Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Drimmelen:



Vergelijkbare documenten
Uitvoeringsbesluit Jeugdhulp gemeente Woudrichem 2015

22 december Beleidsregels jeugdhulp 2015

Uitvoeringsbesluit jeugdhulp gemeente Alphen-Chaam 2015.

Samenvatting Deze nadere regels bevatten een nadere uitwerking van de verordening jeugdhulp Hof van Twente 2015.

In deze beleidsregels zijn de belangrijkste regels opgenomen over voorwaarden, weigeringsgronden, besteding en verantwoording van het PGB.

Beleidsregels PGB Maatschappelijke ondersteuning en Jeugdwet Enschede. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede;

Beleidsregels persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp en Wmo 2015

GEMEENTEBLAD. Nr

In geel gearceerd ingevoegd

Beleidsregels pgb jeugdhulp en Wmo gemeente Hellendoorn 2017

Beleidsregels PGB Maatschappelijke ondersteuning en Jeugdwet Enschede 2017

Gemeente Zwolle. Besluit Jeugdhulp 2015

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Almere (Flevoland)

Vaststelling Uitvoeringsbesluit persoonsgebonden budget Beschermd Wonen Gemeente Breda 2015

GEMEENTEBLAD. Nr

Besluit maatschappelijke ondersteuning Geldermalsen 2015

Beleidsregels persoonsgebonden budget Jeugdhulp gemeente Loppersum 2015

Gemeente Zwolle, bekendmaking Besluit Jeugdhulp 2015

Jeugdhulp. Via een Persoonsgebonden Budget

Free Time Flies en een persoonsgebonden budget

gelet op de artikelen 2.9, 2.10, 2.12 lid 2, vierde lid, en 12.4 lid 2 van de Jeugdwet en artikel 149 en 156 van de Gemeentewet;

Beleidsregels Jeugdhulp Gemeente Oirschot

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad,

Verordening jeugdhulp

Concept Verordening jeugdhulp gemeente Velsen 2015

Pgb s in de Jeugdwet en de Wmo

Gemeente Nijkerk Verordening jeugdhulp

Uitvoeringsbesluit Persoonsgebonden Budget (PGB) Jeugdhulp gemeente Zandvoort 2016

Toelichting Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek.

Jeugdzorg met een pgb

Verordening jeugdhulp Utrecht 2015

Wijziging beleidsregels Jeugdhulp gemeente Zoetermeer 2016

VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE VEGHEL 2015

Hoofdstuk 1 - Begripsomschrijvingen

Beleidsregel PGB Wmo en Jeugdhulp 2017

Onderwerp: Verordening Jeugdhulp gemeente Zederik gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015;

Besluit PGB jeugdhulp gemeente Stede Broec 2018

Verordening Jeugdhulp Leerdam

Persoonsgebonden budget (pgb) Informatiebijeenkomst Gemeente Houten

Artikel 1 Begripsbepalingen

en verplaatsen binnen de leefomgeving, Beschermd wonen en Jeugd. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede;

Trekkingsrecht PGB, Q&A voor gemeenten Hoeksche Waard

De raad van de gemeente Ooststellingwerf; nr. 10. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 2 september 2014;

Behoort bij raadsbesluit vanlo-iü'hi nr.glsotc Verordening jeugdhulp Heemstede 2015 D e g r Heemstede

Nadere regeling. persoonsgebonden budget

VERORDENING JEUGDHULP GEMEENTE HEERENVEEN 2015

Beleidsregels persoonsgebonden budget in de Wmo 2015 en de Jeugdwet

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk van..

Informatieve bijeenkomst

RAADSBESLUIT: BESLUIT:

Aanpassingen Toelichting op de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning gemeente Katwijk 2015 november 2014

Verordening jeugdhulp Het Hogeland 2019

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oirschot houdende regels omtrent jeugdhulp Beleidsregels Jeugdhulp

Pgb-plan Jeugd. omzetten zorg in natura in persoonsgebonden budget

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 april 2016;

overwegende dat de Jeugdwet voorschrijft dat de gemeenteraad regels dient te stellen

Artikelsgewijze toelichting

Beleidsregels Jeugdhulp gemeente Tytsjerksteradiel 2017

Het Persoonsgebonden budget voor kinderen

Onderwerp : Beleidsregels en Nadere regels jeugdhulp Molenwaard

GEMEENTEBLAD

iiiiiiiniiiiiiiiiniiiiiiii D

- andere voorziening: voorziening op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning of werk en inkomen, niet vallend onder de wet;

Ondersteunings- en budgetplan persoonsgebonden budget

Raadsbesluit Verordening Jeugdhulp Veldhoven 2015

Bijlage 4 bij Nadere regels Jeugdhulp

Vragen en antwoorden over het Persoonsgebonden budget (PGB) jeugdhulp, Inhoudsopgave

Voor de aanvraag van een Persoonsgebonden budget voor jeugdigen tot 18 jaar

Informatiefolder. Persoonsgebonden budget

Persoonsgebonden budget (pgb)

per week Ondersteuning thuis - Schoon huis 18,50 per uur 22,95 per uur Ondersteuning thuis - Coachen

Zijn er nog andere gezinsleden met een indicatie voor individuele hulp of ondersteuning op maat?

Nadere regels jeugdhulp Noordwijk 2015

Verordening jeugdhulp Utrecht 2016

Lelystad. Raadsbesluit. /Lj OSó2. gemeenteraad. Nummer: De raad van de gemeente Lelystad,

Verordening Jeugdhulp 2017 gemeente Utrecht

Besluit jeugdhulp Gemeente Wierden 2015

Zijn er nog andere gezinsleden met een indicatie voor specialistische ondersteuning (individuele

geiet op het bepaalde in artikel18, tweede lid, van de Verordening uitvoering Jeugdwet gemeente Oldenzaal 2019; besluit:

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 september 2014;

14 oktober 2014 Z/14/ VB/14/04498

Uitgangspunten voor het Amsterdamse Pgb 1 juli 2014 vastgesteld door B&W

PERSOONSGEBONDEN BUDGET (PGB)

Verordening. Jeugdhulp

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 september 2014;

Verordening uitvoering Jeugdwet gemeente Oldenzaal 2015

RAADSINFORMATIEBRIEF VERZONDEN 1 8 MRT Brief van het college aan de raad. Onderwerp Uitvoeringsbesluit jeugdhulp pgb

Persoonsgebonden Budget 2016

Persoongebonden budget

Nadere regels Jeugdhulp gemeente Medemblik Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Medemblik;

NADERE REGELS PGB JEUGD VERSIE JANUARI, 2015

Pijnacker-Nootdorp - Verordening jeugdhulp gemeente Pijnacker-Nootdorp 2015

gelet op de artikelen 2.9, 2.10, 2.12 en 8.1.1, vierde lid, van de Jeugdwet;

Evidente wijzigingen t.o.v. Verordening 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Lingewaal 2015

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 september 2014;

UITVOERINGSREGELS. Bij de verordening jeugdhulp SWW. Programma Jeugd SWW. Uitvoeringsregels bij de verordening jeugdhulp SWW. Datum 01 december 2014

Ontwerpbesluit. De raad van de gemeente Rotterdam,

Beleidsregels Jeugdhulp Gemeente Ooststellingwerf 2015

Transcriptie:

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Drimmelen: gelet op de Verordening Jeugdhulp gemeente Drimmelen 2015, waarin aan het college de bevoegdheid is overgedragen om nadere regels te stellen; besluit vast te stellen de: Beleidsregels pgb Jeugdhulp gemeente Drimmelen 2015 1. Afbakening beleidsregels Deze beleidsregels zijn van toepassing op Jeugdhulp. In deze beleidsregels zijn regels opgenomen over voorwaarden, weigeringsgronden, besteding en verantwoording van het pgb. 2. Voorwaarden om in aanmerking te komen voor een pgb In artikel 8.1.1, tweede lid, van de Jeugdwet worden drie voorwaarden gesteld waaraan de jeugdige of zijn ouders (ook wel genoemd de: aanvrager) moeten voldoen, willen zij aanspraak kunnen maken op een pgb. Een persoonsgebonden budget wordt verstrekt, indien: 1. de jeugdige of zijn ouders naar het oordeel van het college op eigen kracht voldoende in staat is tot een redelijke waardering van de belangen ter zake dan wel met hulp uit zijn sociale netwerk dan wel van een curator, bewindvoerder, mentor, gemachtigde, gecertificeerde instelling of aanbieder van gesloten jeugdhulp, in staat zijn de aan een persoonsgebonden budget verbonden taken op verantwoorde wijze uit te voeren (zie 2.1); 2. de jeugdige of zijn ouders zich gemotiveerd op het standpunt stellen dat zij de individuele voorziening die wordt geleverd door een aanbieder, niet passend achten (zie 2.2); 3. naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de jeugdhulp, die tot de individuele voorziening behoort en die de jeugdige of zijn ouders van het budget wil betrekken, van goede kwaliteit is (zie 2.3). Zoals uit de Jeugdwet is af te leiden, is het belangrijk dat de jeugdige of zijn ouders vooraf goed weten wat het pgb inhoudt en welke verantwoordelijkheden ze daarbij hebben. Deze voorlichting zal al bij het moment van aanvragen worden gegeven. Daarnaast verzorgt het servicecentrum pgb van de sociale verzekeringsbank (SVB) voorlichting voor en ondersteuning van budgethouders. 2.1 Bekwaamheid van de jeugdige of zijn ouders De eerste voorwaarde betreft de bekwaamheid van de jeugdige of zijn ouders, die het pgb aanvragen. Allereerst wordt van de aanvrager van de individuele jeugdhulpvoorziening verwacht dat deze zelfstandig een redelijke waardering kan maken van zijn belangen ten aanzien van de zorgvraag. De gemeente vraagt de aanvrager duidelijk te maken welke problemen hij heeft, hoe deze zijn ontstaan en bij welke ondersteuning de aanvrager gebaat zou zijn. Ten tweede wordt van de aanvrager verwacht dat deze de aan het pgb verbonden taken op een verantwoorde wijze kan uitvoeren. Bij deze taken kan gedacht worden aan het kiezen van een zorgverlener die in de zorgvraag voldoet, het aangaan van een contract (de 1

budgethouder is zelf verantwoordelijk voor het inkopen van de individuele voorziening), het in de praktijk aansturen van de zorgverlener en het bijhouden van een juiste administratie. De budgethouder dient een zorgovereenkomst te overleggen met de SVB voordat de SVB tot betalingen over kan gaan naar de zorgverleners. Om na te gaan of de jeugdige of zijn ouders op verantwoorde wijze om kan gaan met een pgb wordt de bekwaamheid van de budgethouder beoordeeld. De beoordelingscriteria zijn: Is de jeugdige of zijn ouders in staat de eigen situatie en de situatie van de jeugdige te overzien en zelf de benodigde hulp te kiezen, te regelen en aan te sturen; Is de jeugdige of zijn ouders goed op de hoogte van de rechten en plichten die horen bij het beheer van een pgb en kan hij/zij hiermee omgaan; Is de jeugdige of zijn ouders in staat de opdrachtgeverstaak op zich te nemen, zoals een aanbieder uitzoeken, sollicitatiegesprekken voeren, contracten afsluiten, facturen afhandelen, bewaken van de kwaliteit en de voortgang van de hulp. Aanvragers van een individuele jeugdhulpvoorziening die zelf (of met behulp van hun netwerk) niet in staat zijn de aan het pgb verbonden taken op een verantwoorde wijze uit te voeren kunnen geen aanspraak doen op een pgb. Bij jeugdigen onder de 16 jaar zijn het de ouders die over de bekwaamheid moeten beschikken om zorg in te kopen. Bij jeugdigen tussen de 16 en 18 jaar (met uitloop tot 23 jaar) kan het echter voorkomen dat de jeugdige zelf het contract aangaat. Overwegende bezwaren zijn er als er een ernstig vermoeden is dat de jeugdige of zijn ouders problemen zullen hebben met het omgaan met een pgb. De situaties waarbij het risico groot is dat het pgb niet besteedt wordt aan het daarvoor bestemde doel zijn onder andere: de belanghebbende is handelingsonbekwaam; de belanghebbende heeft als gevolg van een verstandelijke handicap of ernstige psychische problemen onvoldoende inzicht in de eigen situatie; er is sprake van verslavingsproblematiek; er is sprake van schuldenproblematiek; er is eerder misbruik gemaakt van het pgb; er is eerder sprake geweest van fraude. Bovenstaande opsomming is niet limitatief. Er kunnen andere situaties denkbaar zijn waarin het verstrekken van een pgb niet gewenst is. In deze situaties kan een pgb worden geweigerd. Andersom kan het zo zijn dat de jeugdige of zijn ouders zølf niet of onvoldoende bekwaam is, maar er mensen in zijn omgeving zijn die hem of haar dusdanig kunnen helpen en bijstaan dat er toch een pgb verstrekt kan worden. Om een pgb af te wijzen op overwegende bezwaren, moet er enige feitelijke onderbouwing zijn op grond waarvan afgewezen kan worden. Dit kan een medische onderbouwing zijn, maar ook het aantonen van schulden of eerder misbruik. De onderbouwing wordt in de beschikking vermeld. De bekwaamheid voor het hebben van een pgb wordt in samenspraak met de aanvrager getoetst, maar het oordeel van de gemeente is hierin leidend. Mocht de gemeente van oordeel zijn dat de jeugdige of zijn ouders (dan wel met hulp uit zijn sociale netwerk of van zijn vertegenwoordiger) niet bekwaam is voor het houden van een pgb, dan kan de gemeente het pgb weigeren. Dat is een beslissing van de gemeente waarop de jeugdige of zijn ouders vervolgens bezwaar kan maken. 2

2.2 Motivering door de jeugdige of zijn ouders De tweede voorwaarde betreft de motivering door de jeugdige of zijn ouders. Volgens de Jeugdwet (artikel 8.1.1, lid 2, sub b) dient de aanvrager te motiveren dat het bestaande aanbod van zorg in natura niet passend is en hij daarom een pgb wenst. Uit deze argumentatie moet duidelijk zijn dat de aanvrager zich voldoende heeft georiºnteerd op de voorzieningen in natura. Enkele concrete voorbeelden van argumenten die aanvragers redelijkerwijs in het kader van hun motivering kunnen aanvoeren om een pgb te willen ontvangen, zijn: als de ondersteuning of jeugdhulp door de aard van de beperking door een vaste hulpverlener moet worden geboden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een persoon met autisme of hechtingsproblematiek; als de godsdienstige gezindheid, levensovertuiging of culturele achtergrond van de aanvrager hiertoe aanleiding geeft. Dit kan een reden vormen voor cliºnten om te kiezen voor een pgb, omdat zij met het budget een aanbieder kunnen contracteren passend bij de eigen levensovertuiging. Een individuele voorziening in de vorm van een pgb wordt alleen verstrekt indien de jeugdige of zijn ouders dit gemotiveerd (in de aanvraag of in het verslag of ondersteuningsplan; als bedoeld in artikel 6 van de Verordening) aanvragen. Zij moeten motiveren dat het bestaande aanbod van zorg in natura niet passend is. Daarnaast moet in het plan duidelijk worden aangetoond dat de verstrekking van een pgb aantoonbaar leidt tot betere en effectievere ondersteuning. Ook dient de ondersteuning aantoonbaar doelmatiger te zijn. De gemeente beoordeelt of dit plan voldoet. In deze motivering moeten aanvragers laten zien dat ze hebben nagedacht over de zorgvraag en deze hebben uitgewerkt en geconcretiseerd. Tevens moet het doelbereik en daarmee de kwaliteit van de zorg te evalueren zijn. Het motivering van de aanvraag om een pgb bevat minimaal de volgende onderdelen: een probleemanalyse motivatie waarom een individuele voorziening niet passend is eigen kracht cq. eigen inzet van de ouders en het netwerk/familie de beoogde resultaten van de hulpverlening en ondersteuning waar en hoe de budgethouder de hulp en ondersteuning zal inkopen hoe de kwaliteit van de hulp en ondersteuning gewaarborgd is de verwachte / gewenste omvang en duur van de ondersteuning een begroting 2.3 Gewaarborgde kwaliteit van de dienstverlening De derde voorwaarde om in aanmerking te komen voor een pgb is dat de kwaliteit van de middels het pgb te verwerven ondersteuning naar het oordeel van het college gewaarborgd moet zijn. Voor de ondersteuning en zorg die wordt ingekocht met het pgb gelden dezelfde kwaliteitseisen als voor voorzieningen in natura 1. Kwaliteitseisen in de Jeugdwet Er geldt een zelfstandig kwaliteitsregime voor alle aanbieders van jeugdhulp. De reden hiervoor is dat het begrip jeugdhulp het brede spectrum omvat van lichtere vormen van jeugdhulp tot aan zware vormen van geestelijke gezondheidszorg en jeugdhulp die ingezet wordt in het kader van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering. 1 De kwaliteitseisen zijn niet van toepassing op uit pgb bekostigde ondersteuning door personen uit het sociaal netwerk van de budgethouder 3

In hoofdstuk 4 van de Jeugdwet staan de kwaliteitseisen beschreven die worden gesteld aan jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen. De wetgever acht een aantal kwaliteitseisen zo fundamenteel dat deze in de Jeugdwet uniform zijn vastgelegd. De volgende kwaliteitseisen gelden voor alle professionele jeugdhulpaanbieders: de norm van verantwoorde hulp, inclusief de verplichting om geregistreerde professionals in te zetten 2 ; gebruik van een hulpverleningsplan of plan van aanpak als onderdeel van verantwoorde hulp; systematische kwaliteitsbewaking door de jeugdhulpaanbieder; verklaring omtrent het gedrag (VOG) voor alle medewerkers van een jeugdhulpaanbieder, uitvoerders van kinderbeschermingsmaatregelen of jeugdreclassering; de verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling; de meldplicht calamiteiten en geweld; verplichting om de vertrouwenspersoon in de gelegenheid te stellen zijn taak uit te oefenen. Bij de contractering van de jeugdhulp heeft de centrumgemeente Breda in de contracten met zorgaanbieders kwaliteitseisen gesteld aan de te leveren diensten. Deze kwaliteitseisen zijn ook van toepassing op jeugdhulp welke bekostigd wordt uit een pgb. Aanbieders van jeugdhulp uit een pgb worden gevraagd te verklaren aan de gestelde kwaliteitseisen te voldoen. Deze verklaring dient aangeleverd te worden bij de zorgovereenkomst. 3. Beoordeling pgb Het besluit om wel of geen pgb af te geven wordt genomen door de gemeente (artikel 8 en 10 van de Verordening Jeugdhulp gemeente Drimmelen 2015). De bevoegdheid om dit besluit te mogen nemen is gemandateerd 3 aan de CJG co rdinator. Daarnaast kan er ook sprake zijn van een onafhankelijke, niet-gemeentelijke verwijzer 4. Ook voor de jeugdhulp, waarnaar door een niet-gemeentelijke verwijzer is verwezen, kan gekozen worden voor inzet in de vorm van een pgb. De niet-gemeentelijke verwijzer dient derhalve, evenals de gemeente, de mogelijkheid om te kiezen voor de verstrekking van een pgb ter sprake te brengen met ouders en jeugdigen en hen daarbij in begrijpelijke bewoordingen in te lichten over de gevolgen van die keuze. De niet-gemeentelijk verwijzer neemt vervolgens niet zølf een besluit over de toekenning van een pgb, dat doet de gemeente. De aanvraag voor een pgb wordt daarvoor overgedragen aan de co rdinator van het CJG, voorzien van reeds ingewonnen informatie en een advies inzake de aan-of afwezigheid van overwegende bezwaren. Het besluit tot toekennen, dan wel weigeren van een individuele voorziening in de vorm van een pgb is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waartegen een aanvrager in bezwaar kan gaan. 2 Zie voor uitzonderingen op deze kwaliteitseis Jeugdwet, Memorie van Toelichting, paragraaf 6.5 3 Mandaatbesluit van het college van burgemeester en wethouders van Drimmelen, d.d. 16 december 2014. 4 Naast de gemeente zijn ook huisartsen, jeugdartsen en medisch specialisten en de Gecertificeerde Instelling op grond van de Jeugdwet bevoegd om een individuele voorziening voor jeugdhulp in te zetten 4

3.1 Weigeren, herzien of intrekken van een pgb Weigeren van een pgb Volgens de Jeugdwet mag het college een pgb alleen weigeren voor dat deel dat het budget hoger is dan zorg in natura voor een vergelijkbare hulpvraag (artikel 8.1.1, lid 4, sub a, van de Jeugdwet) of indien naar het oordeel van het college niet is voldaan aan de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een pgb zoals genoemd onder punt 2 van deze beleidsregels (artikel 8.1.1 lid 2 van de Jeugdwet). Herzien / intrekken van een pgb Ingevolge artikel 8.1.4 van de Jeugdwet, en artikel 11 van de Verordening Jeugdhulp gemeente Drimmelen 2015, kan het college een pgb herzien, dan wel intrekken indien het college vaststelt dat: blijkt dat de jeugdige of zijn ouders onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid; de jeugdige of zijn ouders niet voldoet aan de aan het toekennen van een pgb verbonden voorwaarden (zie paragraaf 2 van deze beleidsregels); te verwachten valt dat de jeugdige of zijn ouders het pgb niet gebruikt of voor een ander doel gebruikt. Een pgb kan voorts niet worden verstrekt voor de volgende zorg- en ondersteuningsvormen: spoedeisende jeugdzorg de uitvoering van een kinderbeschermingsmaatregel en jeugdreclassering de uitvoering van jeugdhulp in een gesloten accommodatie met een machtiging Indien naast deze maatregelen aanvullend vrijwillige hulp nodig is, kan deze wel in een pgb worden verstrekt. 3.2 Inzetten sociaal netwerk of mantelzorgers In de aanvraag om een pgb, respectievelijk het gespreksverslag of het onderzoeksplan, van de jeugdige of zijn ouders kunnen zij de wens uitspreken om hun sociale netwerk of mantelzorgers in te willen zetten. In navolging van de rijksoverheid, is de gemeente Drimmelen van mening dat de beloning van het sociale netwerk in elk geval beperkt moet blijven tot die gevallen waarin het de gebruikelijke hulp overstijgt en dit aantoonbaar tot betere en effectievere ondersteuning leidt en aantoonbaar doelmatiger is dan zorg in natura. Ingeval hiervoor een pgb wordt aangevraagd, geldt hierbij dat slechts een pgb wordt verstrekt indien naar het oordeel van het college is gewaarborgd dat de in te kopen diensten veilig, doeltreffend en cliºntgericht worden verstrekt. Bij de beoordeling of inzet vanuit het sociale netwerk geoorloofd moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: Het gaat niet om gebruikelijke zorg 5 ; Er is sprake van langdurige, omvangrijke en frequente ondersteuning; Er is sprake van zorg en ondersteuning gericht op participatie en zelfredzaamheid. Inzet van het sociale netwerk als het gaat om ondersteuning gericht op gedragsverandering (behandeling) en verpleging uit pgb is in principe niet toegestaan, tenzij dit aantoonbaar beter, efficiºnter en doelmatiger is; 5 Gebruikelijke zorg zoals gedefinieerd en genormeerd in het CIZ protocol gebruikelijke zorg (2005) 5

Er moet sprake zijn van inkomstenderving van de hulpverlener. Iemand moet bijvoorbeeld (deels) zijn baan opzeggen om de ondersteuning te kunnen bieden; De hulpverlener heeft aangegeven dat het bieden van de ondersteuning voor hem niet tot overbelasting leidt. Daarnaast spelen de volgende factoren mee: Er is sprake van onplanbare 24-uurs ondersteuning en door de aard van de beperking kan alleen een bekende de ondersteuning leveren. Er zijn aantoonbare kosten verbonden zijn aan het leveren van de ondersteuning. 3.3 Beschikking pgb Indien een pgb wordt toegekend, dan wordt hiervoor een beschikking afgegeven. In de beschikking is opgenomen: wat de te verstrekken voorziening is en wat het beoogde resultaat daarvan is; welke andere of overige voorzieningen relevant zijn of kunnen zijn; welke kwaliteitseisen gelden voor de besteding van het pgb; wat de hoogte van het pgb is en hoe hiertoe is gekomen (omvang van de voorziening); wat de duur van de voorziening is waarvoor het pgb is bedoeld; de wijze van verantwoording van de besteding van het pgb. Een beschikking voor een pgb wordt voor de duur van maximaal 2 jaar afgegeven. Bij twijfel rondom de bekwaamheid van de pgb-houder om zelf zorg in te kopen of indien er sprake is van een niet-stabiel ziektebeeld, kan door het gebruik van een korte looptijd van de beschikking op korte termijn worden bekeken of de pgb-houder over de vaardigheden beschikt om een budget te houden of dat het pgb nog voorziet om een toereikende voorziening in te kopen. 4 Besteding pgb 4.1 De zorgovereenkomst De jeugdige of diens ouders aan wie een pgb middels een beschikking is verleend komt met de aanbieder een pgb-zorgovereenkomst overeen. In de zorgovereenkomst zijn ten minste afspraken opgenomen over de kwaliteit en het resultaat van de jeugdhulp, de inschakeling van het type hulpverlener (medewerker van cao zorgorganisatie, zzp er/andere zorgorganisatie of sociaal netwerk) en de wijze van declareren. De toetsing van de zorgovereenkomst op arbeidsrechtelijke zaken wordt uitgevoerd door SVB. De gemeente is verantwoordelijk voor de goedkeuring van de zorgovereenkomst, dit wordt uitgevoerd door het CJG 6. Daarbij worden zowel de inhoud als de financiºn beoordeeld. De tarieven in zorgovereenkomst worden getoetst aan de hoogte van de gedifferentieerde tariefstelling voor pgb diensten (zie paragraaf 7 van deze beleidsregels). 4.2 Voorwaarden voor besteding pgb De gemeente Drimmelen hanteert de volgende uitgangspunten bij besteding van een pgb: Er is geen verantwoordingsvrij bedrag. De vertegenwoordiger van de jeugdige verleent niet ook ondersteuning aan de jeugdige. In bepaalde situaties kunnen deze rollen toch door ØØn en dezelfde persoon vervuld worden. In dat geval zal op basis van de individuele situatie worden beoordeeld of er sprake is van onwenselijke vermenging van rollen. Voor pgb budgethouders met meerdere pgb s geldt dat schuiven tussen verschillende pgb budgetten niet is toegestaan, tenzij hierover afspraken zijn gemaakt het CJG. 6 Voor een pgb op grond van de Jeugdwet wordt de beoordeling van de zorgovereenkomst door het CJG uitgevoerd; e.e.a. op basis van het Mandaatbesluit van 16 december 2014. 6

Pgb budgethouders mogen vanuit het budget de volgende uitgaven wel doen (niet-limitatieve opsomming): Begeleiding van het plannen en structureren van de dag of week in zijn totaliteit. Weekendopvang. Het pgb mag worden besteed bij een aanbieder buiten de regio West Brabant Oost. Eventuele meerkosten als gevolg van deze keuze mogen niet betaald worden uit het pgb. Een pgb mag alleen na toestemming van het college besteed worden in het buitenland. Pgb budgethouders mogen vanuit het budget in ieder geval de volgende uitgaven niet doen (niet-limitatieve opsomming): Kosten voor bemiddeling; Kosten voor het voeren van een pgb-administratie; Kosten voor ondersteuning bij het aanvragen en beheren van het pgb; Contributie voor het lidmaatschap van Per Saldo, kosten voor het volgen van cursussen over het pgb, kosten voor het bestellen van informatiemateriaal; Eigen bijdragen van de budgethouder; Alle zorg en ondersteuning die onder een andere wet dan de Wmo en Jeugdwet vallen (andere voorziening of overige voorziening); Alle zorg en ondersteuning die onder een algemene voorziening en/of een algemeen gebruikelijke voorzieningen vallen; Alle zorg en ondersteuning (door aanbieders) buiten EU-landen. Controle op kwaliteit en financiºn is dan nauwelijks mogelijk. In aanvulling op bovenstaande stellen wij een Vergoedingenlijst pgb Jeugdhulp op. In deze lijst staan onderwerpen genoemd waarbij wordt aangegeven of, en zo ja onder welke voorwaarden, die uit pgb vergoed kunnen worden. Deze vergoedingenlijst is op hoofdlijnen gebaseerd op de vergoedingenlijst AWBZ 2014. 5 Uitbetaling, verantwoording en controle 5.1 Trekkingsrecht De financieel-administratieve afhandeling van het pgb gebeurt per 2015 verplicht voor alle pgb-houders door de SVB in de vorm van trekkingsrecht. Dit houdt in dat de gemeente het pgb niet op de bankrekening van de budgethouder stort, maar op rekening van het servicecentrum pgb van de SVB. De budgethouder laat via declaraties of facturen aan de SVB weten hoeveel uren hulp zijn geleverd en de SVB zorgt vervolgens voor de uitbetaling van de zorgverlener. De niet bestede pgb bedragen worden door de SVB na afloop van de verantwoordingsperiode terugbetaald aan de gemeente. 5.2 Verantwoording De verantwoording wordt voor budgethouders eenvoudiger, doordat de gemeente vooral vooraf toetst, het geld alleen besteed kan worden aan wat is afgesproken (toets SVB bij betalen facturen) en gemeenten steeds inzage hebben in de bestedingen. Naast de verantwoording over het bestede bedrag aan de SVB, dienen de jeugdige of zijn ouders in een (tussen)evaluatie van het ondersteuningsplan ook aan te geven wat de behaalde resultaten zijn van de met het persoonsgebonden budget ingekochte begeleiding of behandeling en of deze voldoet aan de daaraan verbonden voorwaarden, waaronder de vraag of de ingekochte ondersteuning aan de kwaliteitseisen voldoet. Deze tussentijdse evaluatie wordt behandeld door het CJG. 7

5.3 Controle Het periodiek heroverwegen van de beschikking is een middel om fraude en oneigenlijk gebruik tegen te gaan. Zo kan het zijn dat jeugdige of zijn ouders bewust of onbewust het budget heeft gebruikt voor een ander doel dan waarvoor het pgb is afgegeven. Deze vorm van heroverweging kan in de praktijk vormgegeven worden door bijvoorbeeld steekproefsgewijze controles uit te voeren of signalen te hanteren die op oneigenlijk gebruik of fraude zouden kunnen wijzen. De gemeente controleert de besteding van persoonsgebonden budgetten per kalenderjaar. Bij onderbesteding >25% volgt een onderzoek naar de oorzaak van de onderbesteding. 6 Beºindiging pgb De toekenning van een pgb wordt beºindigd wanneer: uit de gegevens van de SVB blijkt dat binnen een half jaar geen besteding van het pgb heeft plaatsgevonden. In overleg met de jeugdige of diens ouders vindt beºindiging of omzetting naar een individuele voorziening in natura plaats; de jeugdige verhuist naar een andere gemeente; de jeugdige overlijdt; als de indicatieperiode of geldigheidsduur is verstreken; als de jeugdige of diens ouders aangeeft dat zijn situatie is veranderd en (de gemeente) vaststelt dat de voorziening niet meer voldoet; de budgethouder geen verantwoording aflegt; de budgethouder zijn pgb laat omzetten naar een individuele voorziening in natura. 7 Hoogte van het pgb en tarieven De hoogte van persoonsgebonden budget is afgeleid van de tarieven waarvoor het college deze diensten heeft gecontracteerd bij verstrekking van de individuele voorziening in natura (ook wel ZIN, zorg in natura, genoemd). Daarbij geldt in beginsel dat een pgb maximaal de kosten van de individuele voorziening in natura mag bedragen. 7.1 pgb voor jeugdhulp Het college stelt de pgb tarieven voor Jeugdhulp gedeeltelijk lager vast dan de tarieven voor een individuele voorziening in natura. Reden is dat er in geval van het besteden van het pgb in het algemeen sprake is van lagere overheadkosten (doordat het vaak gaat om kleinere organisaties of zelfstandige professionals met minder overhead dan zorg in natura-aanbieders en omdat de pgb-houder zelf co rdinerende activiteiten uitvoert) en omdat het pgb-proces minder administratieve lasten met zich mee brengt dan het zorg in natura-proces. De pgb tarieven voor jeugdhulp worden als volgt bepaald: Bij jeugdhulp door een aanbieder met medewerkers in loondienst met de voor de sector toepasselijke cao (veelal VVT), kan het maximum (100% van ZIN) pgb tarief worden ontvangen. Bij jeugdhulp door een zzp er of zorgorganisatie die een lagere cao hanteert kan het maximum pgb tarief - 15% worden ontvangen. Bij jeugdhulp door iemand uit het sociaal netwerk kan het maximum pgb tarief - 40% worden ontvangen. Hierbij geldt voorts een maximumtarief van 20,- per uur en bij kortdurend verblijf maximaal 30,- per etmaal 7. De genoemde kortingspercentages voor hulp door zzp-ers, zorgorganisaties met een lagere cao en door personen uit het sociaal netwerk gelden als uitgangspunt bij toetsing 7 Tariefstelling overeenkomstig pgb tarief Wet langdurige zorg voor hulp van niet professionele zorgverleners 8

van het pgb bestedingsplan. Indien de belanghebbende burger kan aantonen dat in zijn situatie het pgb-tarief inclusief kortingspercentage niet toereikend is om passende ondersteuning in te kopen, kan aanpassing plaatsvinden. De tarieven ZIN vormen de maximale hoogte van vergoedingen uit pgb. Jeugdhulp door aanbieder met reguliere CAO Jeugdhulp door ZZP-er of aanbieder met lagere CAO Tariefstelling Maximaal tarief ZIN Maximaal tarief ZIN 15% Jeugdhulp door niet professionele hulpverlener Maximaal tarief ZIN 40% 8 Overgangsrecht Inwoners met een doorlopende indicatie begeleiding (AWBZ) in 2015, behouden hun huidige pgb-vergoeding tot uiterlijk 1 januari 2016 tenzij de indicatie eerder afloopt. 9 Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking met ingang van 1 januari 2015. 9