Examen VMBO-GL en TL 2015 tijdvak 1 dinsdag 12 mei 13.30-15.30 uur Frans CSE GL en TL Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage. Beantwoord alle vragen in de uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit examen bestaat uit 43 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 45 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed antwoord behaald kunnen worden. GT-0053-a-15-1-o
Let op: beantwoord een open vraag altijd in het Nederlands, behalve als het anders is aangegeven. Als je in het Frans antwoordt, levert dat 0 punten op. Tekst 1 Les interros surprises, est-ce une bonne idée? 1p 1 Wie vindt onverwachte overhoringen een goed idee? Schrijf de juiste naam op in de uitwerkbijlage. Tekst 2 Ils veulent végétaliser la tour Eiffel! 1p 2 Hoe reageerde de exploitant van de Eiffeltoren op het plan van een groep ingenieurs? A afwijzend B begripvol C enthousiast D teleurgesteld Tekst 3 Zaz veut que ça change 1p 3 Quelle est l opinion de Zaz d après le premier alinéa? Elle pense A que l argent ne fait pas le bonheur. B que peu de gens veulent devenir riches. C qu il est facile de changer la société. D qu il est très important de faire carrière. 1p 4 «Je n aimais pas l école» (lignes 19-20) Pourquoi est-ce que Zaz n aimait pas l école? A Parce que l école l obligeait à travailler très dur. B Parce que l école ne respecte pas les différences entre les élèves. C Parce qu elle avait le plus souvent de très mauvaises notes. D Parce qu elle ne recevait pas assez d attention personnelle. 1p 5 Wat kun je concluderen uit de derde alinea? Volgens Zaz zouden A consumenten beter moeten letten op wat ze kopen. B jongeren goedkope spijkerbroeken moeten kopen. C katoenplukkers in Frankrijk moeten gaan werken. D mensen minder vaak verre reizen moeten maken. GT-0053-a-15-1-o 2 / 9 lees verder
1p 6 Qu est-ce que Zaz trouve formidable d après le dernier alinéa? A Que les Restos du Cœur existent déjà plusieurs années. B Qu elle peut gagner sa vie en chantant dans la rue. C Qu elle vend beaucoup plus de CD qu autrefois. D Qu il y a des concerts gratuits au profit des Restos du Cœur. Tekst 4 Astérix et Obélix 1p 7 Welke vraag past op de open plek in de tweede alinea? A Comment expliquer cela? B Dans quel but? C Quel est l avantage? D Qu est-ce qui est vrai? 1p 8 Waarom vinden de Fransen de stripverhalen over Astérix en Obélix zo leuk volgens de derde alinea? 2p 9 In 2009 werd het 34e album van Astérix en Obélix uitgebracht en bestond dit stripverhaal 50 jaar. Noem twee andere feiten uit de laatste alinea waaruit blijkt dat deze strip wereldwijd zeer succesvol is. Tekst 5 Tao Tao, futur héros? 1p 10 «un espoir énorme pour la Chine» (lignes 4-5) Qu est-ce que les Chinois espèrent selon le premier alinéa? Que Tao Tao A apprendra à d autres pandas comment se nourrir. B aura un petit de Xiang Xiang, un mâle adulte. C pourra être capturé dans la réserve naturelle de Wolong. D pourra vivre dans la nature, après avoir été élevé en captivité. 1p 11 Qu est-ce qui est vrai selon le 2ème alinéa? A Tao Tao adore les contacts avec les chercheurs. B Tao Tao a été très malade pendant quelques mois. C Tao Tao doit apprendre à se nourrir lui-même. D Tao Tao est tombé amoureux de Cao Cao. GT-0053-a-15-1-o 3 / 9 lees verder
Tekst 6 Les Français sont nuls en anglais 1p 12 Qu est-ce qu on lit au premier alinéa? A En France, l anglais est une langue plus importante que l espagnol et l italien. B Les Français savent mieux parler l espagnol et l italien que les Néerlandais. C Pour les Français, l espagnol et l italien sont plus faciles à apprendre que l'anglais. 1p 13 Wat past op de open plek in de tweede alinea? A notre enseignement B notre langue C nos médias 1p 14 Geef van elke bewering aan of deze wel of niet overeenkomt met de derde alinea. 1 Franse leerlingen die het profiel exact hebben gekozen krijgen weinig les in moderne vreemde talen. 2 Op Franse scholen wordt bij het onderwijs in moderne vreemde talen weinig mondeling geoefend. Omcirkel wel of niet in de uitwerkbijlage. 1p 15 Wat past op de open plek in de vierde alinea? A dommage B logique C nécessaire D super Tekst 7 Les baleines sont en danger! 1p 16 Wat past op de open plek in regel 1? A Comment B Où C Pourquoi D Quand 1p 17 Pourquoi est-ce que l auteur parle du Japon, de la Norvège et de l Islande au 2ème alinéa? Pour montrer que dans ces pays A chasser les baleines n est plus interdit depuis l an 1986. B des scientifiques ne veulent plus étudier les baleines. C les gens mangent la chair des baleines. GT-0053-a-15-1-o 4 / 9 lees verder
1p 18 Qu est-ce que l auteur explique au 3ème alinéa? A Comment beaucoup de baleines sont sauvées par des militaires. B Depuis quand les baleines courent le risque de devenir sourdes. C Pourquoi le nombre de baleines à bosse a diminué. D Que les bruits dans l océan sont dangereux pour les baleines. 1p 19 Wat past op de open plek in de laatste alinea? A Enfin, B Mais C Même D Par exemple, Tekst 8 Hamburger 1p 20 De aanwijzingen (1, 2 en 3) voor het recept staan door elkaar. Zet de nummers in de juiste volgorde. Let op: Het begin van het recept is gegeven («Mélanger la en rondelles.»). Tekst 9 La grotte de Lascaux 1p 21 Wat is waar volgens de tekst? De grot van Lascaux A is in 1983 gerestaureerd. B is ontdekt door wetenschappers. C is tot historisch monument verklaard. Tekst 10 Un tour du monde en solitaire 1p 22 Qu est-ce que Tanguy de Lamotte raconte au premier alinéa? Il raconte A comment il s est préparé à son tour du monde. B pourquoi il a voulu faire un tour du monde. C quels sont les avantages de son bateau. 1p 23 Welke vraag ontbreekt op de open plek in de tweede alinea? A Est-ce que vous ne dormez jamais? B Vous écoutez souvent la météo? C Vous préférez toujours la solitude? GT-0053-a-15-1-o 5 / 9 lees verder
1p 24 Wat kun je concluderen uit de derde alinea? Tanguy de Lamotte A is aan boord druk bezig met navigatie, het weerbericht en contacten met de buitenwereld. B let voortaan beter op nadat hij een keer met zijn boot in een hevige storm is terechtgekomen. C verveelt zich wel eens op zijn boot omdat hij niet altijd iets te doen heeft. D vindt het prachtig dat de media tijdens zijn reis zo veel aandacht aan hem besteden. 1p 25 De quoi est-ce que Tanguy de Lamotte a le plus peur selon le 4ème alinéa? De heurter A le bateau d un concurrent. B un container. C une baleine. D un iceberg. 1p 26 Wat past op de open plek in de vijfde alinea? A aider les autres B consulter un médecin C retourner en cas de danger D savoir se débrouiller tout seul 1p 27 Lees de laatste alinea. Is Tanguy de Lamotte in staat om alles te repareren als er aan boord iets stuk gaat? Antwoord met ja of nee en schrijf de eerste twee woorden op van de zin waarop je je antwoord baseert. Tekst 11 La fille du Net 2p 28 Geef van elke bewering aan of deze wel of niet overeenkomt met het antwoord van Okapi. 1 Wat jammer dat er op jouw school zo weinig leuke meisjes zitten. 2 Het is makkelijker om iemand te versieren via internet dan in het echte leven. 3 Het is nog te vroeg om je virtuele vriendinnetje in het echt te ontmoeten. Omcirkel wel of niet in de uitwerkbijlage. GT-0053-a-15-1-o 6 / 9 lees verder
Tekst 12 Etude : les e-mails polluent 1p 29 In de tekst geeft de schrijver twee tips om e-mails zo milieuvriendelijk mogelijk te gebruiken. Noem er één. Tekst 13 Dans ma famille en Algérie 1p 30 Qu est-ce qu on apprend sur Dhélia au premier alinéa? A A l âge de 3 ans, elle est partie pour la France avec sa famille. B Elle est née à Alger, la capitale de l Algérie. C Elle préfère passer ses vacances dans le Sud de la France. D Pendant son enfance, elle a habité en Algérie. 1p 31 Pourquoi est-ce que Dhélia a un chauffeur pour se déplacer dans la capitale algérienne d après le 2ème alinéa? A Parce que ses amis habitent loin de l appartement de sa famille. B Parce que ses parents n acceptent pas qu elle courre un danger. C Parce qu il y a des attentats en Algérie en ce moment. D Parce qu il y a très peu de bus dans la capitale algérienne. 1p 32 «je suis souvent gênée» (lignes 37-38) Qu est-ce qui gêne Dhélia d après le 3ème alinéa? A Que beaucoup de jeunes amoureux flirtent en secret. B Que les Algériens parlent d elle dans la rue. C Que les femmes ne peuvent pas faire de shopping toutes seules. D Que son petit copain veut sortir avec elle main dans la main. 1p 33 Qu est-ce qui est vrai d après le dernier alinéa? A Dans le passé, l Algérie a été occupée par la France. B De moins en moins d Algériens parlent le français. C Dhélia aime mieux parler français que la langue arabe. D Il y a peu de différences culturelles entre la France et l Algérie. Tekst 14 Payés pour aller en cours 1p 34 Heeft het belonen met cadeaubonnen en geld volgens de tekst succes? Antwoord met ja of nee en schrijf de eerste twee woorden op van de zin waarop je je antwoord baseert. GT-0053-a-15-1-o 7 / 9 lees verder
Tekst 15 On jette trop de nourriture! 1p 35 Geef van elke bewering aan of deze wel of niet overeenkomt met de eerste alinea. 1 Consumenten kopen alleen fruit en groente als deze er goed uitzien. 2 Supermarkten verkopen minder producten vanwege de economische crisis. Omcirkel wel of niet in de uitwerkbijlage. 1p 36 «A la maison aussi, trop de nourriture est jetée.» (regel 20-21) Schrijf de eerste twee woorden op van de zin uit de tweede alinea waarin je leest waarom huishoudens zo veel weggooien. 1p 37 Welk woord past op de open plek in de derde alinea? A causes B problèmes C solutions 1p 38 Qu est-ce qu on lit au dernier alinéa? Dans ces lignes, Tristram Stuart A donne quelques conseils aux consommateurs. B donne quelques recettes avec des fruits mûrs. C explique pourquoi il ne fait jamais de liste de courses. D explique pourquoi il ne faut pas manger les restes d un repas. Tekst 16 Des lycéens manifestent 1p 39 «Des lycéens manifestent» (titel) Tegen welke voorgenomen maatregelen van de regering hebben scholieren geprotesteerd volgens de tekst? Vul de volgende zin aan: Tegen de voorgenomen maatregelen van de regering om Tekst 17 C est l été, on a soif 1p 40 Qu est-ce qui est vrai d après le premier alinéa? A En France, la consommation de boissons «rafraîchissantes» a augmenté cette année. B Le coca contient moins de sucre qu une boisson à l orange. C Les Français aiment bien les limonades bien fraîches. D L été dernier, les boissons light sont devenues de plus en plus populaires. GT-0053-a-15-1-o 8 / 9 lees verder
1p 41 Wat past op de open plek in de tweede alinea? A facile B important C un problème D une bonne idée 1p 42 Qu est-ce qu on peut lire au dernier alinéa? A Il ne faut pas boire trop de jus d orange. B Le jus d orange contient en général peu de fruits. C Le jus d orange est plus sucré que d autres jus de fruits. Tekst 18 Grottes des Moidons 1p 43 Op maandag 20 september wil je graag om 11.00 uur s ochtends de grotten van Moidons bezoeken. Is het mogelijk om op die dag en op dat tijdstip in je eentje de grotten te bezoeken? Antwoord met ja of nee, en schrijf de eerste twee woorden op van het tekstgedeelte dat dit duidelijk maakt. Bronvermelding Een opsomming van de in dit examen gebruikte bronnen, zoals teksten en afbeeldingen, is te vinden in het bij dit examen behorende correctievoorschrift, dat na afloop van het examen wordt gepubliceerd. einde GT-0053-a-15-1-o 9 / 9 lees verder