Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Critical Mass: Projecten INBOX 2009 en INBOX 2010. Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Vergelijkbare documenten
Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente De Bilt: Programma preventie polarisatie en radicalisering

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Zaanstad. Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Brede in samenwerking met Halt Midden- en West-Brabant: Afslag Centrum

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Rotterdam: Onderzoek links- en dierenrechtenextremisme

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Verwey-Jonker Instituut: PREPARE. Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Rotterdam: Een efficiënte basis. Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Rotterdam: Professionalisering onderwijskundige medewerkers

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering CMO: Aanpak polarisatie en radicalisering in de provincie Groningen

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Stadsdeel Oud-Zuid: Democratische ontwikkeling risicojongeren

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Instituut voor Publiek en Politiek: Proeftuin De Haagse Tribune: samen in actie!

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Gemeente Arnhem: 'Arnhem weerbaar' Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Resultaatinventarisatie polarisatie en radicalisering Stichting Kantara-Brug: 'Marokkaanse Mannen Bezoeken het Anne Frankhuis'

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Programmabureau Intergrale Veiligheid NHN: P&R-inventarisatie in de Noord-Holland Noord (26 gemeenten)

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Elan: Draagvlak creëren Gelderse (boven)lokale aanpak

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Gemeente Waalwijk: 'Training (deskundigheidsbevordering) polarisatie en radicalisering'

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Roermond. Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Resultaatinventarisatie polarisatie en radicalisering Stichting Op Touw: 'Tweede Wereldoorlog in Perspectief'

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Stadskanaal: Plan van aanpak polarisatie en radicalisering

Resultaatinventarisatie polarisatie en radicalisering Gemeente Nijmegen: 'Meer zicht op polarisatie in Nijmegen'

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Weert: Actieplan Weert weert polarisatie en radicalisering

Aanpak van radicalisering op school

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Gemeente Amersfoort: 'Onderzoek Polarisatie' Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Gemeente Amsterdam: 'Doorontwikkeling actieplan radicalisering'

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Gemeente Utrecht: 'Preventie Polarisatie en Radicalisering'

Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

24 oktober 2011 Ons kenmerk /eze/aht. Inhoud

Gemeentelijke aanpak Polarisatie en Radicalisering

Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering SIPI: 'Diamant, training Identiteit&Weerbaarheid'

Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Gemeente Amsterdam: Aanpak Amsterdam tegen radicalisering

Subsidieregeling Amsterdam Dialoog (3B, 2015, 200)

Beleidsplan Stichting Steensoep

Beschrijving aanvraagprocedure/aanvraagformulier

Beleidsplan Liberi Foundation

Actieplan Veilige School

DE BASIS EN SPEERPUNTEN VOOR

Vijf jaar lokale projecten Polarisatie en Radicalisering Resultaatinventarisatie Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie

Subsidieregeling Bewonersinitiatiefgelden 201

Programma Kinderen Maken Muziek

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

Jaarplan schooljaar

Alleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 25 maart 2008, afdeling MOW, nummer: 2008int219494;

Beleidsplan

Wie kan subsidie aanvragen? Iedere rechtspersoon of natuurlijke persoon kan LEF subsidie aanvragen, mits ingeschreven in de Kamer van Koophandel.

Subsidieverlening voor landelijke deskundigheidsbevordering van vrijwilligers.

EduDivers Werkplan 2017

Achtergrondinformatie. Man 2.0. Programma ter bevordering van emancipatie en participatie van sociaal geïsoleerde mannen

Schoolondersteuningsprofiel

Resultaatinventarisatie Polarisatie en Radicalisering Stichting Breaking Human Barriers: 'Radicaliseringsproject jongeren N.O.

Beleidsplan Unie van Betrokken Ouders

Checklist. Informatievoorziening. Grote Projecten

Instruerend Bestuur Quickscan en checklist

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Twee jaar Sportimpuls, en dan? Borging van lokale sport- en beweeg initiatieven

Bantopa Terreinverkenning

Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen 2000

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad

Jaarverslag 2012 Dienst P&O ROC West-Brabant

van Zij naar Wij ons trainingsaanbod vo/mbo

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Notitie projecten impulsbudget Samenwerking

Beleidsregels subsidieverstrekking voorkomen en bestrijden jeugdwerkloosheid West-Brabant

Subsidieregeling stimuleringsfonds particulier initiatief 2015

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Beleidsplan Liberi Foundation

Onderstaand treft u de resultaten aan van de vragenlijst over ondernemend onderwijs.

Terugkoppeling monitor subsidieregeling Versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Datum 14 juli 2016 Kamervragen Straus, Aukje de Vries en Moors (VVD) over vmboleerlingen die aangeven onvoldoende kennis van geldzaken te hebben

1.0 Inleiding 2.0 Verantwoordelijk 3.0 Communicatie 3.1 Website

Communicatieplan. Gebr. Janssen Beheer BV Hagelkruisstraat BD Beugen. Conform 3.C Mei 2015

Communicatieplan. Energie- & CO 2 beleid. Van Gelder Groep

PROFIELSCHETS VOORZITTER RAAD VAN TOEZICHT

STRATEGISCH BELEIDSPLAN

Flexibele subsidies 2018: Thema - Weerbaar opvoeden en competenties versterken

Breda s Toetsingskader

Scholder an Scholder Verenigen voor de toekomst Werken met de methodiek scholder an scholder 2.0

Subsidieregeling Vrijwilligersondersteuning

Gemeente Tervuren. Informatie en richtlijnen bij het aanvragen van subsidies. Aanvraagformulier voor het werkjaar 2014

Interventies bij organisatieverandering Succesvol veranderen

Communicatieplan. Conform 3.C juni Voorbij Prefab. Voorbij Prefab Siciliëweg AX Amsterdam Nederland

Stichting Vrienden van PARK VOSSENBERG

Call Gebiedsgerichte gezondheidsaanpakken fase 1 voor Programma Gezonde Toekomst Dichterbij

ProcessMinded. Progress in Process. Goed voor elkaar. Missie & Visie

Oplegvel Collegebesluit

Beschikking. Beleidsregel sociale veiligheid Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Toeleg Meedoen & Samenwerken in Breda

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn

Jaarverslag 2017 Lekstroom School s cool

Ondernemend werken in welzijnsorganisaties

Evaluatie van Open Bedrijvendag

DAP er Zenderen. Dorps Ambitie Plan Zenderen. Opgesteld voor: Dorpsraad Zenderen Contactpersoon OVKK: Tom Jannink Datum: 05 oktober 2018 Versie: 1.

Eindrapportage Interactieve Leerlijnen. Auteur(s) : Annemarieke Schepers Versienummer : januari Kennisnet.

INZETTEN VAN ROLMODELLEN: WAAROM EN HOE?

Primair Onderwijs po Voorgezet onderwijs vo

TOELICHTING OP HET NIEUWE EXAMEN MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN HAVO 2019

Innovatiebudget Sociaal Domein regio Arnhem

Benodigde capaciteit, middelen, faciliteiten en infrastructuur

Transcriptie:

Referentie Rapport Van Postbus 60055, 6800 JB Arnhem Velperplein 8, 6811 AG Arnhem Telefoon (026) 355 13 55 Fax (026) 355 13 99 info@kplusv.nl www.kplusv.nl Evaluatierapport Polarisatie en Radicalisering Critical Mass: Projecten INBOX 2009 en INBOX 2010 Opdrachtgever Ministerie van Veiligheid en Justitie Arnhem, 22 november 2010

Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Achtergrond evaluatie 1 1.2 Opzet evaluatie 1 1.3 Projectbeschrijving 1 2 Voor de start van het project 4 2.1 Betrokkenheid 4 2.2 Draagvlak en beleid 4 2.3 Samenwerking met externe partijen 5 3 Start en opzet van het project 6 3.1 Start en aanleiding 6 3.2 Doelgroep en doelstellingen 6 3.3 Risico's 8 3.4 Organisatie en communicatie 9 3.5 Verantwoording 10 4 Uitkomsten van het project 11 4.1 Realisatie producten/activiteiten 11 4.2 Realisatie versus budget 12 4.3 Monitoring, bijsturing en zelfevaluatie 12 4.4 Borging van het project 14 5 Doeltreffendheid 15 5.1 Doelbereik en reikwijdte 15 5.2 Maatschappelijk effect 16 6 Leerpunten 18 6.1 Succes- en risicofactoren 18 6.2 Samenwerking 19 6.3 Best practice 19 Bijlagen 1 Relevantie definities 2 Geraadpleegde bronnen

1 Inleiding 1.1 Achtergrond evaluatie In het kader van de uitvoering van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 2007-2011 vinden verschillende activiteiten plaats. Een deel hiervan wordt mede gefinancierd door het ministerie van Veiligheid en Justitie (VenJ). Dit gebeurt door toekenning van een decentralisatie-uitkering aan gemeenten en door toekenning van een tijdelijke subsidie aan maatschappelijke organisaties. In opdracht van het ministerie van VenJ worden alle projecten en aanpakken waarvoor een decentralisatie-uitkering of een subsidie is toegekend geëvalueerd. Met deze evaluatie streeft het ministerie van VenJ een aantal doelen na: leren voor volgende projecten en aanpakken; de resultaten van projecten en aanpakken inzichtelijk maken; het bereik van projecten en aanpakken inzichtelijk maken; 'best practices' benoemen en toegankelijk maken voor betrokkenen. 1.2 Opzet evaluatie De evaluatie is uitgevoerd door bestudering van het onderzoeksplan, de beschikbare achtergronddocumentatie en eventueel beschikbare eigen evaluatiedocumenten. De projectleider heeft parallel daaraan een webenquête ingevuld. De ingevulde webenquête vormde voor de onderzoekers, tezamen met vragen naar aanleiding van de overige documentatie, de gespreksrichtlijn voor de gesprekkenronde. De onderzoekers hebben meerdere malen met de projectleiders gesproken en er is gesproken met de voorzitter van de Stichting Critical Mass. Doel van de gesprekkenronde was een nadere invulling en verdieping van de uit schriftelijke bronnen verkregen informatie. Het resultaat is het onderhavige rapport. Dit rapport gaat in op zowel het project INBOX 2009 als INBOX 2010, waarbij de nadruk ligt op de in 2009 bereikte resultaten. De projecten zijn jaarlijkse vervolgprojecten volgens hetzelfde stramien. In een eerder opgesteld evaluatierapport is INBOX 2008 beschreven. De diverse elementen uit de evaluatie van INBOX 2009 en INBOX 2010 zijn weergegeven in de navolgende paragrafen. 1.3 Projectbeschrijving Het project INBOX bestaat hoofdzakelijk uit een interactieve tentoonstelling van meerdere installaties. Het gebruik van de installaties dient jongeren bewust te maken van sociale processen die kunnen leiden tot conflict. De tentoonstelling vergroot spelenderwijs het inzicht in conflictdynamiek binnen en tussen groepen bij zowel leerlingen in het middelbaar- en beroepsonderwijs als bij eerstelijns professionals. Het project is een initiatief van Critical Mass en wordt sinds 2007 uitgevoerd. Critical Mass is een stichting met een uitvoeringsorganisatie bestaande uit twee directeuren, vier vaste krachten (totaal 5,7 fte in 2009), acht stagiaires en ongeveer 35 vrijwilligers. Pagina 1

De projecten INBOX 2009 en INBOX 2010 zijn een vervolg op INBOX 2008. De subsidieverstrekking over deze drie perioden loopt van januari 2008 tot december 2010. De subsidieaanvraag is voor elk van de drie jaren door VenJ beoordeeld en goedgekeurd 1. Zoals aangegeven gaan we in dit evaluatierapport in op de jaren 2009 en 2010. Het doorlopende project INBOX richt zich met name op: polarisatie; islamitische radicalisering/ extremisme; dierenrechtenextremisme; linksradicalisering/extremisme. In de oorspronkelijke projectopzet was de volgende doelstelling opgenomen: vergroting weerbaarheid jongeren door kennis over burgerschapscompetenties en aanreiken van kennis en vaardigheden om tegenwicht te kunnen bieden aan intolerantie. De organisatie noemt daarnaast de volgende toegevoegde doelstellingen: professionals inzicht geven in de sociale processen die mogelijk leiden tot conflict om zo een bijdrage te leveren aan: 1. de sociale cohesie in Nederland; 2. verbetering van de sociale veiligheid binnen scholen; 3. tegengaan van polarisatie; vergroten van kennis en vaardigheden van alle jongeren ten einde henzelf een bijdrage te laten leveren aan de leefbaarheid en sociale cohesie in hun eigen leefomgeving. In de onderstaande tabel zijn de activiteiten weergegeven die bij dit specifieke project zijn geformuleerd. Categorie activiteiten Educatie/workshops Kennisuitwisseling Bevorderen contacten Welke deelprojecten en/of activiteiten waren bij de start van het project geformuleerd? Denk jij buiten je INBOX; de tentoonstelling waarvan de educatieve interactieve installaties de basis vormen van alle onderstaande projecten. Toolbox: het project waarin leerlingen zelf aan de slag gaan met het maken van een expositie op basis van tentoonstellingsinstallaties uit de tentoonstelling. INBOX Workshops leerlingen: waarin op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten leerlingen op school aan de slag gaan met de INBOX thematiek. Launch: een project format waarbij een afgestudeerde student met de inhoud van zijn/haar scriptie aan de slag gaat om nieuw materiaal voor de stichting te ontwikkelen. Ontmoetingsprojecten (Work in Progress): waarin leerlingen van 'witte' en 'zwarte' scholen elkaar ontmoeten en aan de hand van een INBOX methodiek elkaar leren kennen, samenwerken en met de samenleving aan de slag gaan. 1 De subsidieverlening van de in dit evaluatierapport besproken projecten Inbox 2009 en Inbox 2010 is bevestigd door het Ministerie van BZK in de brieven aan Critical Mass van respectievelijk 25 maart 2009 en 4 december 2009. Pagina 2

Categorie activiteiten Training professionals Welke deelprojecten en/of activiteiten waren bij de start van het project geformuleerd? INBOX Workshops docenten: trainingsaanbod docenten op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten om te werken aan de ontwikkeling van inhoud en vaardigheden op basis van de INBOX methodiek. Ontvangst professionals (zie doelgroepbeschrijving) in de tentoonstelling INBOX, met een rondleiding en workshop. Uitvoeren activiteiten voor professionals die inzicht wensen in de sociale processen die kunnen leiden tot conflict. Organiseren van lezingen. Deelname aan inhoudelijke festivals. Gastcolleges op universiteiten. Workshops aan subsidiegevers en maatschappelijke organisaties over creatieve werkvormen om maatschappelijke thematiek bespreekbaar te maken. In totaal heeft het ministerie van VenJ aan Critical Mass een bedrag van 134.000 toegekend voor het project INBOX 2009 en 139.500 voor INBOX 2010. Pagina 3

2 Voor de start van het project De volgende paragrafen gaan over de situatie voorafgaand aan de start van het project. We kijken hierbij in het bijzonder naar de bekendheid van de organisatie met het vraagstuk van polarisatie en radicalisering, het bestaande beleid en de samenwerking met externe partijen. 2.1 Betrokkenheid Bij betrokkenheid gaat het om de mate waarin de organisatie voor de start van het project al betrokken was bij het vraagstuk van polarisatie en radicalisering. De initiatiefnemers van Critical Mass waren voorheen betrokken bij onderzoek naar sociaal wetenschappelijke oorzaken van grote conflicten in het buitenland zoals Bosnië, Rwanda en Darfur en overdracht van opgedane kennis. Na de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh is de aandacht van de initiatiefnemers verschoven naar de ontwikkelingen in de Nederlandse samenleving en zijn zij zich specifiek gaan richten op kennisoverdracht richting jongeren. Voor de start van het Actieplan was Critical Mass al in gesprek met het ministerie van VROM (WWI) over subsidieverlening. Dit ministerie heeft hen vervolgens doorverwezen naar het ministerie van VenJ in verband met het Actieplan. 2.2 Draagvlak en beleid In deze evaluatie is gevraagd naar het draagvlak binnen de organisatie voor het gestructureerd tegengaan van polarisatie en radicalisering. Het gaat om de aandacht op management en/of bestuurlijk niveau in de organisatie. Dit kan onder meer tot uiting komen in beleid en concrete doelstellingen. Critical Mass richt zich sinds de oprichting in 2005 op kennisdeling met jongeren over de sociale processen en identiteitsvraagstukken die aan conflicten ten grondslag liggen. De organisatie beoogt jongeren handvatten te bieden om conflicten te voorkomen, te signaleren en te deescaleren. Kenmerkend voor de organisatie is de aanwezige academische kennis op het gebied van conflict en de ambitie om deze kennis aan te wenden voor maatschappelijke doeleinden. Voor de start van de subsidie aan de INBOX-projecten, dat wil zeggen voor 2008, was er binnen Critical Mass al op bestuurlijk/managementniveau aandacht voor het vraagstuk van polarisatie en radicalisering. Het voorkomen van polarisatie en radicalisering heeft overlap met het kerndoel van Critical Mass om de onderliggende dynamiek van conflicten (ook op lokaal niveau) te analyseren en hierover kennis over te dragen, met name aan jongeren. Er was daarmee voor de start van het project binnen de organisatie al beleid gericht op het tegengaan van polarisatie en radicalisering. Pagina 4

Het beleid van Critical Mass richt zich sinds de oprichting in 2005 op: polarisatie; links radicalisering; rechts radicalisering; islamitische radicalisering; Dit beleid richt zich op de volgende afgebakende doelgroepen: leerlingen in het VO en MBO onderwijs, primair VMBO en MBO en secundair HAVO en VWO, en hoger onderwijs; specifiek migrantenjongeren en laaggeschoolde en minder kansrijke jeugd; professionals die werkzaam zijn met jongeren: docenten (specifiek maatschappijleer, mentoren, vertrouwenspersonen), maatschappelijk werkers, jongerenwerkers; beleidsmakers; professionals in kenniscentra en maatschappelijke organisaties; ambtenaren binnen gemeenten in de Nederlandse samenleving. 2.3 Samenwerking met externe partijen In de regel wordt voorafgaand aan de projecten al samengewerkt met diverse partijen. In de evaluatie is gevraagd naar de samenwerking en het succes van de samenwerking. Critical Mass is voor de uitvoering van de kernactiviteit sterk gericht op samenwerking met diverse organisaties. Voor de start van het project werkte Critical Mass al samen met andere externe organisaties bij het tegengaan van polarisatie en radicalisering. Het betrof samenwerking met: onderwijsinstellingen; welzijnswerk (bijvoorbeeld buurthuizen, jeugdcentra); multiculturele organisaties; gemeente(n); anti-discriminatie bureaus. Critical Mass kwalificeert de samenwerking met bovengenoemde organisaties als volgt: Type organisatie Onderwijsinstellingen Welzijnswerk (bijvoorbeeld buurthuizen, jeugdcentra) Multiculturele organisaties Gemeente(n) Anti-discriminatie bureaus De gemeente/organisatie kwalificeert de samenwerking als: Zeer succesvol Enigszins succesvol Succesvol Enigszins succesvol Succesvol De inhoudelijke samenwerking vindt hoofdzakelijk met onderwijsinstellingen plaats; scholen zijn afnemers van de diensten. Universiteiten 2 zijn enerzijds afnemers en anderzijds partners in de kennisontwikkeling (stagiaires). Gemeenten zijn partners in de financiering van de tentoonstelling (subsidie toegangskaartjes). Ze waren tot nog toe minder in beeld als inhoudelijke samenwerkingspartner of klant. Dat laatste gold ook voor welzijns-organisaties (zie verder 6.2). 2 Universiteit van Amsterdam, Universiteit Utrecht, Radboud Universiteit Nijmegen. Pagina 5

3 Start en opzet van het project Dit hoofdstuk gaat in op de start en opzet van het project. Het gaat hierbij om de aanleiding van het project, de initiatiefnemers en de beoogde doelen en doelgroepen bij de start van het project. Ook wordt ingegaan op de succes- en risicofactoren, de organisatie en de communicatie en de verantwoording. 3.1 Start en aanleiding De oprichters van Critical Mass hebben zelf het initiatief genomen tot het project INBOX. Het project INBOX is niet specifiek opgestart naar aanleiding van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering van het ministerie van VenJ, maar sloot qua thematiek goed aan. De directe aanleiding voor INBOX waren ontwikkelingen van polarisatie en radicalisering in de Nederlandse samenleving die hebben geleid tot de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh. Verdere aanleiding was eerdere kennis en ervaring opgedaan in onderzoek en kennisuitwisseling over processen die hebben geleid tot grote conflicten in het buitenland zoals Bosnië, Darfur en Rwanda. Samengevat was de aanleiding voor het project: er was behoefte aan inzicht in de omvang van de problematiek; er was een eigen ambitie vanuit het bestuur/management. 3.2 Doelgroep en doelstellingen In de onderstaande tabel zijn de doelstellingen weergegeven zoals deze in het oorspronkelijke projectplan waren opgenomen. In de evaluatie is vervolgens gevraagd of de doelstellingen nog gelden. Ook is gevraagd of er doelstellingen zijn bijgekomen. Deze zijn eveneens opgenomen in de tabel. Doelstelling Geldigheid doelstelling Doelgroep Vergroting weerbaarheid jongeren door kennis over burgerschapscompetenties en aanreiken van kennis en vaardigheden om tegenwicht te kunnen bieden aan intolerantie. Doelstelling geldt nog. Jongeren tussen de 12 en 30 jaar oud: Specifiek leerlingen in het VO en MBO onderwijs, primair VMBO en MBOen secundair HAVO en VWO, en hoger onderwijs. Specifieke aandachtsgroep: Migrantenjongeren en laaggeschoolde en minder kansrijke jeugd. Jeugd van plattelandsgebied (provincie) met hoger percentage extreemrechts gedachtegoed. Pagina 6

Doelstelling Geldigheid doelstelling Doelgroep Vergroten van kennis en Doelstelling geldt nog. vaardigheden van alle jongeren ten einde henzelf een bijdrage te laten leveren aan de leefbaarheid en sociale cohesie in hun eigen leefomgeving. Professionals inzicht geven in de Doelstelling geldt nog. sociale processen die mogelijk leiden tot conflict om zo een bijdrage te leveren aan: 1. De sociale cohesie in Nederland. 2. Verbetering van de sociale veiligheid binnen scholen. 3. Tegengaan van polarisatie binnen en buiten. Zie hierboven. Professionals, in volgorde van aandacht: Docenten: mentoren, maatschappijleraren, vertrouwenspersonen. Professionals binnen maatschappelijke organisaties. Jeugdwerkers. Beleidsmakers. Ambtenaren van overheden. Zorgverleners/maatschappelijk werkers. De onderstaande tabel geeft de deelprojecten of activiteiten weer en het beoogde bereik daarvan. Voor het beoogd bereik hanteren de onderzoekers de aantallen die door Critical Mass als streefcijfers voor het directe bereik zijn gehanteerd voor 2009 3 en 2010. Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Omvang beoogde doelgroep (raming) Educatie/workshops Denk jij buiten je INBOX; de tentoonstelling waarvan de educatieve interactieve installaties de basis vormen van alle onderstaande projecten. Toolbox: het project waarin leerlingen zelf aan de slag gaan met het maken van een expositie op basis van tentoonstellingsinstallaties uit de tentoonstelling. INBOX Workshops leerlingen: waarin op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten leerlingen op school aan de slag gaan met de INBOX thematiek. INBOX 2009: 1.000 tot 1.500 leerlingen, 50-100 professionals en 50-100 overige bezoekers per stad (2010: 2.500 leerlingen, 200 professionals en 200 overige bezoekers). Toolbox 2009: 800 leerlingen (2010: idem). INBOX Workshops 2009: 375 leerlingen (2010: 400 leerlingen). Kennisuitwisseling Launch: een project format waarbij een afgestudeerde Geen raming gedaan. student met de inhoud van zijn/haar scriptie aan de slag gaat om nieuw materiaal voor de stichting te ontwikkelen. Bevorderen contacten Ontmoetingsprojecten (Work in Progress): waarin Geen raming gedaan. leerlingen van 'witte' en 'zwarte' scholen elkaar ontmoeten en aan de hand van een INBOX methodiek elkaar leren kennen, samenwerken en met de samenleving aan de slag gaan. 3 Bron: Critical Mass Evaluatie 2009, zie bladzijde 5, Bereik per project. Pagina 7

Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Omvang beoogde doelgroep (raming) Training professionals INBOX Workshops docenten: trainingsaanbod docenten op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten om te werken aan de ontwikkeling van inhoud en vaardigheden op basis van de INBOX methodiek. Ontvangst professionals (zie doelgroepbeschrijving) in de tentoonstelling INBOX, met een rondleiding en workshop. Uitvoeren activiteiten voor professionals die inzicht 150 professionals voor workshop (2010: idem) Voor overige activiteiten geen raming gedaan. wensen in de sociale processen die kunnen leiden tot conflict. Organiseren van lezingen. Deelname aan inhoudelijke festivals. Gastcolleges op universiteiten. Workshops aan subsidiegevers en maatschappelijke organisaties over creatieve werkvormen om maatschappelijke thematiek bespreekbaar te maken. 3.3 Risico's Kritieke succes- en risicofactoren zijn de factoren die een grote impact kunnen hebben op het welslagen van het project. Voorafgaand aan het project is een analyse gemaakt van eventuele kritische succes- en risicofactoren. De genoemde kritieke succesfactoren komen deels overeen met de benoemde factoren in 2008. De kritieke succesfactoren zijn: samenwerking: een breed netwerk van universiteiten en maatschappelijke organisaties die bijdragen aan de inhoud en de bekendheid van het project; educatie: relevante ervaring als organisatie met thematiek en binnen het onderwijs; dynamisch geëngageerd: een jonge en dynamische organisatie met een duidelijk doel voor ogen; wetenschappelijk: onderlegde werknemers die ervaring hadden met werken in de praktijk en in staat waren wetenschappelijke kennis te vertalen in praktische, ervaarbare wijze van kennisoverdracht; in 2009 opgebouwde ervaring met eerder benoemde projecten (nut van een meerjarenplan om niet elk jaar nieuwe plannen te ontwikkelen). De genoemde kritieke risicofactoren zijn (eveneens net als in 2008). Veel van de risicofactoren zijn inherent aan de bedrijfsvoering binnen een kleine stichting. Dit zijn risico's waar directeuren en projectleiders telkens mee geconfronteerd worden. De risicofactoren zijn: bedrijfsvoering en management (jonge en dynamische organisatie); werken met vrijwilligers brengt het risico met zich mee dat vrijwilligers spaarzaam zijn en veel tijdsinvestering vergen om ze klaar te stomen en te behouden voor de uitvoer en ontwikkeling van projecten; financiële risico's door diverse aanvragen bij verschillende subsidiegevers waarvan slechts een deel zou worden toegekend. Pagina 8

De beheersmaatregelen tegen de risico's van een jonge organisatie zijn: het aanstellen van een geschikt en vaardig bestuur en uitbreiding onderzoeken indien er kennis of vaardigheden missen; het inschakelen van een administratiekantoor voor de personeelsadministratie (Boxq0 is een trouwe en zorgvuldige partner); het inschakelen van een accountantskantoor voor de financiële verslaglegging en daarmee een langdurige relatie aangaan (vertrouwen in de kwaliteit van accounting). De risico's die voortkomen uit het werken met vrijwilligers is ondervangen door: intensief te werven bij MBO-scholen, HBO-scholen en universiteiten; uitgebreid aandacht te besteden aan het intakegesprek waarbij de doelen van de vrijwilligers en die van de organisatie centraal staan; het opzetten van een trainingsprogramma voor de vrijwilligers dat is uitgevoerd door een trainingsbureau; hen intensief te betrekken bij de verbetering en bekendmaking van het project en goed bij te houden wanneer en voor hoe lang vrijwilligers beschikbaar zijn. Het financiële risico is opgevangen door de begroting aan te passen op de ontvangen subsidiebedragen. De vaste kern van de organisatie wordt gefinancierd door de subsidies van VenJ (polarisatie en radicalisering) en van de stichting Doen. Dit wordt aangevuld met kleinere subsidies van gemeenten en bijdragen van scholen. Met het verstrekken van de VenJ-subsidie voor 2009 (en 2010) is een essentiële bijdrage geleverd. De financiering door middel van projectsubsidies is een punt van aandacht. Andere financieringsmodellen en bronnen worden onderzocht. Zo wordt er ook gekeken naar EU-projectsubsidies en naar sponsoring in natura (bijvoorbeeld het drukken van folders). Ook is het scenario van een volledig commercieel opererende organisatie in het bestuur besproken. Dit laatste ligt echter minder voor de hand omdat de missie van de organisatie (kort: inzicht bieden in bronnen van conflict) niet goed te bekostigen is vanuit een commercieel bedrijfsmodel. Bovendien zou het een fundamentele verandering van de huidige op vrijwilligers gebaseerde organisatie vergen. De organisatie kijkt kritisch vooruit en past de organisatie aan (en krimpt indien noodzakelijk) afhankelijk van de financiële ruimte. 3.4 Organisatie en communicatie De uitvoering van de projecten is volledig in handen van de stichting Critical Mass en de bijbehorende uitvoeringsorganisatie. Het stichtingsbestuur bestaat uit vier personen en vergadert maandelijks. Het bestuur bepaalt de strategie en bepaalt in samenspraak met de directie of projecten passen binnen de missie van de organisatie. Ook komen regelmatig concrete operationele vragen aan de orde. Het bestuur vervult daarbij een klankbordfunctie voor de directie van de operationele organisatie. Op het vlak van financiën is er buiten de bestuursvergadering frequent contact tussen penningmeester en directie. De uitvoeringsorganisatie van Critical Mass bestaat uit twee directeuren, vier vaste krachten (totaal 5,7 fte in 2009), acht stagiaires en ongeveer 35 vrijwilligers. Op het hoogtepunt van een drukke periode in 2009 waren er acht fulltime medewerkers en enkele parttimers aan het werk. In 2009 is er op basis van het in 2008 geformuleerde vrijwilligersbeleid gewerkt. Kern van dit beleid is dat vrijwilligers de dragers zijn van de uitvoering van de projecten. Critical Mass beoogt een gemeenschap van betrokken vrijwilligers te creëren die vanuit de kennisoverdracht naar jongeren ook bijdragen aan de eigen persoonlijke ontwikkeling. Pagina 9

In 2009 is de actieve aandacht voor fondsenbeheer opgevoerd in de organisatie. Er is meer geanticipeerd op de ontwikkeling van de financiële liquiditeit. Er is een acquisitieformule opgesteld waarlangs organisaties worden geworven voor bezoek aan de tentoonstelling en het afnemen van de workshops. Deze wervingsformule is gericht op alle lagen in de organisatie van scholen: directie, stafmedewerkers, docenten en leerlingen. De formule bevat de volgende strategie: formuleren van de belangrijkste waarden van de organisatie en die beschrijven; beschrijven van de externe communicatiestrategie (deze wordt in 2009 vastgelegd); voor externe communicatie worden eenduidige teksten geschreven die altijd beschikbaar zijn voor gebruik door medewerkers en vrijwilligers; de doelgroepbepalingen zorgvuldig uitwerken (directieniveau van een school vraagt andere informatie dan een docent voor de klas); contactenlijsten worden onderhouden waarin, in een logboek, acties bijgehouden worden en de status van een contact (inhoudelijk informatie) bijgehouden wordt. Op die manier kunnen verschillende medewerkers en vrijwilligers gebruik maken van dezelfde contactlijsten; aandacht besteden aan behoefte-onderzoek en contact met docenten; indien er tijd en mogelijkheden zijn op alle niveaus op scholen en in samenwerkende organisaties draagvlak te creëren voor een project. Bijvoorbeeld op het ROC Midden Nederland in Utrecht zijn de directie, de managers, de docenten en de leerlingen betrokken bij het opzetten van een Critical Mass project. De hele school is hierdoor op de hoogte en betrokken bij de praktische en inhoudelijk ontwikkeling; kwalitatief goede nazorg bieden door middel van evaluatie en bespreken van mogelijke vervolgtrajecten. 3.5 Verantwoording De bestuursvergaderingen hebben een relatief hoge frequentie: maandelijks is er een vergadering van het bestuur en de directie. Verantwoording wordt afgelegd zowel intern over de voortgang van het project als de besteding van middelen richting het bestuur. De voortgang van het project wordt verantwoord op het gerealiseerde aantal bezoekers van de tentoonstellingen, het aantal deelnemers aan de Toolbox en het aantal gerealiseerde workshops. Financiële verslagen worden elk half jaar aan het bestuur voorgelegd. Bij boekingen, wordt het vier-ogen principe gehanteerd (controle door twee personen, onafhankelijk van elkaar). Het bestuur controleert tweejaarlijks alle boeken. Tot slot wordt een financieel jaarverslag inclusief accountantsverklaring overlegd aan de subsidieverstrekkers. Pagina 10

4 Uitkomsten van het project Dit hoofdstuk belicht datgene wat het project heeft opgeleverd aan producten of activiteiten. Ook wordt ingegaan op het budget en het proces van monitoring en zelfevaluatie. 4.1 Realisatie producten/activiteiten Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Gerealiseerd? Toelichting indien niet gerealiseerd Educatie/workshops Kennisuitwisseling Bevorderen contacten Training professionals Denk jij buiten je INBOX; de tentoonstelling waarvan de educatieve Ja, gerealiseerd. interactieve installaties de basis vormen van alle onderstaande projecten. Toolbox: het project waarin leerlingen zelf aan de slag gaan met het maken van een expositie op basis van tentoonstellingsinstallaties uit de tentoonstelling. INBOX Workshops leerlingen: waarin op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten leerlingen op school aan de slag gaan met de INBOX thematiek. Launch: een project format waarbij een afgestudeerde student met de Ja, gerealiseerd. inhoud van zijn/haar scriptie aan de slag gaat om nieuw materiaal voor de stichting te ontwikkelen. Ontmoetingsprojecten (Work in Progress): waarin leerlingen van 'witte' en Ja, gerealiseerd. 'zwarte' scholen elkaar ontmoeten en aan de hand van een INBOX methodiek elkaar leren kennen, samenwerken en met de samenleving aan de slag gaan. INBOX Workshops docenten: trainingaanbod docenten op basis van Ja, gerealiseerd. materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten om te werken aan de ontwikkeling van inhoud en vaardigheden op basis van de INBOX methodiek. Ontvangst professionals (zie doelgroepbeschrijving) in de tentoonstelling INBOX, met een bezoek en workshop. Uitvoeren activiteiten voor professionals die inzicht wensen in de sociale processen die kunnen leiden tot conflict. Organiseren van lezingen. Deelname aan inhoudelijke festivals. Gastcolleges op universiteiten. Workshops aan subsidiegevers en maatschappelijke organisaties over creatieve werkvormen om maatschappelijke thematiek bespreekbaar te maken. Pagina 11

4.2 Realisatie versus budget Voor het project is een budget opgesteld. In dit budget is een verdeling opgenomen tussen een bijdrage door VenJ en de bijdrage door de gemeente of andere organisaties (in uren en in een bijdrage aan de 'out of pocket'-costs). De bijdrage van VenJ bedroeg met 134.000 in 2009 de helft van de begroting van 277.450. Het totale project is in 2009 binnen budget uitgevoerd met een batig saldo van 126,35. De totale lasten van het project waren 264.150. Voor 2010 bedraagt de bijdrage 139.500. Voor beide jaren is aan de toekenning de voorwaarde verbonden dat het project wordt uitgevoerd zoals gepland en begroot. Daarnaast zijn er in 2010 minimale aantallen genoemd voor onder meer de aantallen bezoekers en deelnemers aan de workshops. 4.3 Monitoring, bijsturing en zelfevaluatie Een onderdeel van projectmanagement is monitoring en vervolgens bijsturing. De realisatie van de projectdoelstelling en het bereik naar de doelgroep is gemonitord volgens een veelheid aan bijeenkomsten: volgens een cyclus van ontwikkeling, evaluatie, monitoring en verbeteren gecoördineerd door de projectleider en gevolgd door de directeuren; tweewekelijks afstemmingsoverleg tussen projectleiders; dagen voor inhoudelijke ontwikkeling waarop de projectleiders de inhoud van programma's afstemming, bijstellen en verbeteren; heidagen voor onder meer toekomstvisie en strategie; het bestuur adviseert en controleert het realiseren van projectdoelstellingen. Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Is er sprake geweest van bijsturing? Educatie/workshops Denk jij buiten je INBOX; de tentoonstelling Ja waarvan de educatieve interactieve installaties de basis vormen van alle onderstaande projecten. Toolbox: het project waarin leerlingen zelf aan de slag gaan met het maken van een expositie op basis van tentoonstellingsinstallaties uit de tentoonstelling. INBOX Workshops leerlingen: waarin op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten leerlingen op school aan de slag gaan met de INBOX thematiek. Eventuele toelichting De inhoud van programma's wordt na elke activiteit bijgestuurd op basis van de gedane evaluaties. Voor evaluaties gebruikt Critical Mass een online tool die data gemakkelijk hanteerbaar toont. Pagina 12

Categorie activiteiten Deelprojecten en/of activiteiten Is er sprake geweest van bijsturing? Kennisuitwisseling Launch: een project format waarbij een Ja afgestudeerde student met de inhoud van zijn/haar scriptie aan de slag gaat om nieuw materiaal voor de stichting te ontwikkelen. Bevorderen contacten Ontmoetingsprojecten (Work in Progress): waarin Ja leerlingen van 'witte' en 'zwarte' scholen elkaar ontmoeten en aan de hand van een INBOX methodiek elkaar leren kennen, samenwerken en met de samenleving aan de slag gaan. Training professionals INBOX Workshops docenten: trainingaanbod docenten op basis van materiaal ontwikkeld in bovenstaande projecten om te werken aan de ontwikkeling van inhoud en vaardigheden op basis van de INBOX methodiek. Ontvangst professionals (zie doelgroepbeschrijving) in de tentoonstelling INBOX, met een bezoek en workshop. Uitvoeren activiteiten voor professionals die inzicht wensen in de sociale processen die kunnen leiden tot conflict. Organiseren van lezingen. Deelname aan inhoudelijke festivals. Gastcolleges op universiteiten. Workshops aan subsidiegevers en maatschappelijke organisaties over creatieve werkvormen om maatschappelijke thematiek bespreekbaar te maken. Ja Eventuele toelichting Veel van de bestaande kennis binnen Critical Mass is nog onvoldoende toegankelijk voor medewerkers en buitenstaanders.veel kennis is impliciet of enkel in de hoofden van enkele projectleiders aanwezig. Hierdoor wordt bestaande kennis soms onvoldoende (her-)gebruikt. Bijsturing geschiedt door op inhoudsdagen kennis over te dragen. Daarnaast organiseert Critical Mass verdiepingstrainingen voor vrijwilligers om kennis expliciet te maken en over te dragen aan onze 'uitvoerders'. Critical Mass denkt erover meer gebruik te maken van opgedane kennis door te starten met een onderzoek naar de methodiek en specifieke interventies. Hieruit komen tastbare en concrete resultaten die zowel binnen Critical Mass als daarbuiten beschikbaar kunnen zijn. De ontmoetingsprogramma's van Critical Mass zijn in ontwikkeling. Na 2009 zijn de volgende speerpunten opgesteld voor onderzoek in 2010 (bijsturing in 2010): Onderzoeken mogelijkheid delen impliciete kennis met of in de vorm van een eigen kenniscentrum. Uitbreiden ontmoetingsprojecten en op basis van evaluaties bepalen hoe sterk de interventie werkt bij verschillende doelgroepen. Ontwikkelen eigen methodiek voor ontmoeten en bevorderen van contact tussen migranten en autochtone jongeren. Het pakket van professional trainingen wordt telkens uitgebreid en bestaande workshops aangescherpt op basis van evaluatie materiaal. Critical Mass werkt altijd op basis van op maat gemaakte workshops en leert daardoor veel over de toepasbaarheid van inhoud, modellen en werkvormen bij verschillende doelgroepen. Al deze kennis wordt toegepast in de ontwikkeling van nieuw materiaal. Critical Mass heeft evenals over 2008 ook over 2009 een zelfevaluatie uitgevoerd. Deze zelfevaluatie is geraadpleegd voor het opstellen van dit evaluatierapport. Pagina 13

4.4 Borging van het project De borging heeft betrekking op de wijze waarop de uitkomsten en leerpunten van het project een structurele plaats hebben gekregen in het beleid van de gemeente/organisatie. Dit betekent, bijvoorbeeld, dat de kennis, contacten en producten die zijn ontstaan in het project, nu structureel worden toegepast door de initiatiefnemende organisatie en door andere betrokken organisaties. De missie van de organisatie om academische kennis op het gebied van conflicten in te zetten voor maatschappelijke doeleinden, ligt dicht aan tegen de doelstellingen vanuit het Actieplan van het ministerie van VenJ om polarisatie en radicalisering te voorkomen en tegen te gaan. Het project INBOX is de kernactiviteit van Critical Mass. Naar mening van de onderzoekers is het project geborgd door de missie en strategie van Critical Mass, door de opzet van de organisatie, en door de controle door het bestuur van de stichting. Het is de ervaring van Critical Mass dat de resultaten van het project gaandeweg ingebed raken in het beleid van de betrokken scholen. Er is sprake van een olievlekwerking waarbij kennis die door leerlingen is opgedaan bij Critical Mass in bijvoorbeeld de tweede klas, door leerlingen zelf overgedragen wordt aan leerlingen in de eerste klas van het voortgezet onderwijs. Pagina 14

5 Doeltreffendheid De doeltreffendheid komt aan bod aan de hand van het doelbereik, de reikwijdte en de maatschappelijke effecten van het project. 5.1 Doelbereik en reikwijdte Bij doelbereik gaat het om de realisatie van de doelstellingen. Reikwijdte betreft de mate waarin in het project de beoogde doelgroepen zijn bereikt. De onderstaande tabel geeft het doelbereik weer zoals dat door de organisatie zelf wordt ervaren. Doelstelling Realisatie doelstelling Eventuele toelichting Vergroting weerbaarheid jongeren door kennis over Volledig burgerschapscompetenties en aanreiken van kennis en vaardigheden om tegenwicht te kunnen bieden aan intolerantie. Vergroten van kennis en vaardigheden van alle Volledig jongeren ten einde henzelf een bijdrage te laten leveren aan de leefbaarheid en sociale cohesie in hun eigen leefomgeving. Professionals inzicht geven in de sociale processen die Volledig mogelijk leiden tot conflict om zo een bijdrage te leveren aan: 1. De sociale cohesie in Nederland. 2. Verbetering van de sociale veiligheid binnen scholen. 3. Tegengaan van polarisatie binnen en buiten. De onderstaande tabel geeft de reikwijdte van het project weer. Doelgroep Is de beoogde doelgroep bereikt? Jongeren tussen de 12 en 30 jaar Ja oud: Specifiek leerlingen in het VO en MBO onderwijs: primair VMBO en MBO, secundair HAVO, VWO en hoger onderwijs. Specifieke aandachtsgroep: Migrantenjongeren en laaggeschoolde en minder kansrijke jeugd. Jeugd van plattelandsgebied (provincie) met hoger percentage extreemrechts gedachtegoed. Omvang doelgroep? 5.240 leerlingen (3.840 direct en 1.400 indirect) Komt het gerealiseerde bereik overeen met de raming vooraf? Ja Pagina 15

Doelgroep Professionals, in volgorde van aandacht: Docenten: mentoren, maatschappijleraren, vertrouwenspersonen. Professionals binnen maatschappelijke organisaties. Jeugdwerkers. Beleidsmakers. Ambtenaren van overheden. Zorgverleners/maatschappelijk werkers. Is de beoogde doelgroep bereikt? Omvang doelgroep? Komt het gerealiseerde bereik overeen met de raming vooraf? Ja 591 Ja, zeker de trainingen voor docenten overtreffen het bereik in voorgaande jaren. In de aanvraag aan VenJ was uitgegaan van 150 professionals. De inspanningen van Critical Mass op dit vlak zijn toegenomen. Het is niet precies duidelijk wat de oorzaak van de stijging is. 5.2 Maatschappelijk effect Uiteindelijk moeten de projecten bijdragen aan het verder tegengaan van polarisatie en radicalisering in de maatschappij. Dit is het beoogd maatschappelijk effect van de door het ministerie ondersteunde projecten. Critical Mass heeft op vrijwel alle punten de eigen doelstellingen en het beoogde bereik gerealiseerd. Aangegeven wordt dat bij scholen veel enthousiasme is over het tentoonstellingsbezoek. Dit is ook zichtbaar in de bezoekersaantallen. De in de installaties van de tentoonstelling behandelde thematiek sluit goed aan bij het tegengaan van polarisatie en radicalisering. Critical Mass is een organisatie met wortels in de wetenschap. Men kijkt kritisch naar het effect van het eigen product. Het effect van een tentoonstelling als INBOX lijkt in meerdere opzichten positief te zijn. Maar vanuit de eigen wetenschappelijke achtergrond is Critical Mass terughoudend met het trekken van conclusies over een verandering in houding en gedrag na bezoek aan de tentoonstelling. Critical Mass heeft voor een specifieke installatie en voor de tentoonstelling als geheel door studenten van respectievelijk de Radboud Universiteit Nijmegen en de Universiteit Utrecht evaluatieonderzoeken laten uitvoeren. Het eerste onderzoek toonde een positief effect aan van de installatie op het kennisniveau en de bewustwording van de deelnemende jongeren. Het tweede onderzoek wees uit dat INBOX mogelijk een effect heeft op de motivatie om zich voor de thematiek te interesseren. De hypothese dat door INBOX het vermogen toeneemt om het perspectief van een ander in te nemen (= belangrijk bij conflicthantering), kon door dit onderzoek niet worden ondersteund. Pagina 16

Het blijkt lastig wetenschappelijk aan te tonen, omdat het geen volledig gecontroleerde omgeving met exact vergelijkbare deelnemers betreft. Vanuit het perspectief van de aan Critical Mass gelieerde wetenschappers is het hierdoor niet mogelijk om gefundeerd een lange termijn maatschappelijk effect van INBOX als geheel aan te tonen. Het project heeft niettemin volgens de projectleider enigszins bijgedragen aan een daadwerkelijke vermindering van processen van polarisatie en radicalisering in de samenleving. Pagina 17

6 Leerpunten Dit hoofdstuk belicht de geconstateerde succes- en risicofactoren, de samenwerking en elementen in het project die eventueel kunnen dienen als goede voorbeelden. 6.1 Succes- en risicofactoren Terugkijkend zijn bij het project (over 2009) de volgende succesfactoren te benoemen: sterke visie op ontwikkeling van jeugd en gebruik van eigen methodiek; professionele organisatie (management, administratief, inhoudelijk, flexibel); grote betrokkenheid bestuur bij strategie en visie van de stichting; geografische spreiding van projecten; sterke samenwerkingsverbanden met maatschappelijke organisaties en onderwijsinstellingen; enthousiaste vrijwilligers en jeugd die actief participeert; tijdig ontvangen subsidiegelden en, in tegenstelling tot 2008, verminderde cashflow problemen; op maat gemaakte producten. Over 2008 genoemde succesfactoren die nog steeds van toepassing zijn: een goede wervingstrategie voor het werven van bezoekers en deelnemers door de werving op alle lagen van een school in te zetten; verdieping van de relatie met partners in het veld; samenwerking met subsidieverleners in het zoeken naar de juiste formulering van het project zodat deze goed kon aansluiten bij de doelstellingen van het Actieprogramma; de aansluiting tussen boodschap van de projecten en de belevingswereld van de doelgroep: door multimediale leermiddelen te ontwikkelen wordt de boodschap ervaarbaar door de doelgroep en wordt een brede groep leerlingen en professionals bereikt; de structuur waarlangs vrijwilligers werden geworven en werden gebonden aan de organisatie; samenwerking met gemeenten om scholen van het budget te voorzien de workshops op school te laten uit voeren. Samen met gemeenten werd gezocht naar financieringsbronnen voor scholen die belangstelling hadden voor de activiteiten van Critical Mass maar niet zelf over het budget beschikten; het cyclische evaluatiesysteem dat is ingezet om de kwaliteit van de producten en activiteiten te verbeteren. Dit maakte het mogelijk tijdig te sturen op verdere verbetering en aanscherping van werving, producten en activiteiten. Terugkijkend zijn bij het project (over 2009) de volgende risicofactoren te benoemen: relatief hoge werkdruk en tekort aan personeel; in bepaalde periodes een moeizame werving van vrijwilligers; door schaalvergroting een veranderende structuur van organisatie (professionalisering), en langzaam veranderende cultuur. Pagina 18

Over 2008 genoemde risicofactoren die nog steeds van toepassing zijn: de natuurlijke neiging van vrijwilligers op zoek te gaan naar verdere verdieping van het bestaande aanbod. Hiermee ontstaat het risico dat het aanbod niet verder wordt verbreed of vernieuwd en achterhaald raakt; het complexe proces van vrijwilligerswerving en -binding: het vergt veel inspanning de juiste vrijwilligers te werven en verloop op te vangen. De onderzoekers voegen daar de volgende risicofactor aan toe. Critical Mass is in belangrijke mate afhankelijk van de VenJ-subsidie. De organisatie is zich hiervan bewust en is bezig zich te oriënteren op alternatieve financieringsbronnen. Gezien de huidige politieke en economische situatie is de afhankelijkheid van met name VenJ als subsidieverstrekker voor de periode na 2010 een aandachtspunt. 6.2 Samenwerking Critical Mass werkte voor het realiseren van INBOX samen met een aantal organisaties waaronder COS Gelderland en Basta! Meldpunt discriminatie Brabant Noord. De al bestaande samenwerking met ROC Midden Nederland is verder verbeterd en ook met andere scholen zijn de contacten verder ontwikkeld. De projectleider van Critical Mass geeft aan dat het project in belangrijke mate heeft bijgedragen aan een verbetering van de samenwerking met betrokken organisaties. De kennis opgedaan in het project is ook overgedragen aan andere organisaties: kennis is overgedragen aan docenten; enkele werkvormen zijn 'open source' en blijven bruikbaar voor docenten en professionals die deel hebben genomen aan de training. Daarnaast is er samenwerking met meerdere universiteiten. Dit kreeg onder meer vorm door stagiaires die binnen Critical Mass onderzoeken uitvoeren. 6.3 Best practice Er is sprake van een 'best practice' als het afgeronde project of elementen ervan geschikt zijn als positief voorbeeld voor andere organisaties die een dergelijk project willen starten. De projectleider vindt het gehele project geschikt als positief voorbeeld/'best practice' voor andere organisaties die een dergelijk project willen starten. De onderzoekers onderschrijven dit: de tentoonstelling is aansprekend en adresseert de juiste issues. De wetenschappelijke onderbouwing en aanpak van INBOX als geheel vormen met name een positief voorbeeld. Zeker de initiatieven om de (maatschappelijke) effecten van de tentoonstelling te meten, ook al is dit lastig, zijn uitzonderlijk en lovenswaardig. Pagina 19

Bijlage 1 Relevante definities Onderstaande toelichting is gebaseerd op de definities zoals die door de AIVD en het ministerie van VenJ worden gehanteerd: Activisme is de benaming voor het fenomeen waarbij personen of groepen op buitenparlementaire wijze maar binnen de grenzen van de wet, streven naar bepaalde idealen. Borging van projecten: de verankering van het beleid ontwikkeld in het project, de kennis opgedaan in het project en de resultaten van projecten in de dagelijkse uitvoering door betrokken organisaties. Borging blijkt onder anderen uit de wijze waarop het beleidsonderwerp aandacht krijgt in nieuw beleid, verantwoordelijkheden voor het beleidsonderwerp zijn toegewezen in de organisatie en middelen zijn toegekend om het beleidsonderwerp uit te werken en uit te voeren. Decentralisatie-uitkering: een uitkering die via het Gemeentefonds ter ondersteuning en stimulering van de aanpak op lokaal niveau door het Rijk wordt verstrekt aan gemeenten. Extremisme is het fenomeen waarbij personen of groepen, bij het streven naar bepaalde idealen, bewust over de grenzen van de wet gaan en (gewelddadige) illegale acties plegen. Polarisatie is de verscherping van tegenstellingen tussen groepen in de samenleving die kan resulteren in spanningen tussen deze groepen en toename van segregatie langs etnische en religieuze lijnen. Radicalisering is het proces van toenemende bereidheid om diep ingrijpende veranderingen in de samenleving (eventueel op ondemocratische wijze) na te streven, te ondersteunen of anderen daartoe aan te zetten. Ingrijpende veranderingen zijn ontwikkelingen die een gevaar kunnen opleveren voor de democratische rechtsorde (doel), vaak met ondemocratische methoden (middel), die afbreuk doen aan het functioneren van de democratische rechtsorde (effect). Subsidie: een financiële bijdrage op grond van een tijdelijke subsidieregeling die door het Rijk wordt verstrekt aan zelfstandige rechtspersonen met als doel de ondersteuning van bovenlokale activiteiten ten behoeve van het voorkomen of tegengaan van polarisatie en radicalisering onder jongeren. Terrorisme is het uit ideologische motieven dreigen met, voorbereiden of plegen van op mensen gericht ernstig geweld, dan wel daden gericht op het aanrichten van maatschappijontwrichtende zaakschade, met als doel maatschappelijke veranderingen te bewerkstelligen, de bevolking ernstige vrees aan te jagen of politieke besluitvorming te beïnvloeden. De aan polarisatie en radicalisering verbonden fenomenen en processen kunnen zich manifesteren vanuit rechtse of linkse politieke overtuiging, vanuit islamitische geloofsovertuiging, of vanuit verbondenheid met dierenrechten. Pagina 1

Bijlage 2 Geraadpleegde bronnen Evaluatie Critical Mass 2008. Evaluatie Critical Mass 2009. Webenquête. Brief VenJ d.d. 25 maart 2009 inzake subsidieverlening INBOX 2009. Brief VenJ d.d. 4 december 2009 inzake subsidieverlening INBOX 2010. Directeur Critical Mass. Voorzitter stichting Critical Mass. ISK (school voor migrantenjeugd). Pagina 1