Deze SBR-brochure is gebaseerd op het rapport, dat werd opgesteld na een onderzoek door de Stichting Arbeidstechnisch Onderzoek Copyright SBR, Rotterdam Bouwnijverheid (SAOB) te Ede en Meteo Consult bv te Wageningen
Werken met een projectgericht bouwweerbericht Een onderzoek naar de mogelijkheden en beperkingen van projectgerichte bouwweerberichtgeving per telefax Een uitgave van Stichting Bouwresearch, Rotterdam. Copyright SBR, Rotterdam
Inhoud Hoofdstuk 1 Behoefte aan een projectgericht weerbericht Het kan vriezen of dooien 3 Bestaande weerberichten te algemeen 3 Bouwen stelt meer eisen aan weerbericht 4 Praktijkproefwijst uit: het kan! 4 Gericht onderzoek als basis 4 Samenwerking met weerkundigen 5 Medewerking van bouwbedrijven 5 Hoofdstuk 2 Praktijkervaringen op vijf bouwprojecten Registratie weercomponenten 6 Proefperiode met alle weertypen 7 1. Kantoorgebouw in Amersfoort 8 2. Kantoorgebouw in Amsterdam 10 3. Woningbouwproject in Gouda 12 4. Aquaduct bij Grouw 14 5. Spoortunnel op Schiphol-centrum 16 Hoofdstuk 3 Waarde van projectgerichte weerberichten Regelmaat en duidelijke formulering 18 Samenvatting praktijkervaringen 18 Hoofdstuk 4 Conclusies uit het onderzoek 24 2 Copyright SBR, Rotterdam
Hoofdstuk I AIs aannemers, uitvoerders of het uitvoerend personeel over de bouw spreken, valt nogal eens het woord 'Openluchtcircus'. Bouwen vindt nu eenmaal het hele jaar door voor een belangrijk deel in de open lucht plaats. 's Zomers is dat meestal geen probleem. Maar het Nederlandse klimaat kent nog drie seizoenen, die veel regen, storm, sneeuw en vorst kunnen opleveren. Dat kan 'kostbaar' verlet betekenen. Het kan vriezen of dooien In het oude Griekenland bevond zich in de zevende eeuw voor Behoefte Christus, in Delphi, het Apolloheiligdom dat op verzoek van aa n een vele bezoekers adviezen gafvia een orakel, in de sfeer van 'het kan vriezen of dooien'. Een dergelijke uitspraak doen pro J ectge rl c ht onze moderne meteorologen niet meer. Hun berichten h zijn duidelijker, vooral als het over vandaag en morweer b eric t gen gaat. De gegevens daarna worden helaas al snel vager, want het weer is nu eenmaal als een haas die wordt achtervolgd en zijn hazensprong maakt met afwijkingen van 180 graden. AI is er dan geen sprake meer van het orakel van Delphi, toch willen de bouwers het naadje van de kous weten, omdat er in het openluchtcircus op momenten van extreme weersomstandigheden heel wat aan de hand is. Storm kan bijvoorbeeld gevaren opleveren voor de bouwkranen. Bij vorst, vooral als de temperatuur ver onder nul zakt, ligt het werk plat en als het sneeuwt is het beter je in de bouwkeet terug te trekken. Voor het echter zo ver is, willen de mensen op het werk weten welke maatregelen moeten worden getroffen om schade te voorkomen. Bestaande weerberichten te algemeen 3 In de bouw wordt om die reden veel gebruik gemaakt van weerberichten. Dat gebeurt onder andere via de telefoon (de bouwweerberichten van het KNMI), maar ook door informatie via krant, radio, televisie en teletekst. De informatie-overdracht via deze media naar de beslisser op de bouwplaats (meestal de uitvoerder of projectleider) is lang niet optimaal. Ofwel de informatie is te globaal (landelijk bericht voor een (te) groot gebied), ofwel de gesproken informatie komt niet correct of volledig over. Misverstanden over de werkelijke weersverwachting kunnen zo gemakkelijk ontstaan. Bij gebrek aan beter gebruikt men de Copyright bestaande SBR, mogelijkheden. Rotterdam
Bouwen stelt meer eisen aan weerbericht Bouwen wordt steeds weersgevoeliger. Een gegeven dat ook uit het onderzoek naar voren kwam. Als gevolg daarvan neemt de kans op hinder door ongunstige weersomstandigheden toe. Een projeetgericht bouwweerbericht kan de organisatie van het bouwen ondersteunen en zodoende een gunstige invloed uitoefenen op het bouwproces. Met name op de grote bouwwerken is men gebaat bij een 'op maat gesneden' weerbericht. De weersverwachting zou op drie punten gegeven moeten worden: in de bouwput, op maaiveldniveau en op een bepaalde hoogte boven maaiveld. Inhoudelijk zou zo'n weerbericht gegevens moeten verstrekken over de temperatuur, de relatieve vochtigheid en de windsnelheid. Bouwput in de zin van het onderzoek: vlak, diep en uitgestrekt met duidelijke begrenzingen. Het weer in zo'n put wijkt aanmerkelijk af van dat op maaiveldniveau. Praktijkproef wijst uit: het kan! Een onmogelijke opgave? Nee, de praktijk wijst anders uit. Het blijkt mogelijk een weersverwachting voor de bouw te maken, die heel speciaal op de ligging van het project is afgestemd. Een weersverwachting die rekening houdt met mogelijke weerkritische activiteiten op dat ene werk in de specifieke omstandigheden van 'diep, maaiveld en hoog'. Bovendien is dit weerbericht kort en duidelijk overdraagbaar. Het kan op snel veranderende situaties inspelen en komt via een faxapparaat dagelijks op het werk binnen. Gericht onderzoek als basis 4 Om erachter te komen of zo'n weerbericht 'op maat' ook echt kan worden gemaakt, werd in 1988 door Stichting Bouwresearch (SBR) een werkgroep Bouwweerberichtgeving in het leven geroepen. Deze werkgroep ging aan de slag en presenteerde in januari 1989 een studie, met als titel 'Weersinformatie voor de bouw, het resultaat van een verkennend onderzoek'. In dit rapport deed de werkgroep een aantal aanbevelingen om te komen Copyright tot de SBR, daadwerkelijke Rotterdam invoering van project gerichte
bouwweerberichten. In een stappenplan werd uiteengezet op welke manier dat zou kunnen gebeuren. Kern van de aanbevelingen was de aanwijzing om eerst een, zoals de werkgroep het noemde, 'proeftuinproject' op te zetten. Op een aantal bouwprojecten in uitvoering zou moeten worden geëxperimenteerd met op de lokatie tocgcsncdcn weerberichten per telefax. Samenwerking met weerkundigen Uit het vooronderzoek bleek dat een eenduidig, bij voorkeur schriftelijk, bouwweerbericht beter wordt gebruikt. Verder kwam de wens naar voren de weerberichten zo specifiek mogelijk (geldig voor een beperkt gebied) te maken, zodat de verkregen informatie maximaal van toepassing is voor de omgeving van de bouwplaats. Tenslotte werd de wens te kennen gegeven na te gaan in hoeverre de inhoud en frequentie van de weerberichten zijn af te stemmen op de stand van het werk in kwestie, dus: projectgericht. SBR vond dc aanbevelingen van dc werkgroep interessant, zodat zij besloot ecn studie-opdracht te geven. Het onderzoek onderscheidde twee aandachtsgebieden: I. Bouwtechnische en -organisatorische kanten, 2. Meteorologische aspecten. Uitvoering vond plaats door middel van een tijdelijke samenwerking tussen de Stichting Arbeidstechnisch Onderzoek (SAOB) te Ede en Meteo Consult bv te Wageningen. De coördinatie was in handen van SBR. Vervolgens werd een studiebegeleidingscommissie in het leven geroepen en kon het onderzoeksteam van start gaan. Het team kreeg de volgende vragen mee: - Welke bouwactiviteiten zijn kritisch in verband met het weer? - In welke mate zijn die handelingen kritisch? - Wat kan de invloed zijn van goede projectgerichte bouwweerberichten? Het onderzoek werd in vier fasen verdeeld: - Literatuuronderzoek correctiefactoren - Weertype-aanduiding in de bouw - Proeftuin Bouwweerberichtgeving - Verslaglegging van het onderzoek Medewerking van bouwbedrijven 5 Het onderzoek is gefinancierd door het Ministerie van Economische Zaken, Meteo Consult bv, SAOB en Stichting Bouwresearch. Ook de in de studiecommissie vertegenwoordigde bedrijven leverden bijdragen aan het onderzoek in zowel financiële zin als door het beschikbaar stellen van in uitvoering zijnde bouwprojecten. De projecten die aan de proeftuin hebben meegedaan, zijn gesitueerd in Amersfoort, Amsterdam, Gouda, Grouw Copyright en Schiphol-Centrum. SBR, Rotterdam
Hoofdstuk 2 Praktijk- ervaringen op vijf projecten Voor het onderzoek zijn vijf bouwprojecten gekozen, zowel in de woning- en utiliteitsbou:-v als in de grondwater- en wegcnbouw. Deze projecten zijn gedurende de proefperiode dagelijks door Meteo Consult voorzien van één of meerdere schriftelijke weersverwachtingen per telefax. Deze weerberichten kwamen iedere werkdag om 15.00 uur en op maandagmorgen bovendien om 07.00 uur bij de projectleiding binnen. De inhoud van de verwachtingen was tevoren afgestemd op de locatie van het desbetreffende proefproject en waar mogelijk op de weerkritische bouwactiviteiten van het bouwproject. Gedurende de totale proefperiode van 24 aaneengesloten weken zijn er een kleine duizend schriftelijke weerberichten per fax verstrekt aan de bouwprojecten. Registratie weercomponenten Op alle proefprojecten werd apparatuur geplaatst om het werkelijk opgetreden weer (de belangrijkste componenten daarvan) te registreren. Deze metingen waren noodzakelijk om gebruikte correctiefactoren op het algemene regionale weerbericht te toetsen. Daarbij werd gctracht zoveel mogelijk de componenten te registreren dic te maken hebben met mogelijk weerkritische activiteiten op de betreffende projecten. Als voorbceld wordt hierbij de registratie vermeld, zoals die verdeeld was over de vijf locaties. Amersfoort: Amsterdam: Gouda: Grouw: Schiphol: temperatuur maaiveld, temperatuur 40m+, windsnelheid 40m+. temperatuur maaiveld, temperatuur 40m+, windsnelheid 40m+ temperatuur 3m+, relatieve luchtvochtigheid 3 m+ temperatuur maaiveld, temperatuur 8m-. temperatuur 3m+, temperatuur 8m-. 6 Deze registratie werd uitgevoerd met behulp van volautomatische elektronische data recorders in meteohutjes, die van tijd tot tijd werden Copyright ' leeggelezen' SBR, Rotterdam met behulp van een Pc.
Proefperiode met alle weertypen De proefperiode duurde van september 1990 tot maart 199 1. Onderzoektechnisch gezien was in die tijd sprake van ideaal weer. Van heet en droog, via storm, sneeuw, hagel naar plotselinge strenge en aanhoudende vorst en weer terug naar invallende dooi met vrolijk lenteweer. Het projectgerichte weerbericht is zodoende getest onder alle weersomstandigheden, die men normaal gesproken in Nederland tegen kan komen. Boven: Dreigend weer: een risico voor de voortgang. Vroegtijdig op de hoogte zijn, maakt het mogelijk maatregelen te treffen. De wind heeft een sterke invloed op het wel of niet kunnen functioneren van de kraan. Rechtsboven: Meten van de windsnelheid in een stedelijke omgeving. Wind in de stad is vaak heel anders dan op het platteland. Rechts: Meteohutje met daarin een rvs-beugel met strip en hangslot. Daarnaast twee datarecorders, één voor het meten van de relatieve vochtigheid en de ander voor de temperatuur. 7 Copyright SBR, Rotterdam
, r Kantoorgebouw in Amersfoort In het centrum van Amersfoort wordt gewerkt aan een middelhoog kantoorgebouw (circa 40 meter hoog). Het easeo bestaat uit prefab betonnen gevelelementen met breedplaatvloeren, een ter plaatse gestorte kern en gevelmetselwerk van baksteen. Weerkritisehe handelingen in de proefperiode waren: het hijsen van gevelelementen en vloerplaten (wind), het gevelmetselwerk (vorst) en het storten van beton voor vloeren (vorst). Effect van de weerfaxen 8 Het project in Amersfoort bleek vooral plezier te hebben van de weerberichten bij het storten van beton (afdekken, verwarmen) en metselwerk (beschermen). Uit gesprekken met de verantwoordelijke mensen op het werk kwam duidelijk naar voren, dat het nuttig effeet van de projectgerichte berichtgeving vooral lag in een beter beheersbare organisatie. Zonodig kon men tijdig een bepaalde activiteit afgelasten en de mensen inzetten op ander Copyright werk binnen SBR, het Rotterdam project.