PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU. Commissie sociale zaken en milieu ONTWERPVERSLAG



Vergelijkbare documenten
PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU. Zittingsdocument. over de sociale en milieugevolgen van klimaatverandering in de ACS-landen

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 januari 2009 (20.01) (OR. en) 5365/09 DEVGE 9 RELEX 36 ACP 14 AGRI 16 ALIM 1 PROBA 2 FAO 1

13157/16 cle/van/dp 1 DGG 1A

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0038/2006 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B6-0345/2005

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B

NL In verscheidenheid verenigd NL B8-1043/8. Amendement. Giovanni La Via, Peter Liese namens de PPE-Fractie

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Op 24 mei 2005 heeft de Raad (RAZEB), in zijn samenstelling van ministers van Ontwikkelingssamenwerking, de conclusies in bijlage I aangenomen.

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/2174(INI)

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. Commissie sociale zaken, menselijk verkeer, milieu, onderwijs en cultuur

ONTWERPRESOLUTIE. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement B8-0391/ naar aanleiding van een verklaring van de Commissie

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van verklaringen van de Raad en de Commissie

Klimaatbeleid van het Ministerie van Arbeid, Technologische Ontwikkeling en Milieu

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

AANGENOMEN TEKSTEN. Follow-up en stand van zaken van de Agenda 2030 en de doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling

*** ONTWERPAANBEVELING

Klimaatverandering en internationaal beleid: de weg van Kyoto naar Kopenhagen.

*** ONTWERPAANBEVELING

SDG 13 Klimaat Adaptatie Griet Verstraeten Department Omgeving

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT ACP 105 COAFR 81 CODEC 816

Zittingsdocument B7-0493/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Raad en de Commissie

over het standpunt van Europa en Latijns- Amerika omtrent het klimaat en klimaatverandering in het kader van de klimaattop 2015 in Parijs (COP21)

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II

6981/17 ASS/sl 1 DG C 1

Klimaat en ontwikkeling

Klimaat en ontwikkeling

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

Commissie ontwikkelingssamenwerking ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0000/2016

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Werkblad 3. Klimaatconferentie Parijs december 2015

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2010 (19.03) (OR. en) 7701/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0053 (NLE) ACP 66 PTOM 10 COAFR 102

EUROPEES PARLEMENT. Commissie internationale handel PE v01-00

Boodschap aan de vijfde Top Europese Unie Latijns-Amerika en het Caribisch gebied op 16 en 17 mei 2008 in Lima

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2017/2061(BUD)

13198/17 van/gra/hh 1 DGE 1B

INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Directie-Generaal Ontwikkelingssamenwerking en Humanitaire Hulp (DGD) DGD EN DE ONTWIKKELINGSACTOREN

13875/15 MAK/mt 1 DGG 1A

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

ACP-EU JOINT PARLIAMENTARY ASSEMBLY. Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG

*** ONTWERPAANBEVELING

15573/17 van/gra/fb 1 DG C 1

Commissie werkgelegenheid en sociale zaken. van de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken

GEMOTIVEERD ADVIES VAN EEN NATIONAAL PARLEMENT INZAKE DE SUBSIDIARITEIT

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS- EU

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 juni 2005 (09.06) (OR. en) 9806/05 SAN 101 DEVGEN 106

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0258/36. Amendement. Peter Liese namens de PPE-Fractie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 19 juli 2005 (OR. fr) 10752/05 ACP 92 FIN 238 PTOM 29 DEVGEN 135 ENV 334 OC 490

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 september 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 21 april 2017 (OR. en)

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2072(BUD)

Hendrik Segers Nationaal Knooppunt Biodiversiteit Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen

EUROPEES PARLEMENT Zittingsdocument B8-0000/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B8-0000/2014

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement 2015/2104(INI)

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 0000/0000(INI)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 juli 2014 (OR. en)

AFRIKA RECHTSGROND DE OVEREENKOMST VAN COTONOU

Zittingsdocument B7-0000/2011 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2011

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2161(BUD)

Commissie economische ontwikkeling, financiën en handel ONTWERPVERSLAG

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

8792/1/16 REV 1 dui/cle/as 1 DG G 2B

EUROPEES PARLEMENT. Commissie politieke zaken

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage. Geachte Voorzitter,

7775/17 van/ons/ev 1 DG C 2B

Voorontwerp van decreet tot wijziging en optimalisatie van diverse bepalingen van het kaderdecreet van 22 juni 2007 inzake ontwikkelingssamenwerking

Achtergrondinformatie toelichtingen bij ppt1

10254/16 ons/zr/as 1 DGC 2B

ONTWIKKELINGSBELEID ALGEMENE BEGINSELEN

Klimaatverandering en Ontwikkeling

Millennium Development Goal 8: Developing a Global Partnership for Development

12807/16 mak/sl 1 DG E 1B

7495/17 tin/gra/sl 1 DGG 1A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 april 2002 (02.05) (OR. en) 8318/02 LIMITE PROCIV 16 FSTR 3

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds

Commissie industrie, onderzoek en energie ONTWERPVERSLAG

Gevolgen van klimaatverandering voor Nederland

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2151(INI)

EUROPEES PARLEMENT Zittingsdocument B7-0000/2014 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

*** ONTWERPAANBEVELING

NL In verscheidenheid verenigd NL. Amendement. Julia Reid namens de EFDD-Fractie

ONTWIKKELINGSBELEID - ALGEMENE BEGINSELEN

EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING

ONTWERPRESOLUTIE EURO-LATIJNS-AMERIKAANSE PARLEMENTAIRE VERGADERING. Commissie sociale zaken, menselijke betrekkingen, milieu, onderwijs en cultuur

MAATSCHAPPIJ ONDERSCHAT ERNST EN TAAIHEID KLIMAATPROBLEEM

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU. Commissie politieke zaken ONTWERPVERSLAG

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/2117(INI)

Transcriptie:

PARITAIRE PARLEMENTAIRE VERGADERING ACS-EU Commissie sociale zaken en milieu 15.01.2009 ONTWERPVERSLAG over de sociale en milieugevolgen van klimaatverandering in de ACSlanden Co-rapporteurs: de heer Netty Baldeh (Gambia) en de heer Josep Borrell Fontelles DEEL A: ONTWERPRESOLUTIE PR\762820.doc AP/100.383/A

INHOUD Bladzijde PROCEDUREVERLOOP... 3 ONTWERPRESOLUTIE... 4 TOELICHTING (afzonderlijk gepubliceerd) 2/13 PR\762820.doc

PROCEDUREVERLOOP Tijdens de vergadering van 16 maart 2008 stemde het Bureau van de Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU erin toe dat de Commissie sociale zaken en milieu een verslag zou opstellen in overeenstemming met artikel 2, lid 8, van zijn Reglement, over de sociale en milieugevolgen van klimaatverandering in de ACSlanden. Tijdens de vergadering van 15 maart 2008 stelde de Commissie sociale zaken en milieu de heer Netty Baldeh (Gambia) en de heer Josep Borrell Fontelles aan als corapporteurs. De Commissie sociale zaken en milieu behandelde het ontwerpverslag op haar vergadering van... Op deze laatste vergadering keurde ze de bijhorende ontwerpresolutie goed. Volgende leden waren bij de stemming aanwezig:... De resolutie wordt ter goedkeuring ingediend op... PR\762820.doc 3/13

ONTWERPRESOLUTIE over de sociale en milieugevolgen van klimaatverandering in de ACS-landen De Paritaire Parlementaire Vergadering ACS-EU, samengekomen in Praag (Tsjechische Republiek) van 6 tot 9 april 2009, gelet op artikel 17, lid 1, van zijn Reglement, gelet op de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst, ondertekend in Cotonou op 23 juni 2000 en herzien in Luxemburg op 25 juni 2005 ('Overeenkomst van Cotonou'), met name artikel 32 ervan, gelet op de artikelen 177 t/m 181 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, gezien de gemeenschappelijke verklaring van 20 december 2005 van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen van de lidstaten, samengekomen in de Raad, het Parlement en de Commissie, betreffende het ontwikkelingsbeleid van de Europese Unie: 'De Europese consensus', en met name de artikelen 12, 22, 38, 75, 76, 101, 105 ervan 1, gezien Agenda 21, de Verklaring van Rio over milieu en ontwikkeling, en de beginselverklaring over duurzaam beheer van bossen, goedgekeurd door meer dan 178 regeringen tijdens de VN-conferentie over milieu en ontwikkeling (Wereldmilieutop) van 3 tot 14 juni 1992 in Rio de Janeiro (Brazilië), waarvan de beginselen opnieuw zijn bevestigd tijdens de Wereldtop over duurzame ontwikkeling (World Summit on Sustainable Development - WSSD) in Johannesburg (Zuid-Afrika) van 26 augustus tot 4 september 2002, gezien het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC) en het Protocol van Kyoto, gezien het Verdrag van de Verenigde Naties ter bestrijding van woestijnvorming (UNCCD), goedgekeurd op 17 juni 1994 in Parijs en in werking getreden op 26 december 1996, gezien de Millenniumverklaring van de Verenigde Naties van 8 september 2000, waarin de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling worden bepaald als door de internationale gemeenschap vastgestelde criteria ter bestrijding van armoede, gezien het actieplan voor het milieu dat is ontwikkeld door het Nieuwe Partnerschap voor de ontwikkeling van Afrika (NEPAD), 1 PB C 46 van 24.2.2006, blz. 1. 4/13 PR\762820.doc

gezien het actiekader van Hyogo 2005-2015 voor het opbouwen van de herstelcapaciteit van landen en gemeenschappen na rampen, dat in januari 2005 in Kobe, Hyogo (Japan) werd goedgekeurd door de Wereldconferentie voor rampenpreventie (World Conference on Disaster Reduction), gezien de Verklaring inzake de integratie van de aanpassing aan klimaatverandering in ontwikkelingssamenwerking (Declaration on Integrating Climate Change Adaptation into Development Co-operation), die op 4 april 2006 werd aangenomen door de ministers van Ontwikkelingssamenwerking en Milieu van de OESO-landen, gezien de verklaring van de G8-top van 7 juni 2007 in Heiligendamm, getiteld "Climate Change, Energy Efficiency and Energy Security Challenge and Opportunity for World Economic Growth" (Klimaatverandering, efficiënt energiegebruik en continuïteit van energievoorziening uitdagingen en kansen voor wereldwijde economische groei), gezien het partnerschap van de EU en Afrika inzake klimaatverandering, als onderdeel van het eerste actieplan (2008-2010) voor de toepassing van de gezamenlijke strategie EU-Afrika, gezien de routekaart van Bali, die in december 2007 op de VN-klimaatconferentie op Bali (Indonesië) is goedgekeurd, gezien de veertiende Conferentie van de Partijen bij het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (UNFCCC) (COP 14) en de vierde Conferentie van de Partijen, die dienst doet als overleg tussen de Partijen inzake het Protocol van Kyoto (COP/MOP 4), van 1 tot 12 december 2008 in Poznan (Polen), gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Parlement van 11 maart 2003 - Klimaatverandering in de context van ontwikkelingssamenwerking (COM(2003)0085), gezien de besluiten van de Raad en het actieplan 2004-2008 inzake klimaatverandering in de context van ontwikkelingssamenwerking van 24 november 2004, gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Parlement en het Europees Economisch en Sociaal Comité van 12 april 2005 "Samenhang in het ontwikkelingsbeleid - Sneller vorderingen boeken om de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling te bereiken" (COM(2005)0134 def.), gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad, het Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio s van 10 PR\762820.doc 5/13

januari 2007 "De wereldwijde klimaatverandering beperken tot 2 graden Celsius - Het beleid tot 2020 en daarna", gezien de conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van 8-9 maart 2007, waarin wordt gewezen op het belang van de verwezenlijking van de strategische doelstelling om de gemiddelde temperatuurstijging in vergelijking met het pre-industriële niveau wereldwijd te beperken tot maximaal twee graden Celsius, gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad en het Parlement - Naar een wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering tussen de Europese Unie en de arme ontwikkelingslanden die het ergst door de klimaatverandering worden getroffen (COM(2007)0540), gezien de resolutie van het Europees Parlement van 21 oktober 2008 over een wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering tussen de Europese Unie en de arme ontwikkelingslanden die het ergst door de klimaatverandering worden getroffen (2008/2131(INI)), gezien de voor de Raad bestemde tekst van de hoge vertegenwoordiger en de Commissie Klimaatverandering en internationale veiligheid van 14 maart 2008 (S113/08), gezien het verslag van Nicholas Stern van 2006, getiteld The Economics of Climate Change. The Stern Review ( Economische gevolgen van klimaatverandering. Het Stern-rapport ), gezien het verslag van de OESO van 2007, getiteld Stocktaking of Progress on Integrating Adaptation to Climate Change into Development Co-operation Activities (balans van de vorderingen op het gebied van de integratie van de aanpassing aan klimaatverandering in de ontwikkelingssamenwerking), gezien de verslagen van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC), met name het vierde evaluatieverslag van Werkgroep II van het IPCC, getiteld "Impacts, Adaptation and Vulnerability" (Impact, adaptatie en kwetsbaarheid), gezien het verslag over de ontwikkeling van de mens 2007-2008 van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP), getiteld Fighting Climate Change: Human solidarity in a divided world (De strijd tegen klimaatverandering: menselijke solidariteit in een verdeelde wereld), gezien het verslag van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds, getiteld "Global Monitoring Report 2008: MDGs and the Environment -Agenda for Inclusive and Sustainable Development" (Wereldmonitoringrapport 2008: millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling en het milieu - agenda voor inclusieve en duurzame ontwikkeling), 6/13 PR\762820.doc

gezien de "Environmental Outlook" (mondiaal milieuperspectief) tot 2030 van de OESO van maart 2008, onder verwijzing naar de eerdere resolutie over klimaatverandering en kleine insulaire ontwikkelingslanden in het kader van de ACS-EU-samenwerking, goedgekeurd op 1 april 1999 in Straatsburg, onder verwijzing naar de eerdere resolutie over natuurrampen in ACS-landen: EU-financiering voor paraatheid (middelen van het Europees Ontwikkelingsfonds) en noodhulp (middelen van het DG Humanitaire hulp), goedgekeurd op 22 november 2007 in Kigali (Rwanda), gezien het verslag van de Commissie sociale zaken en milieu (ACS-EU/...), A. overwegende dat ontwikkelingslanden het minst hebben bijgedragen aan de klimaatverandering, maar toch het hardst zullen worden getroffen op maatschappelijk en milieuvlak, omwille van hun maatschappelijke, economische en geografische kwetsbaarheid, hun sterke afhankelijkheid van landbouw, visserij en andere natuurlijke bronnen en hun beperkte mogelijkheden (op menselijk, financieel en technologisch vlak) om de gevolgen van klimaatverandering te bestrijden, B. overwegende dat een steeds stijgende zeespiegel zal leiden tot overstromingen, kusterosie, binnendringing van zeewater in binnenlandse zoetwatervoorraden en zelfs het onderlopen van enkele laaggelegen eilanden in de Stille Oceaan of in het Caribische gebied; overwegende dat het aantal mensen die het risico lopen met de overstroming van kustgebieden te worden geconfronteerd alleen al in Afrika kan oplopen van één miljoen in 1990 tot meer dan 70 miljoen in 2080, C. overwegende dat de temperatuurstijging en de verschillen in regenval zullen leiden tot extreme droogteperioden en de beschikbaarheid van water in de ACSlanden sterk zullen doen afnemen; overwegende dat bij een temperatuurstijging van 1 C tussen 75 en 250 miljoen mensen in Afrika zullen worden geconfronteerd met een grotere waterschaarste, dat dit bij een temperatuurstijging van 2 C tussen 350 en 600 miljoen mensen wordt, en bij een temperatuurstijging van 3 C tot 1,8 miljard mensen, D. overwegende dat de klimaatverandering de woestijnvorming nog zal versnellen en de bodemaantasting nog zal verergeren, waardoor de landbouwproductie en voedselzekerheid nog verder achteruitgaan en honger en ondervoeding in de ACS-landen toenemen, E. overwegende dat een stijging van de zeespiegel en de temperatuur ernstige gevolgen zullen hebben op de ecosystemen van de kust- en zeegebieden, wat op zijn beurt leidt tot een vermindering van de visvangst in de Stille Oceaan, rond de Caribische eilanden en voor de kustgebieden van Afrika, wat negatieve gevolgen heeft voor de lokale voedselvoorziening, PR\762820.doc 7/13

F. overwegende dat de klimaatverandering de biodiversiteit verder zal doen afnemen en daardoor heel wat planten- en diersoorten met uitsterven worden bedreigd en sommige ecosystemen voorgoed worden aangetast; overwegende dat de gevolgen voor de biodiversiteit in de ACS-landen op hun beurt cruciale gevolgen zullen hebben voor de voedselketen en voor het welzijn van de mensen die rechtstreeks afhangen van de ecosystemen, G. overwegende dat klimaatverandering, in combinatie met de huidige slechte en beperkt toegankelijke gezondheidszorg, zal leiden tot een toename van via vectoren en water overgedragen ziekten, zoals malaria, dengue en cholera, steeds meer thermische belasting en een toename van problemen met de luchtwegen, H. overwegende dat milieugevolgen door de klimaatverandering massale migratiestromen op gang zullen brengen, zowel binnen de landen als grensoverschrijdend (IPCC schat het aantal migranten op 150 miljoen tegen 2050); overwegende dat de meeste milieumigranten van de ACS-landen zullen verhuizen en zich elders in hun eigen land of in buurlanden zullen vestigen, en dit zal leiden tot humanitaire crisissituaties, snelle verstedelijking en de bijhorende vorming van sloppenwijken, wat er op zijn beurt voor zal zorgen dat de ontwikkeling in de ACS-landen tot stilstand komt, I. overwegende dat klimaatverandering de nationale, regionale en mondiale veiligheid ondermijnt, wat zal leiden tot conflicten omwille van schaarste aan natuurlijke bronnen of door de komst van ontheemde bevolkingsgroepen, J. overwegende dat klimaatverandering 40% van de internationale investeringen ter bestrijding van de armoede in gevaar brengt (ramingen van de Wereldbank) en zo in vele ACS-landen een ernstige bedreiging vormt voor de armoedebestrijding, de economische en maatschappelijke ontwikkeling en de verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen, K. overwegende dat, om de ernstigste onomkeerbare gevolgen van klimaatverandering te vermijden, de wereldwijde temperatuurstijging moet worden beperkt tot minder dan 2 C en het niveau van de mondiale broeikasgasconcentraties in de atmosfeer op minder dan 450 ppm moet worden gestabiliseerd; overwegende dat de geïndustrialiseerde landen en de opkomende economieën onweerlegbaar de meeste verantwoordelijkheid dragen voor de CO 2 - emissies, en zij bijgevolg de grootste inspanningen moeten leveren ter vermindering van hun emissies, L. overwegende dat mitigerende maatregelen in de ACS-landen moeten worden verbonden met maatregelen voor aanpassing, om zo de aanzienlijke gevolgen van de klimaatverandering onder controle te krijgen; overwegende dat de geïndustrialiseerde landen een historische verantwoordelijkheid voor de klimaatverandering dragen en moreel verplicht zijn de ACS-landen bij te staan in hun inspanningen om zich aan de gevolgen ervan aan te passen, volgens het principe dat de vervuiler betaalt, 8/13 PR\762820.doc

M. overwegende dat er momenteel een enorm hiaat zit in de financiering van de aanpassing in de ontwikkelingslanden; overwegende dat de geraamde aanpassingskosten uiteenlopen van 10 tot meer dan 80 miljard USD per jaar, en er op dit moment maar tussen de 150 en 300 miljoen per jaar wordt verstrekt door multilaterale financieringsmechanismen van de geïndustrialiseerde landen, N. overwegende dat vroege actie met betrekking tot aanpassing aan de klimaatverandering en rampenpreventie duidelijk kostenbesparend werkt; overwegende dat er volgens ramingen met elke dollar die aan rampenpreventie wordt uitgegeven tot zeven dollar kan worden bespaard aan rampenrespons, wat ook een sterk argument is om de financiering van hulpverlening te versnellen, O. overwegende dat de procedures voor toepassing en verspreiding van middelen via verschillende financieringsmechanismen voor klimaatverandering, zoals het mechanisme voor schone ontwikkeling (Clean Development Mechanism, CDM), vrij ingewikkeld zijn en de ontvangende landen er onvoldoende bij betrokken zijn, P. overwegende dat het CDM tot dusver weinig geschikt is om te voldoen aan de investeringsbehoefte van de armste landen op het gebied van schone technologie, wat bijvoorbeeld blijkt uit het feit dat slechts 2% van alle CDM-projecten in Afrika lopen; overwegende dat duurzaamheids- en additionaliteitscriteria van de CDM-projecten vaak niet worden gehandhaafd, Q. overwegende dat elke vertraging in het nemen van krachtige besluiten over de nodige mechanismen en financiering om de oorzaken en gevolgen van de klimaatverandering te verminderen, tot veel hogere kosten zal leiden, ALGEMEEN 1. verzoekt de Commissie en de donorlanden de ontwikkelingssamenwerking anders vorm te geven, zodat ontwikkelingsprojecten bestand zijn tegen de gevolgen van de klimaatverandering en een koolstofarme ontwikkeling ondersteunen; 2. verzoekt de Commissie haar bestaande structuren inzake klimaatverandering en ontwikkeling te vereenvoudigen; 3. verzoekt de Commissie en de EU-lidstaten voor een betere samenhang te zorgen tussen de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling en de klimaatverandering, door de gevolgen van en aanpassing aan de klimaatverandering te verwerken in projecten en programma's die zijn gericht op het bereiken van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling; 4. is tevreden over de vooruitgang die is geboekt bij het gelijkstellen van adaptatie en mitigatie tijdens de onderhandelingen over het toekomstige post-kyoto-kader; benadrukt echter dat de band tussen adaptatie- en mitigatieonderhandelingen nog PR\762820.doc 9/13

hechter moet worden, zodat de belangrijkste besluiten over deze onderwerpen niet los van elkaar worden genomen; 5. verzoekt de internationale gemeenschap en de private sector om de noodzakelijke investeringen te leveren voor onderzoek, ontwikkeling en snelle en uitgebreide overdracht van mitigatie- en adaptatietechnologie in de ACS-landen (bijv. koolstofarme energietechnologieën, technologieën voor koolstofafvang en - opslag); verzoekt de internationale gemeenschap eveneens om handelsbelemmeringen voor adaptatietechnologie voor klimaatverandering weg te nemen en intellectuele-eigendomsrechten vrij te geven (bijv. dwanglicenties); 6. verzoekt de Commissie en de EU-lidstaten om steun voor de activiteiten van de UNESCO die bijdragen tot de toepassing van het Barbados-actieprogramma voor duurzame ontwikkeling van de kleine eilandstaten in ontwikkeling (Small Island Development States, SIDS) en de erop volgende Mauritius-strategie; MITIGATIE 7. benadrukt dat een mondiale consensus over een ambitieuze en bindende doelstelling betreffende mitigatie moet worden bereikt tijdens de VNklimaatconferentie in Kopenhagen 2009 en verzoekt derhalve alle geïndustrialiseerde landen en de zich snel ontwikkelende landen overeenstemming te bereiken over een bindende doelstelling betreffende broeikasgassen; stelt voor dat een flexibelere en meer gedifferentieerde aanpak vereist is om de deelname van opkomende economieën aan de nieuwe overeenkomst te bevorderen (bijv. doelstellingen die enkel gelden voor specifieke sectoren), waarbij rekening wordt gehouden met de historische verantwoordelijkheid van de geïndustrialiseerde landen voor de opwarming van de aarde; 8. wijst erop dat de procedures voor toepassing en verspreiding van middelen bij het mechanisme voor schone ontwikkeling (CDM) moeten worden herzien en vereenvoudigd, om het CDM gemakkelijker toegankelijk te maken voor de ACSlanden en om te komen tot een stabielere verdeling van CDM-projecten, met een toename van het aantal projecten, vooral dan in Afrika ten zuiden van de Sahara; benadrukt dat een systeem in werking moet worden gesteld dat ervoor zorgt dat CDM-projecten in overeenstemming zijn met het additionaliteitsbeginsel en tot duurzame ontwikkeling in de ACS-landen leiden; verzoekt de donorlanden de ACS-landen bij te staan, zodat ze de nodige capaciteit kunnen bereiken om hun deelname aan het CDM te vergroten en zich niet enkel te richten op het CDM als het beleidsinstrument bij uitstek, maar om ook nieuwe mechanismen voor mitigatie in de ACS-landen te ontwikkelen; 9. verzoekt de regeringen van de geïndustrialiseerde landen en opkomende economieën heldere en consistente beleidskaders op lange termijn op te stellen, om eco-innovatie en investering te bevorderen (bijv. hernieuwbare energie, voertuigen met een zuinig brandstofverbruik en hybride voertuigen, nieuwe 10/13 PR\762820.doc

brandstoffen); benadrukt dat de private sector ook een centrale rol speelt in de bevordering van eco-innovatie; is bovendien van mening dat in de geïndustrialiseerde landen de algemene consumptiepatronen moeten veranderen om de emissie op middellange tot lange termijn te verminderen; 10. benadrukt dat de Commissie en de regeringen van donorlanden hun partnerschap met de regeringen van de ACS-landen moeten versterken om ambitieuze beleidsinitiatieven en plannen te ontwikkelen om ontbossing tegen te gaan en de aantasting van bossen te verminderen, en om te voorzien in technologieën en substantiële middelen voor duurzaam bosbeheer in de ACS-landen; AANPASSING 11. verzoekt de regeringen van de ACS-landen doelstellingen en maatregelen voor aanpassing rechtstreeks in hun nationale ontwikkelingsplannen, in hun strategieën voor armoedebestrijding en sectoriële beleidsmaatregelen en strategieën te verwerken, alsook in alle stadia en niveaus van het besluitvormingsproces; 12. benadrukt dat bijdragen voor aanpassing wettelijk bindend moeten worden en dat ze zowel in de internationale overeenkomst moeten worden verwerkt die in Kopenhagen 2009 wordt goedgekeurd, als in de nationale wetgeving van de 27 EU-lidstaten; 13. verzoekt de geïndustrialiseerde landen hun financiële steun voor aanpassing in de ACS-landen beduidend te verhogen en financieringsmechanismen te moderniseren die hiervoor zijn bestemd, zoals internationale handelsbelastingen, nationale emissieheffingen, heffingen op vliegtickets en het veilen van toegewezen eenheden (assigned amount units, AAUs); verzoekt de Commissie de begroting voor het Wereldwijd bondgenootschap tegen klimaatverandering aanzienlijk te verhogen, om zo beduidend meer aandacht te besteden aan klimaatverandering in de nieuwe begroting van het EOF en om dringend het idee van een mondiaal financieringsmechanisme tegen de klimaatverandering toe te passen, een vernieuwend financieringsinstrument dat de steun voor klimaatgerelateerde investeringen voor de armste en kwetsbaarste landen versnelt; 14. benadrukt dat de financiering voor aanpassing een aanvulling moet zijn op de bestaande officiële ontwikkelingssteun en andere toezeggingen van steunverlening; 15. verzoekt de internationale financiële instellingen om hun aanpassingsbeleid, programma's en financieringsmiddelen uit te breiden; 16. dringt er bij de private sector op aan dat deze zijn verantwoordelijkheid opneemt om het financiële hiaat weg te werken dat is ontstaan door de klimaatverandering; moedigt de Commissie, en de regeringen van de EU- en ACS-landen aan om te investeren in de ontwikkeling van publiek-private partnerschappen, om zo extra PR\762820.doc 11/13

financiering te verkrijgen van de private sector voor projecten voor aanpassingsmaatregelen, vooral in de minst ontwikkelde landen; 17. is van mening dat betere coördinatie van donoren vereist is, net zoals een veel intensievere dialoog tussen Noord en Zuid en een hechtere samenwerking tussen donoren en ontwikkelingslanden wat betreft het beleid, de mechanismen en de financiering inzake de klimaatverandering, in overeenstemming met de Beginselen van Parijs en de Agenda voor actie 2008 van Accra; 18. benadrukt de nood aan een verdere bevordering van regionale samenwerking tussen ACS-landen die met gelijkaardige problemen kampen die door de klimaatverandering zijn ontstaan; 19. verzoekt de donorlanden en internationale organisaties te investeren in het versterken van de infrastructuur voor klimatologische controle en klimaatgerelateerd gegevensbeheer, en van het aanpassingsvermogen van de instellingen, lokale gemeenschappen en individu's in de ACS-landen; 20. spoort de instellingen voor onderzoek en ontwikkeling van de EU-lidstaten aan om de beste werkmethoden en informatie te bevorderen en de uitwisseling ervan te vergemakkelijken, expertise en kennis te delen en netwerken en partnerschappen te creëren met gelijkaardige instellingen in de ACS-landen in sectoren waar de klimaatverandering de voornaamste drijfveer is (bijv. landbouw, waterbeheer); 21. verzoekt de ontwikkelingspartners de regeringen van de ACS-landen en burgerorganisaties te steunen bij de uitwerking van onderwijs- en informatiecampagnes inzake de gevolgen van de klimaatverandering; 22. juicht de intentie van de Commissie toe om een Europese rampenpreventiestrategie op te stellen; verzoekt de Commissie en de EU-lidstaten om de investeringen in rampenpreventie te verhogen, om zo de aanpassing aan de klimaatverandering te vergemakkelijken en de financiering van rampenpreventie op lange termijn te kunnen beschouwen als deel van de reguliere ontwikkelingshulp; is van mening dat de ontwikkeling van de verzekeringsmarkt van de private sector met betrekking tot het klimaat in de ACS-landen moet worden bevorderd, om zo beter bestand te zijn tegen klimaatcatastrofes; 23. verzoekt de Commissie en de regeringen van de EU-lidstaten om meer middelen te leveren voor de versterking van de capaciteit van de gezondheidszorg in de ACS-landen, om hen zo te helpen om te gaan met de negatieve gevolgen van de klimaatverandering op de gezondheid; 24. is van mening dat milieumigratie naar behoren moet worden gepland en beheerd om de veiligheid van mensen te garanderen; verzoekt daarom de internationale gemeenschap beschermingslacunes betreffende milieuvluchtelingen in de huidige wetgeving op te sporen en te verhelpen; stelt voor de asielwetgeving of - 12/13 PR\762820.doc

overeenkomsten op regionaal of internationaal niveau te herzien, rekening houdend met de uiterst kwetsbare situatie van de eilandstaten die het gevaar lopen permanent onder te lopen; herinnert er ook aan dat instrumenten ter bescherming van de identiteit, cultuur en tradities van milieuvluchtelingen moeten worden ontwikkeld en toegepast; 25. verzoekt zijn co-voorzitters deze resolutie te doen toekomen aan de ACS-EU- Raad, de Commissie, de Afrikaanse Unie, het UNFCCC en de Wereldbank. PR\762820.doc 13/13