Groep 1-2 Speel- en ontdekboek Schatje en Scheetje Elle van Lieshout & Eric van Os
Inhoud Inleiding... 3 Het verhaal... 3 Over de auteurs... 3 Over de illustrator... 3 Thema s... 4 Interactief voorlezen... 4 Voorbereiding... 4 Introductie... 4 Voorlezen en vertellen... 5 Praten / Ingaan op het verhaal... 6 Verwerking... 7 Voorlezen in Katta Kombe... 7 Sokken sorteren... 7 Rijmen... 7 Liedjes en versjes... 7 Politie en boef... 10 De sokkensuper... 10 Tekeningen knippen... 11 Sokkensuper... 11 Wepboek... 11 Werkbladen... 12 2
Inleiding Voor u ligt het speel- ontdekboek dat hoort bij het boek Schattje en Scheetje van Elle van Lieshout en Eric van Os, uitgegeven door Lemniscaat. We hopen dat u, de leerlingen en de ouders er veel plezier van zullen hebben. Daar gaat het tenslotte om binnen de Rode Draad. In dit speel- ontdekboek zijn tips, suggesties en verwerkingsbladen opgenomen. Naast meer plezier zullen de verwerkingsactiviteiten ook leiden tot meer verhaal begrip en uitbreiding van de woordenschat. In deze lesbrief is gebruik gemaakt van een aantal lessuggesties van Boekenpret Het verhaal Schatje en Scheetje zitten in de gevangenis. Ze hebben één paar blauwe sokken gestolen. Gelukkig zijn ze samen, maar de muren van hun cel zijn wel erg kaal. Scheetje is lang en dun als een lat. Hij kan gemakkelijk door de tralies naar buiten klimmen. Speciaal voor Schatje haalt hij een ondergaande zo, een prachtig uitzicht, bomen en planten en tot slot zelfs een echte vijver! Schatje en Scheetje hebben het helemaal naar hun zin. Maar dan gebeurt er iets vreselijks ze worden vrijgelaten. Wat nu? Scheetje krijgt een fantastische ingeving. Samen gaan ze naar de sokkensuper op de hoek. Daar wachten ze tot een agent hun ziet en pikken één paar roze sokken. Op de laatste pagina van het prentenboek zitten de boeven weer in de cel, met ieder één roze en één blauwe sok aan de voeten Over de auteurs Elle van Lieshout en Eric van Os schrijven sinds 1990 samen kinderboeken, liedjes, versjes en teksten voor tijdschriften en methodes en Sesamstraat. Samen hebben ze een dochter en een zoon. Erik volgde een opleiding tot kleuterleider en studeerde een paar jaar Nederlands. Hij werkte als kleuterleider, brugwachter, poppenspeler, gezondheidsvoorlichter en als redacteur bij Okkie en Taptoe. Ellen volgde 2 jaar de Pedagogische Academi en studeerde daarna sociale pedagogiek. Ze gaf Nederlands aan vluchtelingen, kookte in een biologisch restaurant en werkte in een natuurvoedingswinkel. Nu zijn ze beiden fulltime schrijver en werken thuis in hun ruime werkkamer op zolder. Samen schreven ze al meer dan 100 boeken. Eén van de bekendste boeken van dit schrijversechtpaar is Het grote prentenboekenliedjesboek (2006) met liedjes spelletjes en zoekopdrachten bij twintig bekende prentenboeken. Tussen het schrijven door geeft Erik lezingen op scholen, voorleesvoorstellingen, poëzieworkshops aan leerlingen en leerkrachten en samen met Elle cursussen peuter- en kleuterliteratuur. Zie ook: www.erikvanosenellevanlieshout.nl en www.leesplein.nl Over de illustrator 3
Mies van Hout (1962) volgde de lerarenopleiding tekenen in Ti;burg en dtudeerde daarna grafisch ontwerpen aan de kunstacademie in Groningen. Sinds 1898 werkt ze als freelance illustrator en grafisch ontwerper. Ze is zich steeds meer gaan specialiseren in het illustreren van kinderboeken Daar werkt ze nyu fulltime aan in haar atelier achterin haar tuin. Het allerliefst maakt ze prentenboeken. Ze prbeert zich altijd in te leven in de personages die ze tekent. Ook kleuren vindt ze belangrijk omdat die sfeer geven aan een tekening. Zie ook: www.miesvanhout.nl en www.leesplein.nl Thema s Liefde, boeven, schikken in je lot en met weinig gelukkig zijn. Interactief voorlezen Voorbereiding Door het boek te lezen en de illustraties op u in te laten werken komt u in de sfeer van het verhaal. U brengt het lokaal in de sfeer van het boek. U kunt bijvoorbeeld een gevangenishoek maken: baken een stuk van het lokaal af, teken op het raam een tralievenster, hang een boevenpak (verkleedkleren of een gestreepte pyjama of trui) op een kleerhanger en maak een gevangenisdeur met een slot van een grote doos of paneel. Op de grond legt u een kleed, een waterkan en wat brood. De hoek is verder helemaal kaal. Hang boven de hoek een bord met het woord Katta Kombe. Voor de introductie zorgt u voor een flinke sleutelbos met enkele indukwekkende grote sleutels aan een ring. Maal eventueel een sleutelbos van karton. In de boekenhoek kunt u ruimte vrijmaken voor een boekenmuur. Tijdens het werken met dit project kan de boekenmuur gevuld worden bij geleverde boeken en met bijvoorbeeld tekeningen van de leerlingen Introductie Leerlingen laten zich graag verrassen. Door het boek op een boeiende manier te introduceren wekt u de belangstelling van de leerlingen. Stop in een verteltas of doos de sleutelbos, een paar (blauwe) sokken, een stuk brood, uitgescheurde illustratie van een zon en twee speelgoedmuizen (of een afbeelding van de twee muizen uit het boek. Maak de verteltas/doos open en pak de sleutelbos eruit. Rammel met de bos en laat de grootste sleutel zien. Dit is de sleutel van een gevangenis. En deze gevangenis heet Katta Kombe. Een gevangenis wordt soms ook kerker 4
genoemd. Om in deze diepe, donkere, droevige kerker te komen, heb je deze sleutel nodig. Wie wonen er in een gevangenis? Wanneer kom je in de gevangenis? Laat de leerlingen hierover vertellen. Laat het brood zien (je krijgt alleen droog brood te eten in Katta Kombe) en laat de muizen zien (dat zijn de enige andere bewoners van Katta Kombe). Maak daarna de overgang naar het boek en laat de voorkant van het boek zien. Wee je wie er in de gevangenis Katta Kombe zitten? Schatje en Scheetje! U wijst hierbij naar de titel van het boek, Wie denk je dat Scheetje is? En wie Schatje? (Scheetje is de lange dunne man; Schatje is de mollige vrouw). Waarom zouden ze in de gevangenis zitten? Hoe kijken Scahtje en Scheetje? Op de kaft staan ook enkele hartjes afgebeeld. Worden deze hartjes ontdekt door de leerlingen? Wat zouden deze hartjes betekenen? Haal de andere spullen uit de verteltas/doos (sokken en de uitgescheurde zon). Wat hebben de sokken te maken met het boek? (Schatje en Scheetje hebben ieder één blauwe sok aan). En wat heeft de zon met het boek te maken? Dat staat vast in het boek! U bladert door het boek en moedigt de leerlingen aan om te vertellen wat ze op het boek zien. Tel samen met de leerlingen het aantal tralievensters van Katta Kombe. Ontdekken de leerlingen de twee muizen die steeds op de platen van de kerker zijn afgebeeld? Blader het boek door tot aan de bladzijde dat Schatje en Scheetje weer buiten de gevangenis staan. Wat gaat er nu gebeuren? Bewaar de rest van het verhaal voor het voorlezen. Voorlezen en vertellen In de volgende voorleessessie leest u de letterlijke tekst van het boek voor. Gebruik bij het voorlezen eventueel de spulletjes uit de voorleestas/doos, zoals de sokken en het brood. In de tekst wordt gebruik gemaakt van beeldend taalgebruik. Laat eerst de leerlingen vertellen wat er met de zinnen wordt bedoeld. Daarna kunt u de zinnen nader omschrijven; Ze hadden elkaars hart gestolen; Onder die met liefde gestolen hemel vielen ze heerlijk in slaap Hij kwam terug met extra vitaminen (een boom met appels) Maar op een dag sloeg het noodlot toe. Lees het verhaal voor tot en met de bladzijde dat Schatje en Scheetje de gevangenis verlaten. Fantaseer samen met de leerlingen over hoe het verhaal verder zal gaan. Lees het verhaal verder uit en vraag bij het tonen van de laatste plaat of de leerlingen kunnen vertellen waar Schatje en Scheetje zich bevinden. Tijdens het voorlezen nodigt u de leerlingen uit om mee te doen. U sluit aan bij wat de leerlingen al weten van het thema: o Hoe ziet een gevangenis eruit? Is het daar gezellig? Waarom niet? o Hoe kom je weer naar buiten? U sluit aan bij de eigen ervaringen van de leerlingen en reageert op hun inbreng: o Schatje en Scheetje zijn erg lief voor elkaar. Hoe laat je zien dat je iemand lief vindt? 5
o Welke lieve dingen doe je voor je vriendje, voor papa en mama, voor je broertje of zusje, voor je opa of oma? U stelt vragen en moedigt de leerlingen aan opmerkingen te maken: o Wat schildert konijn? Wat heeft hij daarvoor nodig/ o o o Zullen we samen de grote sterren tellen? Elke dag ging Scheetje uit stelen. Behalve een appelboom brengt hij ook een vijver en een hooimijt binnen. Wat doet Schatje in de vijver? En wat doen de muizen? (sokken wassen, met water spetteren). Hoe zien Schatje en Scheetjes eruit in de sokkensuper? Wat hebben ze aan? Zien ze er hetzelfde uit als in de gevangenis? Sluit het voorlezen af met het luisteren naar het liedje Leve de gevangenis, geschreven door de twee auteurs van het prentenboek. Kijk en luister op: www.erikvanosenellevanlieshout.nl klik op liedjes. Praten / Ingaan op het verhaal U leest het boek weer voor en besteed deze keer bijzondere aandacht aan de structuur van het verhaal. Hebben de leerlingen het verhaal goed begrepen? U gebruikt daarvoor de drie onderdelen van de verhaallijn: 1. Wat is het begin van het verhaal, wat is het probleem: - Waarom zitten Schatje en Scheetje in de gevangenis? Hoe vinden ze het in de gevangenis? 2. Wat gebeurt er? - Wat doet Scheetje om er voor te zorgen dat het gezellig wordt in de gevangenis? U kunt steeds een andere leerling vragen iets te noemen van de uitstapjes naar buiten door Scheetje. Wat brengt hij allemaal naar binnen? (uitzicht met zee en zon, maan en sterren, appelboom, vijver, hooimijt). Laat hierbij nogmaals de pagina zonder tekst zien waarin het konijn de lege plekken opnieuw heeft beschilderd. Wat stond er eerst op deze plekken? - Hoe voelen ze zich dan in de gevangenis? 3. Hoe loopt het af? - Schatje en scheetje hebben het fijn in de gevangenis. Maar wat gebeurt er dan? - Welk plan bedenkt Scheetje? - Wat gebeurt er in de sokkensuper? - War gebeurt er daarna met Schatje en scheetje? Als e leerlingen kunnen vertellen dat Schatje en Scheetje weer in e gevangenis belanden dan weet u dat de leerlingen het verhaal begrepen hebben. Schatje en Scheetje is een verhaal waarvan de leerlingen gauw in de gaten zullen krijgen dat het niet klopt. Na het voorlezen kunt u daarnaar vragen: - Is dit verhaal echt gebeurd? - Waarom kan het niet gebeurd zijn? - Noem eens een paar dingen die echt nooit kunnen gebeuren? - Wat zou wel waar kunnen zijn aan dit verhaal? Neem de tijd bij het praten over dit verhaal! Laat gerust stiltes vallen na het stellen van een vraag. Leerlingen hebben die tijd hard nodigmom hun antwoord te formuleren. 6
Verwerking Het boek kan door herhaaldelijk voorlezen op diverse manieren tot leven komen waardoor het plezier in het verhaal en de verwerking extra worden versterkt. Door spelenderwijs bezig te zijn met de begrippen en de taal uit het boek ontstaat er een extra impuls voor de woordenschat- en taalverwerving. Voorlezen in Katta Kombe De gevangenishoek kan uitstekend gebruikt worden als voorleeshoek. In de gevangenis is immers alle tijd om te luisteren naar verhalen. Nodig één of twee ouders uit die tijdens schooltijd aan kleine groepjes leerlingen voorlezen. Bijvoorbeeld uit de prentenboeken behorende bij dit project. Sokken sorteren Laat alle leerlingen een paar bijzondere sokken meebrengen. In een kringgesprek laat u de leerlingen de sokken beschrijven. Met de sokken kunt u verschillende sorteerspelletjes spelen. Bijvoorbeeld; sorteer de sokken in verschillende categorieën: - Kleur - Streepjes - Figuurtjes zoals print van dieren, stippen, bloemetjes enz Een ander sorteervariant: doe alle losse sokken in een grote wasmand en laat de leerlingen om de beurt een paar sokken eruit halen. Of span een waslijn in de klas en laat de leerlingen de zelfde sokken naast elkaar ophangen. Rijmen Probeer met de leerlingen rijmwoorden te zoeken op sok. Stel bijvoorbeeld een vraag en laat dan de leerlingen het rijmwoord zeggen: Sok, sok, sok: het konijn zit in een..(hok) Sok, sok, sok: lekkere soep gemaakt door de..(kok) Sok, sok, sok: melk drink je uit een..(mok) Sok, sok, sok: een kip zegt..(tok) Sok, sok, sok: mama draagt en..(rok) Sok, sok, sok: in de wei staat een geit en een..(bok) Zie ook werkbladen. Liedjes en versjes Ik heb mijn sokken aangetrokken Ik heb mijn sokken Aangetrokken Helemaal tot bovenaan Kijk mijn tenen zijn verdwenen In het puntje onderaan En nu moeten Nog mijn voeten Allebei De laarzen aan Dat is één Dat is twee Kom maar mee We gaan Uit Hallo met mij van Els van Delden Aftelversje Pief paf poef Jij bent een boef Pief poef paf Jij bent af Kusje Kusje op je linker wang Kusje op je rechterwang kusje met je neus ertussen niemand is voor kusjes bang. 7
Annie M.G. Schmidt schreef het bekende gedichtje ik ben lekker stout. Met het uitspreken van de zin ik wil niet meer geeft het kind grenzen aan en kan het lekker even stout zijn. Ik wil niet meer, ik wil niet meer Ik wil geen..(kind zegt hardop iets wat hij/zij niet wil) Ik wil niet zeggen elke keer, Dank je wel mevrouw, dank je wel meneer Nee nooit meer! Hieronder het hele gedicht: Ik ben lekker stout. Ik wil niet meer, ik wil niet meer! Ik wil geen handjes geven! Ik wil niet zeggen elke keer: Jawel mevrouw, jawel meneer Nee, nooit meer in mijn leven! Ik hou mijn handen op de rug en ik zeg lekker niks terug! Ik wil geen vieze havermout, Ik wil geen tandjes poetsen! 'k Wil lekker knoeien met het zout, ik wil niet aardig zijn, maar stout en van de leuning roetsen en schipbreuk spelen in een teil en ik wil spugen op het zeil! En heel hard stampen in een plas en dan m'n tong uitsteken en morsen op m'n nieuwe jas en ik wil overmorgen pas weer met twee woorden spreken! En ik wil alles wat niet mag, de hele dag, de hele dag! En ik wil op de kanapee met hele vuile schoenen en ik wil aldoor gillen: Nee! En ik wil met de melkboer mee en dan het paardje zoenen. En dat is alles wat ik wil En als ze kwaad zijn, zeg ik: Bil! Annie M.G. Schmidt 8
9
Politie en boef Een tikspel waarbij 3 tot 5 leerlingen agent zijn en de overigen zijn Schatje of Scheetje. De agenten stellen zich in het midden van de gymzaal op. Tegenover de agenten staan de Schatjes en Scheetjes. Tussen de agenten en de boeven staat de wasmand met sokken. Na het startsein rennen alle leerlingen naar de wasmand en proberen een sok te pakken en rennen daarna naar de overkant waar ze de sok in een andere wasmand leggen. Als ze getikt worden door een agent dan moeten ze bevroren stil blijven staan of gaan zitten op de plek waar ze getikt zijn. Hoeveel Schatjes of Scheetjes lukt het om een sok te stelen? Variatie: Drie tikkers zijn agenten, de overige leerlingen zijn boeven en bij hen steken lange sokken, als een staart, uit de achterkant van hun kleding. De tikkers moeten zoveel mogelijk sokken afpakken en in een wasmand verzamelen. Na iedere ronde van het tikspel kunnen de sokken uit de wasmand samen worden geteld. De sokkensuper Richt samen met de kinderen een sokkensuper in: een winkelhoek met een toonbank, een kassa, sokken in mandjes en doosjes, inpakpapier en plakband. Laat de leerlingen in groepjes in deze winkelhoek spelen. Maak eventueel met de leerlingen een uitstapje naar de Hema, Zeeman, V&D en bekijk daar de sokkenafdeling. Laat vooral de verschillende sokken duidelijk zien: kindersokken, babysokjes, damessokken, herensokken, sportsokken, kniekousen saaie sokken, leuke sokken enz Natuurlijk kunnen er ook sokken getekend worden, in de lievelingskleur, met je lievelingsdier of figuur. Deze sokken kunnen aan een lijn in de sokkensuper opgehangen worden. Zie ook werkbladen 10
Tekeningen knippen Het uitzicht in de cel vindt Schatje maar niks. Scheetje gaat op zoek naar mooie uitzichten. Buiten knipt hij uit het landschap de zon. Een stukje zee, een halve maan en een hele sterrenhemel en nog veel meer. Schatje en Scheetje krijgen het prima naar hun zin in de cel. Welke elementen van buiten zouden de leerlingen willen uitknippen om het klaslokaal (nog) gezelliger te maken. Oude tijdschriften, een schaar, lijm en gote vellen papier (behangrol) en knippen en scheuren maar. Sokkensuper Welke sokken horen bij elkaar. Inde sokkensuper zijn alle sokken door elkaar geraakt. Dit werkblad kunnen de leerlingen zelfstandig maken. U kunt het ook samen met het boek ook mee naar huis geven zodat ze het samen met een ouder kunnen maken. Dit kan het samen praten over het boek stimuleren in de thuissituatie. Zie ook werkbladen Wepboek Kijk op www.wepboek.nl naar het filmpje van Schatje en Scheetje. Klik door op wepboek en daarna op het poppetje klik daarna op de televisie en daarna op het boek Schatje en Scheetje. Na het filmpje kunnen de leerlingen de vragen beantwoorden. Veel lees- en speelplezier. 11
Werkbladen Deze bladen worden los bijgeleverd om te kopiëren 12