1 De toepasselijke wetgeving Camerawet, CAO 68 en privacywet (WVP)



Vergelijkbare documenten
Wordt er een onderscheid gemaakt naargelang de plaats waar ik een bewakingscamera wil hangen?

BETREFT: PLAATSING EN GEBRUIK VAN VASTE BEWAKINGSCAMERA S TEN AANZIEN VAN DERDEN ( 1 )

Directie operaties operationeel team. De camerawetgeving. Hoofdinspecteur Peter Rogiest Politiezone Deinze-Zulte

De Camerawet (volgens het staatsblad)

Gecoördineerde versie van de wet tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera s

1. Daar kiest u voor Nieuwe thematische aangifte aanmaken (dus NIET Nieuwe aangifte maken )

Soms moet je als leraar/directeur/opvoeder/leerlingenbegeleider bepaalde maatregelen nemen tegenover leerlingen.

Camerabewaking in ziekenhuizen

Wat is nu eigenlijk precies een bewakingscamera?

Startersgids. Home View

c) CAMERABEWAKING TEN OVERSTAAN VAN PERSONEN DIE WERKZAAM ZIJN OP EEN BEWAAKTE ARBEIDSPLAATS (al dan niet onderworpen aan CAO 68)


De FOD Binnenlandse Zaken en Camerabewaking


Bezit u een bewakingscamera? 3 niet te vergeten acties 1. de aangifte 2. het register 3. het pictogram

IV. Voor u, juridisch deskundige

Gelet op de bepalingen van de wet op het politieambt van 5 augustus 1992;

Camerawet (update 20/8/2018)

Startersgids. Home Control

gebruik van bewakingscamera s, zoals gewijzigd door de wet van 12 november 2009 (hierna de

Geïntegreerde fysieke beveiligingsoplossingen voor uw school Hoe identificeert u risico's? Elke Bellekens Project leader Audit & Consultancy

Juridische aspecten en aanbevelingen bij cameragebruik

Interne fraude en diefstal. Seminarie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 68 VAN 16 JUNI 1998 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER VAN DE WERKNEMERS TEN OPZICHTE

Camerabeleid ten behoeve van fysieke bewaking. 2. Doel toepassing camera s voor fysieke beveiliging

CAO 68 COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 68 VAN 16 JUNI 1998 BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER VAN DE WERKNEMERS TEN

Mobimix-infosessie 19 maart 2009

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

REGLEMENT EN ADVIES VAN DE GEMEENTERAAD (dossierbeheerder: Peter Verlinden)

Betreft: advies over een voorontwerp van wet tot oprichting van een Centraal Register Collectieve Schuldenregelingen (CO-A )

Gelet op de aanvraag van het Parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ontvangen op 15/10/2013;

SCSZ/06/083. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 27 april 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.

WHITE PAPER DE NIEUWE CAMERAWET (JUNI 2018)

Reglement cameratoezicht

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ;

I. Voorwerp van het advies

Studiedag VVSG: drones

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Betreft: Adviesaanvraag betreffende de oprichting van een Centraal Register voor de invordering van onbetwiste geldschulden (CO-A )

Protocol cameratoezicht. December 2015

Privacyverklaring. 1. Waarom deze privacyverklaring? 2. Wie verwerkt de persoonsgegevens?

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

b. Bestand: Elk gestructureerd geheel van gegevens, dat toegankelijk is en betrekking heeft op personen.

PROTOCOL VIDEOCAMERATOEZICHT 2013 gemeente Krimpen aan den IJssel

Privacy beleid Mon3aan

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Regelgeving rond preventie van diefstal

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 20 juni 2006;

Oscar V verwerkt en verzamelt persoonsgegevens van klanten en contacten.

Reglement cameratoezicht RSG Enkhuizen

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Torhout, Ieperleestraat 1 met als ondernemingsnummer

Reglement cameratoezicht

UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER BERAADSLAGING RR Nr 26 / 2005 VAN 6 JULI 2005

Goedgekeurd op 23 april Beleid inzake gegevensbescherming en privacy

Whitepaper. Omgaan met cameratoezicht

PRIVACY STATEMENT Container4Home

ALGEMENE PRIVACYVERKLARING

ADVIES Nr 25 / 2001 van 9 augustus 2001.

1. Verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens.

Nota van B&W. Onderwerp Camerabeveiliging gemeentelijke objecten

Het Sectoraal comité van het Rijksregister, (hierna "het Comité");

Privacyverklaring. Wie verwerkt de persoonsgegevens? Welke persoonsgegevens worden verwerkt?

Helsen & partners bvba / Fiduciaire Helsen bvba 1 Privacy en bescherming van de persoonsgegevens.

1.1. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Wettelijke kaders voor de omgang met gegevens

Beleid inzake de verwerking van uw persoonsgegevens

Algemene privacyverklaring

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Wingene, Oude Bruggestraat 99 a, met als het ondernemingsnummer

Privacyverklaring. 1. Waarom deze privacyverklaring? 2. Wie verwerkt de persoonsgegevens? 3. Welke persoonsgegevens worden verwerkt?

ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid art. 29 ;

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité"); Gelet op de aanvraag van Saris Aanhangers BV ontvangen op 22/03/2017;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (hierna de"cbpl");

Privacyverklaring N.V. Vandenameele

Betreft: aanvraag tot herziening van de beraadslaging RR nr. 34/2012 (RN-MA )

Persoonsgegevens Alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een identificeerbare natuurlijke persoon.

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

Privacyreglement/ Geheimhouding

Privacyverklaring ECA

REGLEMENT CAMERATOEZICHT VRIJE UNIVERSITEIT AMSTERDAM

Gelet op de aanvraag van het Belgische Rode Kruis ontvangen op 11/10/2011;

Cameratoezicht. De Nieuwe Kring. Reglement cameratoezicht

rechtmatigheid POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20

Gelet op de aanvraag van het Agentschap Inspectie RWO ontvangen op 12/09/2011;

Sectoraal comité van het Rijksregister. Beraadsiaging RR nr 62/2013 van 31 juli 2013

Gelet op de aanvraag van het Fonds voor bestaanszekerheid van de metaalverwerkende nijverheid, ontvangen op 02/10/2014;

Gelet op de aanvraag van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding ontvangen op 15/03/2012;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

INFORMATIEVEILIGHEID OOSTENDE.BE ALGEMENE PRIVACYVERKLARING VAN DE STAD OOSTENDE

Privacy verklaring Alkmaar Versie 2.1 mrt 2018

Gelet op de aanvraag van de Orde van Vlaamse Balies, ontvangen op 31/07/2015;

Privacybeleid. De verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens is de Abd bv CVBA

PRIVACYBELEID BESCHERMING VAN PERSOONSGEGEVENS

a) Persoonsgegeven: elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Privacy en bescherming van de persoonsgegevens.

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ;

Transcriptie:

SB.09.109 - Bijlage Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2009-014-V03 datum : 2009-03-26 gewijzigd : 2009-11-26 contact : Beliën Bart, bart.belien@vsko.be, 02 507 07 34 Billen Karolien, karolien.billen@vsko.be, 02 507 08 11 Palmans Jaak, jaak.palmans@vsko.be, 02 507 06 42 Bewakingscamera s op school 1 De toepasselijke wetgeving Camerawet, CAO 68 en privacywet (WVP) 1.1 De camerawet De camerawet 1) regelt de plaatsing en het gebruik van camera s die tot doel hebben de bewaking en de controle van bepaalde plaatsen te verzekeren teneinde: misdrijven tegen personen of eigendommen te voorkomen, vast te stellen of op te sporen; overlast te voorkomen, vast te stellen of op te sporen; de orde te handhaven. Voor nieuwe bewakingscamera s is de camerawet van toepassing sedert 10 juni 2007. Bestaande camera s moeten met ingang van 10 juni 2010 aan de camerawet voldoen. De camerawet onderscheidt drie soorten locaties waar bewakingscamera s geïnstalleerd worden: niet-besloten plaatsen, besloten plaatsen, voor het publiek toegankelijk, besloten plaatsen, niet voor het publiek toegankelijk. De camerawet legt de strengste modaliteiten op voor de niet-besloten plaatsen, de minst strenge voor de besloten plaatsen die niet voor het publiek toegankelijk zijn. 1.1.1 Niet-besloten plaatsen Een niet-besloten plaats is een plaats die vrij toegankelijk is voor het publiek, en niet door een omsluiting is afgebakend. Deze omsluiting hoeft geen fysische afbakening te zijn. Een visuele afbakening zoals een witte lijn of een andere plaatsing van klinkers kan volstaan. Typische voorbeelden van een niet-besloten plaats zijn de openbare weg, een marktplaats, een plein, een winkelstraat, een plantsoen, een park 1) Wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera s (Belgisch Staatsblad, 31 mei 2007).

2 Doorgaans vormen de straat en de stoep net voor de schoolpoort de enige niet-besloten plaats waarmee de school te maken krijgt. De installatie van camerabewaking op niet-besloten plaatsen behoort echter niet tot de bevoegdheid van het schoolbestuur 2). 1.1.2 Besloten plaatsen, voor het publiek toegankelijk Een besloten plaats, voor het publiek toegankelijk, is een gebouw, een plaats of een ruimte die door een omsluiting is afgebakend, die bestemd is voor het gebruik door het publiek, en waar diensten kunnen worden aangeboden. Voorbeelden van dergelijke publiek toegankelijke, besloten plaatsen zijn een bank, een grootwarenhuis, een museum, een bioscoop, een slagerswinkel, een dokterskabinet, een sportterrein, een feestzaal, een camping, de weide van Rock Werchter Op school moeten een aantal locaties tot de voor het publiek toegankelijke besloten plaatsen gerekend worden, aangezien bezoekers zich op school kunnen aanmelden om informatie in te winnen over het studieaanbod, om een toneelvoorstelling of een feestzitting bij te wonen, om gebruik te maken van de sportaccommodatie Het gaat dan doorgaans om locaties zoals de oprit, de publieke parking, de inkomhal, de wachtzaal, de feestzaal, de toneelzaal, de sporthal en/of de sportterreinen die aan het publiek verhuurd worden. Tijdens een opendeurdag dient (bijna) de ganse school als een publiek toegankelijke, besloten plaats beschouwd te worden. 1.1.3 Besloten plaatsen, niet voor het publiek toegankelijk Een besloten plaats, niet voor het publiek toegankelijk, is een gebouw, een plaats of een ruimte die door een omsluiting is afgebakend en die uitsluitend bestemd is voor het gebruik door de gewoonlijke gebruikers. In een besloten plaats die niet voor het publiek toegankelijk is, kan dus geen dienstverlening voor het publiek plaatsvinden. Voorbeelden van zulke plaatsen zijn een privéwoning, een appartementsgebouw, een kantoorgebouw, een fabriek, een boerderij. De oprit, de parking, de voortuin, de inkomhal e.d. van deze plaatsen maken deel uit van deze niet voor het publiek toegankelijke, besloten plaatsen. Op school kunnen CLB-medewerkers, onderwijsinspecteurs, leveranciers als gewoonlijke gebruikers beschouwd worden. Voorbeelden van besloten plaatsen op school die niet voor het publiek toegankelijk zijn, zijn dus: de leraarskamers, de kantoren van directieleden en stafmedewerkers, klaslokalen, laboratoria, werkplaatsen, turnzaal, fietsenstalling van leerlingen, parking voor de leraars 1.1.4 Gemengd gebruik Indien de school camera s installeert op plaatsen van een verschillende categorie, dan ressorteert de school als geheel onder de strengste van de toepasselijke categorieën. Stel bijvoorbeeld dat een school een camera plaatst in de fietsenstalling van de leerlingen (besloten plaats, niet voor het publiek toegankelijk) en een camera in de inkomhal van de school (besloten plaats, wel voor het publiek toegankelijk). Dan valt deze school wat de camerawet betreft in haar geheel onder de categorie besloten plaats, voor publiek toegankelijk. Indien op school bewakingscamera s enkel geïnstalleerd zijn in besloten plaatsen die niet voor het publiek toegankelijk zijn, en de school wenst het publiek tijdens een opendeurdag tijdelijk toegang te verschaffen tot sommige van 2) We gebruiken systematisch de term schoolbestuur voor de vzw-schoolbestuur of de vzw-inrichtende macht die als rechtspersoon de onderwijsinstelling(en) beheert.

3 deze lokalen, dan kan de school deze bewakingscamera s tijdens de opendeurdag uitschakelen en op de pictogrammen (zie verder, punt 3.2.1) het bericht Camerabewaking tijdelijk uitgeschakeld aanbrengen. Op die wijze vermijdt de school dat ze, enkel door het organiseren van een jaarlijkse opendeurdag, opschuift naar een strengere categorie. 1.2 CAO 68 1.2.1 Camerabewaking op de arbeidsplaats Indien een werkgever camera s installeert op de arbeidsplaats, is CAO 68 van toepassing. CAO 68 is een concretisering van de privacywet (WVP) en regelt de plaatsing en het gebruik van camera s op de arbeidsplaats met één of meer van de volgende doeleinden: de veiligheid en de gezondheid; de bescherming van de goederen van de onderneming; de controle van het productieproces: wat machines betreft: de goede werking nagaan; wat werknemers betreft: de werkorganisatie evalueren en verbeteren; de controle van de arbeid van de werknemer. Dergelijk doeleinden horen in principe niet door een schoolbestuur nagestreefd te worden. Toch is het vaak niet te vermijden dat camera s die conform de camerawet geïnstalleerd worden met het oog op bewaking en controle, ook personeelsleden in beeld brengen. Dit doet zich bijvoorbeeld voor indien de school een camera installeert om vandalisme op de parking van de leraars tegen te gaan, om diefstal in de leraarskamer te beteugelen, om toezicht te houden op het verloop in de inkomhal waar ook een receptionist(e) werkzaam is of die fungeert als (enige) in en uitgang voor de personeelsleden. In dergelijke gevallen dient het schoolbestuur zowel de camerawet als CAO 68 na te leven. 1.2.2 Vormen van camerabewaking CAO 68 onderscheidt twee vormen van camerabewaking: voortdurende camerabewaking: de camera functioneert op permanente wijze; tijdelijke camerabewaking: de camera is tijdelijk of vast geïnstalleerd, maar functioneert slechts gedurende één of meerdere perioden. Voor bepaalde doeleinden is uitsluitend tijdelijke camerabewaking toegestaan: Doeleinde van de camerabewaking Voortdurende camerabewaking Tijdelijke Camerabewaking Veiligheid en gezondheid Toegelaten Toegelaten Bescherming van de goederen van de onderneming Toegelaten Toegelaten Controle van het productieproces Machines Toegelaten Toegelaten Controle van het productieproces Werknemers Niet toegelaten Toegelaten Controle van de arbeid van de werknemer Niet toegelaten Toegelaten

4 1.3 De privacywet (WVP) Alle vormen van camerabewaking op school die niet onder de camerawet en/of CAO 68 vallen, vallen onder de wet verwerking persoonsgegevens (WVP) 3), vaak de privacywet genoemd. Wat camerabewaking betreft, fungeert de WVP dus als een soort vangnet. Gezien het zeer beperkte toepassingsgebied van deze restcategorie op school gaan we daar verder niet op in. 2 Voorwaarden voor camerabewaking op school In dit hoofdstuk gaan we in op de fundamentele voorwaarden met betrekking tot de finaliteit en de proportionaliteit van de camerabewaking die vervuld moeten zijn vooraleer het schoolbestuur tot de installatie van bewakingscamera s kan overgaan. 2.1 Finaliteit Als eerste fundamenteel principe geldt dat de camerabewaking uitsluitend mag plaatsvinden voor welbepaalde, rechtmatige doeleinden. Deze doeleinden zijn duidelijk omschreven wat de camerawet 4) en CAO 68 5) betreft. Het is niet toegestaan de beelden te gebruiken op een wijze die niet verenigbaar is met het beoogde doeleinde of voor een ander doeleinde dan meegedeeld. Stel bijvoorbeeld dat in de inkomhal een bewakingscamera geïnstalleerd is om te kunnen nagaan of er zich ongewenste buitenstaanders aanbieden. In dat geval kan bijvoorbeeld de directeur het verzamelde beeldmateriaal niet gebruiken om leraren die hij ervan verdenkt te laat te arriveren, op te sporen en op de vingers te tikken. Zo is het steeds verboden beelden te verzamelen die informatie geven over de filosofische of religieuze overtuiging, de politieke of syndicale gezindheid, de etnische of sociale origine, het seksuele leven of de seksuele geaardheid, of de gezondheidstoestand. Het is derhalve niet toegelaten bijvoorbeeld de ingang van de kapel, het aankondigingenbord van de vakbond of de deur van het kantoor van de vertrouwenspersoon in beeld te brengen. Wat de camerawet betreft, is het derhalve niet toegelaten: beelden te verzamelen op de straat of op de stoep voor de schoolpoort of op een gedeelte van het terrein van de buren; beelden te verzamelen die de intimiteit schenden (bijvoorbeeld het filmen van personen voor urinoirs, in douchecellen, wc s of kleedkamers). Wat CAO 68 betreft, is het derhalve niet toegelaten: voortdurende camerabewaking te installeren ter controle van het productieproces met betrekking tot de werknemers of ter controle van de arbeid van de werknemers; beelden te verzamelen die een inmenging vormen in de persoonlijke levenssfeer van de werknemer. Het is derhalve niet toegelaten bijvoorbeeld de receptionist(e) van de inkomhal permanent in beeld te brengen, of de inhoud van de locker van een personeelslid in beeld te brengen. 3) Wet van 8 december 1992 voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (Belgisch Staatsblad, 18 maart 1993). Een geconsolideerde versie van de WVP vindt u op http://www.privacycommission.be/nl > Wetgeving > Nationale wetgeving > Wet van 8 december 1992 voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (privacywet) > Wet van 8 december 1992. 4) Deze doeleinden zijn besproken onder punt 1.1. 5) Deze doeleinden zijn besproken onder punt 1.2.

5 2.2 Proportionaliteit Als tweede fundamenteel principe geldt dat de camerabewaking een gepast en noodzakelijk middel moet zijn om de beoogde finaliteit te bereiken. Met andere woorden, de camerabewaking moet onontbeerlijk zijn voor het beoogde doeleinde, en er mogen geen andere middelen beschikbaar zijn die minder ingrijpend zijn en toch hetzelfde doel bereiken. Zo zal het surveilleren over leerlingen in een klas of een studiezaal vrijwel steeds aan een personeelslid toevertrouwd worden, en nooit overgenomen worden door een bewakingscamera. Voorts dienen de beelden, met het oog op het bereiken van het doel, toereikend te zijn, ter zake dienend en niet overmatig. De school verzamelt dus enkel het strikt noodzakelijke beeldmateriaal en geen overbodige beelden. De school zal dus bijvoorbeeld geen overmatig aantal camera s installeren. Bij opnames aan de schoolpoort zal ze vermijden beelden te registreren van op straat. Voorts is het niet in alle omstandigheden nodig op de beelden meteen de aangezichten van de betrokkenen te herkennen; het kan volstaan dat de gezichten pas herkenbaar zijn na inzoomen. 3 Modaliteiten van camerabewaking op school In dit hoofdstuk gaan we in op de modaliteiten die het schoolbestuur dient na te leven indien aan de voorwaarden tot camerabewaking voldaan is en overgegaan wordt tot de installatie van bewakingscamera s. 3.1 Voorafgaande aangifte Uiterlijk op de dag vóór de dag waarop de camera s in gebruik genomen worden, moet het schoolbestuur of de inrichtende macht de camerabewaking aangeven bij de privacycommissie. Deze aangifte gebeurt via het zogenaamde e-loket van de privacycommissie 6). Wat de camerawet betreft, moet de camerabewaking bovendien gemeld worden aan de korpschef van de politiezone waar de camera s geïnstalleerd worden. Indien u de camerabewaking echter via het e-loket van de privacycommissie aangeeft, is deze vereiste automatisch vervuld en hoeft u de camerabewaking dus niet meer aan de plaatselijke korpschef te melden. 3.1.1 Aangifte per site of per schoolbestuur? Wat de camerawet betreft, moet u een aangifte doen per site. Doorgaans valt het begrip site samen met het begrip vestigingsplaats uit de onderwijswetgeving. Indien een schoolbestuur vijf scholen beheert, elk met slechts één vestigingsplaats, en drie van deze scholen installeren camerabewaking, dan moet het schoolbestuur drie aangiftes indienen. Indien de gebouwen van eenzelfde school gespreid zijn over drie verschillende vestigingsplaatsen en indien op elk van deze drie vestigingsplaatsen camerabewaking geïnstalleerd wordt, moet het schoolbestuur drie aangiftes indienen. Indien een eerstegraadsschool en een bovenbouwschool van hetzelfde schoolbestuur op dezelfde campus gevestigd zijn, dan kan dit beschouwd worden als één site. Er is dus slechts één aangifte van camerabewaking nodig. Indien de gebouwen van eenzelfde school gescheiden zijn door een niet-besloten plaats, dan moeten afzonderlijke aangiftes ingediend worden. Indien bijvoorbeeld het hoofdgebouw van een school enerzijds en enkele bijgebouwen anderzijds aan weerszijden van de openbare weg liggen, en indien op beide sites camerabewaking geïnstalleerd wordt, dan moet het schoolbestuur twee aangiftes indienen, zelfs al gaat het om één vestigingsplaats. 6) Koninklijk besluit van 2 juli 2008 betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera s (Belgisch Staatsblad, 15 juli 2008).

6 Indien op eenzelfde campus de scholen onder een verschillend schoolbestuur ressorteren, dan mogen deze schoolbesturen voor deze campus samen één aangifte indienen, op voorwaarde dat ze samen het doel en de middelen van deze camerabewaking bepalen 7). Zo kunnen een basisschool en een secundaire school, of een school voor buitengewoon onderwijs en een MPI die op dezelfde site gevestigd zijn, samen een aangifte indienen. Wat CAO 68 betreft, mag het schoolbestuur voor al haar instellingen samen één aangifte indienen, voor zover het om dezelfde finaliteit 8) gaat. Zo kan een schoolbestuur bijvoorbeeld alle camera s die ze in al haar onderwijsinstellingen geïnstalleerd heeft met het oog op het voorkomen van vandalisme en waarbij personeelsleden in beeld komen, vatten in één aangifte met als finaliteit Bescherming van de goederen van de onderneming. 3.1.2 Thematische aangifte via het e-loket van de privacycommissie U surft naar http://www.privacycommission.be/nl en klikt achtereenvolgens op Aangifte en Nieuwe thematische aangifte aanmaken. Vervolgens heeft u een aantal mogelijkheden: Indien u camerabewaking op één site wenst aan te geven, selecteert u het tweede keuzevakje (aangifte voor camerabewaking op één site). Indien ook CAO 68 van toepassing is, selecteert u daarna bovendien het vijfde keuzevakje (bewakingscamera ten overstaan van personen die werkzaam zijn op een bewaakte arbeidsplaats). Indien u camerabewaking op meer dan één site wenst aan te geven, selecteert u eerst het derde keuzevakje (uw gegevensfiche aanmaken) en vervolgens het vierde keuzevakje (aangifte aanmaken op basis van de gegevensfiche). Indien ook CAO 68 van toepassing is, selecteert u daarna bovendien het vijfde keuzevakje (bewakingscamera ten overstaan van personen die werkzaam zijn op een bewaakte arbeidsplaats). De kostprijs bedraagt 25 voor alle aangiften die u op éénzelfde dag indient. U doet er dus goed aan al uw aangiften samen te leggen en op dezelfde dag in te dienen. 3.1.3 Aangifte van bestaande bewakingscamera s Voor bewakingscamera s die geïnstalleerd waren vóór 10 juni 2007 geldt een overgangsperiode van drie jaar. Bestaande camera s moeten dus uiterlijk op 10 juni 2010 aan de camerawet voldoen. Dit houdt onder meer in dat u voor deze camera s een nieuwe, thematische aangifte moet indienen volgens de procedure beschreven onder punt 3.1.2, zelfs indien u deze camera s vóór 10 juni 2007 reeds aangegeven had. Bovendien moet u de oude aangiften van deze bewakingscamera s verwijderen van de website van de privacycommissie. Deze bewerking is kosteloos 9). 7) Deze beslissing wordt best vermeld in de notulen van de raden van bestuur van beide vzw s. 8) De mogelijke finaliteiten zijn: veiligheid en gezondheid; bescherming van de goederen van de onderneming; controle van het productieproces; controle van de arbeid van de werknemer (zie punt 1.2). 9) Zie ook punt 3.3 van mededeling d.d. 12 december 2004 betreffende de aangifte van geautomatiseerde verwerkingen van persoonsgegevens aan de privacycommissie (M-VVKSO-2004-106).

7 3.2 Informatieplicht 3.2.1 Informatieplicht voortvloeiend uit de camerawet Het filmen van personen zonder hun toestemming is verboden. Daarom moet het schoolbestuur de aanwezigheid van bewakingscamera s duidelijk aankondigen aan de hand van het pictogram dat hiernaast weergegeven is. Elkeen die dit pictogram ziet hangen, kan dan beslissen of hij de locatie wel of niet betreedt. Door de locatie te betreden geeft hij het schoolbestuur toestemming tot filmen. De aanwezigheid en de zichtbaarheid van de pictogrammen is dus een essentieel element van de uitvoering van de camerawet 10). Voor het antwoord op de vraag waar en hoeveel pictogrammen opgehangen moeten worden, moet het schoolbestuur zich dus door het principe laten leiden dat geen enkele persoon geconfronteerd mag worden met een bewakingscamera, zonder eerst een pictogram gezien te hebben. De pictogrammen worden derhalve doorgaans opgehangen aan de toegangen tot de locaties waar bewakingscamera s geïnstalleerd zijn. Het heeft geen zin een pictogram aan de ingang van de school op te hangen, want daarmee suggereert u dat de volledige school onder camerabewaking staat, wat bezwaarlijk het geval kan zijn. Voor de uitvoering van het pictogram gelden de volgende richtlijnen: Besloten plaats die voor het publiek toegankelijk is: Als de toegang niet afgebakend is door een onroerend bouwwerk (bijvoorbeeld een muur, een omheining, een heg), meet het pictogram 60 x 40 cm (ongeveer A2-formaat). Het pictogram bestaat uit een aluminiumplaat van minstens 1,5 mm dik. Als de toegang wel afgebakend is door een onroerend bouwwerk, meet het pictogram 29,7 x 21 cm (A4- formaat)11) of 15 x 10 cm (ongeveer A6-formaat). Men heeft de keuze tussen een geplastificeerde sticker of een aluminiumplaat van minstens 1,5 mm dik. Op de besloten plaats die niet voor het publiek toegankelijk is, meet het pictogram 15 x 10 cm. Men heeft de keuze tussen een geplastificeerde sticker of een aluminiumplaat van minstens 1,5 mm dik. Het pictogram voldoet aan het hierboven weergegeven model. Bovendien moeten de volgende vermeldingen zichtbaar en leesbaar op het pictogram aangebracht zijn: Camerabewaking Wet van 21 maart 2007 Naam van de verantwoordelijke voor de verwerking (i.c. het schoolbestuur) Postadres en eventueel e-mailadres van de verantwoordelijke voor de verwerking Alhoewel dit niet wettelijk verplicht is, is het aanbevelenswaardig om ook in het schoolreglement een bepaling op te nemen met betrekking tot de camerabewaking, zoals in ons model van schoolreglement het geval is. 3.2.2 Informatieplicht voortvloeiend uit CAO 68 Indien CAO 68 van toepassing is op de camerabewaking, dient het schoolbestuur vooraf informatie te verschaffen over alle aspecten van de camerabewaking, dit is ten minste: 10) Koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt (Belgisch Staatsblad, 21 februari 2008). Koninklijk besluit van 21 augustus 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt (Belgisch Staatsblad, 25 september 2009). 11) Pictogrammen van 30 x 20 cm die aangebracht of aangemaakt zijn vóór 31 augustus 2009, kunnen worden behouden.

8 het nagestreefde doeleinde, het feit of de beelden al dan niet bewaard worden, het aantal en de plaatsing van de camera s, de perioden gedurende dewelke de camera s functioneren. Deze informatie wordt meegedeeld aan het lokaal onderhandelingscomité (LOC). Indien de installatie implicaties heeft voor de persoonlijke levenssfeer van bepaalde werknemers, dan onderzoekt het LOC bovendien de maatregelen die genomen (kunnen) worden om de inmenging tot een minimum te beperken. Indien bijvoorbeeld de receptionist(e) in de inkomhal permanent in beeld gebracht wordt, zou het LOC kunnen voorstellen het beeldveld van de camera met een plaatje gedeeltelijk af te schermen. Voorts evalueert het LOC de bewakingssystemen geregeld en doet het LOC voorstellen in functie van de technologische ontwikkelingen. Indien op school geen LOC in functie is, worden deze taken waargenomen door het eerste orgaan in deze lijst dat wel in functie is: de ondernemingsraad (OR), het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW), de vakbondsafvaardiging, de werknemers zelf. 3.3 Bewaren van de beelden Wat de camerawet betreft, is het opslaan van beelden enkel toegestaan om bewijzen te verzamelen (bijvoorbeeld van het misdrijf of van de schade) en om daders, ordeverstoorders, getuigen of slachtoffers op te sporen en te identificeren. Deze beelden mogen niet langer dan een maand bewaard worden, behalve die beelden die nodig zijn als bewijs of ter identificatie. Wat CAO 68 betreft, is het opslaan van beelden toegestaan voor zover dit te verantwoorden is vanuit de finaliteit van de camerabewaking. De toegelaten bewaringstermijn hangt af van de nagestreefde finaliteit. 3.4 Toegang tot de beelden 3.4.1 Toegang van de gefilmde personen tot de beelden Elke gefilmde persoon heeft het recht toegang te krijgen tot de beelden die van hem opgenomen zijn, vanzelfsprekend voor zover deze beelden bewaard worden. De betrokkene richt daartoe een verzoek aan het schoolbestuur met zijn motivatie en met vermelding van voldoende gedetailleerde gegevens om de juiste opnamen te kunnen lokaliseren (datum, uur, plaats). Op basis van deze motivatie weegt het schoolbestuur de belangen van de aanvrager af tegen de veiligheid en beslist of de betrokkene toegang krijgt. In de context van een school zal het vrijwel nooit voorkomen dat aan een betrokkene de toegang tot de beelden die van hem of haar genomen zijn, ontzegd wordt om veiligheidsredenen. Bij het opzoeken en het bekijken van de beelden mag de betrokkene aanwezig zijn, maar moet ook steeds een personeelslid van de school aanwezig zijn. De school mag de betrokkene dus niet op eigen houtje het beeldmateriaal laten doorlopen. Bovendien moet de school erover waken bij het bekijken van de beelden de privacy van derden niet nodeloos te schenden. 3.4.2 Toegang van personeelsleden van de school tot de beelden De toegang tot het beeldmateriaal moet beperkt zijn tot de personeelsleden van de school die aangesteld zijn voor het beheer van de bewakingscamera s. De school doet er goed aan deze personeelsleden en eventueel hun hiërarchische oversten die eveneens toegang hebben, nominatim aan te wijzen en geen afwijkingen te dulden. Vanzelfsprekend hebben de aangestelden discretieplicht.

9 3.4.3 Toegang van de politie tot de beelden Indien de politie beeldmateriaal opvraagt in het kader van een administratieve of gerechtelijke opdracht, moet het schoolbestuur deze beelden ter beschikking stellen. Anderzijds mag het schoolbestuur beeldmateriaal ter beschikking stellen van de politie, indien feiten vastgesteld zijn die een mogelijke inbreuk betekenen en indien deze beelden bijdragen tot het bewijs of tot de identificatie. 3.5 Veiligheid van de verwerking Het schoolbestuur moet de nodige voorzorgsmaatregelen nemen om toegang tot het beeldmateriaal door onbevoegden te voorkomen. Het beeldmateriaal mag dus nergens rondslingeren of tijdelijk aan derden toevertrouwd worden. Om ter voorkoming van beeldmanipulatie en van technische risico s zoals diefstal of uitwissing moeten maatregelen genomen worden. Op de website van de privacycommissie vindt men een aantal referentiemaatregelen voor de beveiliging van de verwerking van persoonsgegevens: http://www.privacycommission.be > In praktijk > Informatiebeveiliging > Referentiemaatregelen voor de beveiliging van elke verwerking van persoonsgegevens.