maken de kinderen vogelnestjes die zij in de dierenhoek kunnen gebruiken.

Vergelijkbare documenten
06. Medicijnen voor de apotheek

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

16. Luister naar wat ik vertel

maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Groep 1 Groep 2 samengestelde woorden in

15. Luister eens wat ik vertel!

5. De ijskraam van Sil

Opdrachten thema. Veluwe

richten de kinderen het restaurant bij de safarihoek in en hebben een gesprek.

8. Warme choco. Tijdens deze activiteit: Taal Mondelinge taalvaardigheid. Rekenen Meten Groep 1 Groep 2. pagina 1 van 6

In het thema Geen troep op de stoep kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

1. Een stempelkaart maken

In het thema In elke hoek een boek! kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

10. Wat een hoge flat!

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

BLIJ MET EEN EI. Blij met een ei, april 2011 Speel-o-theek De Dobbelsteen

maken de kinderen een elfje, een gedicht met 11 woorden, rondom dit thema.

mei 2014 vanaf 4 jaar tekst: Judith Nieken muziek: Ton Kerkhof Vogeltje, vogeltje - BVP Hint Music 2014

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Checklist Rekenen Groep Tellen tot Getallen splitsen. Hoe kun je zelf het tellen controleren?

gaan de kinderen op ontdekkingstocht langs de verschillende dieren van de boerderij en beantwoorden hun eigen vragen.

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip

2. Puzzelen naar 5 december grote groep

Wat ga je doen? Wat zet je klaar? Wie doet er mee en waar? Hoe zit het in elkaar?

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar)

Creatief en flexibel toepassen van Triplep. Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus

Hoe gaat het in groep 1/2 b

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

maken de kinderen een lijst om hun schilderij. De focus ligt daarbij op het passen en meten.

Herkent en gebruikt begrippen oppervlakte. aansprekende context bedoeld. omtrek en oppervlakte in kort, groot, klein, breed, smal,

3 Hoogbegaafdheid op school

REKENEN MET AFLATOUN HOEVEEL MUNTJES? (15 MINUTEN) MUNTJES!! (15 MINUTEN) MEL & JOL OP DE MARKT (30 MINUTEN) VAN GROOT NAAR KLEIN (15 MINUTEN)

Van eitje tot vlinder

Arrangementen dagbesteding VSO Oriëntatiefase Verdiepingsfase Integratiefase Leerjaar 1 (de

Rekenzeker. Weet binnen een context wat bedoeld wordt met bij elkaar doen, erbij doen, eraf halen en dit vertalen naar een handeling

Raar, maar waar! deel 1. groep 3 en 4

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

richten de kinderen de werkplaats van de fietsenmaker in en gaan zij in hun spel samen aan de fiets sleutelen.

HEB JE HUISWERK VANDAAG?

SPELVARIANTEN. Heb je vragen, feedback of wil je op weg geholpen worden, neem contact met ons op.

handleiding voor de leerkracht bij de leskist:

Discussiëren Kun Je Leren:

Korte cursus sinterklaasgedichten schrijven

Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0

LESBRIEF. Samenvatting: Bij dit boek horen diverse bijlagen: thema s: Ben jij ooit naar een neuzenfeest geweest?

Communiceren is teamwork

Opdrachten thema. Veluwe

De olifant die woord hield

Of misschien zoek je een leuke werkplek of dagbesteding voor jezelf of voor een familielid. Of je wilt iets zinnigs doen in je vrije tijd.

DE BAAN OP! Een interessant bedrijf kiezen. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Praktijkinstructie Dataverwerking 1 (CSE02.1/CREBO:50236)

Lees Zoek op Om over na te denken

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

Knabbel en Babbeltijd.

Themabrief. Wij gaan op vakantie PSZ Het Talent, De Wildestraat 38-40, Schiedam t:

Ik help je wel. illustraties Karlijn Scholten verhaal Isabelle de Ridder

Activiteitenschema Archeologie

Mentor Datum Groep Aantal lln

Ontwikkelingskansen voor ieder kind! Boodschappen. Kansen in kinderen. Boodschappen. voor ouders. Kansen in kinderen

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Groep 1 2 (Tal, SLO)

ADHD en lessen sociale competentie

ontdekken de kinderen hoe een regenboog ontstaat en maken daarbij aantekeningen.

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Rekenfundamenten - 1. Getalbegrip Symbool aan hoeveelheid koppelen, subiet hoeveelheid zien en benoemen, tellen én terugtellen.

Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen)

Nieuwsbrief oktober 2014

10. Rondleiding in het museum

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Lou en Lena in Ecuador

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Mijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum.

De kostbare parel. Foto s van het materiaal

Hoe dieren wonen. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Het onderzoek van de burgemeester 5/6

Kansen grijpen en kansen creëren

Voorbereiding post 4. Jonge vogels Groep

Feedback aan leerkrachten

maken de kinderen een dierenmasker en kruipen in de huid van het dier dat op het masker staat.

Tekst lezen en vragen stellen

Voorbereiding Heilig Avondmaal

Opdrachtkaarten Herfst

Noach bouwt een ark Genesis 6-8

Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2:

TITEL ACTIVITEIT + beschrijving: filosofisch gesprek over geloven.

8 april april Onderwijsinspectie 19 t/m 21 april Centrale eindtoets groep 8 22 april Koningsspelen

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Beroepsgerichte Vorming, opleiding handel en administratie of Project Algemene Vakken

Les 1 Vragen stellen Leestekst: De tandarts

God geeft evenveel aan de laatste als aan de eerste.

Oriëntatiefase Verdiepingsfase Integratiefase. Leerjaar 3, 15 Jaar. Leerjaar 4, 16 jaar

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"

Een breuk is een getal dat kleiner is dan 1. Als je iets in tweeën, drieën, vieren enz. breekt, dan krijg je een breuk.

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Natuur & Milieu Educatie

Werkblad 7.1 Opdracht 3, module 3, les 7

Ontwikkellijn 1: Ik zorg ervoor dat ik aan het werk ga en blijf!

Transcriptie:

14. Vogelnestjes Tijdens deze activiteit: maken de kinderen vogelnestjes die zij in de dierenhoek kunnen gebruiken. Rekenen Getallen Groep 1 Groep 2 Omgaan met de telrij Telt akoestisch heen en terug t/m 10 aan de hand van een Zegt de telrij (akoestisch) op t/m ten minste 20. versje/liedje. Telt vanaf verschillende getallen t/m 20 verder en t/m 10 terug. Gaat goed om met (de betekenis van) nul in telrijsituaties. Omgaan met hoeveelheden Begrijpt binnen een context wat bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Herkent hoeveelheidbegrippen als meer, minder, evenveel, meeste, minste, veel, weinig, erbij, eraf, samen, niets, alles, laatste, eerste, tweede, derde, Ordent hoeveelheden om ze te en past ze actief toe. tellen (legt de te tellen voorwerpen bijvoorbeeld eerst in een rij). Vergelijkt en ordent hoeveelheden tot ten minste 12 op meer, minder, evenveel, meeste, minste. Lost eenvoudige splitsproblemen onder de 10 op. pagina 1 van 5

Taal Mondelinge Groep 1 Groep 2 taalvaardigheid Luisteren Luistert met aandacht naar de leerkracht als deze iets vertelt. Laat zien dat hij naar een ander luistert en geeft gepaste Begrijpt gedragsaanwijzingen. feedback. Begrijpt meervoudige opdrachten. Begrijpt meervoudige instructie en mededelingen en voert die uit. het vogelnest (de boom, het ei, uit het ei komen, eten, vliegen) een ei leggen de vleugel de veer de worm speelgoed- of decoratievogeltjes hard wordende klei takjes, veertjes en stro of hooi afbeeldingen van nesten, of eventueel een echt vogelnestje aftelliedje Vijf kleine vogeltjes, te vinden via deze link. Verzamel tijdens het buiten spelen samen met de kinderen kleine takjes en veertjes. Natuurlijk mogen de kinderen ook thuis spullen verzamelen en deze mee naar school nemen. Verzamel alle spullen op een centrale plek in een doos. Zoek op Google afbeeldingen van vogelnestjes, een eendennest en een meerkoetnest. Lis heeft een vogeltje bij zich. Laat de kinderen het vogeltje bekijken. Hoe ziet het eruit? Waar zitten zijn vleugels en zijn veren? Lis vertelt dat het een mamavogel is en dat ze een ei wil leggen. Praat met de kinderen over een ei leggen. Waarom legt een vogel een ei? Wat gebeurt er pagina 2 van 5

met het ei? Waar kan de mama vogel haar ei leggen? Hebben we er een plekje voor in de klas? Leg verbinding met het spel dat de kinderen in de dierenhoek hebben gespeeld. De mamavogel krijgt een plekje in de dierenhoek. Geef aan dat de kinderen een vogelnestje gaan maken voor de mamavogel, zodat ze een mooie plek kan vinden om haar ei te leggen. Vraag de kinderen de doos met de verzamelde takjes, veertjes, stro en andere dingen op tafel te zetten. Bekijk samen de inhoud van de doos. Leg uit dat de kinderen vogelnestjes gaan maken met klei en de verzamelde spullen. Wat denken de kinderen nodig te hebben uit de doos? Hoeveel takjes? En hoeveel veertjes. Laat hen pakken wat ze nodig denken te hebben. Er moet natuurlijk wel genoeg overblijven voor de kinderen die na hen deze activiteit gaan doen. Lis helpt mee met het maken van de vogelnestjes door de mamavogel takjes naar de kinderen te laten vliegen. De mamavogel inspecteert tussentijds de vogelnestjes. Jij hebt lekker veel hooi in het nestje zitten, dat zal lekker warm zijn! Besteed tijdens de activiteit aandacht aan de doelen. Vraag bijvoorbeeld hoeveel takjes een kind voor zich heeft liggen. Kan hij er daarvan drie aan u geven? Hoeveel heeft hij er nu nog liggen? Zijn dat er genoeg voor zijn nestje, of heeft hij er meer nodig. Hoeveel meer zou hij er nodig hebben? Als de kinderen klaar zijn, kunnen zij natuurlijk verder met het maken van eitjes, kleine vogeltjes en eten voor de vogeltjes. Bespreek dan ook wat kleine vogeltjes eten. Denk aan insecten en wormen. De beschrijving van deze activiteit is een suggestie; komen er uit de spelactiviteiten andere interesses en ideeën naar voren bij de kinderen, besteed hier dan op een ander moment aandacht aan. Zorg wel dat de doelen centraal blijven staan. Laat de kinderen aan elkaar vertellen waarom hun nestje een goede plek is voor de mamavogel om een in ei te leggen. Complimenteer de kinderen ervoor dat zij goed gewerkt hebben. Mamavogel zal er blij mee zijn! Als de nestjes gedroogd zijn mogen de kinderen hun nestje een plek geven in de dierenhoek. Laat de kinderen tellen hoeveel nestjes er al gemaakt zijn. Intensief arrangement Stel de kinderen die moeite hebben met het omgaan met hoeveelheden tijdens het werken aan het vogelnestje functionele, relevante vragen, zoals: Veeg alle takjes maar even naar het midden van pagina 3 van 5

de tafel, dan vallen ze niet op de grond. Zijn dat alle takjes? Wat zou de moedervogel fijn vinden: veel of weinig veertjes? Heb jij veel veertjes gebruikt? Wie heeft er nog veel meer veertjes in zijn vogelnestje zitten? Verdiept arrangement Stel de kinderen die het intensieve arrangement aangeboden krijgen complexere vragen over hoeveelheden. Heb jij meer takjes of meer veren gebruikt? Hoeveel veren? Hoeveel takjes? Hoeveel zijn dat er meer? Een stap verder! De kinderen die meer aankunnen dan de aanwijzingen in het verdiepte arrangement, kunt u de volgende aanvullende activiteit aanbieden. Hierbij staat het volgende groep 3-doel centraal: Telt handig t/m 20 door gebruik te maken van 5- en 10-structuur. Zorg ervoor dat de doos met verzamelde spullen goed gevuld is. Vraag de kinderen de doos met verzamelde materialen erbij te halen en bekijk samen de inhoud. Denken ze dat er genoeg spullen verzameld zijn voor alle kinderen uit de klas? Hoe kunnen we er achterkomen? Ja, we moeten weten hoeveel takjes er in de doos zitten. Dus we gaan tellen. Laat de kinderen eerst zelf beginnen met tellen. Laat zien hoe ze door middel van de 10-structuur handig kunnen tellen. Maak steeds groepjes van 10 takjes en tel met stappen van 10. Hoever komen de kinderen? Schrijf op hoeveel takjes er zijn. Nu weten we hoeveel takjes we hebben. Maar zijn dat er genoeg voor de hele klas? Hoeveel takjes heb je ongeveer nodig voor het maken van een vogelnestje? Kijk met elkaar hoeveel vogelnestjes er nog gemaakt moeten worden. Hoeveel vogelnestjes zijn er al gemaakt? Ja, er zijn al acht vogelnestjes gemaakt. We zijn met 30 kinderen. Hoeveel kinderen moeten er dan nog een vogelnestje maken? Dat is een moeilijke vraag! Wie weet hoe we het antwoord kunnen vinden? Laat de kinderen eerst zelf uitproberen hoe ze het antwoord kunnen vinden. Misschien kunnen we deze blokjes gebruiken? Ik heb hier 30 blokjes. Stel zo nodig voor om de kinderen die al een vogelnestje hebben gemaakt, opzij te schuiven. Hoeveel blokjes gaan er dan weg? Hoeveel liggen er nu nog? Laat de kinderen dit tellen aan de hand van de vijf structuur. Er moeten dus nog 22 vogelnestjes worden gemaakt. Laat de kinderen de takjes verdelen over de 22 kinderen. Dit kunnen ze ook weer doen aan de hand van de 5- of de 10- structuur. Stel met elkaar vast of er genoeg materialen zijn verzameld. Is dat niet het geval, laat de kinderen dan aan de klas vertellen dat zij gezien hebben dat er niet genoeg spullen zijn om de vogelnestjes te maken. En dat iedereen dus nog op zoek moet gaan naar takjes en veertjes voor de vogelnestjes. pagina 4 van 5

Als er tijdens het maken van de vogelnestjes tijd voor is, kunt u met de jongste kinderen het aftelliedje Vijf kleine vogeltjes zingen. Laat de klei ook op andere momenten van de dag beschikbaar zijn, zodat de kinderen hun vogelnestjes kunnen uitbreiden met eitjes, en vogeltjes. pagina 5 van 5