zijn dossier. Y doet een recht ontstaan van 2003 tot 2007, idem. Z doet een recht ontstaan van 2010 tot 2015, idem. Rechthebbende B die een band heeft met X en Y zal als betalingsperiodes hebben: [2001-2007]. Rechthebbende C die een band heeft met Z zal als betalingsperiodes hebben: [2010-2015]. Het Kadaster zal als betalingsperiode voor rechthebbende A de som van alle betalingsperiodes van zijn begunstigden in aanmerking nemen, hetzij: [2001-2007] + [2010-2015]. Wanneer men een opzoeking doet in CADAF zoekt men op gelijk welk persoon en door een periode te specificeren. Om het even welke, zelfs gedeeltelijke, dekking zal een resultaat geven. Zoekvoorbeeld via onderstaande situatie: A. Wanneer men de volgende opzoeking doet: Persoon: X, Periode: [2006-2007], zal men tot geen enkel resultaat komen. Kind X deed op dat ogenblik immers geen enkel recht ontstaan. Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 5/7
B. Wanneer men deze opzoeking doet: Persoon: X, Periode: [2005-2006], vindt men dit dossier terug, omdat persoon X rechthebbend kinds was in dit dossier in 2005 (hetgeen gedeeltelijk de zoekperiode dekt). C. Wanneer men deze opzoeking doet: Persoon: B, Periode: [2010-2012], vindt men niets terug, omdat B tijdens deze periode niets heeft ontvangen. D. Wanneer men deze opzoeking doet: Persoon: C, Periode: [2010-2012], vindt men het dossier, omdat C tijdens deze periode bijslagtrekkende was. E. Wanneer men deze opzoeking doet: Persoon: A, Periode: [2010-2012], vindt men wel degelijk het dossier, omdat de bijslagtrekkende wel een recht heeft doen ontstaan tijdens deze periode. 7) Hoe gebeurt de overdracht en wie zijn de betrokken partners? OCMW-CPAS 7 KSZ-BCSS 4 1 2 SmalS Sectoraal repertorium van de OCMW's BCSS-KSZ Reg. 5 6 3 RKW/ CADAF 1. Het OCMW stuurt de KSZ een verzoek via zijn eigen programma of via het programma van een softwareleverancier. 2/3 De KSZ controleert de integratie voor de OCMW-sector en meer bepaald voor het eisende OCMW. 4 De KSZ controleert de integratie van de persoon voor de sector van de kinderbijslag. 5 Wanneer de integraties juist zijn bezorgt de KSZ het verzoek aan de RKW (CADAF). 6/7 De RKW zoekt de gevraagde gegevens in CADAF en bezorgt het resultaat van zijn behandelingen aan het OCMW via de KSZ. 8) Binnen welke termijn is er een antwoord? Het antwoord zal onmiddellijk aan het OCMW bezorgd worden. Dit gebeurt on line. 9) Wat zijn meest voorkomende fouten en resultaten? 320003 De periode van de aanvraag is minder dan een kalendermaand. Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 6/7
320004 Geen gegevens gevonden in het Kadaster voor de zoekcriteria 320005 Technisch probleem bij de RKW 321003 Het INSZ van het onderzoek komt niet voor in het betreffende dossier 321004 Geen gegevens gevonden in het Kadaster voor de zoekcriteria 321005 Technisch probleem bij de RKW 10) Samenhang tussen de verschillende functionaliteiten van de dienst In het kader van zijn sociaal onderzoek kan het zijn dat het OCMW de dienst raadplegen om één of ander acteur te kennen van het kinderbijslagdossier. Er moet opgemerkt worden dat ongeacht de persoon waarop het onderzoek betrekking heeft, de aanvrager het kinderbijslagdossier integraal zal ontvangen. Ter herinnering, die concentreert zich steeds rond de rechthebbende van het dossier en kan verschillende rechthebbenden en begunstigden bevatten. 11) Andere betrokken diensten In het kader van de dossiers kinderen met een handicap zal deze dienst enkel gebruikt worden samen met de dienst die ervoor zal zorgen dat men toegang heeft tot de gegevens van medische erkenning van het kind met een handicap voor zover CADAF geen enkele informatie geeft over de handicap. 12) Andere betrokken documentatie Te bekijken 13) Aanvullende opmerkingen Begrip inactief dossier Een dossier is inactief wanneer geen enkel recht meer wordt geopend voor geen enkele rechthebbende van het dossier. Wat erop neerkomt dat wanneer de rechthebbende geen enkel recht meer opent voor zijn rechtgevenden, of nog wanneer geen enkele rechtgevende van het dossier nog een betalingsperiode open staan heeft. Gebruikersgids van het Netwerk van de Sociale Zekerheid 7/7