Kanaleneiland-Noord & Kanaleneiland-Zuid, Utrecht



Vergelijkbare documenten
Beukenhorst/Bergwijkpark, Diemen

Rapport thematoezicht Gezonde Zorg: samenwerking tussen eerstelijnscentrum, de GGD en de thuiszorginstelling op het gebied van leefstijlondersteuning

Rapport thematoezicht Gezonde Zorg: samenwerking tussen eerstelijnscentrum, de GGD en de thuiszorginstelling op het gebied van leefstijlondersteuning

Wandelbos-Noord, Tilburg

Postcodegebied 6832 en 6834, Arnhem

Pottenberg, Malpertuis & Caberg, Maastricht

Orbis Medisch Centrum te Sittard. Inspectie voor de Gezondheidszorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Call Gebiedsgerichte gezondheidsaanpakken fase 1 voor Programma Gezonde Toekomst Dichterbij

Lokaal gezondheidsbeleid Workshop 18 februari 2016

Factsheet. Meet the Needs. Onderzoek naar de behoefte aan leefstijlaanbod van mensen met een lage SES in Maastricht

GGD Amsterdam T.a.v. de directie Postbus CE Amsterdam

Beschrijving. Bij opvoedingsproblemen kan doorverwezen worden naar het CJG screeningsoverleg.

Meerwaarde & mogelijkheden verbinding 1elijns gezondheidszorg, sociaal werk en wijkteams

Per abuis is het vastgesteld rapport in de vorige brief niet meegezonden. Bijgaand ontvangt u het vastgesteld rapport voor GGD Zaanstreek Waterland.

GIDS-gemeenten die de JOGGaanpak & GIDS combineren

Gezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen

Integrale aanpak leefstijlondersteuning in achterstandswijken ondanks goede initiatieven nog onvoldoende

GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland T.a.v. de directie Postbus BC Nijmegen

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. Zorggroep Almere. Datum bezoek: 19 december 2016

Utrecht Gezond! Een succesvolle aanpak tussen gemeente en zorgverzekeraar

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. GGD Groningen. juli 2014

Uitkomsten toezichtonderzoek Spijkenisse

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. GGD Drenthe. Oktober 2016

Raadsvergadering, 29 januari Voorstel aan de Raad

Onderwerp: Verlengen nota Lokaal gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede

Projectaanvraag Achterstandsfonds. Naam Project (voluit): Een patiëntgerichte multidisciplinaire aanpak van overgewicht in Maastricht.

GGD Hollands Noorden. en wijkverpleegkundigen met S1-taken

Het project in fasen. Waarom dit project? Gebiedsgerichte Zorg. Resultaten fase 1 en 2. Dit Zorgbelang Fryslân project wil:

Verslag regionale werkconferenties kiezen voor gezond leven

Vérian T.a.v. de Raad van bestuur Postbus BG Apeldoorn

Plan organisatie ouderenzorg in de wijk of gemeente Regio Zwolle

Datum 12 augustus 2014 Onderwerp vastgesteld rapport toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg

Raadsvoorstel (gewijzigd)

Rondetafeldiscussie Dag van de Ondervoeding

Krijgt uw patiënt het juiste hartrevalidatieprogramma? Dr Petra Reulings

GGD Zuid Limburg T.a.v. de directie Postbus HA GELEEN

Samenwerken aan gezondheid in de wijk

Toepassen van het wijkgezondheidsprofiel. Workshop bijeenkomst 11 november 2015 Gerdine Fransen en Jolanda Terpstra

Nota Lokaal Gezondheidsbeleid

Icare Jeugdgezondheidszorg T.a.v. de Raad van bestuur Blankenstein 400 Postbus KE Meppel

Factsheet Afhankelijkheden. Trekker: gemeente Groningen

ambitieakkoord stichting jongeren op gezond gewicht

Een gezonder Nederland VTV De Volksgezondheid Toekomst Verkenning Nancy Hoeymans, Jeanne van Loon, Casper Schoemaker

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. Afdeling Volksgezondheid van de gemeente Utrecht. Oktober 2016

Aanpak: Bijzondere Zorg Team. Beschrijving

Beter Samen in Noord (BSIN)

Stichting Thuiszorg Midden Gelderland T.a.v. de Raad van bestuur Postbus CD Arnhem

Ronde 2: sessie 1 Verbinding tussen eerstelijnszorg en sociaal werk: winst voor ouderen

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. CJG Den Haag. 20 februari 2017

JGZ Gooi en Vechtstreek

GGD IJsselland T.a.v. de directie Postbus BL Zwolle. Datum 30 juni 2014 Onderwerp Reactie rapport Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg

Zicht op kwaliteit van zorg Op basis van uw toelichting is de toelichting het aandachtspunt bij dit onderdeel verwijderd.

Gezondheidsprofiel Boxtel Oost

Per abuis is het vastgesteld rapport in de vorige brief niet meegezonden. Bijgaand ontvangt u het vastgesteld rapport voor Careyn, Breda.

De lokale verbinding JOGG en GIDS

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2014 IN DE GEMEENTE

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. GGD Limburg Noord. Oktober 2016

GEZ-kundige in 15 sheets. Robert Waterreus, ZorgImpuls, Zomercaroussel 20 juni 2013

Aanpak: Praktische gezinsondersteuning. Beschrijving

[Checklist] voor activiteiten die zich richten op eenzaamheid

Hieronder treft u de reactie van de inspectie naar aanleiding van uw brief van 13 mei jl. (met kenmerk: /DvdL/sh).

Verbinden van zorg en welzijn

VERANTWOORDING 2013 * VOORUITBLIK 2014 'KWETSBARE OUDEREN, SAMEN REDZAAM'

Samen Beter. Op weg naar 2020

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

HANDREIKING GECOMBINEERDE LEEFSTIJLINTERVENTIE VOOR GEZINNEN

Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland Midden T.a.v. directie Postbus EJ Arnhem

Factsheet Integrale gebiedsaanpak. Trekker: regio Achterhoek

Zorginnovatie bij CZ

Gezonde wijk Overvecht (GWO)

GGD Haaglanden T.a.v. directie Postbus DP Den Haag

Aanpak: Er op af aanpak vanuit zorgnetwerken. Beschrijving

Zorg op maat voor Hart- en/of vaatziekten Waarom ontvangt u deze folder?

Schakelen naar het juiste recept

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017.

Zuidzorg en de Zorgboog

Inspiratiedag Gezonde wijk 3 juni

Module: Zorg voor kwetsbare ouderen Format Plan van Aanpak

Stichting zorgbeheer de Zellingen T.a.v. de Raad van bestuur Postbus AA Capelle aan den IJssel

in uw brief blijkt dat ten tijde van het invullen van de vragenlijst dat u nog

GGD Fryslân T.a.v. de directie Postbus BK Leeuwarden

GGD Gelderland Zuid Nijmegen T.a.v. de/directie Postbus BC Nijmegen

GGD Drenthe T.a.v. de directie Postbus AC Assen. Datum 31 juli 2014 Onderwerp Vastgesteld rapport Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg. GGD Regio Utrecht. 30 januari 2017

Rivas Zorggroep T.a.v. de Raad van bestuur Postbus AB Gorinchem

SAMEN KIEZEN VOOR EEN WIJKGERICHTE AANPAK

# Hervorming Langdurige Zorg

Aanpak: Gezinscoaching. Beschrijving

VOEDING, BEWEGEN EN GEWICHT

Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk

Casusonderzoek ketensamenwerking s-hertogenbosch

Meander Jeugdgezondheidszorg

Utrecht gezond!

LOKAAL GEZONDHEIDSBELEID BERGEIJK 2017/2020

Bestuursopdracht Raad

Zorggroep Cohesie Cure and Care denkt mee met mensen met Diabetes! Optimale Diabeteszorg door goede samenwerking tussen zorgverleners

Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Flevoland. Oktober 2016

Omgevingsanalyse Urk

Aanpak: Voorwaardelijke Interventie Gezinnen. Beschrijving

GGD Hart voor Brabant

Transcriptie:

Rapport thematoezicht Gezonde Zorg: samenwerking tussen eerstelijnscentrum, de GGD en de thuiszorginstelling op het gebied van leefstijlondersteuning Kanaleneiland-Noord & Kanaleneiland-Zuid, Utrecht Amsterdam, september 2013

Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Resultaten...5 2.1 Randvoorwaarden...6 Randvoorwaarde 1. Gezamenlijke probleemanalyse...6 Randvoorwaarde 2. Gezamenlijke doelstellingen...7 Randvoorwaarde 3. Systematische evaluatie en verbetering...8 Randvoorwaarde 4. Gestructureerd overleg tussen relevante zorgverleners in de wijk/buurt 9 Randvoorwaarde 5. Netwerkregie... 10 Randvoorwaarde 6. Betrokkenheid zorgverzekeraar en gemeente... 11 2.2 Bevorderende factoren... 12 2.3 Belemmerende factoren... 12 2.4 Overig... 12 2.5 Overzicht van de scores per randvoorwaarde... 14 3 Maatregelen... 15 4 Openbaarmaking rapporten... 16 2

1 Inleiding In dit rapport staan de resultaten van het thematoezicht Gezonde Zorg over de samenwerking op het gebied van leefstijlondersteuning tussen eerstelijnscentrum, de GGD en de thuiszorginstelling in Kanaleneiland-Noord & Kanaleneiland-Zuid, Utrecht. In dit hoofdstuk leest u meer over het onderzoek. Aanleiding en doel De Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: inspectie) doet een onderzoek naar de samenwerking tussen eerstelijnscentrum, de GGD en de thuiszorginstelling op het gebied van leefstijlondersteuning. Hiervoor heeft u in de periode december 2012-januari 2013 een webbased vragenlijst ingevuld. Op 28 maart 2013 heeft de inspectie een bezoek gebracht aan uw wijk. Gezondheidsverschillen Bevolkingsgroepen met een lage sociaal economische status (SES) leven gemiddeld bijna 4 jaar korter en hun gezonde levensverwachting is ongeveer 15 jaar minder. In Nederland zijn de leefstijlfactoren roken en overgewicht de belangrijkste oorzaken van ziekte en sterfte. Leefstijlverandering heeft direct een gunstig effect op de levensduur. Bovendien leven mensen dan langer zonder ernstige gezondheidsproblemen. Project gezonde zorg In 2011 is de eerste fase van het project Gezonde Zorg: geïntegreerde en effectieve ondersteuning door zorgverleners bij leefstijlverandering afgerond. Onder leefstijlverandering wordt verstaan dat mensen er zelf voor zorgen dat zij voldoende lichaamsbeweging krijgen, gezonde voeding kiezen, eventueel stoppen met roken en hun alcoholgebruik matigen. Een leefstijlpatroon veranderen is lastig, maar vaak noodzakelijk om gezond te blijven of te worden. Zorgverleners in de wijk hebben een belangrijke taak om mensen die hun leefstijl willen of moeten bijstellen te ondersteunen. Uit onderzoek blijkt dat een ongezonde leefstijl veel meer voorkomt in achterstandswijken dan in andere wijken. Hier is een grote gezondheidswinst te behalen met leefstijlondersteuning. Het onderzoek Door in te zetten op de totstandkoming van een integrale aanpak bij leefstijlverandering wordt het veranderen van de leefstijl beter ondersteund. De inspectie vraagt van de GGD, eerstelijnscentrum en thuiszorginstelling, die actief zijn in achterstandswijken, dat zij zich hiervoor gezamenlijk inzetten. De basis is er al, zoals bestaande richtlijnen en best-practices. Door verder te bouwen op deze basis wil de inspectie stimuleren dat er een samenhangend aanbod tot stand komt. In 2012 hebben de partijen de ruimte gehad om met de samenwerking volgens de randvoorwaarden aan de slag te gaan. In 2013 toetst de inspectie de samenwerking in achterstandswijken tussen de GGD, eerstelijnscentrum en thuiszorginstelling(en). De inspectie onderzoekt de samenwerking in 20 achterstandswijken. De bevindingen over de samenwerking tussen de drie partijen in de wijken legt de inspectie vast in een wijkrapport. Daarnaast maakt de inspectie een geaggregeerde rapportage. Dit rapport wordt evenals de twintig wijkrapporten openbaar gemaakt. Alle rapporten worden op de website van de inspectie geplaatst, www.igz.nl. 3

In dit rapport kunt u uw score van het onderzoek bekijken. Ook geeft de inspectie haar eindoordeel per randvoorwaarde. Het bezoek Tijdens het bezoek aan uw wijk sprak de inspectie met de volgende mensen: - huisarts, Gezondheidscentrum Kanaleneiland & voorzitter, Stichting Kanaleneiland GEZond! - coördinator, Stichting Kanaleneiland GEZond! - beleidsmedewerker, GG&GD Utrecht - wijkverpleegkundige, Buurtzorg 4

2 Resultaten In dit hoofdstuk leest u hoe de inspectie de samenwerking per randvoorwaarde beoordeelt. De zes randvoorwaarden hebben een score afwezig, aanwezig, operationeel of geborgd. De scores afwezig en aanwezig beoordeelt de inspectie als onvoldoende. De scores operationeel en geborgd beoordeelt de inspectie als voldoende. De scores zijn gebaseerd op de antwoorden die u in de webbased vragenlijst heeft ingevuld, de toegezonden documenten en de informatie die tijdens het bezoek aan de orde is gekomen. De inspectie beoordeelt de samenwerking van de organisaties op basis van de randvoorwaarden. De inspectie heeft in de score enerzijds meegewogen in hoeverre sprake is van visie en samenwerkingsactiviteiten op het gebied van leefstijlondersteuning van de betrokken organisaties op populatieniveau en anderzijds in hoeverre sprake is van samenwerking op het gebied van leefstijlondersteuning op patiëntniveau, al dan niet in combinatie met zorgactiviteiten. Daarnaast heeft de inspectie gekeken in hoeverre bijvoorbeeld door de GGD wel al activiteiten zijn gestart in andere wijken op het gebied van de samenwerking met eerste lijn en thuiszorg bij leefstijlondersteuning, maar nog niet in de bezochte wijk. Deze activiteiten hebben geen invloed op de score. Aan het einde van het hoofdstuk vindt u een overzichtstabel met alle scores. 5

2.1 Randvoorwaarden Randvoorwaarde 1. Gezamenlijke probleemanalyse De zorgverleners in hebben een gezamenlijke probleemanalyse opgesteld op wijkniveau, waarbij de zorgverleners verschillende informatiebronnen hebben benut. Score Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd Een probleemanalyse van de wijk/buurt ontbreekt. Zorgverleners in hebben een probleemanalyse opgesteld op basis van informatie van één van de zorgverleners in de wijk en deze niet of deels afgestemd. Zorgverleners in hebben een gezamenlijke probleemanalyse opgesteld op basis van informatie op wijkniveau uit verschillende bronnen maar deze niet schriftelijk vastgelegd. Zorgverleners in hebben een gezamenlijke probleemanalyse opgesteld op basis van informatie op wijkniveau uit verschillende bronnen, en deze hebben zij schriftelijk vastgelegd. X De drie partijen hebben een probleemanalyse gemaakt op basis van gegevens uit verschillende bronnen. Deze analyse delen zij ook met elkaar. De beleidsmedewerker van de GGD legt uit dat zij voor de gemeente elke twee jaar een gezondheidspeiling houden in de stad, die de basis vormt van de VMU, de volksgezondheidsmonitor die elke 4 jaar uitkomt. Voor de krachtwijken is, vanuit het COnvenant Utrecht Gezond,een wijkprofiel opgesteld. Hierbij combineren zij eerst de eigen gegevens van hoe de bewoners hun gezondheid ervaren (gezondheidspeiling) met gegevens van Achmea en de wijkscan van de ROS. Op deze manier krijgt de GGD een beeld van de gezondheidssituatie in de stad. Dit wijkprofiel wordt vervolgens gedeeld met de zorgverleners in de wijk. De thuiszorg levert zelf geen gegevens, maar levert wel haar bijdrage als toetser van de gegevens. Zij kan vanuit de praktijk aangeven of de problemen herkenbaar zijn. De huisarts voegt toe dat de thuiszorg nooit gegevens kan leveren omdat de zorgverzekeraar de thuiszorg daarvoor niet betaalt. De beleidsmedewerker van de GGD geeft verder aan dat zorgverleners per project voortdurend analyses maken met speciale aandacht voor een bepaald thema. Deze afzonderlijke analyses staan dan nog niet samengevoegd in een document, maar zijn wel voor gebruik beschikbaar. Randvoorwaarde 1 beoordeelt de inspectie met de score geborgd. De partijen hebben een gezamenlijke probleemanalyse opgesteld op basis van informatie op wijkniveau uit verschillende bronnen. Dit hebben zij schriftelijk vastgelegd in de gebiedsanalyse. 6

Randvoorwaarde 2. Gezamenlijke doelstellingen De zorgverleners in hebben gezamenlijke doelstellingen geformuleerd om de gesignaleerde problemen m.b.t. de leefstijl van de inwoners in de wijk/buurt op te lossen. Score Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd Geen van de zorgverleners in heeft doelstellingen benoemd voor de zorg(uitkomsten) in de wijk/buurt. Zorgverleners in in de wijk/buurt hebben afzonderlijk van elkaar doelstellingen geformuleerd en deze niet of deels afgestemd. Zorgverleners in in de wijk/buurt hebben gezamenlijke doelstellingen geformuleerd maar dit niet schriftelijk vastgelegd. X Zorgverleners in in de wijk/buurt hebben gezamenlijke doelstellingen geformuleerd en schriftelijk vastgelegd. Het gezondheidscentrum heeft doelstellingen op het gebied van Overgewicht (voeding en bewegen), Depressie, Diabetes, HartVaatZiekten en Overbelaste moeders (Op1Lijn). De GGD geeft in de vragenlijst aan doelstellingen te hebben op het gebied van Overgewicht (voeding en bewegen) en Depressie. De beleidsmedewerker van de GGD geeft aan dat zij de vragenlijst heeft ingevuld met het project Ketensamenwerking voor Kinderen met Overgewicht in haar achterhoofd. De vragenlijst van de inspectie heeft leefstijl als thema en dit project gaat vooral over leefstijl. Bij dit project is sprake van samenwerking met de eerstelijn en welzijn maar niet met de thuiszorg. De GGD heeft wel meerdere thema s dan de genoemde thema s in de vragenlijst, zoals OpéénLijn. Zij geeft aan dat de thuiszorg hier wel bij betrokken is. De coördinator van de Stichting Kanaleneiland Gezond! voegt hier aan toe dat de stichting per project bekijkt welke partijen betrokken moeten worden. Als voorbeeld noemt zij het project Kwetsbare Ouderen. Hierbij werken de praktijkondersteuner huisartsen-somatiek (POHsomatiek) en de thuiszorg nauw met elkaar samen. Wat betreft preventie geeft de huisarts aan dat de thuiszorg betrokken is bij Valpreventie en de Geïntegreerde en Revitaliserende Ondersteuningsaanpak voor Sociale en gezondheids-stimulering van Ouderen met een lage SES (GROSSO). Verder heeft de thuiszorg samen met de huisartsen van Gezondheidscentrum Kanaleneiland en Gezondheidscentrum Marco Polo de subsidie voor de Zichtbare Schakel aangevraagd. De thuiszorg is de trekker van dit project. De huisarts legt uit dat de Zichtbare Schakel er is voor nietgeïndiceerde zorg. Het vormt de verbinding tussen wonen, welzijn en zorg. De wijkverpleegkundigen besteden ongeveer 90%van hun beschikbare tijd aan regulier zorgvragen (uit AWBZ-financiering) en de resterende tijd houden zij zich bezig met het project Zichtbare Schakel, waarbij de wijkverpleegkundige niet-geïndiceerde zorg kan leveren. De beleidsmedewerker van de GGD voegt hier aan toe dat de Zichtbare Schakel eigenlijk alles bevat waar Buurtzorg voor staat. Randvoorwaarde 2 beoordeelt de inspectie met de score operationeel. Het gezondheidscentrum en de GGD hebben een aantal doelstellingen. Afhankelijk van het project is thuiszorg ook als partij betrokken. 7

Randvoorwaarde 3. Systematische evaluatie en verbetering De zorgverleners in in de wijk/buurt evalueren ten minste 1 keer per jaar gezamenlijk en gebruiken de resultaten om de zorg te verbeteren. Score Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd De zorgverleners in in de wijk/buurt evalueren niet. De zorgverleners in in de wijk/buurt evalueren afzonderlijk de zorg die zij leveren en/of verbeteren de zorg niet op basis van de resultaten van de evaluatie. De zorgverleners in in de wijk/buurt evalueren ten minste 1 keer per jaar gezamenlijk en de resultaten gebruiken de zorgverleners om de zorg te verbeteren, maar hierover zijn geen afspraken gemaakt. X De zorgverleners in in de wijk/buurt evalueren ten minste 1 keer per jaar gezamenlijk. De resultaten gebruiken de zorgverleners aantoonbaar om maatregelen te nemen ter verbetering De beleidsmedewerker van de GGD geeft aan dat voor het project de Zichtbare Schakel de evaluatiemomenten op papier vastliggen. Dit is bij andere projecten niet altijd het geval. De huisarts noemt als voorbeeld de wijklunches van de gemeente. De thuiszorg is hier ook bij aanwezig omdat zij zich hier verantwoordelijk voor voelt. Hier zijn echter geen afspraken over gemaakt. Verder geeft zij aan dat er tijdens het multidisciplinair overleg (MDO) tussen de huisartsen en de thuiszorg ook ruimte is om te evalueren. De wijkverpleegkundige geeft aan dat zij op casusniveau ook evalueren. Randvoorwaarde 3 beoordeelt de inspectie met de score operationeel. De partijen evalueren regelmatig. Het is afhankelijk van het project welke partijen daarbij aanwezig zijn. De evaluatiemomenten en afspraken hierover liggen niet voor elk project schriftelijk vast. De gesprekspartners geven aan dat dit niet past bij hun werkwijze. De werkwijze steekt namelijk in vanuit de werkvloer/de praktijk (zie overig). 8

Randvoorwaarde 4. Gestructureerd overleg tussen relevante zorgverleners in de wijk/buurt De zorgverleners in in de wijk/buurt overleggen ten minste één keer per jaar op gestructureerde wijze (met agenda en verslag). Score Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd Er is geen overleg tussen zorgverleners in in de wijk/buurt. De zorgverleners in hebben overleg maar dit is niet gestructureerd en niet alle relevante zorgverleners in de wijk (tenminste GGD,, thuiszorgorganisati e) nemen hier aan deel. De zorgverleners in hebben ten minste 1 keer per jaar gestructureerd overleg (met agenda en verslag) en de relevante zorgverleners in de wijk (GGD,, thuiszorgorganisatie) nemen hier aan deel. De zorgverleners hebben geen afspraken vastgelegd over het overleg. X De zorgverleners in hebben ten minste 1 keer per jaar gestructureerd overleg (met agenda en verslag) en de relevante zorgverleners in de wijk (GGD,, thuiszorgorganisati e) nemen hier aan deel. De zorgverleners hebben schriftelijke afspraken over het overleg. De drie partijen hebben verschillende overlegvormen, zowel op projectniveau als op casusniveau. De huisarts geeft aan dat er één keer in de zes weken een MDO is. Hierbij zijn de huisartsen, de POH-er en de thuiszorg aanwezig. Ook overleggen de drie partijen binnen het project OpéénLijn. Verder vertelt de coördinator dat er twee keer per jaar overleg is tussen de huisartsen en de thuiszorg over het project de Zichtbare Schakel. Daarnaast organiseert de beleidsmedewerker van de GGD vanuit de gemeente schakelbijeenkomsten. De coördinator van Stichting Kanaleneiland GEZond geeft aan dat het ook bij de overleggen afhankelijk is van het project welke partijen hierbij aanwezig zijn. Wel is er altijd een agenda en maakt iemand notulen. De wijkverpleegkundige vertelt dat zij veel contact heeft met huisartsen en andere partijen op casusniveau. Dit past bij de werkwijze van deze partijen: zij werken vanuit de cliënt. Randvoorwaarde 4 beoordeelt de inspectie met de score operationeel. De partijen overleggen structureel met elkaar op gestructureerde wijze. De overleggen vinden plaats op project- of casusniveau. 9

Randvoorwaarde 5. Netwerkregie De zorgverleners in hebben schriftelijke afspraken gemaakt over de netwerkregie en welke partij regisseur is. Score Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd Er is geen sprake van coördinatie of regie over de zorgverleners in eerstelijn in de wijk. Zorgverleners in de nulde- en in de wijk hebben een regisseur/coördinator aangewezen maar hebben afspraken hierover niet schriftelijk vastgelegd. X - - Zorgverleners in in de wijk hebben schriftelijke afspraken gemaakt over de netwerkregie en welke partij regisseur is. De huisarts en de beleidsmedewerker van de GGD geven aan dat het per project verschilt wie de regisseur is. De partijen handelen vanuit verschillende opdrachten en verantwoordelijkheden: de GGD vanuit de aanpak Gezonde wijk en haar verantwoordelijkheden voor collectieve preventie op wijkniveau en het gezondheidscentrum vanuit de verantwoordelijkheid voor individuele patiënten. Bij bepaalde projecten hebben de partijen vastgelegd wie de projecteigenaar of de trekker is. Bij andere projecten hebben zij dit niet vastgelegd. De huisarts geeft aan dat het bepalen van een regisseur vaak heel organisch gaat. Als voorbeeld noemt zij het project Kinderen met Overgewicht. Op stedelijk niveau is er vanuit het programma Gezond Gewicht een stedelijk Convenant Overgewicht opgesteld. Eén van de doelstellingen van het programma is om met de convenantpartners op wijkniveau tot een stroomschema en ketensamenwerking te komen. Kanaleneiland was daarvoor pilotwijk. De pilot is nu gestopt, maar het gezondheidscentrum heeft het project voortgezet. Hierbij is Cesartherapie de uitvoerder en de huisarts de voorzitter. De coördinator van de Stichting Kanaleneiland Gezond! is de regisseur. De deelnemende partijen kijken nu of zij deze werkwijze kunnen verbreden in de wijk. Een ander voorbeeld is het project OpéénLijn. Tot de zomer is welzijn de trekker en daarna is het de bedoeling dat het project doorgaat vanuit het gezondheidscentrum. Inmiddels zijn ook wijkverpleegkundigen hierbij betrokken. Op deze manier verbreden de aanwezige partijen geleidelijk hun samenwerking. Randvoorwaarde 5 beoordeelt de inspectie met de score aanwezig. De partijen bepalen onderling wie de regisseur van een project is. Dit hebben zij niet bij elk project schriftelijk vastgelegd. Verder heeft de coördinator de regie over de zorgverleners binnen het gezondheidscentrum. 10

Randvoorwaarde 6. Betrokkenheid zorgverzekeraar en gemeente De zorgverleners in hebben zich ingespannen om de zorgverzekeraar en gemeente te betrekken bij het netwerk. Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd De zorgverleners in hebben geen initiatief genomen om de zorgverzekeraar of gemeente te betrekken bij het netwerk. De zorgverleners in hebben zich ingespannen om of zorgverzekeraar of de gemeente te betrekken. Afspraken over deelname van de zorgverzekeraar of gemeente hebben de zorgverleners niet vastgelegd. De zorgverleners in hebben zich ingespannen om de zorgverzekeraar en de gemeente te betrekken, afspraken over hun bijdragen zijn niet vastgelegd. De zorgverleners in hebben zich ingespannen om de zorgverzekeraar en de gemeente te betrekken, en hebben afspraken over hun bijdragen vastgelegd. Score X De gemeente Utrecht zet in Kanaleneiland in op de Gezonde Wijk Aanpak (zie nota VG); in Utrecht wordt in de drie krachtwijken (Kanaleneiland, Ondiep-Zuilen en Overvecht) gewerkt met deze integrale aanpak om de gezondheidsachterstanden te verminderen. De gemeente en de Zorgverzekeraar hebben op stedelijk niveau een Convenant Utrecht Gezond. In de Gezonde Wijk Aanpak wordt nauw samengewerkt met de zorgverzekeraar. De huisarts geeft aan dat Kanaleneiland officieel geen Gezonde Wijk is. Daarom is er op papier geen samenwerking met de gemeente. Volgens haar mist Kanaleneiland ondersteuning vanuit de gemeente en de zorgverzekeraar die de gezonde wijk Overvecht wel krijgt. De beleidsmedewerker van de GGD geeft aan dat Kanaleneiland wel degelijk een 'Gezonde wijk' is, met evenveel inzet van de gemeente en de zorgverzekeraar als in de andere twee wijken. Het verschil is voornamelijk zichtbaar in de structuur. Gezonde Wijk Overvecht is echt een officiële netwerk organisatie in het kader van gezonde zorg, maar de samenwerking in Kanaleneiland doet hier niet voor onder. Wat zaken rondom samenwerking en gezondheid betreft zijn Overvecht en Kanaleneiland eigenlijk allebei gezonde wijken. Wel is het zo dat wijkbreed in Overvecht meer aandacht heeft voor gezondheid terwijl er in de wijk Kanaleneiland meer aandacht is voor andere thema s zoals veiligheid. Dit heeft volgens haar invloed op wat bereikt kan worden, met welke snelheid en de mate van samenhang in de wijk. De huisarts geeft aan dat de gemeente en de zorgverzekeraar belangrijke partners zijn voor het leveren van gegevens. Verder hebben de zorgverzekeraar en de gemeente tot eind 2013 het convenant Utrecht Gezond! Dit zal voortgezet worden voor de periode 2013-2017. Verder zijn er op bepaalde onderdelen, zoals Versterking eerstelijns psychosociale zorg Stad Utrecht: Krachtige samenwerking in de Utrechtse wijken (februari 2011- juni 2012), ook samenwerkingsafspraken met de gemeente en de zorgverzekeraar. 11

Randvoorwaarde 6 beoordeelt de inspectie met de score operationeel. De gemeente en de zorgverzekeraar hebben op stedelijk niveau Utrecht Gezond! Daarnaast zijn er bij bepaalde projecten ook convenanten met de gemeente en de zorgverzekeraar. 2.2 Bevorderende factoren De zorgverzekeraar faciliteert de samenwerking binnen door deze te betalen. De zorgverleners moeten wel aan hun voorwaarden voldoen. De huisarts vertelt dat de zorgverzekeraars dit pragmatisch aanpakken door te kijken welke projecten er al lopen. De lopende projecten plaatsen zij dan binnen deze voorwaarden. De coördinator geeft aan dat de door de facilitering van de zorgverzekeraars een kader hebben waarbinnen zij kunnen werken. De coördinator kan de zaken regelen waar de huisartsen geen tijd voor hebben. Zij geeft aan dat er geleidelijk meer structuur komt, ook omdat de betrokken partijen meer gelegenheid krijgen om met elkaar te overleggen. De huisarts voegt hier nog aan toe dat te veel vergaderen ook niet goed is. Zij geeft dat alle betrokkenen er zorg voor moeten dragen dat de zorgverleners in de eerstelijn wel in verbinding blijven maar tegelijkertijd niet te veel vergaderen. 2.3 Belemmerende factoren De huisarts geeft aan dat zij haar zorgplicht deels niet kan uitvoeren doordat de regering de allochtonenconsulent en de tolktelefoon heeft wegbezuinigd. Zij heeft in haar praktijk dagelijks te maken met patiënten met lage gezondheidsvaardigheden die de Nederlandse taal niet spreken. Hierdoor ontstaan er communicatieproblemen. Dit is een probleem bij de zorg. Bij preventie, waar het erop aan komt mensen te motiveren, is het probleem nog groter. De huisarts geeft aan dat we in de maatschappij als geheel en in de zorg in het bijzonder een paradigmashift moeten maken van ziekte en zorg naar gezondheid en gedrag. Om dit te bereiken moet de focus niet alleen gericht zijn op de zorg en de zorgverleners. Deze hebben namelijk vooral te maken met zieke mensen en niet met gezonde mensen, waarvoor preventie minstens net zo belangrijk is. Zorgverleners houden zich vanuit hun gerichtheid op ziekte en zorg minder bezig met preventie. Preventie is volgens haar voor 90-95% een maatschappelijke zaak. De overheid en de gemeente kunnen via hun beleid hier iets aan doen, bijvoorbeeld door een community care based anti-rook beleid te initiëren. 2.4 Overig De huisarts geeft aan dat zij reactief werken op de werkvloer. De beleidsmedewerker van de GGD vertelt dat reageren op de vraag beter werkt dan aanbod gericht werken. Volgens haar kan het negatief uitpakken als alles op papier bedacht en vastgelegd moet worden, omdat dan het gevaar bestaat dat dan veel eerder aanbodgericht gewerkt wordt. De aanwezige partijen denken pragmatisch en hebben een andere aanvliegroute dan de inspectie. De coördinator geeft aan dat de huisartsen, de apotheken, fysiotherapie en Cesartherapie vertegenwoordigers in het bestuur van Stichting Kanaleneiland GEZond hebben. Buurtzorg heeft een andere werkwijze dan andere thuiszorgorganisaties. De huisarts geeft aan dat het een regelarme organisatie is; er is weinig op papier geregeld. Er is één hoofdkantoor in Almelo en verder zijn de wijkverpleegkundigen aan het werk in het veld. De wijkverpleegkundige vertelt dat het team uit totaal 12 medewerkers 12

bestaat. Cliënten krijgen daardoor een beperkt aantal wijkverpleegkundigen te zien. Daarnaast kunnen zij gerichter werken omdat zich niet te veel mensen bemoeien met de cliënt. Verder proberen zij via hun sociale kaart met zo veel mogelijk zorgverleners contact te leggen. Ook zij werken vanuit de vraag in de wijk en richten zich niet op een specifieke doelgroep. De huisarts geeft aan dat het bij Buurtzorg ook uniek is dat driekwart van de medewerkers wijkverpleegkundige is, terwijl bij andere thuiszorgorganisaties de echte wijkverpleegkundigen op kantoor zitten en de lager opgeleiden op de werkvloer zijn. Verder ervaart zij het als prettig dat de wijkverpleegkundigen zeer aanspreekbaar zijn. Ook hebben zij een signalerende functie en doen zij aan preventie. Dit maakt het werkbaar voor huisartsen. De huisarts vindt Buurtzorg een betrouwbare partner, die goed naar de huisartsen rapporteert. Daarnaast zijn de klanten tevreden. Buurtzorg levert volgens de gesprekspartners kwalitatief goede zorg. De beleidsmedewerker van de GGD geeft aan dat leefstijlproblemen niet los gezien kunnen worden van andere problemen. Bij leefstijl komen vaak ook andere problemen voor, zoals schulden en psychosociale problematiek. Bij kinderen met overgewicht is bijvoorbeeld vaak sprake van multiproblematiek. Naar haar visie was de vraagstelling van de inspectie bij nader inzien te beperkt omdat zij hierdoor sec naar leefstijl heeft gekeken. Zij zou de samenwerking positiever hebben beoordeeld als zij breder zou hebben gekeken. Verder vond zij het lastig wat de inspectie bedoelde met de zorgverleners in de vragenlijst. Veel partners in de wijksamenwerking zijn immers niet (alleen) verbonden aan de zorgsector. Kortom: door te focussen op het onderwerp 'leefstijl' en het onderzoek te beperken tot slechts drie partijen wordt de werkelijke mate van samenwerking in de wijk op het gebied van 'Gezondheid' naar haar idee tekort gedaan. De huisarts geeft aan dat er rondom het jeugdbeleid van de gemeente voorwaarden moeten worden gesteld, zodat er adequate verslaglegging van overleg en acties tussen zorgverleners plaatsvindt. Als er geen goede communicatie is, bestaat het risico dat zorgverleners de verkeerde zorg inzetten. Zorgverleners moeten de kennis delen om efficiënt zorg in te kunnen zetten, ook op het gebied van preventie. De wijkverpleegkundige geeft tot slot aan dat de samenwerking met de GGZ regelmatig moeizaam verloopt. Dat heeft te maken met het privacybeleid van de GGZ. Het is voor wijkverpleegkundigen moeilijk om erachter te komen wat de diagnose of het behandelplan is bij cliënten die nieuw zijn aangemeld bij de GGZ. Dit is soms lastig voor de continuïteit van de zorg, vanuit het perspectief van zowel de zorgverleners (met name de wijkverpleegkundige) als de cliënt. 13

2.5 Overzicht van de scores per randvoorwaarde Randvoorwaarden Score 1. Gezamenlijk probleemanalyse Geborgd 2. Gezamenlijk doelstellingen Operationeel 3. Systematische evaluatie en Operationeel verbetering 4. Gestructureerd overleg tussen relevante zorgverleners in de wijk/buurt Operationeel 5. Netwerkregie Aanwezig 6. Betrokkenheid zorgverzekeraar en gemeente Operationeel 14

3 Maatregelen De inspectie constateert dat u op één randvoorwaarden nog niet minstens operationeel scoort. De verbetering van implementatie van de randvoorwaarden behoort tot uw verantwoordelijkheid. De inspectie verwacht dat u eind 2014 op alle randvoorwaarden operationeel of geborgd scoort en dat u daarover rapporteert aan de inspectie. De inspectie vraagt het eerstelijnscentrum de coördinatie over de uitvoering van de gezamenlijke implementatie van de randvoorwaarden naar operationeel op zich te nemen. De GGD en de thuiszorg moeten participeren in de realisatie hiervan. De inspectie wijst u erop dat het wenselijk is ook de randvoorwaarden die operationeel scoren naar het niveau van geborgd te brengen om de samenwerking op het gebied van leefstijlondersteuning te borgen. De inspectie verwacht vóór 1 januari 2015 een rapportage vanuit het eerstelijnscentrum waarin u gezamenlijk aangeeft hoe u de implementatie van de randvoorwaarden naar operationeel heeft aangepakt. Daarbij moet u per randvoorwaarde aangeven waarom u van mening bent dat u bij de randvoorwaarde operationeel scoort. 15

4 Openbaarmaking rapporten Voor de volledigheid maakt de inspectie u er op attent dat zij in principe alle eindrapporten van thema toezichten actief openbaar maakt. Dit omvat dus ook de openbaarmaking van het definitieve rapport naar aanleiding van dit onderzoek. Actief openbaar maken betekent dat de inspectie het rapport op haar website www.igz.nl plaatst. De inspectie doet dit niet eerder dan drie weken na vaststelling van het rapport gelijktijdig met het geaggregeerde rapport. Bij actieve openbaarmaking neemt de inspectie de wettelijke normen in acht, zoals gesteld in de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet bescherming persoonsgegevens. Dit betekent dat de inspectie in haar rapporten - waar mogelijk- geen persoonsgegevens opneemt, zoals medische gegevens van uw patiënten of cliënten. De functionarissen van de instelling zullen zo nodig met hun functieaanduiding in het rapport worden genoemd. Meer informatie over actieve openbaarmaking van documenten door de inspectie kunt u vinden op onze website (www.igz.nl/onderwerpen). 16