... haar helpt een toekomst op te bouwen Maatschappelijk Werk en Dienstverlening MWD voltijd de opleiding en het werkveld
Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD) voltijd Bij sommige mensen gaat het leven van een leien dakje. Anderen leven met werkloosheid, met een handicap, met opvoedings- of relatieproblemen of met het ouder worden. Mensen kunnen in zo n situatie depressief, verdrietig of opstandig worden. Dit kan verergeren door oplopende schulden, geweld, verslaving of isolement. Ze weten vaak niet hoe ze eruit moeten komen. Jij wilt iets kunnen betekenen. Voor mishandelde vrouwen. Alleenstaande ouders. Jongeren met problemen. Daklozen. Vluchtelingen of ouderen. Niet alleen de aard van de problemen verandert maar ook de maatschappij. Bovendien wordt de cliënt mondiger. Verwachtingen worden uitgesproken en zorg op maat is geboden. Een ontwikkeling die prima aansluit bij de stroming outreachend werken : niet wachten tot de hulpvraag naar je toekomt, maar er zelf op uit gaan om potentiële hulpvragers te vinden en je diensten aan te bieden. Studie De opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening aan De Haagse Hogeschool leidt op tot Bachelor of Social Work. Je ontwikkelt je tot maatschappelijk werker, waardoor je breed inzetbaar bent in alle beroepen waarin het begeleiden van mensen met problemen centraal staat. Opbouw De opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening bestaat uit een propedeuse van één jaar en een hoofdfase van drie jaar. In de propedeuse word je bewust gemaakt van jouw persoonlijke leer- en beroepsopvattingen. Je ontdekt welke keuzemogelijkheden (minors) interessant zijn voor jouw hoofdfase. In het tweede jaar bereid je je verder voor op de beroepspraktijk, door onder meer hulpverleningsplannen te ontwerpen en uit te voeren, en een plan van aanpak te analyseren, ontwerpen én toetsen. Het gehele derde jaar loop je stage; het vierde jaar staat in het teken van verdieping. Je sluit je opleiding af met de Bachelorproef. Meer informatie vind je op de website.
Inhoud De opleiding bestaat voor een deel uit projectonderwijs, waarin je met een groep medestudenten een probleem aanpakt of een opdracht uitvoert. Terwijl je bezig bent met een praktijkvraagstuk, doe je meteen diepgaande theoretische kennis op van het vak en de vaardigheden die daarbij horen. Zo versterken theorie en praktijk elkaar. Een deel van de competenties en vaardigheden overlapt de drie hoofdrichtingen van de Academie voor Sociale Professies. In de minoren werk je samen met studenten CMV en SPH, waardoor je ook een beeld krijgt van de andere werkvelden in de zorg. Het vierjarige programma bestaat uit verschillende fases. Per jaar formuleer je jouw doelen en bekijk je welke competenties je moet bereiken. Je bent voortdurend bezig met het ontdekken, ontwikkelen, verbreden en verdiepen van jouw competenties. In het eerste jaar voer je projecten en opdrachten uit en volg je de lessen die daarbij horen zoals psychologie, sociologie, filosofie en recht. Je ontwikkelt beroepsvaardigheden zoals communicatie en gesprekvoering, je leert samenwerken en organiseren en je leert hoe hulpverlening werkt, van intake tot afsluiting. Je krijgt ook vakken als studievaardigheden, drama, diversiteit en oriëntatie op levensloop en ontwikkeling. Aan het einde van het eerste jaar weet je wat maatschappelijk werk en dienstverlening inhoudt en heb je inzicht gekregen in de mogelijkheden van MWD en in de andere beroepen binnen het werkveld van de Sociale Professies. de beroepsvoorbereiding. Je ontwerpt hulpverleningsplannen en voert die ook uit en leert onder meer hoe je een plan van aanpak analyseert, ontwerpt én toetst. Halverwege het jaar begin je met de voorbereidingen voor de stage in het derde jaar. Stages Wat voor veel beroepen geldt, maar in het bijzonder voor een van de sociale professies, is dat je het vak alleen leert door veel te oefenen. Daarom zijn stages, net als het projectonderwijs, belangrijk in de opleiding. De eerste stage loop je tijdens de propedeuse: een oriëntatiestage van één dag per week gedurende een half jaar. In het tweede jaar bereid je je voor op de derdejaars stage, met (onder meer) werkbezoeken bij instellingen waar je mogelijk stage wilt lopen. Tijdens de derdejaars stage ben je het hele studiejaar door, vier dagen per week aan het werk, en ben je één dag per week op school voor het volgen van ondersteunend onderwijs. In het stagejaar leer je de praktijk grondig kennen met een stage die het hele jaar duurt en waarin je alle tot dan toe verworven kennis en vaardigheden echt kunt toepassen. Aan het eind van deze stage ben je in staat om zelfstandig te functioneren binnen een instelling en hulp te verlenen. Het is mogelijk om stage in het buitenland te lopen. Ook in het tweede jaar werk je voornamelijk aan (project-)opdrachten die gericht zijn op
Afstuderen Het vierde en laatste jaar is een verdiepingsjaar, waarin je verder werkt aan je professionele vorming. Je leert je kennis en vaardigheden toe te passen in steeds ingewikkelder situaties. De Bachelorproef is het sluitstuk van je opleiding. In de proef gaat het om de zelfstandige aanpak van een vraag of probleem in de beroepspraktijk, in opdracht van een werkveldinstelling. Je verwerft zelf een opdracht, je doet onderzoek, analyseert een probleem en bedenkt vervolgens een oplossing. Zo laat je zien dat je op hboniveau kunt werken aan opdrachten, en dat je kunt reflecteren op je beroep en beroepsvorming. De presentatie van je bevindingen, onder andere aan je opdrachtgever, vormt het eindexamen. Thema s gedurende de opleiding zijn bijvoorbeeld: Jeugd op school Schuldhulpverlening Wonen, zorg en welzijn (oudere mensen) Diversiteit en sociologie Marginalisering Social Work Studielast en studieduur Reken voor de studie op een volledige werkweek. Naast de projecten, practica en theorielessen (samen goed voor ongeveer 16 uur per week) moet je nog zo n 20 uur per week zelfstandig studeren. Tijdens de stages ben je een groot deel van de week aan de slag en heb je een terugkomdag op school. In principe duurt je opleiding bij zo n studietempo vier jaar. Mbo ers met de juiste opleiding kunnen in aanmerking komen voor een verkorte route. Meer informatie over verkorte routes vind je op de website. Werk en beroep Bij Maatschappelijk Werk en Dienstverlening word je breed opgeleid en leer je praktijkgericht te werken. Na je afstuderen heb je zoveel vaardigheden in huis dat alle beroepen waarin het begeleiden van mensen met problemen centraal staat, voor jou interessant kunnen zijn. Of je nu bij de Kinderbescherming aan de slag wilt, of sociaal raadsliedenwerk gaat doen; als afgestudeerd MWD er kom je goed beslagen ten ijs. Meer informatie over werk en beroep vind je op de website.
Studenten aan het woord Moniek Dubar Jethoe 4e-jaars student Maatschappelijk Werk en Dienstverlening,,Toen ik vorig jaar stage liep bij de Raad voor de Kinderbescherming dacht ik wel eens bij mezelf: in wat voor wereld leven we! Ik ontmoette jongeren die in omstandigheden leven die ik, vanuit mijn gelukkige jeugd, helemaal niet ken. Dat heeft mijn ogen echt geopend. Het mooie van de studie Maatschappelijk Werk en Dienstverlening is dat het er uiteindelijk om draait dat je mensen helpt, of het nu om ouderen, verslaafden, gehandicapten of jongeren gaat. Tijdens mijn stage wist ik een meisje zó op haar gemak te stellen dat ze uiteindelijk durfde te praten over het huiselijk geweld binnen haar gezin. Daarna heeft dat gezin hulp gekregen. Je moet de passie hebben om echt in de problemen van mensen te duiken. Layla Tromp Meesters, 2e-jaars student Maatschappelijk Werk en Dienstverlening,,Bij Maatschappelijk Werk en Dienstverlening leer je hoe je cliënten zelf een oplossing kunt laten vinden voor hun problemen. Het is dus zeker niet zo dat je de problemen allemaal voor je cliënten gaat oplossen. Direct in het eerst jaar heb ik al stage gelopen in de verslavingszorg, een pittige stage maar wel enorm leerzaam. Eigenschappen die goed van pas komen bij deze studie zijn: een goed inlevingsvermogen, zelfredzaamheid en nuchterheid. Je moet goed kunnen luisteren, maar je niet door de problemen van anderen laten meeslepen. Je krijgt zeker niet alleen maar psychologielessen tijdens je studie, maar ook bijvoorbeeld dramalessen en we hebben geleerd hoe je een film kunt maken. Heel interessant, ik ga altijd met heel veel plezier naar school.
Ervaringen uit het werkveld Marianne Versteeg Raad voor de Kinderbescherming Erwin Beune Parnassia Bavo Groep, Brijder Verslavingszorg,,Als stagiaires hier beginnen, voelen ze zich vaak een groentje. Niet zo gek, de doelgroep dak- en thuislozen is best lastig. Veel cliënten kampen met psychiatrische problemen en/ of verslavingen. Ik zie stagiaires in de loop van het jaar echter enorm groeien en een rol in het team krijgen. Stagiaires MWD worden hier altijd gekoppeld aan een maatschappelijk werker. In het eerste half lopen ze vaak met hem of haar mee. In de het tweede gedeelte van het jaar krijgen ze de kans om ook zelfstandig cliënten te zien. Studenten doen hier gesprekstechnieken op en leren samenwerken. Bijna iedere stagiaire heeft in het stagejaar wel een moment dat hij aan zichzelf twijfelt, maar met de juiste begeleiding komen ze daar sterker uit.,,je moet wel tegen een stootje kunnen als je bij ons stage komt lopen. Studenten gaan bij ons meestal aan de slag als raadsonderzoeker. Dit betekent dat zij jongeren, die een strafbaar feit hebben gepleegd, een standaard vragenlijst moeten voorleggen. Aan de hand van deze vragenlijst brengt de raadsonderzoeker een advies aan de rechtbank uit over de straf, zoals een taak- of leerstraf of detentie. In het begin loop je als stagiaire met een raadsonderzoeker mee, later voer je ook zelfstandig onderzoeken uit. We geven de stagiaires veel feedback en vinden het belangrijk dat ze hier ook iets mee doen.
... van hem een makkelijke jongen maakt
Geprikkeld? Geprikkeld? Voor meer informatie over de opleiding MWD vt kijk je op dehaagsehogeschool.nl/mwd