Onontkoombaar essentialisme Biseksueel geïdentificeerde vrouwen hun strategieën in de late tachtiger jaren en de vroege negentiger jaren



Vergelijkbare documenten
Biseksualiteit en theologie

Veel gestelde vragen / Biseksualiteit en biseksuelen

De Bifobietest. Vereniging Bi-kring de Samenkomst. 13 december c T.H.

Seksuele gezondheid van holebi s

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen

Peer to peer interventie copyright Marieke Kroneman les 3 van 4 debat

PAGINA BESTEMD VOOR DE INTERVIEWER. Interviewernummer : INTCODE. Module INTIMITEIT. (bij de vragenlijst volwassene lente 2002)

6. Voorbij het multiculturalisme: kritiek op de democratie Dictatuur van het proletariaat Afsluitend 135.

Biseksualiteit en onderzoek. Een categorie die zich niet zomaar in een hokje laat plaatsen

Werkblad Seksuele Diversiteit. KaartjesspeL voorkant

Het Groninger Stadspanel over LGBT. Meningen over bi- en homoseksualiteit en transgender in Groningen stad

Doelen relationele vorming

Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen

De bijen en... de bijen: een boekje voor beginners over homoseksualiteit en biseksualiteit

In deze dissertatie wordt gevraagd of een postmoderne anti-essentialistische. benadering de ethische waarde van het lichaam kan erkennen.

J=Joris K=Karin. K: Je schrijft dat je licht autistisch bent. Kun je hier iets meer over vertellen?

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Waar gaan we het over hebben?

Aseksualiteit.

LLIANTIE EZONDHEIDSZORG P AAT

Het belangrijkste verhaal is eigenlijk een samenvatting van alles wat Hij gedaan heeft

Voorbij de M/V binariteit

De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer

VOORTGEZET ONDERWIJS MEER DAN HET VOOROORDEEL

1.1 Seksuele oriëntatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

hetero - bi - of homo/lesbisch. het maakt geen donder uit.

Lessen en leerdoelen Kriebels in je buik

Het gaat om de sport Over homoacceptatie en (angst voor) homonegativiteit

Van mij. Een gezicht is geen muur. Jan Bransen, Universiteit Utrecht

Biseksualiteit: noch homoseksualiteit of heteroseksualiteit

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Intercultureel leren. Workshop. Studievoormiddag 6 juni 2014

Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw

Opvattingen van Amsterdammers over tolerantie jegens homoseksuelen

Danny s Parade. Bronnenblad. Inhoud. Regie: Anneke de Lind van Wijngaarden Jaar: 2007 Duur: 15 minuten Website:

Welkom. Ontdek de ander.in jezelf. Ricardo Gya. Waar echt contact is, kan de energie vrij stromen

Veel gestelde vragen / Biseksualiteit en biseksuelen

VOORTGEZET ONDERWIJS MEER DAN EEN LABEL

Holebi. transgender. Je bent wie je bent!

Holebi. transgender. Je bent wie je bent!

VOORTGEZET ONDERWIJS FIJN IN JE EIGEN LIJF

Vrouwelijke genitale verminking en gendergebonden geweld

afgelopen jaren beweren vele professionele organisaties specifieke human resource (HR)

Op zoek naar de vrouw áchter de lesbo

Families onder druk. Huiselijk geweld binnen Marokkaanse en Turkse gezinnen. Drs. Ibrahim Yerden. Probleemstelling

Het meten van seksuele oriëntatie en genderidentiteit in bevolkingsstudies. Operationalisaties en schattingen in Nederland

Man en vrouw: radicaal verschillend/gelijk?

De drijfveren zijn ontwikkeld en aangeleverd door Coert-Jan Tomassen van CJT for Sales: Coert-Jan Tomassen

Inhoudsopgave. Voorwoord. Dankwoord. Inleiding Kerndoelen Leeswijzer Opbouw Woordgebruik en begrippen Afkortingen en aanspreekvorm Website

Onzichtbare Ouderen. "Nee, ik ken geen homo's, alleen van tv"

Ego, Schaduw, Zelf volgens Jung Bram Moerland

Motieven en persoonlijkheid. Waarom doen mensen de dingen die ze doen?

Hoofdstuk 23 Discriminatie

BLPA Curriculum. - Waarom we ons op romantisch vlak voelen aangetrokken tot iets wat we zelf niet zijn.

Bi-krant december Vereniging Bi-kring de Samenkomst

Een verkenning van de relatie tussen taal en identiteit in Brussel en de Vlaamse Rand. Rudi Janssens

Nederlandse samenvatting

Essay. Norbert Vogel* Morele feiten bestaan niet

Toelichting bij de Korte Verhandeling van Spinoza Nummer 1

Homo, hetero, of ertussenin?

VALT HIER NOG WAT TE LEREN? EEN EDUCATIEF PERSPECTIEF OP DUURZAAMHEID Gert Biesta Universiteit Luxemburg. een populair recept

Agnes Elling Het homofobe sportklimaat is een schande voor Nederland

Er zijn 2 redenen om te hollaback-en : voor jezelf en voor de wereld..

STIJLEN VAN BEÏNVLOEDING. Inleiding

Samenvatting (Summary in Dutch)

Danny s Parade. Bronnenblad. Regie: Anneke de Lind van Wijngaarden Jaar: 2007 Duur: 15 minuten Website:

Verschil in verlangen

VOORTGEZET ONDERWIJS HET LAGERHUIS

Biseksueel in het (gemeente)beleid. Erwin Heyl Landelijk Netwerk Biseksualiteit met hulp van Èmiel Maliepaard Onderzoeker

3 achterhalen of er sprake is van cultuurverschillen ten aanzien van de antwoorden in de Klein grid

The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

Onderzoek Hoe homotolerant is Holland?

Bi-krant april Vereniging Bi-kring de Samenkomst

Ont - moeten.

Interculturele gespreksvoering

Samenvatting. Bijlage B

HET SPIEGELGESPREK. Een veilige setting

Kijken door een roze bril Gewoon homo zijn?

4 augustus Onderzoek: Pride Amsterdam en homo-acceptatie

Jeugd. Geloof Levensovertuiging

Biseksualiteit bij Aziatische minderheden

Wonderen, Werk & Geld

Eindexamen vwo filosofie II

Homoseksuelen in Amsterdam

Moral Misfits. The Role of Moral Judgments and Emotions in Derogating Other Groups C. Wirtz

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie

ROZE STEMBUSAKKOORD 2014 Amsterdam

Ik heb nog nooit een Biseksuele Cliënt gehad Kan een therapeut je helpen als ze gelooft dat je niet bestaat? Door: Jenny Bitner

3.6 Diversiteit is meer dan verschil in cultuur Antwoorden uit de gezondheidswetenschappen

Mathieu Heemelaar Onderwijssymposium Rotterdam Verkeert 31 maart 2010

Huwelijk en echtscheiding in een migratiecontext Birsen Taspinar 24 april 2012

Carol Dweck. Wat is Intelligentie?

2. Vooruitgang Werk hebben dat leidt tot betere mogelijkheden/kansen en grotere verantwoordelijkheid.

Het Beeld van Onszelf

Aanpak Eergerelateerd Geweld. Jenny Van Eyma. 1. Eer

De machinemens in de medische geschiedenis en in de huidige medische praktijk

Deel III: Latente Verhaalanalyse

Transcriptie:

Onontkoombaar essentialisme Biseksueel geïdentificeerde vrouwen hun strategieën in de late tachtiger jaren en de vroege negentiger jaren Susan Pell / Bi-Info Site / Vereniging Bi-kring de Samenkomst 2 januari 2006 c T.H. Essentialisme wordt zowel uitgedaagd als toegevoegd binnen de seksueel gemarginaliseerde groepen en politiek. Gesloten gemeenschappen die politieke hervormingen zoeken en verbreding van de mensenrechten naar alle groepen, zullen neigen om afhankelijk te zijn van essentialistische of etnische noties van identiteit. De rationale is dat door het claimen van een politieke identiteit, in de vorm van een apart lidmaatschap van een groep, een verbonden en geünificeerde front gemaakt kan worden om een gemeenschap op te bouwen, marginalisatie uit te dagen, onderdrukking te bevechten en verandering te produceren (Highleyman 74-75; Rust "Politics of Sexual Identity" 366-367; Paul 28). Essentialistische verklaringen, in dit geval, geven de basis voor het naturaliseren van de groep zijn identiteit, dat verandering is niet een optie is suggereert, omdat gedrag in de menselijke essentie is geworteld (b.v. seksualiteit is geen voorkeur, keuze of verdorvenheid dat gecorrigeerd moet worden), en daarom moeten de rechten en bescherming verbreed worden die komen met het zijn van unieke mensen. Doch het vergezellen van een essentialistische identiteit politiek zijn veronderstellingen van universalisme en gefixeerdheid dat kan dienen om toegang tot de identiteit en gemeenschap gebaseerd op definities en gedragsmatige onvolkomenheden erbuiten te houden of te ontkennen. Dit aspect van essentialisme maakt het mogelijk voor sommige mensen om dakloos te worden door de aantrekken van de definities van een groepslidmaatschap, identiteit en gemeenschap. Biseksuele vrouwen in Noord-Amerika, gedurende de tachtiger en begin negentiger jaren, zijn een voorbeeld van groep van mensen die opgejaagd en eruit uitgezet werden bij sommige lesbische gemeenschappen door het establishment van een geëssentialiseerde lesbische identiteit politiek. Deze biseksuele vrouwen werden gezien als een persoonlijke, politieke en sociale bedreiging van lesbiennes (Klein "Bisexual Option" 41; Ault "Hegemonic Discourse" 205; Rust "Politics of Sexual Identity" 368). De gevoelens en ervaringen van afscheiding en vervreemding van sommige lesbische gemeenschappen, gepaard met de onderdrukking van biseksualiteit door heteronormativiteit, culmineerde in de noodzaak voor sommige biseksuele vrouwen in het westen in het politiseren, organiseren en theoretiseren van hun eigen seksuele identiteiten. In dit artikel zal ik suggereren dat biseksuele vrouwen, in Noord-Amerika gedurende de tachtiger en negentiger jaren, voornamelijk twee strategieën gebruikten om tegen de ervaringen en gevoelens van vervreemding te vechten binnen en buiten de seksueel gemarginaliseerde gemeenschappen. Eén straat was het politiseren van de identiteit biseksueel, die gevolgd I

werd door de formatie van gemeenschappen en een beweging om biseksualiteit een waarde te geven, terwijl discriminatie ook weerlegd werd. Terwijl dezelfde strategie van gemeenschapsontwikkeling toegepast werd, zochten andere biseksuele vrouwen anderszins een inclusieve gemeenschap voor seksueel gemarginaliseerde mensen die niet een biseksuele identiteit als basis eisten. Deze tweede strategie maakte gebruik van een kritiek van identiteit politiek en seksueel essentialisme door over de ambiguïteit van biseksualiteit zelf te theoretiseren. Deze tactiek ging meer over onderwerpen van seksualiteit als een praktijk dat potentieel heteronormativiteit kon verstoren en uitdagen door een vervagen van de categorieën en een veelheid en fluïditeit van identiteiten te promoten. Zoals echter met alle pogingen om een persoonlijke en sociale identiteit te politiseren, kwam een dissonantie tussen theorie en de praktijk naar de oppervlakte. Theorieën die claimden dat biseksualiteit inclusief en fluïde is, acterend als een kritiek op exclusieve identiteit politiek, vielen slachtoffer aan hun eigen vormen van essentialisme omdat biseksualiteit gezien werd als universeel, inherent of niet te veranderen. Dit werd gedeeltelijk veroorzaakt door het gebruik van het cultureel en historisch specifieke etiket biseksueel, zonder op het veronderstelde binair zijn kritiek te leveren en te problematiseren. In dit geval is biseksualiteit als woord niet in staat inclusief te huisvesten. Ten tweede manifesteerde essentialisme in de praktijk van biseksuele vrouwen gemeenschappen en bewegingen toen zij een coherent en stabiel lidmaatschap zochten, wat resulteerde in de naturalisatie en restrictie van de definitie en praktijk van biseksueel zijn. Om de spanning te begrijpen tussen het inlijven van en kritiek geven op de identiteit politiek door Noord-Amerikaanse biseksuele vrouwen zal ik essentialisme beginnen te situeren als een product van Westers binair denken en dan zal ik de theoretische context behandelen waarin de politisering van vrouwen hun biseksualiteit naar boven kwam. Ik zal dit volgen met een geschiedenis van de veranderende definities van biseksualiteit. Ik zal daarna gaan naar een analyse van de constructie van biseksualiteit als een identiteit politiek en gemeenschap, met zijn daaropvolgende problemen van essentialisme. Tot slot zal ik alternatieve benaderingen behandelen dat biseksuele vrouwen in de vorm van inclusieve seksuele bevrijdingsbewegingen namen, en het gebruik van biseksualiteit als een theoretisch perspectief. 1 Essentialisme dat niet te ontvluchten valt: een theoretische context Essentialisme, op vele manieren, is een product van het Westerse politieke en filosofische gebruik van binaire tegenstellingen. Binaire toestanden zijn gebruikt om sociaal betekenisvolle categorieën te produceren om de wereld te classificeren en te begrijpen, zowel menselijk als niet menselijk (Innes 65). Binnen de veronderstellingen van binaire toestanden is echter deze categorieën te zien als natuurlijk en onveranderlijk. Naast de naturalisatie of essentialiserende binaire toestanden, is de Westerse filosofie geneigd één kant van de tegenstelling privileges te geven terwijl de ander ontmoedigd wordt. De uiteindelijke uitkomst van deze logica is een beperkt en gefixeerd begrip van de wereld dat de politieke en sociale kracht maskeert waar deze binaire categorieën waren gecreëerd en in stand gehouden. Diana Fuss omschrijft essentialisme als algemeen begrepen als een geloof in de reële, ware essentie van dingen, de onveranderlijke en gefixeerde eigenschappen die het wat zijn definieert van een gegeven entiteit... [die] als zo geïdentificeerd zijn op basis van transhistorische, eeuwige, onveranderlijke essenties.... Wanneer toegepast op de menselijke maatschappij naturaliseert en stabiliseert essentialisme ons gedrag, de dominante verhandelingen gedrag aannemend, b.v. heteroseksualiteit, als het normale en al het andere als pathologisch in een één of ander begrip. Seksueel essentialisme, in het bijzonder in het Westen, is ook gebaseerd op de discrete binaire toestand dat mixen van categoriale tegenstellingen voorkomt; een essentie is dit of dat, maar het kan niet allebei zijn. Essentialisme is ook afhankelijk van aparte ruimtelijke en temporele dimensies, die ontwikkeld worden door herhaling, om patronen van verlangen en gedrag te lokaliseren en stabiliseren. Veel theorieën dagen essentialisme in de Westerse filosofie en politiek echter uit. In antwoord op de dichotome veronderstellingen van de moderniteit, positioneert postmodernisme daarentegen kennis van de wereld als onderwerp van vermenigvuldiging en vervagende grenzen, inclusief de concepties van een onveranderlijke en universele natuur. Het suggereert dat realiteit niet zo duidelijk is als verondersteld wordt en daarom een grond geeft waarin kritiek op binair denken gegeven om verschillen erkend te laten zijn. Over het algemeen past queer theorie deze kritieken op categorieën toe op seksualiteit om te argumenteren tegen het essentialisme van verlangen en een fluïditeit van verlangens en ervaringen te suggereren, die gevonden worden in zowel lokale en globale contexten en geschiedenissen. Destabilisatie en verstoring van genaturaliseerde categorieën zoekend, wijst postmodernisme en queer theorie naar een veelheid van stemmen en zelven die niet gegrond zijn op dichotome structuren en binaire toestanden (Hemmings, 193). De theorieën gesitueerd binnen constructivistisch raamwerk veronderstellen dat identiteit en verlangen sociale producten zijn van een specifieke historische en culturele context (Storr 100; Highleyman 90; Kaplan 270-271). Postmodernisme en queer theorie betwisten universele claims van waarheid, de vervoerbaarheid van Westerse concepten van seksualiteit, en problematiseren taal dat identiteit neigt te stabiliseren en fixeren, meer dan het toestaan van verschillende en veranderlijke uitdrukkingen van verlangen. Biseksualiteit, al beweging en theorie in het Westen, is opgegroeid binnen het postmodernisme en queer theorie (Pramaggiore 147). Door de taal en verhandeling van postmodernisme en queer theorie zoekt biseksualiteit als een theorie II

en praktijk het dualisme van heteroseksualiteit en homoseksualiteit te verbreken, en geeft kritiek op de exclusieve veronderstellingen van een soort van seksualiteit die mensen in een ofwel/of positie categoriseert. Theorieën en praktijken van biseksualiteit suggereert dat essentialisme, wanneer het toegepast wordt op seksuele identiteiten, afhankelijk is van statische binaire toestanden van seksualiteit (heteroseksueel / homoseksueel) en geslacht (man / vrouw). Deze essentialistische dichotomieën bestaan in combinatie met bipolair en categoriaal denken, mensen hun seksualiteit plaatsend in twee discrete dozen, wat de theoretische verwijdering veroorzaakt van biseksuelen die zich niet identificeren met één van beide polen (Kaplan, 267). Binnen een essentialistisch raamwerk is beweging tussen categorieën conceptueel onmogelijk omdat seksueel verlangen voor meer dan één type van geslachtelijk lichaam en seksuele activiteit ontkent de onderliggende noties van verschil en scheiding tussen homoseksualiteit en heteroseksualiteit. Biseksualiteit daagt echter deze noties uit omdat het laat zien dat seksualiteit fluïde is en verlangen in staat is om in meer dan één richting te vloeien (Heldke, 175). Dus deze theorieën van biseksualiteit, net zoals postmodernisme en queer theorieën, waren sceptisch over essentialistische noties van identiteit en verlangen. Om seksueel essentialisme tegen te gaan was de noodzaak om verlangen en praktijken er om heteroseksualiteit of homoseksualiteit te fiksen, vrouwelijke biseksualiteit werd omschreven als een seksualiteit dat in staat is om fluïde te zijn en inclusief omdat het niet gebaseerd was in een veelvoorkomend singuliere sekse en geslachtelijke seksuele oriëntatie. Geschriften over vrouwelijke biseksualiteit fungeerden als een kritiek op de exclusiviteit van sommige lesbisch-geïdentificeerde politiek en gemeenschappen, die als gebaseerd op essentialisme werd gezien. Dit was de notie dat vrouwen die verlangen hadden naar en betrokken waren in seksuele activiteit met andere vrouwen er alleen maar op één manier waren, en dat was niet in de vorm van ook het beminnen en slapen met mannen. Biseksuele vrouwen hun politieke organiseren en theoretiseren gedurende deze periode werd een uitdaging voor de geünificeerde identiteit politiek van lesbiennes en heteroseksuele vrouwen door te laten zien dat vrouwen niet noodzakelijkerwijs een enkele seksuele identiteit (lesbisch of hetero) hoeven te bezetten, en dat seksuele politiek en gemeenschap gebaseerd kon zijn op een meer fluïde begrip van verlangen en praktijk. Essentialistische retoriek is echter ook aanwezig in nieuw geformeerde biseksuele identiteit politiek. Deze is evident door uitgekristalliseerde definities en territoria van biseksualiteit, of in theorieën die alle seksuele uitdrukking binnen een universeel concept van seksualiteit als (bi)seksualiteit onderbrengen terwijl ze tegelijkertijd niet het woord biseksueel verstoren. De beperkingen van taal zijn inherent in beide van deze strategieën, politiek als theoretisch. Woorden, die zowel specifieke culturele contexten en geschiedenissen hebben, zijn niet in staat om oneindige inclusie te huisvesten. In dit geval wordt de term biseksualiteit opgerekt tot een punt van onbegrip, of het geeft een grens door exclusie om betekenissen te fiksen en een categorie aan te geven die sociaal betekenisvol kan zijn. Daarom, om de grenzen van taal te begrijpen, is een culturele en historische context nodig om verschuivende betekenissen van biseksualiteit te situeren. 2 Definities en praktijken van biseksualiteit In het Westen wordt biseksualiteit historisch gesproken gedefinieerd in psychologische en gedragsmatige termen, beide gebruikmakend van essentialisme. Essentialistische raamwerken van seksualiteit zien biseksualiteit, en in het bijzonder biseksuele identiteit, als verward of in conflict. [5] Zinik plaatst deze conceptualisaties van biseksualiteit in een model van conflict, wat verklaart dat biseksualiteit gekarakteriseerd door besluiteloosheid en de onmogelijkheid om een seksuele / geslachtelijke voorkeur te kiezen (13). Dit model is gebaseerd op het geloof dat geslacht en seksualiteit gesitueerd zijn binnen een dichotomie, in het bijzonder zoals het gezien wordt in het Westen, dat de categorieën als wederkerig exclusief situeert (bijvoorbeeld: man / vrouw, mannelijk / vrouwelijk, hetero / homoseksueel), en dat is het dus onmogelijk is zowel te verlangen naar mannen en vrouwen en / of heteroseksueel en homoseksueel gedrag te vertonen of relaties. Het voegt ook geslacht en seks samen, veronderstellend dat mannen mannelijk zijn en vrouwen vrouwelijk, zonder acht te slaan op de variëteit van geslachtelijke identiteiten en uitdrukkingen, die onafhankelijk van elkaar kunnen opereren. Het omschrijft de biseksuele identiteit als tijdelijk of als overgangsfase, meestal voortkomend uit geïnternaliseerde homofobie, wat biseksuelen tegenhoudt van het erkennen van hun werkelijke homoseksualiteit (Zinik 9) [6]. Een duidelijk begrip van biseksualiteit wordt verder verward door het gebrek aan een coherente definitie. Een vroege psychologische conceptie van biseksualiteit, voorkomend in Europa gedurende de late 19e eeuw en begin 20e eeuw, zag het als iets gerelateerds aan mannelijkheid en vrouwelijkheid, omdat al het seksuele gedrag gezien werd als iets wat geworteld was in de biologie en anatomie (Storr 3, 15-16). Havelock Ellis, bijvoorbeeld, dacht biseksualiteit in termen van psychische hermafrodie (Greenberg; Paul 24). Een biseksueel, volgens zijn denkwijze, had zowel mannelijke als vrouwelijke karakteristieken. Dit perspectief voegt echt vaak seksuele oriëntatie, sociale sekse-rollen en geslachtelijke identiteit samen (Paul 24; Weeks 73) [7]. Later, binnen de psychoanalytische benadering, nam (bi)seksualiteit de vorm aan van het combineren van verlangen naar / van mannelijkheid en vrouwelijkheid. Freud dacht bijvoorbeeld dat iedereen geboren werd met een biseksueel potentieel ((Hutchins and Kaahumana 7; Paul 25) en dat het alleen later was, gedurende III

de puberteit, dat heteroseksualiteit en homoseksualiteit zich ontwikkelden en exclusieve seksuele praktijken (Freud 26; Storr 15-16) [8]. Terwijl Freud biseksualiteit inderdaad zag als een potentiële predispositie, was Stekel, een latere opvolger, nog meer onvermurwbaar over het universalisme en natuurlijkheid van biseksualiteit. Stekel, meer als huidige theoretici, conceptualiseerde biseksualiteit als samengesteld uit zowel heteroseksualiteit en homoseksualiteit (Storr 28). Hij geloofde verder dat biseksualiteit een natuurlijk staat van de mensheid was en dat monoseksualiteit, wijzend naar zowel heteroseksualiteit en homoseksualiteit, potentieel neurotisch was (Stekel 29). Tussen deze drie theoretici, veranderden en verplaatsen de bi of twee delen van biseksualiteit zich, sporen achterlatend in latere theorieën van biseksualiteit. Seksuele theorieën die later ontwikkeld werden wezen ook naar de natuurlijkheid van biseksualiteit, maar deze keer vanuit een gedragsmatig perspectief. In het midden van de eeuw, seksueel gedrag op een continuüm conceptualiserend, liet Kinsey zien dat bijna vijftig procent van de mannen in de Verenigde Staten te maken heeft gehad met zowel heteroseksuele en homoseksuele activiteiten (36). Zinik, evenzo, suggereert dat biseksueel gedrag meer voorkomt dat exclusief homoseksueel gedrag (7). Rust, schrijvend in de negentiger jaren, claimt dat biseksueel gedrag voorkomt onder vrouwen die zich identificeren als lesbisch. Zij suggereert dat op zijn minst 85% van de lesbisch-geïdentificeerde vrouwen ook seksueel contact hebben gehad met mannen ("Politics of Sexual Identity" 369). Gedragsmatige concepten van biseksualiteit zijn echter problematisch. Bijvoorbeeld: Rust wijst erop dat dit getal niet rekening houdt met het feit dat het seksuele contact met mannen niet vrijwillig is geweest of het geassocieerde probleem van verplichte heteroseksualiteit veronachtzaamd, wat heteroseksualiteit als de normatieve seksualiteit maakt. Gedragsmatige verklaringen kunnen biseksualiteit ook trivialiseren en marginaliseren. Dit wordt gedemonstreerd in de aanname (of beschuldiging) dat biseksualiteit als etiket alleen maar wordt gebruikt door vrouwen gedurende periodes van niet verwikkeld zijn in relaties om hun mogelijkheden open te houden (zie Rust, "Politics of Sexual Identity" 370). Biseksualiteit, strikt gedefinieerd als gedrag, leidt ook naar de beschuldiging dat biseksualiteit nauwelijks bestaat, de logica is dat iemand verwikkeld is seksuele activiteit met de gelijke sekse zij gezien worden als homoseksueel en als zij met de tegenovergestelde sekse, zij heteroseksueel zijn (Daumer 158; Rust "Politics of Sexual Identity" 368). Biseksueel gedrag, in dit geval, komt alleen voor als iemand seksuele activiteit heeft gelijktijdig met leden van beide seksen! Schrijvend begin jaren zeventig, drukt Louise Knox de frustratie om anders gemaakt te worden binnen dit gedragsmatige determinisme uit, zeggend dat: Ik word verteld wat ik denk dat ik ben... niet bestaat. Om geloofwaardig te zij ik krijg, ik kan mezelf net zo een centaur of een meermin noemen. (geciteerd in Donaldson 37). Christina zegt tegelijkertijd: Ik ben niet hetero bij mannen en lesbisch met vrouwen; ik ben biseksueel met beide. (161). Deze kritieken wijzen naar de ontkenning van biseksualiteit als een actieve zelf-perceptie of identificatie. Zij dagen en heronderhandelen ook de ontkenning van biseksuele vertegenwoordiging en subjectiviteit, die verwijderd wordt als zijn gedefinieerd worden alleen door anderen of door hun partner en niet door henzelf. Gedrag als identiteit is ook problematisch omdat het reductionistisch is in dat het andere variabelen negeert die seksuele identiteit beïnvloeden die zowel seksueel als niet seksueel hoeven te zijn (Klein and Wolf "Introduction" xv). In reactie op geclassificeerd worden en omschreven door anderen zijn biseksuelen zelf gestart om het recht te claimen om zichzelf te definiëren. Omdat biseksualiteit misplaatst wordt als Anders, binnen lesbische politiek (Ault "Dilemma of Identity" 313), en ook bij heteroseksualiteit (Udis-Kessler "Present Tense" 243), dagen biseksuelen de concepties en stereotypen zelf uit en creëren hun eigen betekenissen. Terwijl schrijvers zoals Freud, Kinsey en Margaret Mead wel keken naar biseksualiteit en het als natuurlijk zagen, wordt biseksualiteit in de meeste studies gezien binnen een monoseksueel raamwerk, [9] dus suggererend dat ofwel biseksualiteit niet bestaat, of dat het weinig voorkomt, het pervers is, of een pad is tot iets anders (Hutchins and Kaahumuna 6-7). Sommige theorieën van seksualiteit voegen biseksualiteit aan homoseksualiteit toe (Rust "Politics of Sexual Identity"; Paul). Hansen en Evans wijzen op dat seks onderzoek over biseksualiteit de neiging heeft om zich te richten op genitiaal gedrag en intrapsychische onvolkomenheden, maar dat genitaliën niet alles van seksualiteit is (2). Tegenovergesteld suggereert Zinik dat biseksualiteit gedefinieerd moet worden als het erotiseren of opgewonden raken door zowel vrouwen als mannen; te maken hebben met of verlangen hebben naar activiteit met beide; of zelf-geïdentificeerd (8). Ofschoon deze definitie nog steeds een dichotome associatie tussen tussen seks en geslachtelijke identiteit veronderstelt, richt het zich op verschillende factoren die contribueren aan de ontwikkeling en het onderhoud van een biseksuele identiteit en staat diverse vormen van gedrag en verlangen toe, die bestaan. Er is een complexere en omvattender conceptie van biseksualiteit, die niet gedrag en ervaringen waardeert boven fantasie en verlangen. 3 Biseksuele identiteit politiek en gemeenschap Biseksualiteit, in theorie, wordt vaak gedefinieerd (door biseksuelen) als fluïditeit, [10] met de mogelijkheid om seksueel verlangen te voelen, niet puur gebaseerd op het geslacht van de persoon, maar op meerdere manieren van seksueel ver- IV

langen. Biseksualiteit claimt een brede en open definitie (Board 285). Bijvoorbeeld: het is noch een derde keuze noch het beste van beide werelden, maar het is inclusief en open voor verschillende gezichtspunten van seksueel verlangen (Hutchins and Kaahumana 3). Wanneer biseksuelen echter een aparte gemeenschap en beweging ontwikkelen, georganiseerd rondom identiteit politiek, vallen veel biseksuelen terug op universele en essentialistische retoriek. In de zeventiger jaren meenden Money en Tucker dat alle mensen biseksueel geboren zijn en dat het de cultuur is die mensen hun verlangen dichotomiseert (geciteerd in Zinik 12). Terwijl deze kijk seksuele categorieën erkent als een sociale constructie essentialiseert het biseksualiteit door te claimen dat de natuurlijke en universele seksualiteit is dat iedereen bezit. Christina verklaart biseksualiteit ook tot apart, zeggend dat: Het is een unieke en geïntegreerde seksualiteit, met grote verschillen in de mate en soort, apart van heteroseksuele en homoseksuele vormen van monoseksualiteit (163). Hutchins en Kaahumana, in het begin van hun anthologie Bi Any Other Name, suggereren ook dat: Zodra je een aantal van de coming out verhalen gelezen hebt [van biseksuelen] dan begin je een beter idee te krijgen wat we bedoelen hoe verschillend, en tegelijkertijd hoe universeel, we zijn. (4) Ze gaan door met suggereren dat de meeste van de vergelijkende culturele studies van homoseksualiteit in werkelijkheid over biseksualiteit gaan (Hutchins en Kaahumana 9). Deze beweringen gebruiken essentialistische noties van biseksualiteit als een manier om het te legitimeren en normaliseren. Zij lokaliseren biseksualiteit, ruimtelijk en temporeel, als een aangeboren en onveranderlijke identiteit en gedrag binnen het seksuele landschap. [11] Rust wijst niettemin optimistisch op het potentieel van de biseksuele identiteit om verstorend te zijn voor categoriale binaire toestanden. Zij claimt dat de biseksuele identiteit, per definitie, de bekwaamheid heeft om de dichotomie tussen heteroseksualiteit en homoseksualiteit te verstoren, suggererend: Om een legitieme biseksuele etnische identiteit te krijgen om als basis te dienen voor biseksuele gemeenschappen en politiek, moeten biseksuelen wat van het ervaringsgerichte territorium claimen dat voorheen door lesbiennes geclaimd werd. Deze claim moet een herdefiniëring inhouden van biseksualiteit als een holistische ervaringen, meer dan een hybride homoseksueel heteroseksuele ervaring een nieuwe definitie dat de dichotome conceptie van seksualiteit vernietigt (386). Deze holistische conceptie van de biseksuele identiteit is echter naïef in het veronderstellen at het de problemen kan verhelpen van exclusieve gemeenschappen en rigide identiteit politiek. Door het proces van het vormen van een definitie, die dient om te lokaliseren en iets te betekenen, begint biseksualiteit gefixeerde en essentialistische karakteristieken te krijgen. Wanneer biseksualiteit genaturaliseerd en gecategoriseerd is als een aparte identiteit worden grenzen onmiskenbaar opgericht, zelfs als het gezien wordt als een groot en inclusief terrein. Dit start het proces van biseksuelen die zichzelf bewegen van de marges naar het centrum door de normalisatie en expansie van biseksualiteit (Ault, "Dilemma of Identity" 324). Door de handeling van definiëren en uitlijnen van wie biseksueel is, wat biseksualiteit inhoudt, en door het opsporen van mogelijke lijnen van een biseksueel territorium, worden de betekenissen van biseksualiteit uitgekristalliseerd binnen de taal. Op de manier van territorium claimen, wat fundamenteel iets is van biseksualiteit, zijn biseksuele vrouwen ook bedreigend voor de traditionele lesbische ruimte. Zoals Udis-Kessler becommentarieert: Nogal een verandering de afgelopen twintig jaar van een impliciet universeel biseksueel potentieel naar een expliciete biseksuele minderheidsgroep, van een hoop voor een einde van de categorieën naar de creatie van een nieuwe categorie en, inderdaad, een beweging die een geschiedenis, een cultuur, een gemeenschap claimt ( Identity/Politics 52). Vrouwen die naar lesbiennisme kwamen als een politieke overtuiging in de zeventiger jaren werden buitengesloten toen de definitie van lesbisch veranderde van vrouwen-geïdentificeerd / vrouwen beminnen naar een vrouw die niet sliep met mannen (Udis-Kessler, "Identity/Politics" 55-56). Als meer vrouwen die zich hadden geïdentificeerd als lesbisch hun verlangen / aantrekkingskracht naar mannen zouden beginnen te erkennen en zich begonnen te identificeren als biseksuelen, trokken de lesbische gemeenschappen hun grenzen, degene buitensluitend die niet pasten in de definitie. Sommige lesbiennes begonnen hun eigen culturele ruimte te beheersen, biseksuele vrouwen verbannend omdat die alleen maar geïnteresseerd zijn in seks terwijl lesbiennisme politiek is (O Connor 184; Udis-Kessler, "Identity/Politics" 55; Zinik 11). Biseksuele vrouwen werden soms gestereotypeerd als gefaalde lesbiennes (Highleyman 84), seksuele roofdieren (O Connor 185), hekkezitters (Queen 151; Udis-Kessler, "Present Tense" 247; Paul 22; Zinik 17), promiscue (Ault, "Dilemma of Identity" 314; Queen 151; Hansen and Evans 3) en onbetrouwbaar en niet te vertrouwen (Heldke 174). Biseksualiteit wordt in het bijzonder soms gelijkgesteld met hyper-seksualiteit (Christina 165). Dit is een manier om te trivialiseren en biseksuelen te veroordelen als seksuele afvalligen en te markeren als de abnormale Ander in vergelijking tot heteroseksueel of de lesbische norm (Christina 165; Queen 151; Hutchins and Kaahumana 3). Zoals Ault samenvat: Lesbiennes stereotypeerden biseksuelen als seksueel promiscue, persoonlijk belazerd, onvolwassen, in ontkenning, geperverteerd, en niet in staat om stabiele familiare bindingen te vormen alle constructies die de stigmatiserende termen voor lesbiennes zelf weerspiegelen, als afvallig relatief tot de heteroseksuele maatschappij ("Dilemma of Identity" 314). Met als consequentie dat deze negatieve stereotypen en veronderstellingen veroorzaken dat biseksuele vrouwen de druk kunnen voelen om hun identiteit te onderdrukken, ontkennen of veranderen om in de politieke arena van lesbisch feminisme te blijven. Anderen kunnen activisme helemaal laten vallen (Ault, "Dilemma of Identity" 318; Paul 30). Door de creatie van V

een afvallig ander en met de daaropvolgende ontwrichting van biseksualiteit, zijn lesbiennes bezig hun eigen identiteiten en gemeenschappen te centreren en unificeren. De uitsluiting van biseksuele vrouwen van de lesbische gemeenschappen en politiek leidt tot twee verschillende strategieën van verzet. Allereerst leidt het tot de formatie van een biseksuele beweging, en ten tweede, tot de verwerping van en kritiek op identiteit politiek gezamenlijk. De voormalige strategie leent de politisering van seksueel van lesbische feministes en claimt dat biseksualiteit een unieke en onderdrukte identiteit is. Deze nieuwe identiteit politiek geeft biseksualiteit privileges als de mogelijkheid om zonder uitzondering te verlangen en monoseksuelen pathologiseert als rigide en gesloten. Het denkt ook bifobie uit te dagen [12] en acceptatie te krijgen voor biseksuele rechten. Biseksuele identiteit, zowel als een basis voor een gemeenschap en als een politieke beweging, staat de adoptie van gelijksoortige strategieën toe die lesbiennes gebruiken voor het creëren en sturen van hun culturele ruimte. De tweede reactie op de biseksuele diaspora, van sommige lesbische gemeenschappen, is een kritiek op de binaire toestanden en categorieën die hebben geleid tot de creatie van homogene seksuele identiteit en buitengesloten politiek op de eerste plaats. Zulke mensen claimen opnieuw een nieuwe seksuele identiteit, als biseksueel, en in plaats daarvan vechten ze voor een inclusieve beweging voor alle seksueel gemarginaliseerde personen op basis van seksuele praktijken van overeenstemming, niet op beperkende etiketten. De buitensluiting van biseksueel geïdentificeerde vrouwen van vele lesbische gemeenschappen hebben geleid tot een politisering van biseksualiteit binnen de nieuw vormende gemeenschappen en bewegingen. Vele politiek actieve biseksuele vrouwen, komende van lesbisch-feministische gemeenschappen hebben reeds een gepolitiseerde seksuele identiteit dat hun de taal geeft om te gaan schelden en de onderdrukking waarmee ze te maken hebben uit te dagen, zowel door heteroseksuelen en door lesbiennes (Udis-Kessler, "Identity/Politics" 55). Zoals Trnka reflecteert: Mijn biseksualiteit is niet alleen emotioneel als politiek (291). Deze bewegingen en gemeenschappen zien biseksualiteit als een lidmaatschap georganiseerd rond een aparte en unieke positie met een nieuwe identiteit politiek. Tuck suggereert: Terwijl alle seksuele minderheden enige politieke en identiteit onderwerpen gemeen kunnen hebben, is het net zo belangrijk om onze verschillen te erkennen. Dan is er inherente waarde in beide: de etiketten laten inzakken om de macht van onze eenheid te grijpen, en ook de kwaliteiten waarderen die ons van een ander onderscheiden (4). Biseksuele identiteit politiek richt hun activisme op biseksuele rechten terwijl ze de binaire toestanden van heteroseksualiteit en homoseksualiteit uitdagen, die gebruikt worden om te ontkennen, verbergen of biseksualiteit absurd te maken (Ault, "Dilemma of Identity" 314). Zichtbaarheid is ook een centrale zorg van biseksuelen (Highleyman 87). Terwijl coalitie politiek ideaal kan zijn, lijkt het dat eerst biseksuelen erkenning moeten krijgen als een aparte seksuele kijk op de wereld voordat ze hun doelen en verlangens verstrikken met andere seksueel gemarginaliseerde groepen. Bij het vormen van gemeenschappen gebaseerd op identiteit politiek, zijn biseksuele vrouwen ook een etnische identiteit aan het vormen. Als een etniciteit, ontwikkelen een afgescheiden en unieke ruimte, zichzelf definiërend als cultureel, historisch en filosofisch apart, en in het proces om te proberen te normaliseren en te naturaliseren. Hutchins and Kaahumana claimen dat biseksuele vrouwen trots worden als een minderheid en hun eigen realiteit benoemen (xxii). Zij vervolgen: Wij ook moeten het voor de hand liggende identificeren, onze schrijvers, dichters, schilders en activisten opnieuw claimen. Door dit te doen krijgen we een gevoel van trots op onszelf dat ons zal sterken in ons begrip, van wat we bedoelen met de biseksuele gemeenschap (128). Biseksuele gemeenschappen, wanneer ze zich organiseren rond culturele artefacten (Udis-Kessler, "Identity/Politics" 57) zoals gesteund wordt door Hutchins and Kaahumana kristalliseert de identiteit uit dat biseksualiteit de oorzaak verondersteld wordt te zijn en het gedrag verondersteld wordt te volgen. Dit is te zien in het sluiten en het steviger maken van de definitie van biseksualiteit, en werkt tegen inclusieve begripsvorming van seksualiteit als fluïde en dynamisch. Het sluit ook die biseksuele buiten die niet hun seksuele identiteit politiseren. In een poging om macht en validatie te krijgen steunen biseksuelen op een geprobeerde en waren methode van zichzelf definiëren in relatie tot een andere groep, biseksualiteit vierend, terwijl de andere wordt ontmoedigd. Om te beschrijven dat biseksualiteit de normale manier van uitdrukking is van seksualiteit en verlangen, maken biseksuelen gebruik van monoseksuelen als hun model van afwijking. Door het proces van anders maken van monoseksuelen (zowel heteroseksuelen en homoseksuelen), normaliseren en universaliseren biseksuelen hun eigen seksualiteit, wat zij koesteren als vrij en subversief, daarmee groep solidariteit vormend. Ault legt uit dat biseksualiteit... lesbiennes, homoseksuelen en heteroseksuele mannen en vrouwen plaatst als een monolithisch semi-seksueel collectief bestaand uit degenen die beperkt worden door een pathologische voorkeur voor intimiteit met leden van alleen maar één geslacht, ontmoedigend geëtiketteerd als monoseksuelen ("Dilemma of Identity" 324). Board ondersteunt Aults positie dat biseksuelen zich meer bewust zijn van seksuele keuzes, meer geslachtelijke opties hebbend dan monoseksuelen en aseksuelen (285). Hemmings openbaart de voor de hand liggende constructie van identiteit politiek en bekent de complexiteit van het onderhandelen over een seksuele identiteit: Gebruik maken van biseksualiteit (mijn biseksualiteit) als een manier om binaire toestanden van gelijkheid en verschil binnen theorieën van identiteit naar voren te trekken kan een manier zijn om de status van outsider privileges te geven... VI

Zo n status lijkt de status door macht (of het gebrek daaraan) te hebben vervangen; een hiërarchie van lijden vervangen door een hiërarchie van buitensluiting. Om een gevoel van mijn privilege outsider positie vast te houden, moet ik veel investeren in deze binaire toestanden te reproduceren, in het bijzonder zoiets als dit heeft niets te doen met me (197). Ault suggereert ook dat personen met een kern biseksuele seksuele identiteit een gemarginaliseerde en gestigmatiseerde biseksuele afvallige construeren als een andere manier om zichzelf te definiëren tegen wat zij niet zijn, b.v smerig, niet politiek, georiënteerd naar heteroseksuele huwelijken, en trendy ( Dilemma of Identity 323). Niet eens zijnde met inclusieve concepties van biseksualiteit suggereert Heldke: Het is belangrijk voor lesbiennes en andere bi s om bi vrouwen die kiezen om eerlijk te zijn over hun gelijke sekse aantrekkingskracht, alleen wanneer het hip is of gebruikelijk is om te doen te vragen en uit te dagen. Het is ook goed om zulke zonnige dag homo s uit te dagen vanwege hun onbetrouwbaarheid en oneerlijkheid (176). Wat is goed gedrag van een biseksueel? Wie beslist wat een bi vrouw constitueert? Deze vragen worden problematisch omdat de definities van seksualiteit binnen gemeenschappen gebaseerd op een verbeelde homogene groepsidentiteit vastgelegd zijn. Heldke gaat door met: Terwijl er geen twijfel is over dat er veel gevallen zijn waar een bi vrouw haar verklaring van biseksualiteit een belangrijke en niet ambigue opdonder verpakt, in ander situaties, wordt ze afgedaan als trendy, een poging om privileges te krijgen, of verontschuldigend om bij een man te zijn, en verder en verder... (177). Het ligt voor de hand dat Heldke biseksualiteit privileges geeft als een politiek verstorende houding, door het legitimeren echt van één type van biseksuele expressie en andere afdoen als privileges, hip en veder, wat de variaties beperkt die voorkomen bij seksuele identiteit en gedrag. Hutchins en Kaahumana en Heldke verplaatsen allemaal de definities van biseksualiteit, hen baserend op een aangeboren / stabiele vorm van identiteit meer dan het toestaan van verschil en variatie onder vrouwen die zich als biseksueel identificeren of dat kunnen. Wanneer biseksuelen zich willen bewegen van de marges naar het centrum door het stigmatiseren van de ander - de monoseksueel en de afvallige biseksueel gaan zij door met de essentialistische veronderstellingen van seksualiteit, zoals universeel en aangeboren. Zij gaan ook door met de constructie van binaire toestanden dat seksuele identiteit plaatst in de hiërarchie van normaal zijn. Bijvoorbeeld, in een studie door George, gebruikte één respondent essentialistische begrippen van seksuele identiteit om te verklaren: Iedereen is biseksueel maar zij geven het niet toe, ze onderdrukken het (104). Deze opmerking naturaliseert zowel de persoon zijn identiteit en pathologiseert degene die het niet delen, omdat zij het onderdrukken. Dit is de ander recontextualiseren, de niet biseksueel, als psychologisch inadequaat, wat de gezichtspunten van Stekel weerspiegeld die alle monoseksuelen als mentaal gestoord zag (Stekel 29). Echter niet alle mensen die omschreven konden worden als biseksueel claimen het etiket of de identiteit. Veel mensen zoeken de vrijheid om boven de etiketten uit te stijgen (Som 94). Clausen, bijvoorbeeld, suggereert dat etiketten en seksuele identiteiten problematisch worden wanneer mensen geconfronteerd worden met een verandering in hun seksuele gedrag (453). De propositie dat taal niet in staat is om verandering en in het bijzonder de fluïditeit van verlangen te huisvesten geeft een uitdaging voor degenen die proberen te leven met het verlangen dat dynamisch is en in voortdurende beweging. Deze mensen hebben problemen met het gebruik van de taal om te beperken en categoriseren. Zoals Klein beweert: Etiketten plakken is de veelgebruikte en ware methode om de dreiging van onzekerheid, ambiguïteit en angst te elimineren ("Bisexual Option" 42). George suggereert echter ook dat: Op dit moment zijn seksuele etiketten bijna niet te ontvluchten. Homoseksuele en heteroseksuele mensen worden waargenomen en zeer verschillend behandeld en mensen mensen van alle seksualiteiten trappelen om de seksualiteit van anderen te plaatsen omdat ze dan weten hoe ze zich aan moeten relateren. Het feit dat biseksuele mensen niet zo makkelijk te classificeren zijn is vaak de oorzaak van angst (102). Terwijl veel mensen biseksualiteit tot een apart en categoriseerbaar etiket willen maken met sociale betekenissen, proberen anderen de binaire toestanden te verstoren door een seksuele identiteit helemaal te verwerpen [13]. Storr legt dat uit om biseksualiteit te gebruiken als een methode om binaire constructies uit te dagen en een fluïde en verstorende biseksualiteit te hebben, identiteit moet niet geclaimd worden. Zij concludeert dat: Identiteiten altijd, op een een of andere manier, gefixeerd en stabiel zijn, zelfs alleen maar relatief... (12). 4 Inclusieve seksuele bewegingen: potentieel en problemen Veel van de biseksuelen die niet een politieke biseksuele identiteit zoeken of een biseksuele beweging hebben daarvoor in de plaats campagne gevoerd voor een inclusieve beweging voor alle seksuele minderheden. Zij vermijden het gebruik van biseksueel als een identiteit en zien een beweging gebaseerd op vrijwillige seksuele praktijken en een begrip van diversiteit, meer dan een pathologie, wat alle seksueel gemarginaliseerde mensen bevrijdt (Highleyman 89; Queen 159; Sweeney 185). Een inclusieve biseksuele beweging benadrukt fluïditeit (Pramaggiorre 149) en daagt de traditionele noties van seksualiteit en geslacht uit door de inlijving van leer, polymorfen, en transgendere personen (Highleyman 79). Een VII

inclusieve biseksuele beweging heeft ook zijn basis binnen een feministische kritiek, vechtend voor vrouwen om hun eigen erotische keuzes te maken (Queen 157). Verschillende conceptualisaties van een inclusieve biseksuele beweging zijn voorgesteld om rekening te houden met verschillen en overeenkomsten van de mensen die ermee te maken hebben. Een conceptualisatie centreert zich om idee politiek in plaats van identiteit politiek. Idee politiek is gebaseerd op gedeelde geloven, verbintenis, waarden en doelen, meer dan aangeboren karakteristieken en onderdrukkingen (Highleyman 74). Hemmings suggereert gelijkwaardig een politiek van locatie om de overlap van verschillen en overeenkomsten tussen personen naar voren te laten komen (198). Een ander stelt voor dat we verlangen en aantrekkingskracht zien als clusters, met personen die verschillen en overeenkomsten vieren zonder de grenzen die de twee afscheiden (Kaplan 277). Deze drie modellen van seksualiteit zijn een poging om uit te stijgen boven de waargenomen verschillen die seksuele bevrijdingsbewegingen verdelen en leidden tot een exclusieve en rigide identiteit politiek. Zoals Board optimistisch voorstelt: Biseksueel is voor onze seksualiteit wat menselijk is voor onze soort. Het is inclusief... Er zijn geen muren, alleen een fluïde schaal van mogelijkheden, open voor iedereen (284). Het probleem van een biseksuele beweging, die centreert rondom inclusie en waarde diversiteit, is dat het steeds vasthoudt aan de term biseksueel, die exclusief is in en van zichzelf. Een inclusieve seksuele bevrijdingsbeweging heeft nieuwe termen nodig, [14] zonder essentialistische connotaties, als het hoopt te voorkomen dat andere personen hun identiteiten toevoegen aan een beperkende definitie. Biseksualiteit als woord ontvlucht niet gemakkelijk zijn cultureel en historisch geconstrueerde betekenissen. Een poging om een inclusieve seksuele beweging te creëren die gebruik maakt van de term biseksueel wordt slachtoffer van dezelfde kritieken die biseksuelen tegen queer als etiket en politiek hebben. Biseksuelen zijn snel om erop te wijzen dat queer niet uitwisselbaar is met biseksueel. Ault wijst erop dat het probleem met biseksuele vrouwen die het etiket queer aannemen is dat Terwijl in een overwegend heteroseksistische context het etiket queer de biseksueel kan markeren als kritisch niet-heteroseksueel, binnen homoseksuele en, in het bijzonder, lesbische contexten, werkt bi vrouwen hun gebruik van deze identiteit als een queer verdwijningsmechanisme ( Dilemma of Identity 322). Queer, net zoals biseksueel, als een paraplu identiteit is in staat om te verschuiven, iets naar boven te laten komen, of de identiteiten van de personen onder te brengen gebruikmakend van een sociaal en persoonlijk klimaat dictaat. Op deze manier, slaat queer, net als biseksueel, heen een weer tussen subversief en assimilatie houdingen, welke dan ook niet in overeenstemming is met de groep. Queers zijn, daarom, in staat om verschillen te verwijderen en een etiket te geven, die homogene groep veronderstelt met allemaal dezelfde interesses en doelen. Bower suggereert dat queer mannelijk inhoudt en de representatie van feministische onderwerpen in twijfel trekt binnen een groep die verondersteld gedomineerd wordt door homoseksuelen en biseksuele mannen (103). En ook, wordt queer, als een etiket, beschuldigd van het maskeren van bifobie, zowel intern als extern (Tucker 4). Om een diverse waaier van mensen met verschillende gedragingen, identiteiten, verlangens, geslachten, seksen, en zo verder proberen te representeren, wordt queer, net als biseksueel, problematisch. 5 Biseksualiteit als theoretisch perspectief Een andere strategie van biseksuelen is voorbij te gaan aan formaties van gemeenschappen en politieke bewegingen en in plaats daarvan biseksualiteit behandelen als een gereedschap waarmee dichotome constructies van seksualiteit gedeconstrueerd en uitgedaagd kunnen worden en etiketten in het algemeen gekraakt kunnen worden. Storr suggereert dat biseksualiteit als een epistemologie de categorieën heteroseksueel en homoseksueel bedreigt door zijn onbekwaamheid om permanent gefixeerd te zijn binnen temporele en ruimtelijke lokatie (8). Daumer gaat door door te claimen dat biseksualiteit als een perspectief vier functies heeft: 1. het laat gaten zien en tegenstellingen in alle identiteit, 2. het legt aparte eigenschappen van gepolitiseerde seksuele identiteiten bloot, 3. het problematiseert heteroseksualiteit voorbij kritiek op verplichte heteroseksualiteit om weerstand tegen heteroseksisme in heteroseksuele relaties te laten zien, en 4. het dient als een brug tussen identificaties en gemeenschappen (159-161). Biseksualiteit daagt de veronderstellingen van verlangen en identiteit uit, verschillen en fluïditeit van seksualiteit toestaand. Biseksualiteit, door het eigenlijke feit dat het een ambigue positie bekleed, verstoort binaire toestanden door de grenzen te vervagen tussen heteroseksualiteit en homoseksualiteit. Heldke verklaart: Biseksualiteit gooit de vraag van legitimiteit, rigiditeit en veronderstelde ontologische prioriteit van deze categorieën erin door de notie uit te dagen dat biseksuelen bestaan uit twee helften die geforceerd aan elkaar gelijmd zijn om een onbeholpen en noodzakelijkerwijs onstabiel geheel te vormen. (175). Eadie conceptualiseert biseksualiteit als hybride: niet als een deel heteroseksueel, deel homoseksueel, maar als vermengend en fuserend. Bhabha citerend, hij suggereert dat: De paranoïde dreiging van het hybride uiteindelijk niet te vast te houden is, omdat het de symmetrie en dualiteit van het zelf / ander, binnen / buiten laat stranden (geciteerd in Eadie 135) en homoseksueel en heteroseksueel. Eadie verklaart nader: Er is geen afkoop van pluraliteit. Afvalligheid blijft bestaan in de cultuur die probeert het te verdrijven, daardoor de mythen van een autoriteit zijn erfenis als altijd homogeen verleden verstorend, en zijn persistentie als een altijd identieke toekomst (136). Biseksualiteit daagt de voorspelbaarheid van de heteroseksuele toekomst uit, maar het daagt ook die homoseksuelen uit omdat het biseksualiteit viert dat identiteit VIII

niet rigide is en stagnerend maar veel facetten heeft en in een constante stroom. Door niet zichzelf te lokaliseren aan één van beide einden van het continuüm van seksualiteit, werpen biseksuelen de vraag op dat de grenzen die heteroseksuelen en homoseksuelen afscheiden wel zo afgescheiden en tegenovergesteld zijn. Pramaggiore gebruikt de epistemologie van het hek om de subversieve kwaliteiten van biseksualiteit te conceptualiseren (146). Op het hek zitten wordt gebruikt om biseksuelen te stigmatiseren, maar Pramaggiore gebruikt het als een positie waarmee binaire polariteiten gedestabiliseerd worden (146). Zij is het niet eens met dat: Op het hek zitten een praktijk is dat de restrictieve formules weigert die geslacht definieert volgens de binaire categorieën die het ene geslacht of ene seksualiteit associeert met een enkelvoudige geslachtelijke object keuze, en dat seksueel gedrag gelijkstelt aan seksuele identiteit (146). Door gearticuleerd te zijn als een plaats van er tussen zijn en besluiteloosheid, is biseksualiteit in staat om de blijkbare statische en gefixeerde natuur van seksuele identiteit en praktijk uit te dagen, en is in staat om de mogelijkheid te openen om verschillende vormen en expressies van verlangen te hebben. Ofschoon biseksualiteit als een perspectief en punt van voordeel inzicht kan geven in hoe categoriale dualismes, zoals dat van heteroseksueel en homoseksueel, zijn geconstrueerd en onderhouden, valt het ook prooi aan de beperkingen van taal om identiteit en verschil te conceptualiseren. Woorden, door hun eigen natuur, zijn een poging om een idee, identiteit, object en zo verder te fiksen. Zoals Hemmings waarschuwt: Tenzij overtreding in werkelijkheid de onderliggende vormen van de verhandeling die uitgedaagd wordt verstoort, loopt de poging het risico om weer een andere partner in de eindeloze spiraal van binaire tegenstellingen te worden (195). Door de conceptualisatie van biseksualiteit in het abstracte, falen theoretici in het erkennen van zijn beperkingen. Het bi in biseksualiteit duidt op een dualiteit (Hall 11). Ofschoon de twee delen veranderd zijn gedurende de geschiedenis van de term, is dualiteit nog steeds impliciet in het woord aanwezig. Hall van samen: Biseksualiteit is duidelijk een zeer problematische term om het poogt om (of is gebruikt als) de enorm variatie van [seksualiteiten] te omarmen (10). Bi kan nooit inclusief zijn zoals het zou willen zijn als een beweging en als een theorie omdat het alleen met twee van iets kan betekenen (geslacht, seks, seksueel verlangen, etc), dus het valt terug in binaire toestanden. Noch ontsnapt biseksualiteit aan de vallen van de essentialistische retoriek. Als een aparte gemeenschap en beweging eisen biseksuelen een etnische identiteit om hun grenzen en territoria op te sporen. Als een inclusieve beweging of theoretisch perspectief lijdt biseksualiteit onder twee problemen van taal. Ofwel de term is zo inclusief dat het alle tekenen van begrip en erkenning verliest, of het voegt, of om Aults term te gebruiken verbergt, iedereen toe aan een universele seksualiteit. Ik denk dat seksualiteit totaal opnieuw geconceptualiseerd moet worden met nieuwe woorden die het begeleiden. Seksualiteit als fetisjisme heeft een conceptueel emancipatoir potentieel (J. Litwoman, qtd. in Hutchins and Kaahumana 5; Herdt 58). Terwijl de term fetisjisme zelf problematisch is en connotaties van bevrijding mist, het waarnemen van verlangen door zijn dictaten, het staat toch het aanbrengen van lagen toe dat het niet verlangen binnen een continuüm plaatst, met extremen, maar verschillende ruimtes op verschillende tijden kan bezetten en de fluïditeit toestaat waartoe biseksualiteit oproept. Andere termen voor seksuele meervouden hebben een groter verstorend potentieel dan biseksualiteit, zoals polyseksuateit en panseksualiteit. Ofschoon deze uit het jargon komen [15], gaan ze verder dan de voorvoegsels van een mono- of biseksualiteit. Zij houden een diffusie van erotiek in met geen reductie tot de categoriale binaire toestanden of stabiele identiteiten. Dus, voor degenen die een seksuele bevrijding zoeken voor minderheden, moet het spandoek misschien het opschrift pan of poly lezen en de binaire toestanden overslaan en het essentialisme van bi. Bij het vinden van een nieuwe woord of model om biseksualiteit te conceptualiseren, denk ik dat we moeten overwegen hoe nieuwe technologie ons begrip van verlangen en erotische praktijken zal veranderen, zoals Kaloski vraagt: Wat kan biseksualiteit betekenen wanneer latex en telefoonseks en cyberseks seksuele verschillen verplaatsen en nieuwe erogene zones produceren? (210). Is dit een verwijzing naar polyseksualiteit? Panseksualiteit? Wie zegt dat? De toekomstige mogelijkheden van een open seksualiteit zijn denkbaar, maar het wordt tijd dat we seksualiteit claimen als een gevoel van onszelf kennen, onze verlangens en niet als een politieke identiteit. Zoals Som aanwijst: We kunnen niet biseksueel leven; we hebben onze levens te leven. Ik zeg: ga ermee door. (97). Noten 1. Met seksueel gemarginaliseerde groepen verwijs ik naar alle vormen seksuele praktijk, identiteit, verlangen die buiten de heteronormativiteit vallen, maar veronderstel niet dat alle heteroseksualiteit privileges moeten krijgen boven alle ander vormen van seksuele expressie. 2. Rust verwijst naar homoseksuele of biseksuele etniciteit als een notie van homo zijn als een groep zijn identiteit analoog aan raciale of etnische groepsidentiteit. Het heeft te maken, bijvoorbeeld, met de concepten van groepen hun erfenis en trots van de groep (Rust "The Politics of Sexual Identity" 367, footnote). 3. Niet alle lesbiennes, natuurlijk, houden niet van of discrimineren biseksuele vrouwen, maar de literatuur suggereert dat binnen veel lesbische gemeenschappen gedurende de late tachtiger en begin negentiger jaren, in Noord-Amerika, er een algemeen wantrouwen was richting biseksuelen (Ault, "Hegemonic Discourse," "Dilemma of Identity"; Clausen; Daumer; IX

Heldke; Highleyman; Hutchins and Kaahumanu; O,Connor; Pramaggiore; Queen; Rust "Sexual Identity"; Sweeney; Udis- Kessler ""dentity/politics"); zoals Tommy Lee Jones in Men in Black (1997) zo scherp suggereert: Een persoon is slim, maar de mensen zijn dom. 4. Seksualiteit is temporeel in de zin van dat identiteit wordt gezien door verlangen zijn potentieel, aantrekkingskracht en in het doen, net zoals het herlezen van het verleden, en ruimtelijk in dat het voorkomt en onderhandeld wordt binnen zekere ruimtes, gemeenschappen en locaties in de maatschappij. 5. Ofschoon dit problematische termen zijn zal ik biseksuele identeit gebruiken voor degenen die zichzelf identificeren als biseksueel en biseksueel gedrag als seksueel activiteit of verlangen voor zowel mannen als vrouwen. 6. Hutchins and Kaahumana suggereren ook dat het conflict model racistische veronderstellingen bevat richting biseksualiteit. Bijvoorbeeld, elke homoseksuele activiteit veronderstelt dat de reële (of op zijn minst latente) identiteit homoseksueel is, wat lijkt op de Eone-drop, de theorie van ras (Hutchins and Kaahumanu 8), dat integriteit en verschil van afgescheiden categorieën privileges geeft, zij het homoseksueel, heteroseksueel of zwart / wit. 7. Degenen die een niet goed gecombineerde geslachtelijke identiteit hadden voor een biologische sekse werden geëtiketteerd als omgekeerden, b.v mannelijke vrouwen en verwijfde mannen. Op dat moment waren seksuele activiteit / oriëntatie / verlangen samengevoegd met geslachtelijke variantie of afvalligheid, dus maakte het homoseksualiteit synoniem met omgekeerd zijn (Weeks 71). 8. Valverde wijst echter op dat als er een aangeboren biseksualiteit bij kinderen dat dit niet verondersteld kan worden tot in de volwassenheid. Zij beargumenteert dat omdat baby s zowel pre-genitaal en voor-geslachtelijk zijn dat de erotiek die zijn ervaren niet hetzelfde is als voor volwassenen die zowel zich bewust zijn van genitaliën en geslachtelijke lichamen (113-114). 9. Een monoseksueel raamwerk geeft privileges aan een stabiele en uni-directionele stroom van verlangen en seksuele partners, zoals homoseksualiteit of heteroseksualiteit. 10. Herdt suggereert ambiguïteit in de metafoor van biseksualiteit als fluïditeit en problematiseert het binnen vergelijkende culturele studies, en laat zien hoe deze constructie zowel historisch en cultureel gebonden is. 11. Landschap is geleend van Rust ( Sexual Identity ). 12. Bifobie is de angst voor en discriminatie van biseksuelen, door zowel heteroseksuelen en homoseksuelen. 13. Het zou opgemerkt moeten worden dat het hebben van een verenigde seksuele identiteit ook gezien kan worden als een witte persoonlijke doelstelling, terwijl andere niet de mogelijkheid / optie van seksualiteit hebben wat hun enige bron van onderdrukking is, dus zich mobiliseren rondom andere identiteiten en pogingen tot marginalisatie (Ault "Hegemonic Discourse," 213; Som 94). 14. Met dank aan Kristin Lozanski (persoonlijke communicatie) voor haar constante onderzoek met betrekking tot de problemen van taal en identiteit, en de onbekwaamheid van deze concepten om nieuwe betekenissen te krijgen. 15. Board bekritiseert het gebruik van panseksueel en polyseksueel omdat beide teveel jargon zijn en onbegrijpelijk voor veel mensen (285), ik denk echter dat het beter is om nieuwe worden te introduceren dan proberen oude te recyclen, wat voor veel precies zo exclusief is. Geciteerde werken: Ault, Amber. "Hegemonic Discourse in an Oppositional Community: Lesbian Feminist Stigmatization of Bisexual Women." Queer Studies: A Lesbian, Gay, Bisexual and Transgender Anthology. Ed. Brett Beemyn and Mickey Eliason. New York: New York University Press, 1996. 204-216. "The Dilemma of Identity: Bi Women s Negotiations." Queer Theory and Sociology. Ed. Steven Seidman. Cambridge, MA: Blackwell Publishers Inc, 1996. 311-329. Board, Mykel. "Pimple No More." In Tucker. 281-287. Bower, Tamara. "Bisexual Women, Feminist Politics." In Tucker. 99-107. Christina, Greta. "Be Sexuality." In Tucker. 161-166. Clausen, Jan. "My Interesting Condition." Journal of Sex Research 27. 3 (1990): 445-459. Daumer, Elisabeth D. "Extract from Queer Ethics; or, the Challenge of Bisexuality to Lesbian Ethics (1992)." In Storr. 153-161. X

Donaldson, Stephen. "The Bisexual Movement s Beginnings in the 70s: A Personal Retrospective." In Tucker. 31-45. Eadie, Jo. "Extract from Activating Bisexuality: Towards a Bi/Sexual Politics (1993)." In Storr. 120-137. Freud, Sigmund. "Extract from Three Essays on the Theory of Sexuality: 1. The Sexual Aberrations (1905)." In Storr. 2-27. Fuss, Diana. Essentially Speaking: Feminism, Nature and Difference. New York: Routlege, 1989. George, Sue. "Extract from Women and Bisexuality (1993)." In Storr. 101-106. Greenberg, David F. "Transformations of Homosexuality-Based Classifications." The Gender Sexuality Reader. Eds. Roger N. Lancaster & Micaela di Leonardo. New York: Routledge, 1997. 179-193. Hall, Donald E. "BI-ntroduction II: Epistemologies of the Fence." RePresenting bisexualities: subjects and cultures of fluid desire. Eds. Donald E. Hall and Maria Pramaggiore. New York: New York University Press, 1996. 8-19. Hansen, Charles E. and Anne Evans. "Bisexuality Reconsidered: An Idea in Pursuit of a Definition." Journal of Homosexuality 11. 1-2 (Spring 1985): 1-6. Heldke, Lisa. "In Praise of Unreliability." Hypatia 12. 3 (Summer 1997): 174-182. Hemmings, Clare. "Extract from Locating Bisexual Identities: Discourses of Bisexuality and Contemporary Feminist Theory (1995)." In Storr. 193-200. Herdt, Gilbert H. "A Comment on Cultural Attributes and Fluidity of Bisexuality." Journal of Homosexuality 10. 3-4 (Winter 1984): 53-61. Highleyman, Liz A. "Identity and Ideas: Strategies for Bisexuals." In Tucker. 73-92. Hutchins, Loraine and Lani Ka,ahumanu, eds. Bi Any Other Name: Bisexual People Speak Out. Los Angeles: Alyson Books, 1991. xx-xxvi. Innes, Paul. "Binary Opposition." A Dictionary of Cultural and Critical Theory. Ed. Michael Paynes. Oxford: Blackwell Publishers Ltd., 1996. 64-65. Kaloski, Ann. "Extract from Bisexuals Making Out with Cyborgs: Politics, Pleasure, Con/fusion (1997)." In Storr. 201-210. Kaplan, Rebecca. "Your Fence Is Sitting on Me: The Hazards of Binary Thinking." In Tucker. 267-279. Kinsey, Alfred C., Wardell B. Pomeroy and Clyde E. Martin. "Extract from Sexual Behavior in the Human Male (1948)." In Storr. 32-37. Klein, Fritz and Timothy J. Wolf, eds. "Introduction." Journal of Homosexuality 11. 1-2 (Spring 1985): xv-xvi.. "Extract from The Bisexual Option: A Concept of One Hundred Percent Intimacy (1978)." In Storr. 37-48. O Connor, Peg. "Warning! Contents Under Heterosexual Pressure." Hypatia 12. 3 (Summer 1997): 183-188. Paul, Jay P. "Bisexuality: Reassessing Our Paradigms of Sexuality." Journal of Homosexuality. 11, 1-2 (Spring 1985): 21-34. Pramaggiore, Maria. "Extract from Epistemologies of the Fence (1996)." In Storr. 145-149. Queen, Carol. "Sexual Diversity and Bisexual Identity." In Tucker. 151-160. Rust, Paula C. "The Politics of Sexual Identity: Sexual Attraction and Behavior among Lesbian and Bisexual Women." Social Problems 39. 4 (November 1992): 366-386.. "Sexual Identity and Bisexual Identities: The Struggles for Self-Description in a Changing Sexual Landscape." Queer Studies: A Lesbian, Gay, Bisexual and Transgender Anthology. Eds. Brett Beemyn and Mickey Eliason. New York: New York University Press, 1996. 64-86. Som, Indigo Chih-Lien. "Open Letter to a Former Bisexual (or, Do I Hear "Post-Bisexual"?)." In Tucker. 93-97. Stekel, Wilhelm. "Extract from Bi-Sexual Love (1920)." In Storr. 9-30. Storr, Mel, ed. Bisexuality: A Critical Reader. London: Routlege, 1999.. "Introduction." In Storr. 1-12. Sweeney, Robin. "Too Butch to Be BI (or You Can t Judge a Boy by Her Lover)." In Tucker. 179-187. Trnka, Susanna. "Me, Myself, and You: Identity Politics in Action." In Tucker. 289-292. Tucker, Naomi, ed. Bisexual Politics: Theories, Queries, and Visions. Binghamton, NY: Harrington Park Press, 1995. XI

. "Introduction." In Tucker. 1-6. Udis-Kessler, Amanda. "Present Tense: Biphobia as a Crisis of Meaning." Bi Any Other Name: Bisexual People Speak Out. Eds. Loraine Hutchins and Lani Ka ahumanu. Los Angeles: Alyson Books, 1991. 243-249.. "Identity/Politics: Historical Sources of the Bisexual Movement." Queer Studies: A Lesbian, Gay, Bisexual and Transgender Anthology. Eds. Brett Beemyn and Mickey Eliason. New York: New York University Press, 1996. 52-63. Valverde, Mariana. "Extract from Sex, Power and Pleasure (1985)." In Storr. 113-116. Weeks, Jeffery. "Movements of Affirmation:Sexual Meanings and Homosexual Identities." Passion and Power: Sexuality in History. Eds. Kathy Peiss, Christina Simmons & Robert A. Padgug. Philadelphia: Temple University Press, 1989. 70-86. Zinik, Gary. "Identity Conflict or Adaptive Flexibility? Bisexuality Reconsidered." Journal of Homosexuality 11. 1-2 (Spring 1985): 7-19. Deze tekst is ontleend aan de Bi Causerie van de Franse groep Bi Cause. c 2005 SUSAN PELL, VERENIGING BI-KRING DE SAMENKOMST, BI- INFO SITE. VERTALING: VERENIGING BI-KRING DE SAMENKOMST. EMAIL: BIKRING@HOME.NL. U KUNT OOK TELEFONISCH CONTACT OPNEMEN MET VERENIGING BI-KRING DE SAMENKOMST. BEL DAN: 013-4630043 (TON). DIT DOCUMENT MAG VERSPREID WORDEN ZOVEEL MEN WIL EN KAN. GRAAG WEL DE c INTACT HOUDEN. XII