Lente Winter Winter Zomer Herfst
Goedemorgen, Beertje, het is tijd om op te staan. Je moet naar school. Maar kijk eerst maar eens naar buiten, want het sneeuwt, zegt Moeder Beer. Beertje springt uit bed en kijkt door het raam naar buiten. Het is nog donker, maar hij ziet dikke vlokken sneeuw door het raam. Dan zegt Moeder Beer: Het is winter. Ga eerst lekker ontbijten en kleed je daarna warm aan. Muts op en sjaal om. Beertje Bruin zal je wel vroeg komen halen. Snel eet Beertje zijn broodje, want Beertje Bruin staat al buiten in de sneeuw op hem te wachten. Veel plezier, zegt Moeder Beer. Het is winter 1 Beertje
Zodra Beertje naar buiten gaat krijgt hij (zoef) een sneeuwbal tegen zich aan. Van Beertje Bruin natuurlijk. Snel pakt Beertje twee handen met sneeuw en maakt ook een sneeuwbal, maar er komt al een tweede sneeuwbal aan zoeven die net langs hem suist. Nu gooit hij snel een sneeuwbal terug naar Beertje Bruin. Pats! Op zijn muts. En zo hebben de twee beertjes veel plezier tot Moeder Beer door het raam naar hen roept: Stoppen met sneeuwballen gooien, jullie moeten naar school. Dan gaan de twee beertjes direct op weg naar school. Het is winter 2 Beertje
Zoef, zoef, daar schiet Beertje Wit voorbij op latten. Wauw, hij is aan het skiën!, zegt Beertje Bruin. Beertje Wit roept naar hen: Ik ben een poolbeer, ik hou van de winter. Het is winter 3 Beertje
In de klas heeft de juf met grote letters op het bord geschreven: Het is winter. Als alle beertjes in de klas zijn en op hun stoeltje zijn gaan zitten, begint Beer Juf met een les over de winter. Het is winter 4 Beertje
winter Het is
Ze vertelt dat het steeds kouder kan worden en er meer regen en sneeuw zal komen. Het water kan bevriezen en er kunnen mooie ijskristallen komen. Het is winter 5 Beertje
Ook vertelt Beer Juf dat de vogels moeilijker voedsel kunnen vinden als er veel sneeuw op het gras ligt. Als het heel koud wordt, gaat water bevriezen en kun je zelfs op het ijs van de vijver staan en schaatsen. Van sneeuw kun je van alles maken, dat geeft veel winterpret. Dan, als Beer Juf klaar is met vertellen over de winter, zegt ze: En nu gaan wij allemaal naar de... Het is winter 6 Beertje
... vijver want die is helemaal bevroren. We hebben vandaag geen les meer maar, gaan ijspret maken. Hoera, roepen de beertjes, we hebben ijsvrij! Samen gaan ze nu op pad, Beer Juf voorop. Door het bos naar de vijver. Het is winter 7 Beertje
Vi jver Beert j e
De vijver ligt helemaal onder de sneeuw en Beer Groen is met een sneeuwschuiver aan het werk. Hij staat midden op de vijver en vraagt aan de beertjes: Helpen jullie mij mee? Dan kunnen we straks schaatsen op het ijs. Dat willen de beertjes wel. Het is winter 8 Beertje
Pak maar een bezem of een sneeuwschuiver, er liggen er genoeg. Nu gaan de beertjes allemaal sneeuwruimen. Veeg de sneeuw hier maar heen, zegt Beer Groen, d an kunnen we er straks een sneeuwkasteel of een sneeuwpop van maken. Het is winter 9 Beertje
Wie helpt mij mee een sneeuwpop te maken?, vraagt Beer Juf. Ik, ik, zeggen een aantal beertjes. Het is winter 10 Beertje
Er komen steeds meer beren naar de vijver. De vaderberen maken een kraampje en een vuur. Beer Groen hangt lampjes op want het wordt al vroeg donker. Moeder Beer en Oma Beer hebben warme chocolademelk gemaakt en warme worst. Heerlijk! Het is winter 11 Beertje
Warme chocolademelk Warme worst
Wat een feest. Wat een sneeuwpret. Alle beertjes zijn vrolijk en blij. Heerlijk zo n winter met ijs- en sneeuwpret. Dan vertelt Beer Juf dat de beertjes morgen niet naar school hoeven te komen, want dan begint de kerstvakantie. Het is winter 12 Beertje
Warme chocolademelk Warme worst
Prettige feestdagen allemaal. En een fijne witte Kerst. Einde. Het is winter 13 Beertje
Het is winter 14 Beertje