Waterparagraaf. 1 Beleid



Vergelijkbare documenten
Waterparagraaf. Bouw woning Hollevoort, Bakel. Waterparagraaf. Woning Hollevoort, Bakel

NOT a 12 september 2013 Water Bij elke ruimtelijke ontwikkeling is het opstellen van een waterparagraaf verplicht gesteld, mede in relatie


Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Biestsestraat , Biest-Houtakker

Landgoed De Hattert. Watertoets conform de uitgangspunten van Waterschap Aa en Maas. Datum : 1 oktober : Ir. L.J.A.M.

ONDERZOEK DUURZAME WATERHUISHOUDING ACHTERSTRAAT VUGHT

WATERPARAGRAAF SLAAKDAM 2A DE HEEN (STEENBERGEN)

Watertoets. Ruimtelijk plan. Watertoets. Opdrachtgever: Familie Monteiro Haegens Nistelrodesedijk VJ Vorstenbosch

2 november 2009 C M.J.C. Kerkhof Jonkman. Team stedelijk water

Waterparagraaf. Opdrachtgever. Groenstraat 2, Sprundel. De heer C.J.M. Lazeroms Groenstraat SK Sprundel

Waterparagraaf. Perron 073 Den Bosch. ing. J.A. Wemekamp. Definitief. Auteur

Memo. Inleiding. Huidige situatie

Waterparagraaf Heistraat Zoom

Rapportage watertoets

COLOFON. bk ruimte&milieu, Adviseurs in omgevingsrecht. Postbus 2111, 1990 AC Velserbroek T: F:

: Watertoets Den Omgang

Landgoed Heijbroeck. Waterparagraaf. Datum : 11 juni Bureau van Nierop, Landgoed Heijbroeck, Waterparagraaf 1

UITGANGSPUNTEN NOTITIE. Plan: Algemene projectgegevens:

Projectnummer Bedrijventerrein Smilde aspect Water"

E u r o p e e s w a t e r b e l e i d N a t i o n a a l W a t e r b e l e i d

1) Gaat het om een ruimtelijk plan dat uitsluitend een functiewijziging van bestaande bebouwing inhoudt? nee

Waterparagraaf Melkveebedrijf M.C.M. Sieben, Witte Plakdijk 6 Ospel

Toelichting Watertoets

Waterparagraaf Rietdijk te Vorstenbosch

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE

Watervergunning Z43841/O82403

Vigerend beleid voor ruimtelijke onderbouwingen

Waterparagraaf BIJLAGE 5

Waterschap Hunze en Aa s Ontvangen d.d.: Documentnummer: Raakvlak waterbeheer: ja/nee. gemeente Assen Verbouwing woning Venestraat GM ASSEN

MEMO. Sweerts de Landasstraat DG Arnhem Gemeente Gemert-Bakel

Wateradvies voor ruimtelijke plannen met een klein waterbelang (korte procedure)

ONDERZOEK DUURZAME WATERHUISHOUDING DE BOSRUITER SPRUNDEL

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7

Waterhuishouding bouwkavel Merwededijk, sectie F 4137, Gorinchem

datum dossiercode Project: Wijzigingsplan Snevert 1a Gemeente: Schagen Aanvrager: Jaap Swan Organisatie: Swan Art & Build

Waterparagraaf Nieuwedijk 15 te Odiliapeel

Samenvatting van de watertoets. Hieronder vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens.

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE

Toelichting watertoets

Bijlage 5 Wateradvies Wetterskip

Watertoets ontwikkeling Pastoor Sickingstraat te Eindhoven

Toelichting watertoets Peijnenburg te Vught

Op figuur 1 is een op een luchtfoto de globale ligging van het plangebied weergegeven.

NOTITIE WATER. Aanleiding. Opdrachtgever GEM Benedenveer BV io Contactpersoon De heer J. Luykx Werknummer 1407G489 Datum 27 februari 2015

Het nieuw te realiseren plan Aan de Kasteeltuinen is ongeveer 1,75 hectare groot en biedt plek aan 34 woningen.

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885

MEMO water : Bouwbedrijf Raaijmakers : Buro SRO Datum : Onderwerp : wateraspect plan De Bloemerd Projectnr. :

Watertoets. Akkerstraat 10a Biest-Houtakker

Watertoets Klaproosstraat 13, Varsseveld

Team stedelijk water B

Verdroging: tegen gaan van verdroging in het algemeen door beperken van verharding, ruimte voor infiltratie, hydrologisch neutraal ontwikkelen etc.

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf

Presentatie Waterschap De Dommel bij: Volkstuindersvereniging Bladel c.a. Door: Toon Kemps

Conserverend Drijber, 8 nieuwe woningen

Watervergunning Z49380

(Regionale) gebiedsinformatie over huidig watersysteem

Kenmerk Contact Telefoon TED Ton Ewout van Dalen

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014

De heer J.M.J.M. van Abeelen Koestraat AR LIEMPDE

datum dossiercode Samenvatting watertoets (korte procedure)

: SAB Prinses Margrietlaan Best Betreft : Watertoets ontwikkeling Prinses Margrietlaan nabij nr. 24

Vragen: Gaat het plan uitsluitend over functiewijziging van bestaande bebouwing zonder fysieke aanpassingen van de bebouwing en de ruimte?

B i j l a g e 3 : A d v i e s W e t t e r s k i p F r y s l â n - w a t e r t o e t s

GEM. BERNHEZE :^, ockomen 2 2 JUHI kodie; Datum 20 juni Onszaaknr. 2011/7747

Watertoets bestemmingsplan wijziging Crematorium Haarlo

Code: Datum: Samenvatting van de watertoets

m2 Toename verharding in plangebied: 350 m2 Het plangebied ligt in:

Watervergunning. Voor het uitbreiden van een steiger op de locatie Frederik Hendrikstraat 106 in Utrecht. Datum 16 juni 2017.

1 Inleiding. Gemeente Diemen. de heer R. den Ouden. M. Tobé. Waterhuishouding Sportpark Diemen

datum dossiercode STANDAARD WATERPARAGRAAF Plan: Legalisatie damwanden Garmpoleiland

Sjoerd van de Venne. De Digitale Watertoets Verzonden: dinsdag 23 juni :55

Bestemmingsplan Noord-West-Oss

Watertoets. Udens College Schepenhoek 101 te Uden

Notitie. Watertoets Westkanaalweg Ter Aar. 1 Inleiding. 1.1 Aanleiding. 1.2 Procedure

Notitie watertoets 1 / 7

datum dossiercode Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema,

Bouwbedrijf van Bree B.V. t.a.v. de heer J. Vlassak Postbus AA SOMEREN. Geachte heer Vlassak,

Landgoed 't Wildrijck te Diever

We verzoeken u het ontwerp wijzigingsplan vrij te geven voor inspraak en de voorliggende notitie op te nemen in de toelichting.

Zoals aangegeven zijn de gemeente Lelystad en het havenbedrijf Amsterdam de ontwikkelaars van het bedrijventerrein.

Gemeente Rucphen Postbus ZG RUCPHEN. Voorontwerp-bestemmingsplan MSA Binnentuin Rucphen. Geacht college,

datum dossiercode

Bijlage B: Waterparagraaf Burgemeester Moonshof te Raamsdonk 8 december 2016

Waterparagraaf bestemmingsplanherziening Nuenenseweg 78 in Geldrop

Brief collegebesluit gemeente Uden

gemeente Borger-Odoorn Bestemmingsplan 1e Exloermond

Waterparagraaf Landgoed De Heihorsten te Someren

Waterparagraaf Bestemmingsplan Cruquiusgebied fase 1 te Amsterdam Oost

B i j l a g e 1 : W a t e r t o e t s

Memo waterplan De Kievit

Bouwbedrijf van Bree B.V. t.a.v. de heer J. Vlassak Postbus AA SOMEREN. Geachte heer Vlassak,

Watervergunning. Voor het leggen van een coaxkabel middels een boogzinker onder een primaire watergang op de locatie Voordorpsedijk 35 in Groenekan

MEMO. Sweerts de Landasstraat DG Arnhem Gemeente Sint Anthonis

Ruimtelijke onderbouwing (bij omgevingsvergunning) t Buitenhof - Woningen Westersingel. Gemeente Culemborg

BETROKKENHEID waterschap Hunze en Aa's

Nieuwbouwplan Kerkweg 3

1 Inleiding en projectinformatie

Notitie. 1. Beleidskader Water

Waterparagraaf. Scherpenbergsebaan tussen 8A en 10 te Schijf

Transcriptie:

Waterparagraaf Water verdient een belangrijke plek in de ruimtelijke planvorming. Vanwege dit belang moeten bij de locatiekeuze, de (her)inrichting en het beheer van nieuwe ruimtelijke functies de relevante waterhuishoudkundige aspecten worden meegenomen. 1 Beleid Waterbeheer 21 e eeuw (WB21) en Kaderrichtlijn water Na het hoge water van 1993 en 1995 en de wateroverlast in de jaren daarna, werd het duidelijk dat Nederland anders met water om moet gaan. Het klimaat verandert en dit heeft veel gevolgen: er komen korte maar hevige regenbuien, meer smeltwater dat via de rivieren ons land binnenkomt, en de zeespiegel stijgt. Om te voorkomen dat dit meer wateroverlast geeft, hebben het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen het Waterbeleid 21ste Eeuw ontwikkeld. Dit beleid springt in op de het veranderende klimaat en de wateroverlast die daarvan het gevolg kan zijn, als er niks gebeurt. Water moet de ruimte krijgen, voordat het die ruimte zelf neemt. Dat is de kern van het Waterbeleid 21ste eeuw. Dit betekent dat er nu al maatregelen worden genomen om overlast in de toekomst te voorkomen. In het landschap en in de stad moet meer ruimte gemaakt worden om water op te slaan, bijvoorbeeld door het aanleggen van infiltratievijvers. Om de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater te waarborgen is de Kaderrichtlijn Water (KRW, richtlijn 2000/60/EC) van kracht geworden. Een goede waterkwaliteit vinden we belangrijk in Nederland. Doordat water zich weinig aantrekt van landsgrenzen, zijn internationale afspraken nodig. De Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) moet ervoor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is. In het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) hebben Rijk, provincies, waterschappen en gemeenten zich geconformeerd om het beleid van de Commissie Waterbeheer 21e eeuw (WB21) en de KRW uit te voeren. Het NBW houdt simpel gezegd in dat de watersystemen in 2015 op orde moeten zijn wat betreft waterkwantiteit (WB21), waterkwaliteit en ecologie (KRW) en tot 2050 op orde gehouden moeten worden. Nationaal waterplan In december 2009 heeft het kabinet het nationaal waterplan vastgesteld. Dit plan geeft op hoofdlijnen aan welk beleid het Rijk in de periode 2009-2015 voert om te komen tot een duurzaam waterbeheer. Het Nationaal Waterplan richt zich op bescherming tegen overstromingen, beschikbaarheid van voldoende en schoon water en diverse vormen van gebruik van water. Ook worden de maatregelen genoemd die hiertoe worden genomen. Het Nationaal Waterplan (NWP) is de opvolger van de Vierde Nota Waterhuishouding uit 1998 en vervangt alle voorgaande nota's waterhuishouding. Het Nationaal Waterplan is opgesteld op basis van de Waterwet die met ingang van 22 december 2009 van kracht is. Op basis van de Wet ruimtelijke ordening heeft het Nationaal Waterplan voor de ruimtelijke aspecten de status van structuurvisie.

Provinciaal Waterplan Noord-Brabant Op 20 november 2009 hebben Provinciale Staten het Provinciaal Waterplan 2010-2015 Waar water werkt en leeft vastgesteld. Het Provinciaal Waterplan vormt de strategische basis voor het Brabantse waterbeleid en waterbeheer, voor de korte en lange termijn. Het Waterplan houdt rekening met duurzaamheid en klimaatveranderingen. De provincie wil, dat het water bijdraagt aan een gezonde omgeving voor mens, dier en plant, waarin we veilig kunnen wonen en waar ruimte is voor economische, maatschappelijke en ecologische ontwikkelingen. Dit is vertaald in de volgende maatschappelijke doelen: - schoon grond- en oppervlaktewater voor iedereen; - adequate bescherming van Noord-Brabant tegen overstromingen; - Noord-Brabant heeft de juiste hoeveelheden water (niet te veel en niet te weinig). Provinciale Milieuverordening (PMV 2010) De Provinciale Milieuverordening is in werking getreden per 1 maart 2010. Noord-Brabant kent veertig gebieden waar grondwater wordt gewonnen voor de drinkwatervoorziening. In deze gebieden stelt de provincie een goede grondwaterkwaliteit veilig met beschermende maatregelen. Het is in grondwaterbeschermingsgebieden dan ook verboden om bodembedreigende activiteiten uit te voeren. Wel is het mogelijk om in bepaalde gevallen ontheffing te krijgen. Voor herstelwerkzaamheden aan de riolering bijvoorbeeld. Waterbeheerplan 2010-2015 Waterschap de Dommel Het waterbeheerplan 2010-2015 maakt inzichtelijk wat het Waterschap de Dommel de komende jaren gaat doen. Het doel is om het watersysteem en de afvalwaterketen op orde te houden. Het beheer van water door het waterschap bepaalt mede dat mensen en dieren in Noord-Brabant leven in een veilige, schone en prettige omgeving. Hieronder is een korte samenvatting van de acties uit het waterbeheerplan per maatschappelijk waterthema opgenomen. Droge voeten Voor het thema Droge voeten worden gestuurde waterbergingsgebieden aangelegd, zodat de kans op regionale wateroverlast in 2015 in bebouwd gebied en een deel van de kwetsbare natuurgebieden acceptabel is. In beekdalen die in zeer natte perioden van oudsher overstromen, wordt geen overstromingsnorm toegepast. Voldoende water Voor Voldoende water worden de plannen voor het gewenste grond- en oppervlakteregime (GGOR) in zowel landbouw- als natuurgebieden uiterlijk in 2015 vastgesteld. Met de realisatie van maatregelen in de belangrijkste verdroogde natuurgebieden (Topgebieden) wordt stevig aan de slag gegaan. Natuurlijk water Voor het thema Natuurlijk water wordt de inrichting en het beheer van onze watergangen op het halen van de ecologische doelen uit de Europese Kaderrichtlijn Water en de functies waternatuur en verweven uit het Provinciaal Waterplan gericht. Om deze doelen te halen wordt verder gegaan met beekherstel, de aanleg van ecologische verbindingszones en het opheffen van barrières voor vismigratie. Deze maatregelen worden zoveel mogelijk uitgevoerd per gebied, in één samenhangend maatregelenpakket met herstel van Topgebieden en verbetering van de water(bodem)kwaliteit.

Schoon water Voor Schoon water wordt het proces van samenwerking met gemeenten in de waterketen door gezet. Er worden gezamenlijke optimalisatiestudies uitgevoerd en afspraken vastgelegd in afvalwaterakkoorden. Verder wordt een deel van onze rioolwaterzuiveringen vergaand verbeterd om te voldoen aan de Kaderrichtlijn Water. Er worden bron- en effectgerichte maatregelen genomen om kwetsbare gebieden te beschermen. Schone waterbodems Bij het thema Schone waterbodems worden vervuilde waterbodems aangepakt in samenhang met beekherstel. Afhankelijk van de soort verontreiniging wordt er gesaneerd, beheerd of geaccepteerd. Mooi water Voor Mooi water wordt bij onze inrichtingsprojecten de waarde van water voor de mens vergroot. Dit wordt gedaan door ruimte te bieden aan recreatiemogelijkheden, landschap en cultuurhistorie. Keur Waterschap de Dommel De keur is een verordening met de regels die het waterschap hanteert bij de bescherming van waterkeringen, watergangen (sloten, beken en rivieren) en bijbehorende kunstwerken (gemalen, stuwen). Voor sommige werkzaamheden zijn in de keur algemene regels opgesteld. Als aan deze regels wordt voldaan, is geen watervergunning nodig. De werkzaamheden moeten wel bij het waterschap worden gemeld. Daarnaast is er in de keur een kaart opgenomen, die het waterschap de Dommel in drie verschillende gebieden verdeeld. Per gebied zijn er specifieke regels van toepassing: 1. Voor keurbeschermingsgebied geldt minimaal hydrologisch standstill. Ingrepen in deze gebieden zijn slechts toegestaan als deze in overeenstemming zijn met, of gericht zijn op, behoud, herstel en ontwikkeling van de natuurwaarden en specifieke doelstellingen. In Keurbeschermingsgebieden geldt voor alle lozingen en onttrekkingen en de aan- en afvoer van water een vergunningplicht vanaf 0 kubieke meter per uur. 2. Voor attentiegebied geldt vergunningplicht voor alle lozingen en onttrekkingen en de aanen afvoer van water vanaf 0 kubieke meter per uur, waarbij getoetst wordt op een standstill op de rand met GHS-natuur voor zover er een hydrologische relatie is met de natte natuurparel. 3. Het beheer en de inrichting voor overig gebied is gericht op de instandhouding en ontwikkeling van het landbouwkundige gebruik en het realiseren van de gewenste ontwateringsbasis in het stedelijk gebied. Voor lozing geldt een vergunningplicht vanaf 40 kubieke meter per uur. In de directe nabijheid van het plangebied zijn geen waterkeringen of kunstwerken gelegen. Wel is de locatie gelegen in een beschermdgebied. De ligging van de bedrijfslocatie in de keurkaart van het waterschap de Dommel is in onderstaande figuur weergegeven

Bedrijfslocatie Figuur 1: Uitsnede keur waterschap De Dommel 2009 De betreffende bedrijfslocatie is gelegen in een keurbeschermingsgebied, zie voorgaande figuur. Daarnaast is er langs het bedrijf een Morfologie type natte natuurzone gelegen. Een Keurbeschermingsgebied is een gebied waarvoor een anti-verdrogingsbeleid geldt, gericht op behoud en/of herstel van het watersysteem. In artikel 4.2 lid 1 onder b van de Keur waterschap is opgenomen dat het verboden is om zonder vergunning water te lozen of af te voeren naar oppervlakte-waterlichamen in keurbeschermingsgebieden en attentiegebieden. In artikel 3.3 lid 1 van de Keur waterschap is het volgende opgenomen: 1. Het is verboden zonder vergunning binnen een afstand van 25 meter uit de insteek van oppervlaktewaterlichamen met inrichtingsvariant meandering en binnen een afstand van 10 meter uit de insteek van oppervlaktewaterlichamen met inrichtingsvariant natte natuurzone : a. werken te maken, te hebben, te wijzigen of op te ruimen; b. graafwerkzaamheden te verrichten, anders dan normaal spit- en ploegwerk. 2. De in het eerste lid bedoelde oppervlaktewaterlichamen zijn aangeduid op kaartbijlage I. In de voorgenomen plannen is een infiltratievijver met zaksloot opgenomen ten behoeve van het bergen van het hemelwater. Het hemelwater wordt dan in deze voorziening opgevangen, waarna het water naar de bodem kan infiltreren. Dit is indirect lozen op het oppervlaktewater, waarvoor geen vergunning noodzakelijk is. Deze voorziening is voorzien van een overloopconstructie.

2 Bodemopbouw en geohydrologie Het ontstaan van de Nederlandse ondergrond is onderdeel van de geologische geschiedenis sinds het ontstaan van de Aarde. Het is een complexe opeenvolging van tijden van gebergte- en bekkenvorming, van erosie en sedimentatie in en rondom Nederland, evoluerend onder invloed van tektoniek en wisselingen in klimaat en zeespiegelstand. Het tegenwoordige Nederlandse landschap is grotendeels gevormd in de laatste 150.000 jaar: de laatste twee ijstijden uit het Pleistoceen en het Holoceen, het huidige geologische tijdvak. Ruim 2/3 van het oppervlak wordt gevormd door Holocene afzettingen. De verdrinkingsgeschiedenis tijdens het Holoceen van de Rijn-Maas-delta, de Zeeuwse estuaria, de Waddenzee en omgeving is van groot belang geweest voor de bewoningsgeschiedenis van Nederland. Op haar beurt is bewoning van grote invloed geweest op het huidige Nederlandse landschap (polders, dijken), met name in de laatste 1000 jaar. De bodem van de bedrijfslocatie kent haar eigen opbouwgeschiedenis. De bodem ter plaatse van de bedrijfslocatie is op basis van de van een kaart van de geologie van Nederland vastgesteld. In de volgende figuur is de betreffende bodemopbouw inzichtelijk gemaakt. Figuur 2: Bodemopbouw ter hoogte van de bedrijfslocatie; bron: http://www.geologievannederland.nl/dwarsdoorsnede De grondsoort, de bovenste laag van de bodemopbouw, is bepalend voor de snelheid waarmee hemelwater van de oppervlakte verdwijnt. Wanneer de grondsoort grof zand betreft zal het gevallen hemelwater snel van het grondoppervlak verdwijnen en wanneer de grondsoort kleiige leem betreft verdwijnt het gevallen hemelwater langzaam. In de volgende tabel wordt er per grondsoort een infiltratiecapaciteit/-snelheid inzichtelijk gemaakt.

Tabel 1: Grootteorde voor de infiltratiecapaciteit van verschillende grondsoorten; bron: http://www.milieuadvieswinkel.be/index.php/02.01.02.05.05.07 De grondsoort is dus heel bepalend voor de infiltratiecapaciteit van de bovengrond. In de volgende figuur is de grondsoort van de bedrijfslocatie inzichtelijk gemaakt. De bedrijfslocatie is gelegen in een gebied met de grondsoort; Zand- en lössgronden. In de voorgaande tabel is af te lezen dat voor löss gronden een infiltratiecapaciteit van 6 mm/h aangehouden mag worden. Voor zand is deze capaciteit zelfs nog groter. Bedrijfslocatie Figuur 3: Grondsoortenkaart; bron: http://www2.hetlnvloket.nl/mijndossier/grondsoortenkaart/grondsoorten10.html Een ander belangrijk aspect voor de waterhuishouding betreft de hoogte van de grondwaterstand. Hoe hoger de Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand gelegen is, hoe ondieper de infiltratievoorziening gemaakt kan worden. Met behulp van de wateratlas van de Provincie Noord-Brabant is de Gemiddelde Hoogste en Laagste Grondwaterstand inzichtelijk gemaakt, zie de volgende figuur. De Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand (GHG) voor de bedrijfslocatie is bepaald op circa 40-90 cm-mv. De Gemiddeld Laagste Grondwaterstand (GLG) ligt tussen 140-200 cm-mv.

Bedrijfslocatie Bedrijfslocatie Figuur 4: Grondwaterstanden Provincie Noord-Brabant; Wateratlas Ter plaatse heeft een specialist, meneer F. van Sleeuwen, de locatie beoordeeld. Naar aanleiding van zijn bedrijfsbezoek, is door hem een erfbeplantingsplan opgesteld. Betreffend plan maakt onderdeel uit van de Herziening van het bestemmingsplan voor de locatie aan de Zijtaartseweg 14. Door hem is een GHG van 60 cm - mv vastgesteld voor het gedeelte van het bouwvlak waar de infiltratievoorziening is/zal worden gesitueerd. De huidige zaksloot op deze plek zal in de beoogde situatie worden vergroot. Om in de toekomst problemen te voorkomen, is voor de infiltratievoorziening een maximale diepte van 45 cm mv aangehouden.

3 Uitwerking Hydrologisch neutraal bouwen In aansluiting op het landelijk beleid hanteert het Waterschap het beleid dat bij nieuwe plannen altijd onderzocht dient te worden hoe omgegaan kan worden met het schone hemelwater. Hierbij worden de afwegingsstappen: hergebruik infiltratie buffering afvoer doorlopen. Hydrologisch neutraal bouwen betekent dat het schone hemelwater moet worden verwerkt door middel van infiltratie of waterberging. Gezorgd moet worden dat voldoende buffercapaciteit aanwezig is. De oorspronkelijke landelijke afvoer mag niet overschreden worden bij een bui die eens in de 10 jaar voorkomt (T=10+10%). Bovendien mag bij een T=100+10% neerslagsituatie geen schade ontstaan. Verder mag de natuurlijke gemiddelde hoogste grondwaterstand (GHG) niet verlaagd worden. In de beoogde situatie neemt het verhard oppervlak toe met 5.402,8 m 2. In de huidige situatie wordt het hemelwater in de bestaande zaksloot opgevangen. Betreffende sloot wordt in de beoogde situatie vergroot. De infiltratievoorziening om stal 1 heen, moet door de vergroting voldoende bergingscapaciteit bevatten voor alle (erf)verharding binnen de inrichting. Om wateroverlast, kwantitatief en kwalitatief, nu en in de toekomst te voorkomen wordt het regenwater niet afgevoerd naar het rioolstelsel, maar volgens het principe hergebruiken vasthouden bergen afvoeren behandeld. Ten behoeve van het vasthouden van het hemelwater is wordt de bestaande zaksloot vergroot. De infiltratievoorziening is inzichtelijk gemaakt in het infiltratieplan. Met drainagebuizen wordt het hemelwater naar de infiltratie voorziening geleid. Om de grootte van de infiltratievoorziening te berekenen is een hydrologische toets uitgevoerd. Dit zogenoemde toetsinstrumentarium hydrologisch neutraal ontwikkelen is toegevoegd als bijlagen. Het te bergen en/of te infiltreren volume is berekend op 650 m 3. Hiertoe is de omvang van de waterberging voldoende om bij een regenbui gelijk aan (T =10 + 10 %) het water te kunnen bergen/infiltreren. In de plannen is ook rekening gehouden met een waking van 223 m 3, waardoor ook een regenbui gelijk aan (T =100 + 10 %) voldoende ruimte heeft binnen de inrichting. In de onderstaande tabel is de verdeling van het huidige verhard oppervlak en van het aangevraagde verhard oppervlak inzichtelijk gemaakt. De grootte van de infiltratievoorziening is gebaseerd op het totale verharde oppervlak van de inrichting, namelijk 13.580 m 2. Tabel 2: verdeling verhard oppervlak Oppervlaktes Huidig m 2 Uitbreiding m 2 daken 3066,64 7977,77 terrein verharding 1022,06 1513,73 TOTAAL 4088,70 9491,50

Wateroverlastvrij bestemmen De voorgenomen ontwikkeling betreft een uitbreiding van een bestaande bedrijfslocatie, waardoor wateroverlastvrij bestemmen niet aan de orde is. Gescheiden houden van vuil water en schoon regenwater Binnen het plangebied vindt een strikte scheiding plaats. Het vuile water wordt gekoppeld aan de bestaande riolering in het omliggende gebied. Het schone regenwater wordt opgevangen en/of hergebruikt. Voorkomen van verontreiniging Om de kwaliteit van het hemelwater te garanderen dienen onderdelen welke met regenwater in aanraking kunnen komen te worden vervaardigd of te bestaan uit niet-uitloogbare bouwmaterialen, zoals kunststoffen of gecoat staal of aluminium. Het gebruik van niet uitlogende materialen is conform het advies van de Dubo-richtlijn (Duurzaam Bouwen). In het Lozingenbesluit Bodembescherming staat dat niet verontreinigd hemelwater in principe in de bodem geïnfiltreerd kan worden of afgevoerd kan worden naar het oppervlaktewater, ook als dat in contact is geweest met oppervlakken zoals daken. Bij de bouw wordt geen gebruik gemaakt van onbehandelde uitlogende materialen zoals koper, zink en lood, teerhoudende dakbedekking (PAK s) en van met verontreinigde stoffen verduurzaamd hout. Onderhoud aan machines en werkzaamheden die verontreiniging kunnen veroorzaken vinden binnen de loods plaats. Doordat het hemelwater door deze maatregelen niet vervuild is, is het geen probleem om het hemelwater te laten infiltreren dan wel te hergebruiken.

BIJLAGE 1

BIJLAGE 2

Algemeen Toetsinstrumentarium Hydrologisch Neutraal Ontwikkelen Compenserende berging voor nieuw verhard gebied Naam project van Sleuwen Varkens B.V. Contactpersoon initiatiefnemer meneer van Sleuwen Contactpersoon waterschap Karin van de Hoeven Datum 13-03-2014 Kenmerken projectgebied Bestaand verhard oppervlak 0 m 2 Toekomstig verhard oppervlak 13580 m 2 Afvoercoëfficiënt projectgebied 0.67 l/s/ha Infiltratiesnelheid 0.144 m/dag GHG 0.4 m +NAP Huidig maaiveldniveau 11.57 m +NAP Toekomstig maaiveldniveau 11.12 m +NAP Kenmerken infiltratievoorziening Hydrologisch neutraal ontwikkelen De waterschappen Aa en Maas en De Dommel willen met deze berekening in een vroeg stadium de betrokkenen adviseren over de eisen die de waterschappen stellen ten aanzien van hydrologisch neutraal ontwikkelen. Het berekende wateradvies is richtinggevend. Aan de berekening kunnen geen rechten worden ontleend. Type Te bergen en/of infiltreren volume T10+10% Extra volume hemelwater T100+10% Bovengrondse infiltratievoorziening 650 m 3 223 m 3 Waterschap De Dommel Postbus 10.001 5280 DA Boxtel Bosscheweg 56 5283 WB Boxtel Talud 1 1:x Lengte 118 m Hoogte 0.45 m Breedte 13 m Tel: 0411-61 86 18 Fax: 0411-61 86 88 http://www.dommel.nl/ Waterschap Aa en Maas Postbus 5049 5201 GA 's-hertogenbosch Pettelaarpark 70 5216 PP 's-hertogenbosch Tel: 073-61 566 66 Fax: 073-61 566 00 http://www.aaenmaas.nl/ Pagina 1

BIJLAGE 3