Zorgbarometer 7: Flexwerkers



Vergelijkbare documenten
Agressie en geweld Onderzoeksresultaten poll

Gemeente Houten Onderzoek standplaatsen in Houten Zuid. Den Dolder, 17 april 2009 Ir. Martine van Doornmalen Wim Woning MSc

Gemeente Houten Risicobronnen. Den Dolder, 04 januari 2008 ir. Martine van Doornmalen drs. Thomas Beffers MSc

Abvakabo FNV. DJI Agressie & geweld en werkdruk. Uitgevoerd door ADV Market Research. Den Dolder, maart 2011 Dion Langeveld MSc Wim Woning MSc

Gemeente Houten Jeugdonderzoek. Den Dolder, augustus 2008 Ir. Martine van Doornmalen Natasja Blom BSc.

Gemeente Houten Onderzoek plastic afvalinzameling, straatmuzikanten. Den Dolder, 20 oktober2008 Ir. Martine van Doornmalen Drs.

Gemeente Houten Onderzoek Houtense kermis. Den Dolder, 01 december 2008 Ir. Martine van Doornmalen Drs.Tirza König

Gemeente Houten: Onderzoek Kieskompas. Den Dolder, 26 januari 2011 Ir. Martine van Doornmalen Rianne van Beek Msc.

Werkbelevingsonderzoek 2013

Vakantiewerkonderzoek 2014 FNV Jong

Mobiliteit in de sportsector

FNV Vakantiewerk onderzoek 2013

Vakantiewerk onderzoek 2015 FNV Jong. Hans de Jong & Leon Pouwels Juni 2015

ZORGEN VOOR MORGEN Over woonkeuzes en zorgen voor elkaar

Gemeente Houten Fietsenstalling. Den Dolder, 14 januari 2008 ir. Martine van Doornmalen drs. Thomas Beffers MSc

Jongeren en het huwelijk. Jongeren en het huwelijk

Subsidiënt: Ministerie van VWS

Barometer Gehandicaptenzorg. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016

Alfahulp en huishoudelijke hulp. Rapportage Ons kenmerk: Juni 2014

Gemeente Houten Onderzoek Communicatie. Den Dolder, 25 juni 2009 Ir. Martine van Doornmalen Wim Woning MSc

Onderzoeksrapport Randstad WerkMonitor 2015 kwartaal 1 Gevolgen wet werk en zekerheid (WWZ) Randstad Nederland

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING DIENSTVERLENING

Samenvatting rapportage. Baan je toekomst: werken aan duurzame inzetbaarheid. Contractcatering

Fries burgerpanel Fryslân inzicht

Werkdruk in het onderwijs

Gezondheidsbeleid Onderzoek onder gemeentepanel Venlo

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

1. Werkgevers en vakbonden willen jou meer betrekken bij het cao-overleg. Dat vind ik..

Gemeente Houten: Openingstijden Publiekszaken. Den Dolder, 8 december 2009 Drs. Casper de Vos Ir. Martine van Doornmalen

Nulurencontracten 2018

EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober Oktober 2014

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Tabellenboek 'Bekendheid van verzekerden met de polisvoorwaarden en de inhoud van de zorgverzekering

KLANTTEVREDENHEID WWB. Gemeente Veenendaal Februari/Maart 2014

Ondernemers staan open voor bedrijfsverkoop, maar moeten mentaal nog een drempel over

Onderzoek Houten Jongeren en Wonen

Tilburg en Kunst. Onderzoek Jongerenpanel Tilburg. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg. DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013

Onderzoek Je wordt 18 jaar en dan? De gevolgen voor je geldzaken

Honorering toezichthouders 2014

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

RAPPORT FLEXWERK GEMEENTEN MAART 2017 GEORGE EVERS & MYRTE DE VOS

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Is de werkervaringsplek in uw organisatie een boventallige plek? Dit wil zeggen een plek die normaliter niet door een werknemer wordt bezet.

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Barometer Ziekenhuissector. Samenvattend rapport Kenmerk: December 2016

Rapportage Onderzoek cao VVT

Onderzoek Arbeidsongeschiktheid. In opdracht van Loyalis. juni 2013

RAPPORTAGE SPORT EN GELUK

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING COMMUNICATIE

RESULTATEN CAO ENQUÊTE BIJ NXP

Gemeente Houten Cultuur, verkeer en groen. Den Dolder, 19 mei 2008 ir. Martine van Doornmalen ir. Ingmar van den Brink

Verzekerden bezuinigen op hun zorgverzekering, het aantal overstappers neemt nog steeds toe. Margreet Reitsma-van Rooijen en Anne Brabers

BURGERPANEL LANSINGERLAND

ONDERZOEK JONGEREN EN FLEX FNV JONG

Mantelzorgers en werk. Samenvattend rapport Kenmerk: November 2016

Peiling Flexibel werken in de techniek 2015

Onderzoek werknemers met kanker

Resultaten cao-review cao NWb

Subsidiënt: Ministerie van VWS. Zorgverleners werken liever met interne oproepkrachten dan met personeel van buitenaf

Hoe staat het met de balans tussen werk en privé in de woonbranche? Nieuwegein, augustus 2010 Jeroen Kleingeld

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING DE GROENE CORRIDOR

Sociale media. Over het EenVandaag Opiniepanel. 15 augustus Over dit onderzoek

HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

Gemeente Houten: Bouwen zonder welstandsregels. Den Dolder, 11 januari 2011 Rianne van Beek Msc. Ir. Martine van Doornmalen

BURGERPANEL EEMNES PEILING ZONDAGSOPENSTELLING & WINKELAANBOD

Onderzoek Summerproof

Life event: Een nieuwe baan

19 maart Onderzoek: Korten pensioenen?

Hoe gaat Nederland met pensioen?

Dienstverlening Amsterdam-Noord

Zicht op geld - Vakantiegeld Resultaten van kwantitatief online onderzoek onder werkenden. ABN AMRO April 2015

Rapportage Droombaan. Bea Voorbeeld. Naam: Datum:

Het Koffie Op De Zaak onderzoek. De ondernemer aan het woord over de koffie op zijn of haar kantoor

Vara - Kassa 3 Resultaten Aflevering 3 Financiën 1 22 mei 2007

FNV BAROMETER CAPACITEIT

Vakantiewerk onderzoek 2018 FNV Jong. Hans de Jong & Marieke Kooiman Juli 2018

Q2 1. Bent u een man of vrouw?

Flitspeiling begeleid wonen

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Monitoring gebruikerstevredenheid invoering 130 km/h

Onderzoek Babbeltrucs

Jaarrapport Cenzo totaal 2013

De dienstverlening van Westerpark

RAPPORT BURGERPANEL HUIZEN PEILING WINKELEN EN BOODSCHAPPEN. GEMEENTE HUIZEN December 2013/Januari 2014

FLEXWERK DOET ERTOE! >>>

De Stand van Brabant Thema Cultuur

Rapport Mobiliteit in het voortgezet onderwijs Analyse van de instroom, uitstroom en interne mobiliteit in het voortgezet onderwijs

Onderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Burgerpanel Capelle aan den IJssel

Boodschappenservice Binnenstad Amsterdam

Hiv op de werkvloer 2011

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING GROOT BIJSTERVELT

Onderzoek Behoefte van werknemers aan een inzetbaarheidstest

Evaluatie Elektronisch Patiëntendossier (EPD)

MONITOR WERK Meting maart Maart 2014 Francette Broekman

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

Transcriptie:

Zorgbarometer 7: Flexwerkers Onderzoek naar de positie van flexwerkers in de zorg Uitgevoerd door D. Langeveld, MSc Den Dolder, mei 2012

Pagina 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research (ADV). De opdrachtgever mag deze uitgave alleen voor intern gebruik verveelvoudigen. Voor publicatie van (gedeelten van) dit rapport in de nieuwsmedia, vakliteratuur of andere uitgaven is toestemming van ADV nodig. Bovendien verzoeken wij de opdrachtgever om bij publicatie ADV als bron te vermelden.

Pagina 3 Inhoud Managementsamenvatting Pag. 4 Resultaten Pag. 7 Hoofdstuk 1: flexwerkers over flexwerk Pag. 7 Hoofdstuk 2: algemene kijk op flexwerk Pag. 11 Hoofdstuk 3: werkplek en contractvorm Pag. 17 Toelichting resultaten Pag. 20 Bijlagen Pag. 22 Processtatistieken Pag. 23 Profiel respondenten Pag. 24

Pagina 4 Managementsamenvatting

Pagina 5 Managementsamenvatting (1/2) De sector zorg is een sector waar veel speelt. Vier maal per jaar doet Abvakabo FNV onderzoek onder haar leden in deze sector via de Zorgbarometer. In april 2012 heeft ADV Market Research in opdracht van Abvakabo FNV onderzoek gedaan naar flexwerk in de zorg. Onder meer komt aan de orde in hoeverre een flexcontract een vrijwillige keuze is en welke invloed het toenemend aantal flexcontracten op de kwaliteit van de zorg en de aantrekkelijkheid van de sector heeft. Van 13 april tot 1 mei 2012 hebben 889 Abvakabo FNV leden deelgenomen aan dit onderzoek. In deze samenvatting zijn de belangrijkste resultaten van dit onderzoek weergegeven. Centraal in dit onderzoek staat de vraag wat de positie van flexwerkers in de zorgsector is. Een antwoord op deze vraag wordt geformuleerd op basis van antwoorden van zowel flexwerkers als niet flexwerkers. Flexcontracten maken de zorgsector minder aantrekkelijk Ruim zes op de tien respondenten (61%) vinden dat het grote aantal flexcontracten de zorgsector minder aantrekkelijk maakt om in te werken. Daarbij komt dat bijna de helft (48%) de onzekerheid van een flexcontract als een belangrijke reden ziet voor flexwerkers om de zorg te verlaten. Flexwerker vaker negatief dan positief over flexcontract Over het algemeen zijn flexwerkers meer negatief dan positief over hun flexcontract / -werk. Zo geeft ruim de helft (56%) aan dat een flexcontract een negatieve invloed heeft op het privéleven. Tevens is 53% van mening dat een flexcontract stress met zich meebrengt. In mindere mate voelen flexwerkers zich een buitenstaander (40% vindt van wel, 34% van niet). Ook had het merendeel van de flexwerkers liever een vast contract getekend (72%) en hebben de meeste flexwerkers eerder een vast contract gehad (88%).

Pagina 6 Managementsamenvatting (2/2) Kwaliteit van de zorg niet per definitie achteruit door inzetten flexwerkers Ruim zes op de tien respondenten (64%) zijn het (helemaal) eens met de stelling dat werkgevers eerder een vast contract aan flexwerkers moeten aanbieden om de kwaliteit van de verleende zorg te garanderen. Echter, op de stelling of door de inzet van flexwerkers de kwaliteit van de verleende zorg achteruit gaat is een opvallend kleiner aantal respondenten het (helemaal) eens, namelijk 28%. Een mogelijke verklaring voor dit verschil kan zijn dat respondenten niet vinden dat flexwerkers minder kwalitatieve zorg verlenen, maar dat vooral de wisseling tussen flexwerkers (de kans op een vaste zorgverlener voor patiënten / cliënten kan dalen) ervoor zorgt dat de kwaliteit van de verleende zorg niet gegarandeerd kan worden. Dat respondenten vinden dat flexwerkers niet per se minder kwalitatieve zorg verlenen blijkt mede uit het feit dat ruim zes op de tien respondenten (62%) niet vinden dat flexwerkers minder deskundig zijn dan vaste medewerkers (12% vindt wel dat flexwerkers minder deskundig zijn). Mening verdeeld over waardering flexwerker Respondenten (zowel flexwerkers als niet flexwerkers) zijn niet uitgesproken positief of negatief ten opzichte van flexwerkers. Ruim een derde (37%) vindt dat flexwerkers er niet helemaal bij horen ten opzichte van een vergelijkbaar aantal (36%) dat het hiermee (helemaal) oneens is. Nagenoeg op dezelfde wijze wordt geantwoord op de stelling of medewerkers met een vast contract beter gewaardeerd worden dan flexwerkers: 38% is het (helemaal) eens, 33% is het (helemaal) oneens.

Pagina 7 Resultaten Hoofdstuk 1: flexwerkers over flexwerk

Pagina 8 Nagenoeg driekwart flexwerkers had liever vast contract getekend Bij het afsluiten van het arbeidscontract had bijna driekwart (72%) van de flexwerkers liever een vast contract gehad. Twee op de vijf respondenten (19%, n = 9) geven aan dat ze bij het afsluiten van het contract geen voorkeur hadden voor een vast contract. De helft van de flexwerkers (51%) geeft aan dat de werkgever voor een flexcontract heeft gekozen. Ruim één op de zeven (14%, n = 7) geeft aan zelf voor dit type contract te hebben gekozen. Deze groep vertoond logischerwijs een grote overlap met flexwerkers die geen voorkeur hadden voor een vast contract. Had je bij het afsluiten van jouw contract liever een vast contract gehad? (basis = flexwerker, n = 47) 19% 9% 72% Ja Nee Geen mening / weet niet 7% Welke situatie is het meest op jou van toepassing? Ik ben flexwerker omdat... (basis = flexwerker, n = 47) 29% 14% 51% Mijn werkgever daarvoor heeft gekozen Ik daar zelf voor heb gekozen Mijn werkgever en ik in overleg hiervoor hebben gekozen Anders, namelijk: o o o o o o o o o 3e tijdelijk (jaar) contract, volgende: vast Er geen ander werk te krijgen was ik volg nog een opleiding ernaast Je krijgt eerst een jaar contract als nieuwe medewerker en naar een jaar wordt het omgezet naar een contract voor onbepaalde tijd als ze tevreden over je zijn... opleidingsplek is altijd tijdelijk was de enige mogelijkheid was zonder werk, dus op zoek naar iets anders wederzijds goedvinden voor bepaalde tijd zelf bij een andere werkgever ontslag heb genomen en niks anders kreeg

Pagina 9 Ruim de helft: flexcontract heeft negatieve invloed op privéleven Wanneer heb je voor het laatst een vast contract gehad? (basis = flexwerker, n = 47) 5% 23% 22% 38% 12% Ruim een derde (38%) geeft aan langer dan een jaar geleden een vast contract te hebben gehad. Andere flexwerkers geven aan minder lang geleden voor het laatst een vast contract te hebben gehad, op 12% (n = 6) na. Deze flexwerkers hebben nog nooit een vast contract gehad. 0% 20% 40% 60% 80% 100% Korter dan 1 maand geleden 1 tot 6 maanden geleden 6 tot 12 maanden geleden Langer dan 1 jaar geleden Ik heb nooit een vast contract gehad In hoeverre ben je het eens met onderstaande stellingen? (basis = flexwerker, n = 47) Het hebben van een flexcontract heeft een negatieve invloed op 12% 16% 16% 38% mijn privéleven Het hebben van een flexcontract brengt veel stress met zich mee Als flexwerker voel ik mij een buitenstaander 2% 10% 13% 24% 33% 26% 37% 0% 20% 40% 60% 80% 100% De flexwerkers zijn het meest uitgesproken over de stelling dat een flexcontract een negatieve invloed heeft op het privéleven. Een ruime meerderheid (57%) is het (helemaal) eens met deze stelling. Helemaal mee oneens Mee oneens Niet mee eens, niet mee oneens Mee eens Helemaal mee eens 31% 18% 16% 9% De helft (53%) vindt dat een flexcontract stress met zich meebrengt, vier op de tien (40%) voelen zich als flexwerker een buitenstaander.

Pagina 10 Helft flexwerkers wil vast contract én vast aantal uren De helft van de flexwerkers (53%) wil een vast arbeidscontract en een vast aantal uren. In mindere mate wil deze groep een vast arbeidscontract (30%, n = 14) of een vast aantal uren (8%, n = 4). Van de respondenten die aangeven flexwerker te willen blijven heeft een grote meerderheid bij het afsluiten van een contract voor een flexcontract gekozen. Dat kan verklaren waarom ze flexwerker willen blijven. Als je naar je huidige werksituatie kijkt, welke situatie is dan op jou van toepassing? (basis = flexwerker, n = 47) 30% 8% 9% 53% Ik wil een vast arbeidscontract en een vast aantal uren Ik wil een vast arbeidscontract Ik wil een vast aantal uren Ik wil flexwerker blijven (mijn tijdelijke arbeidscontract behouden en/of geen vast aantal uren hebben)

Pagina 11 Resultaten Hoofdstuk 2: algemene kijk op flexwerk

Pagina 12 Zes op de tien: eerder vast contract aanbieden om kwaliteit te garanderen Wanneer wordt gekeken naar antwoorden van zowel flexwerkers als niet flexwerkers op verschillende stellingen valt op dat de meeste respondenten het eens zijn met de stelling dat werkgevers flexwerkers eerder een vast contract moeten aanbieden om de kwaliteit van de verleende zorg te garanderen (64% (helemaal) eens). Respondenten jonger dan 35 jaar geven relatief vaker dan ouderen aan het (helemaal) eens te zijn met deze stelling. Daarnaast zijn respondenten voornamelijk van mening dat de kwaliteit van de zorg niet achteruit gaat door de inzet van flexwerkers: 40% (helemaal) mee oneens tegen 28% (helemaal) mee eens. Respondenten in de sector Gehandicaptenzorg zijn het relatief vaker (helemaal) met deze stelling eens. Bijna de helft (45%) geeft aan dat flexwerkers dezelfde mogelijkheid tot scholing hebben als vaste medewerkers. Respondenten die het (helemaal) oneens zijn met deze stelling werken relatief vaker in de Geestelijke gezondheidszorg. Tenslotte blijkt dat een ruime meerderheid niet vindt dat flexwerkers minder deskundig zijn dan vaste medewerkers (62% (helemaal) mee oneens t.o.v. 12% (helemaal) mee eens). In hoeverre ben je het eens met onderstaande stellingen? (basis = iedereen, n = 889) Werkgevers moeten flexwerkers eerder een vast contract aanbieden om de kwaliteit van de verleende zorg te garanderen 2% 9% 25% 48% 16% Flexwerkers hebben dezelfde mogelijkheid tot scholing als vaste medewerkers 8% 25% 22% 36% 9% Door de inzet van flexwerkers gaat de kwaliteit van de verleende zorg achteruit 9% 31% 32% 24% 4% Flexwerkers zijn minder deskundig dan vaste medewerkers 17% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee oneens Mee oneens Niet mee eens, niet mee oneens Mee eens Helemaal mee eens 45% 26% 11% 1%

Pagina 13 Zes op de tien: zorg minder aantrekkelijk door flexcontracten Zes op de tien respondenten (61%) zijn het (helemaal) eens met de stelling dat het grote aantal flexcontracten de zorg een minder aantrekkelijke sector maakt om in te werken. 16% van de respondenten is het hier niet mee eens, bijna een kwart (23%) kiest voor de middenweg. Bijna de helft (48%) vindt de onzekerheid over het contract voor flexwerkers een belangrijke reden om de zorg te verlaten. Respondenten in de sector Gehandicaptenzorg, respondenten jonger dan 35 jaar en mannen geven dit antwoord relatief vaker. Daarnaast is één op de zeven (14%) het (helemaal) met deze stelling oneens. De helft (50%) is het (helemaal) oneens met de stelling dat de meeste jongeren liever een flexcontract dan een vast contract hebben. Ook een groot aantal respondenten (42%) spreekt zich niet voor of tegen de stelling uit, nog geen één op de tien respondenten (8%) is van mening dat jongeren liever een flexcontract willen hebben. In hoeverre ben je het eens met onderstaande stellingen? (basis = iedereen, n = 889) Het grote aantal flexcontracten maakt de zorg een minder aantrekkelijke 1% 15% 23% sector om in te werken De onzekerheid over het contract is voor flexwerkers een belangrijke reden om de zorg te verlaten 1% 13% 37% 47% 39% 14% 9% De meeste jongeren hebben liever een flexcontract dan een vast contract 17% 33% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee oneens Mee oneens Niet mee eens, niet mee oneens Mee eens Helemaal mee eens 42% 7% 1%

Pagina 14 Respondenten verdeeld over waardering flexwerker Naast het feit dat respondenten weinig verschillen in hun antwoorden op beide stellingen over de waardering van de flexwerker zijn respondenten het niet uitgesproken eens of oneens. Ruim één op de drie (38% (helemaal) mee eens) vindt dat medewerkers met een vast contract beter gewaardeerd worden dan flexwerkers. Respondenten uit de jongste leeftijdscategorie (35 jaar of jonger) geven relatief vaker dit antwoord dan oudere respondenten. Een iets kleiner percentage (33% (helemaal) mee oneens) is het niet eens de stelling. Medewerkers met een flexcontract horen er niet helemaal bij volgens 37% van de respondenten (waaronder relatief vaker vrouwen). Een bijna even groot percentage (36%) is het (helemaal) oneens met deze stelling. In hoeverre ben je het eens met onderstaande stellingen? (basis = iedereen, n = 889) Medewerkers met een vast contract worden beter gewaardeerd dan een flexwerkers 4% 29% 29% 34% 4% Medewerkers met een flexcontract horen er niet helemaal bij 7% 29% 27% 33% 4% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Helemaal mee oneens Mee oneens Niet mee eens, niet mee oneens Mee eens Helemaal mee eens

Pagina 15 Flexwerkers volgens een derde voorrang bij interne sollicitaties Bijna de helft (45%) geeft aan niet te weten of flexwerkers in hun instelling voorrang hebben bij interne sollicitaties. Respondenten die hier geen zicht op hebben werken relatief vaak in de sector Thuiszorg. Bijna een derde (32%) geeft aan dat flexwerkers bij interne sollicitaties zowel voorrang hebben boven mensen van buiten de instelling als flexwerkers binnen de instelling. Dit antwoord wordt vaker gegeven door respondenten werkzaam in de sector Gehandicaptenzorg. Één op de vijf (19%) geeft aan dat flexwerkers geen voorrang hebben bij interne sollicitaties. Hebben flexwerkers in jouw instelling voorrang bij interne sollicitaties? (basis = iedereen, n = 889) Weet ik niet 45% Ja, ze hebben alleen voorrang boven mensen van buiten de instelling én voorrang boven niet flexwerkers binnen de instelling 32% Nee, flexwerkers hebben geen voorrang 19% Ja, ze hebben voorrang boven mensen van buiten de instelling 3% Ja, ze hebben alleen voorrang boven niet flexwerkers van binnen de instelling 1% 0% 20% 40% 60%

Pagina 16 Hebben dezelfde rechten maar mogen geen verpleegkundige handelingen verrichten. Flexmedewerkers worden apart geschoold, indien er scholing plaatsvindt. Zij werken veel uren waarbij geen rekening wordt gehouden met de arbeidstijdenwet. Binnen mijn werkplek worden flexwerkers zeer gewaardeerd door collega's en leidinggevende. Indien het geld het toelaat krijgen ze ook snel een vast contract. Zij mogen geen verantwoordelijke diensten werken. Zij kunnen kort voor aanvang van hun dienst gebeld worden om een dienst op te vullen. Hebben te allen tijde de mogelijkheid om nee te zeggen. Zijn er bijzondere afspraken voor flexwerkers in jouw instelling? Zo ja, welke? * Er wordt met een grote flexpool aan medewerkers gewerkt. Voor deze flexpool worden mensen gezocht die hier bewust voor kiezen. Ik weet niet wat de bijzondere afspraken voor flexwerkers zijn in mijn instelling. Nee, flexwerken binnen onze instelling is nog maar minimaal ingevoerd. Met de huidige ontwikkelingen kunnen en moeten instellingen meer met flexwerkers gaan werken! Vanwege de bezuinigingen worden contracten NIET meer verlengd, tenzij verlenging voor de bedrijfsvoering echt nodig is. Ze hoeven pas twee weken voor het ingaan van het rooster aan te geven of ze diensten wel/niet accepteren, daar waar vaste medewerkers 13 weken vooruit moeten kijken. Flexwerkers kunnen altijd vrij zijn wanneer ze willen, bijv. op feestdagen, in de zomervakantie etc. * Deze antwoorden zijn niet representatief, maar slechts bedoeld om een indruk te geven. Alle open antwoorden zijn weergegeven in apart Excel-bestand

Pagina 17 Resultaten Hoofdstuk 3: werkplek en contractvorm

Pagina 18 Vast aantal uren & vaste werplek voor meeste respondenten Ruim acht op de tien respondenten (> 80%) geven aan dat de situaties (zie figuur hiernaast) niet op hen van toepassing zijn. Vrouwen hebben vaker een contract met een wisselend aantal uren, respondenten met een hoog opleidingsniveau hebben juist vaker een contract zonder wisselend aantal uren. In de sector Verpleeg- of verzorgingshuizen en de Thuiszorg (de VVT) hebben relatief meer respondenten een contract met een wisselend aantal uren. Ik heb een contract met een wisselend aantal uren Ik heb geen vaste werkplek Welke situatie is op jou van toepassing? (basis = iedereen, n = 889) 16% 17% 83% Ja Nee Weet niet 82% Mijn werktijden zijn grotendeels 10% 88% afhankelijk van gaten in het rooster 0% 20% 40% 60% 80% 100% 1% 1% 2% Respondenten die aangeven geen vaste werkplek te hebben (17%) werken vaker in de Thuiszorg en in overige sectoren. Opvallend is dat deze groep relatief vaker bestaat uit respondenten van 55 jaar of ouder. In vergelijking met andere sectoren komt de Thuiszorg ook naar voren als sector waar relatief meer respondenten werken met werktijden die grotendeels afhankelijk zijn van gaten in het rooster. Respondenten die daarentegen aangeven niet of nauwelijks afhankelijk te zijn van gaten in het rooster hebben relatief vaker een hoog opleidingsniveau.

Pagina 19 Ruim twee derde heeft voor vast contract geen flexcontract gehad Ruim twee op de drie (68%) respondenten hebben voor het verkrijgen van een vast contract geen flexcontract gehad. Deze groep respondenten is relatief vaker man, werkzaam in de sectoren Ziekenhuizen en Geestelijke gezondheidszorg en 55 jaar of ouder. Van alle leeftijdscategorieën geven respondenten jonger dan 35 jaar dit antwoord het minst vaak. Één op de tien respondenten (10%) geeft aan 1 tot 3 jaar een flexcontract te hebben gehad voordat het eerste vaste contract verkregen werd. Deze groep bestaat relatief vaker uit vrouwen en respondenten jonger dan 35 jaar. Je hebt aangegeven dat je geen vaste werkplek hebt. Als je zelf kon kiezen, zou je dan een vaste werkplek willen hebben? (basis = geen vaste werkplek, n = 151) 50% 50% Hoe lang heb je op basis van een flexcontract gewerkt voordat je je eerste vaste contract kreeg? (basis = vast contract, n = 822) Helemaal niet Korter dan 3 maanden 3 tot 6 maanden 6 tot 12 maanden 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Weet niet 5% 5% 2% 2% 2% 7% 10% 68% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Als respondenten zonder vaste werkplek zouden mogen kiezen, kiest de helft (50%) voor een vaste werkplek. In de sector Verpleeg- of verzorgingshuizen zitten naar verhouding meer respondenten die zouden kiezen voor een vaste werkplek in vergelijking met andere sectoren. Ja Nee

Pagina 20 Toelichting resultaten Operationalisatie flexwerk & achtergrondkenmerken

Pagina 21 Het onderwerp van deze Zorgbarometer is flexwerk in de zorgsector. Flexwerk is een breed begrip en voor het interpreteren van de resultaten is het van belang dat duidelijk is wat onder flexwerk wordt verstaan. Voor deze Zorgbarometer is de volgende definitie van een flexwerker is aangehouden: Een flexwerker is een werknemer met een flexibel arbeidscontract. Dit houdt in dat de werknemer geen vaste aanstelling heeft (tijdelijk contract) of geen vast aantal uren werkt per week (uitzendcontract, min-max contract, 0-uren contract). Van de 889 respondenten voldoen er 47 aan deze criteria, dit is de groep die in deze rapportage wordt aangeduid als flexwerker. Omdat van tevoren was ingeschat dat de groep flexwerkers naar verhouding klein is, is ook aan niet-flexwerkers gevraagd wat hun ervaring met flexwerk in hun organisatie is. Om deze reden wordt in deze rapportage onderscheid gemaakt tussen antwoorden die flexwerkers geven (hoofdstuk 1: flexwerkers over flexwerk) en antwoorden die door zowel flexwerkers als niet flexwerkers worden gegeven (hoofdstuk 2: algemene kijk op flexwerk). In deze rapportage wordt niet alleen ingegaan op antwoorden die respondenten hebben gegeven, ook wordt ingegaan op verschillen tussen respondenten op bepaalde achtergrondkenmerken. Het gaat om de achtergrondkenmerken die hiernaast zijn opgenomen:

Pagina 22 Bijlagen Processtatistieken & profiel respondenten

Pagina 23 Processtatistieken In april 2012 zijn, met behulp van een persoonlijke mail, 2.048 leden van Abvakabo FNV werkzaam in de sector zorg benaderd om online deel te nemen aan een onderzoek over flexwerk. Men had tweeënhalve week de tijd om de enquête in te vullen. Halverwege het onderzoek is een herinnering verstuurd naar de leden die op dat moment nog niet aan het onderzoek hadden deelgenomen. Uiteindelijk hebben 889 respondenten aan het onderzoek deelgenomen. Aantal % Panelleden uitgenodigd 2.048 100% Respondenten enquête afgerond (responspercentage) 889 43% Start veldwerk 13 april 2012 Einde veldwerk 1 mei 2012 Betrouwbaarheidsinterval* 95% Maximale foutmarge** 3,29% *Een betrouwbaarheidsinterval van 95% betekent dat men er 95% zeker van kan zijn dat een respondent uit de populatie hetzelfde antwoord zou geven als in dit onderzoek. Een betrouwbaarheidsinterval van 95% is de marktonderzoekstandaard in Nederland. **Voorbeeld bij een foutmarge van 2,5%: 60% van de respondenten in dit onderzoek geeft antwoord A. Als men de hele populatie zou bevragen, zou tussen de 57,5% en 62,5% dit antwoord (A) geven.

Pagina 24 Profiel respondenten Het is niet alleen van belang hoe vaak een bepaald antwoord wordt gegeven, maar ook door wie dat antwoord wordt gegeven. In dit onderzoek zijn correcties aangebracht door middel van weegfactoren zodat het onderzoek representatief is voor de leden van Abvakabo FNV in de sector zorg op de achtergrondvariabelen leeftijd en geslacht. Hieronder staat de ongewogen en gewogen verdeling weergegeven, evenals de gebruikte weegfactoren. Geslacht (n=889) % ow % gew wf Man 26% 18% 0,69 Vrouw 74% 82% 1,11 Totaal 100% 100% Leeftijd (n=889) % ow % gew wf Jonger dan 35 jaar 5% 12% 2,40 35 t/m 44 jaar 16% 21% 1,31 45 t/m 54 jaar 41% 37% 0,90 55 jaar of ouder 38% 31% 0,82 Totaal 100% 100% Zorgsector (n=889) Verpleeg- of Verzorgingshuizen Geestelijke gezondheidszorg % ow % gew 26% 26% 13% 12% Gehandicaptenzorg 22% 24% Thuiszorg 16% 16% Ziekenhuizen 16% 15% Overig 8% 7% Totaal 100% 100% Dienstverband (n=889) % ow % gew Vast contract 93% 92% Anders 8% 8% Totaal 100% 100% Opleidingsniveau (n=889) % ow % gew Laag opleidingsniveau 10% 10% Middelbaar opleidingsniveau Hoog opleidingsniveau 46% 48% 44% 43% Totaal 100% 100%