De Geefwet en donaties aan cultuur in Nederland *1. René Bekkers, r.bekkers@vu.nl Saskia Franssen, s.e.franssen@vu.nl



Vergelijkbare documenten
Ontwikkelingen in giften, sponsoring en andere inkomsten van culturele instellingen in Nederland

Wat we al weten Het onderzoek naar effecten van veranderingen in overheidssubsidies op geefgedrag is kort samengevat in onderstaande figuur.

Culturele instellingen in Nederland

Special: De multiplier in de Geefwet en het geven aan cultuur

Geven in Nederland 2017

Gulle gevers? Private bijdragen aan cultuur in Nederland 1

Verslag opinieonderzoek validatiestelsel

Samenvatting resultaten onderzoek De vermogende gever

Geven in Nederland 2007

Nederland. Culturele instellingen in. Veranderingen in geefgedrag, giften, fondsenwerving en inkomsten tussen 2011 en 2014

Symposium. Kiezen om te delen. Filantropie in tijden van economische tegenwind. Presentatie van. Geven in Nederland 2013.

Samenvatting van de belangrijkste bevindingen

Nederland geeft vrijwillig 0,85% van het bruto binnenlands product (bbp).

Steun de. Musea! Mogelijkheden voor particulieren

Sport, daar geef je om en vrijwillige bijdragen aan sport

Filantropie voor de Sport

DE GEEFWET (E.A.) VOOR CULTURELE INSTELLINGEN VANAF 2012

Stichting Pajong. Jaarplan Stichting Pajong

Stichting Pajong. Jaarplan Stichting Pajong

Geven in Nederland 2015

Vragen&Antwoorden particulieren

GEEFWET, ANBI-STATUS EN VENNOOTSCHAPSBELASTING

GEEFWET, ANBI-STATUS EN VENNOOTSCHAPSBELASTING

Financieel jaarverslag Begroting Stichting de Vleugeltjes

Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel

WIE IS DE NIET-WESTERSE ALLOCHTONE GEVER?

BELASTINGVOORDELEN VOOR CULTURELE INSTELLINGEN IN BELASTINGPLANNEN 2012

Kies de rol die bij u past. We verwelkomen u graag als lid van de Shakespeare Kring. Geniet naast uw theaterbezoek van aantrekkelijke privileges.

BELEIDSNOTA

Bisschop Bluyssen Fonds

Jaarrekening Stichting Wierde Breda

80% VAN DE NEDERLANDERS TYPEERT ZICH ALS GOEDE-DOELENGEVER,

STICHTING KUNSTFONDS VINCENT VAN GOGHHUIS ZUNDERT

Special: Fondsenwerving in tijden van crises 1

Beleidsplan 2014 Stichting Fonds Welkomhuis

INHOUDSOPGAVE. Verslag bestuur. 2. Balans per 31 december Staat van baten en lasten over 2012

DE GEEFWET (E.A.) VOOR CULTURELE INSTELLINGEN VANAF 2012

6 Inhoud. 5 Voorwoord. 7 Sectoronderzoek. 16 Goede doelen over welzijn en samenleving. 25 Vijf goede doelen in het kort

Geven door huishoudens

Beleidsplan Stichting Gelukskoffer

CBF 8 december 2011 Prof. dr. Sigrid Hemels. Geefwet en de gevolgen voor fondsenwervende instellingen

VKCR-bijeenkomst Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI s) Najaarsbijeenkomst Vereniging Kunst, Cultuur en Recht 27 november 2015

.., Algemene Rekenkamer. BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Gen era a Binnenhof AA Den Haag

Geven door huishoudens

DRIE DIRECTEUREN VAN GOEDE DOELEN OVER HUN KEUZES

Samen kunnen we meer, samen doen we meer. Contactdag 12 november 2011

erfenissen die zij gebruikt voor een sociaal belang. Overleg met uw adviseur over de voorwaarden voor een SBBI.

Thema ANBI Netwerkbijeenkomst Instituut Fondsenwerving FI. Jack van Tilborg. Belastingdienst Team ANBI s-hertogenbosch.

FINANCIEEL VERSLAG 2014

versie van dit stuk en Sigrid Hemels en Frans Nijhof voor enkele correcties van feitelijke onjuistheden.

Jubileumspecial: Twintig jaar Geven in Nederland

Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door onderzoeksbureau Kien Onderzoek.

Crowdfunding: een nieuwe inkomstenbron voor de culturele sector? *1. René Bekkers, Claire van Teunenbroek, Irma Borst, Gijsbert Koren en Merel Keuper

Fondsaanvragen: succesfactoren & valkuilen. Luuk van Term 10 november 2014

Structurele Sponsor- en Fondsenwerving Kansen & hobbels

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tip! Een culturele instelling kan gebruikmaken van de winstvrijstelling, ook als gekozen is voor volledige belastingplicht.

Bestuursverslag Statutaire naam 2 Doelstelling 2 Samenstelling bestuur 2 Verslag Financiële vooruitblik Begroting

De evolutie van de partijfinanciering op het niveau van de Europese Unie ( )

Gedragseffecten van de Geefwet 1 Rene Bekkers & Elly Mariani Filantropische Studies, Vrije Universiteit Amsterdam

JAARREKENING Vastgesteld d.d. 4 september Stichting Chassé Cultuur Fonds Claudius Prinsenlaan DK Breda. Postbus BC Breda

Gebruik van de giftenaftrek in Nederland,

Jaarrekening Stichting Samay Den Haag

BELEIDSPLAN

Nico van Dijk, voorzitter; Janny van de Werfhorst-Mulder, secretaris; Martin van Dorp, penningmeester; Wim Balfoort; Fenna Frens en Jan-Paul Timmer

Versie : 1.0 Datum : 10 april Beleidsplan 2017 Goedgekeurd door het bestuur op

Meting september 2013

FINANCIEEL JAARVERSLAG 2013

Gemeenten en de ANBI (algemeen nut beogende instelling) status.

DIT IS EEN UITGAVE VAN

Schenkwijzer: uw mogelijkheden om te doneren

Jaarrekening Stichting Nativitas Horst

Propositie Fondsenwerving

Geven in Nederland 2009

GEEFWET, BELASTINGPLAN EN OVERIGE FISCALE MAATREGELEN 2012

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

Beleidsplan. stichting Hof van Nagele. beleidsplan - stichting Hof van Nagele - Revisie 2912_A12

Stichting Park Lusthof (SPL) is opgericht op 15 juli 2011 en heeft beschikking over ANBI status (Algemeen Nut Beogende Instelling).

Nieuwsbrief van de Historische Vereniging/ september 2013

Quick Scan BIS-instellingen

Beleidsplan. Festivals Tegen Dierenleed. Versie 1.1 Jasper Coolen. Festivals Tegen Dierenleed

Inhoud. Beleid en resultaten Op het gebied van lotgenotencontact Op het gebied van voorlichting Op het gebied van stimuleren van onderzoek

Trendbreuk in rijksuitgaven

UITSLAGEN WONEN ENQUÊTE

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur'

Jaarrekening Bridgeman Foundation Zwolle

JAARVERSLAG 2016 STICHTING CHILDREN'S FOODURE NAARDEN INHOUD 1

VRIENDEN VAN DE FIRMA VAN DRIE BELEIDSPLAN

ANBI Stichting Mecenas PLT Publicatie vóór 1 juli 2015

Inhoud. Beleid en resultaten Op het gebied van lotgenotencontact Op het gebied van voorlichting Op het gebied van stimuleren van onderzoek

Doel: Schoolschaak in Rotterdam promoten en ondersteunen

Private financiers voor cultuur Hoe vind en verleid je de particuliere gever?

Financieel Jaarverslag Stichting Ministries Argentinas

Stichting Vechtgenoten Postbus AE Ommen. de jaarrekening over het boekjaar van Stichting Vechtgenoten

Jaarrekening Bridgeman Foundation statutaire vestigingsplaats

Inhoud. Voorwoord van de voorzitter

Tweeënveertig vragen aan het Prins Bernhard Cultuurfonds. Informatie over organisatie, financiën en fondsenwerving

Verhoging assurantiebelastingtarief

HOOFDSTUK 6 DE ACHT MOTIEVEN VOOR GEEFGEDRAG: WAAROM GEVEN MENSEN GELD AAN GOEDE DOELEN? 1 Pamala Wiepking en René Bekkers

CBS: Lichte toename werkenden, minder werklozen

Transcriptie:

De Geefwet en donaties aan cultuur in Nederland *1 René Bekkers, r.bekkers@vu.nl Saskia Franssen, s.e.franssen@vu.nl Sinds giften aan culturele instellingen fiscaal gezien aantrekkelijker zijn geworden, zou je misschien verwachten dat de Nederlanders meer zijn gaan geven aan culturele instellingen. Maar is dat ook zo? In 2012 is de Geefwet ingevoerd. Een belangrijk onderdeel van deze wet is de multiplier voor giften aan culturele instellingen, die deze verhoogd aftrekbaar heeft gemaakt. Toch is cultuur een weinig populair doel om aan te geven. Veel Nederlanders zien de financiering van cultuur namelijk als een overheidstaak. De bezuinigingen op culturele instellingen die de afgelopen jaren zowel op landelijk als op gemeentelijk niveau hebben plaatsgevonden, hebben het belang van inkomsten uit fondsenwerving vergroot. Hoe is het geefgedrag de afgelopen jaren veranderd? Zijn huishoudens, vermogende particulieren en bedrijven in Nederland meer gaan geven aan culturele instellingen? Bronnen van giften aan cultuur Om maar meteen antwoord op deze vraag te geven: Nederlanders zijn de afgelopen jaren niet meer gaan geven aan cultuur. Tabel 1 laat zien dat de giften aan cultuur in Nederland in 2013 op ongeveer hetzelfde niveau liggen als in 2011. De bijdragen van bedrijven in de vorm van sponsoring en giften zijn gedaald van 124 miljoen naar 80 miljoen euro. Deze daling lijkt deels gecompenseerd door een stijging van de bijdragen van huishoudens en van fondsen. De bijdragen van fondsen zijn gestegen van 69 miljoen naar 79 miljoen euro. 2 Ook de waarde van de bijdragen van huishoudens lijkt gestegen, maar het is te vroeg om deze in 2013 als een duurzame stijging te interpreteren. 3 De bijdragen van kansspelen zijn ongeveer gelijk gebleven, en die van erflaters aan culturele instellingen in de vorm van nalatenschappen fluctueren sterk van jaar tot jaar. * Deze bijdrage verscheen in Boekman #103 (juni 2015).

2005 2007 2009 2011 2013 Bedrijven 135 235 296 124 80 Huishoudens 31 24 33 26 57 Fondsen 125 82 76 69 79 Kansspelen 33 38 46 68 63 Erflaters 2 7 2 6 3 Totaal 326 386 453 293 281 Tabel 1: Bijdragen aan cultuur, 2005-2013 (in miljoenen euro s). Bron: Bekkers et al. (red.) (2015), tabel 12.1. Uit ons onderzoek blijkt dat het percentage van de huishoudens dat geeft aan cultuur nog steeds laag is en nauwelijks is veranderd in 2013. Net als in 2011 geeft 11 procent van de huishoudens in Nederland aan cultuur. Dit percentage is beduidend lager dan het percentage van vermogende Nederlanders dat geeft aan cultuur. 4 In 2013 gaf 36 procent van de vermogende Nederlanders geld aan cultuur. Dit percentage was in 2011 nog 33 procent. Omdat vermogende Nederlanders vaker geven aan cultuur en bovendien hogere bedragen, zijn zij een belangrijke groep donateurs voor culturele instellingen. Het gemiddelde bedrag dat vermogende Nederlanders per huishouden geven aan cultuur ligt in 2013 lager dan in 2011: 742 euro, respectievelijk 1264 euro. In 2013 gaf de helft van de vermogende culturele gevers meer dan 100 euro. Dit bedrag is niet veranderd. Het voorgenomen geefgedrag in het komende jaar onder vermogende particulieren is negatief: 28 procent zegt minder te zullen gaan geven aan cultuur. 69 procent geeft aan hetzelfde te blijven geven. Slechts 3 procent is van plan meer te gaan geven aan cultuur in 2015. De multiplier in de Geefwet Deze resultaten staan haaks op de verwachting dat de multiplier in de Geefwet culturele giften zou verhogen. De multiplier is een belangrijk onderdeel van de Geefwet en maakt giften aan cultuur verhoogd aftrekbaar. Particulieren mogen giften aan instellingen die als culturele Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI) zijn aangemerkt 5 met 1,25 vermenigvuldigen (tot

een maximum van 5000 euro), en voor bedrijven geldt de factor 1,5 (tot maximaal 50 procent van de winst of 100.000 euro). Door de multiplier kan een particulier die 1000 euro schenkt bij een belastingtarief van 52 procent tegen gelijkblijvende kosten 1371 euro schenken. De multiplier in de Geefwet lijkt vooralsnog geen effect te hebben op het geefgedrag omdat veel vermogende particulieren niet goed op de hoogte zijn van de verhoogde aftrekbaarheid. Maar liefst de helft van de vermogende particulieren was van mening dat giften aan cultuur door de Geefwet juist verminderd of in het geheel niet meer aftrekbaar zouden zijn. Vermogende particulieren die denken dat de Geefwet giften aan cultuur wel verhoogd aftrekbaar heeft gemaakt, geven aanzienlijk vaker aan cultuur. Zij zijn ook minder vaak van plan om hun giften aan cultuur te verlagen (18 procent, tegen 38 procent onder vermogende particulieren die denken dat culturele giften verminderd of in het geheel niet langer aftrekbaar zijn) en zijn vaker voornemens om meer te gaan geven aan cultuur (6 procent tegen 1 procent). Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is in 2012 onder de titel Cultuur, daar geef je om een publiekscampagne gestart om Nederlanders bewust te maken van de mogelijkheid fiscaal aantrekkelijk aan cultuur te schenken. Culturele instellingen konden van het materiaal uit deze campagne gebruikmaken om hun donateurs te informeren over de verhoogde aftrekbaarheid van culturele giften. De multiplier werd weliswaar per 1 januari 2012 ingevoerd, maar kon pas met terugwerkende kracht vanaf maart 2013 worden toegepast omdat de Europese Commissie er goedkeuring voor moest geven. Veel culturele instellingen hebben daarom met promotie van de mogelijkheden van de multiplier gewacht. Culturele instellingen hebben een belangrijk aandeel in de werking van de multiplier, die nog van kracht zal zijn tot 2017. Nu de economie aantrekt en het consumentenvertrouwen stijgt, kunnen de instellingen de verhoogde aftrekbaarheid met meer kans op succes onder de aandacht van donateurs brengen. Daarnaast is er door de Geefwet voor culturele instellingen ook meer ruimte gekomen om commerciële activiteiten te ontplooien. Hoewel deze ruimte nog steeds beperkt is, kunnen instellingen wel hun inkomsten meer diversifiëren en zo een afname van subsidie (gedeeltelijk) opvangen. Inkomsten uit fondsenwerving, subsidies en overige bronnen Uit de jaarverslagen van 22 grote culturele instellingen 6 die zich actief bezighouden met fondsenwerving, blijkt dat de inkomsten hieruit sinds de invoering van de Geefwet zijn gestegen

(zie tabel 2), net als de inkomsten uit overige bronnen (waaronder entreegelden en commerciële activiteiten). De inkomsten uit subsidies zijn voor deze selecte groep van grote culturele instellingen na een kleine teruggang in 2012 in 2013 weer gestegen. In het rapport van de Rekenkamer over de effecten van de bezuinigingen op cultuur zien we dat deze lichte stijging van subsidies alleen betrekking heeft op de musea (Algemene Rekenkamer 2015). Tevens geeft het inzicht in de ontwikkeling van de eigen inkomsten van culturele instellingen. Helaas biedt het rapport geen kijk op de inkomsten uit fondsenwerving, sponsoring en giften. 2011 2012 2013 Fondsenwerving 23,3 27,4 34,8 Subsidies 29,3 28,0 32,1 Overige bronnen 95,4 136,7 114,1 Totale inkomsten 148,0 192,1 181,0 Tabel 2: Inkomsten uit fondsenwerving, subsidies en overige bronnen van de 22 culturele instellingen (in miljoenen euro s). Bron: Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) 7 Terwijl tabel 2 laat zien dat de inkomsten van deze grote culturele instellingen sinds 2011 zijn gestegen, hebben kleinere instellingen vaak te maken gekregen met teruglopende subsidies. Zij hebben moeite om dit gat op te vullen met extra eigen inkomsten uit bijvoorbeeld fondsenwerving of sponsoring. Een groot gedeelte van deze instellingen is klein tot middelgroot en heeft vaak vooral vrijwilligers in dienst en minder betaalde medewerkers. De organisatiecapaciteit binnen deze instellingen is dan niet toereikend om extra te investeren in het genereren van eigen inkomsten of expertise. Voor een groot deel waren ze afhankelijk van overheidssubsidie en hebben ze zich voorafgaand aan de bezuinigingen niet of weinig beziggehouden met fondsenwerving en het genereren van eigen inkomsten. Bij de grotere culturele instellingen zijn bezuinigingen gemakkelijker op te vangen doordat zij meer inkomsten genereren, deze meer gediversifieerd zijn en een grotere organisatiecapaciteit hebben. Deze instellingen zijn ook vaak professioneler en hebben meer expertise op het gebied van fondsenwerving, marketing en communicatie.

Onze verwachting is dat de instellingen die voorafgaand aan de invoering van de Geefwet al ervaring hadden met het genereren van eigen inkomsten en de instellingen die zich daar sinds de invoering meer mee zijn gaan bezighouden, vaker een toename in de inkomsten zullen hebben gerealiseerd dan instellingen die hier nog geen ervaring mee hebben. We verwachten ook dat dit vooral de culturele instellingen zijn met meer organisatiecapaciteit en mogelijkheden om te investeren in het genereren van eigen inkomsten. De kleinere instellingen met minder organisatiecapaciteit, en met name de instellingen die te maken hebben (gehad) met bezuinigingen, zullen het moeilijker hebben gekregen om meer eigen inkomsten te genereren. 8 Literatuur Algemene Rekenkamer (2015) Bezuiniging op cultuur: realisatie en effect : achtergronddocument 12 februari 2015. Den Haag: Algemene Rekenkamer. Bekkers, R., Schuyt, Th.N.M. en B.M. Gouwenberg (red.) (2015) Geven in Nederland 2015: giften, sponsoring, legaten en vrijwilligerswerk. Amsterdam: Reed Business. René Bekkers is bijzonder hoogleraar Prosociaal Gedrag en leidt de Werkgroep Filantropische Studies aan de Vrije Universiteit Amsterdam Saskia Franssen is onderzoeker aan dezelfde Werkgroep Filantropische Studies aan de Vrije Universiteit Amsterdam 1 Dit artikel is gebaseerd op Bekkers et al. (red.) (2015). De publicatie wordt gefinancierd door het ministerie van Veiligheid en Justitie. Het onderzoek naar de multiplier is mede gefinancierd door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. 2 Deze bijdragen zijn het resultaat van een optelsom van de bestedingen van 141 fondsen, waarvan 137 hun gegevens hebben gerapporteerd en van de overige 4 de data aan de hand van secundaire analyse zijn toegevoegd. Deze bijdragen betreffen geen gegeneraliseerde bijdragen. 3 Deze schatting wordt sterk beïnvloed door een uitschieter in de gegevens. Hoewel er geen reden is voor twijfel aan de validiteit van het gerapporteerde bedrag, is bij de interpretatie van het bedrag in trendanalyses voorzichtigheid geboden. Zonder deze uitschieter is het totaalbedrag 22 miljoen euro. Het betreft hier een gegeneraliseerd bedrag. 4 In het onderzoek worden deelnemers uit huishoudens met een vrij beschikbaar vermogen van 50.000 euro of meer als vermogende Nederlanders beschouwd. 5 In januari 2015 waren dit er ongeveer 5.300. 6 Onder deze instellingen bevinden zich grote musea (zoals het Van Gogh Museum, het Cobra Museum en het Mauritshuis), en fondsen (zoals Het Concertgebouw Fonds, Rijksmuseum Fonds, European Cultural Foudation en het Prins Bernhard Cultuurfonds), verenigingen (zoals Vereniging Rembrandt en vereniging Hendrick de Keyser) en stichtingen (zoals Stichting Oude Groninger Kerken en Stichting Donateurs Koninklijk Concertgebouw Orkest) binnen de culturele sector in Nederland. 7 We bedanken Ad Graaman van het CBF voor het ter beschikking stellen van deze gegevens. 8 In het onderzoek Fondsenwerving door culturele Instellingen doen we verslag van deze ontwikkelingen (Amsterdam: Werkgroep Filantropische Studies, 2015, nog niet verschenen).