Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg



Vergelijkbare documenten
Monumenten- en landschapszorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Monumentenen landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen:

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

Bij de opmaak van deze leidraad werden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document

1.1 Inleiding. 1.2 Domeinspecifieke competenties bachelor in de Biowetenschappen. Gehanteerde input

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Logopedie en audiologie

Onroerend erfgoed en toegankelijkheid

DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Stuk 733 ( ) Nr. 1

Onroerend Erfgoed. Voorstelling van het agentschap en haar CWI op ontmoetingsdag VCWI 2016

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Elektromechanica

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Office management

Publicatie :

Kaderdecreet Onroerend Erfgoed: enkele aandachtspunten voor lokale besturen

ERFGOED IN MIJN STRAAT

Het varend erfgoed decreet en de VIOE-inventaris. Maarten Van Dijck

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

TRAINING EN TOETSING BINNEN DE OPLEIDING. Professioneel Handelen

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

Het Onroerenderfgoeddecreet: instanties en actoren, inventarisatie en bescherming Anne Mie Draye...1

Kioskplein en directeursvilla met park BERINGEN

EVC-Beroeps-Overstijgende-Competentiestandaard niveau 1

Onderwijs- en examenregeling

Context. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving.

Competentie-invullingsmatrix

Semester 1 Studietijd (uren) Lestijden (60')

Parochiekerkenplan: klus of kans? Ervaringen uit enkele pilootprojecten

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE

DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur

Evi Knuts projectcoördinator

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009

2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

[AFDELING 2 ACCREDITATIE, PROGRAMMATIE EN REGISTRATIE VAN OPLEIDINGEN ONDERAFDELING 1 ALGEMENE BEPALING (verv. decr. 19 maart 2004, art. V.

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Podologie

Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Competentie-invullingsmatrix

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x

Toetsplan Masteropleiding Kunst- en Cultuurwetenschap programma Kunsten, Cultuur en Media

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN

Industriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking

Beleidsbrief Onroerend Erfgoed 2016

Voor de eeuwigheid? Bewaren en niet bewaren van roerend religieus erfgoed. CRKC Expertenforum. Religieus erfgoed in situ: voordelen en beperkingen

Onderwijs- en examenregeling

FUNCTIEBESCHRIJVING 1

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Politieonderwijs & externe kwaliteitszorg op weg naar accreditatie

Formuleren van de onderwijsdoelen van de bacheloropleidingen aan de UA

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN

Functiebeschrijving. Functiehouder. Functiegegevens. Doel van de functie. Plaats in de organisatie OCMW SCHOTEN

Aanduiding ankerplaatsen - erfgoedlandschappen. Wetgeving: procedure en gevolgen

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Leidraad voor het ontwerpen van een domeinspecifiek referentiekader academisch gerichte bachelor <opleiding>

Opleidingsprofiel MPPM

Functiebeschrijving: Projectportfoliobeheerder

Niveaubeschrijvingen NLQF per descriptor met toelichting, versie 23 maart 2017

ERFGOED IN MIJN STRAAT. Over de inventaris van het bouwkundig erfgoed

CONSULENT BOUWKUNDIG ERFGOED (M/V)

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT:

Minor Landschapsgeschiedenis

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

Onderwijs- en examenregeling

Academiejaar Programmagids. Vroedkunde (PBA) 1eBa Vroedkunde

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005

Dialoogmuseum Parkabdij. toekomstvisie op de geïntegreerde erfgoedwerking van CRKC. Adviesforum CRKC 22 september 2016 Interdiocesaan Centrum, Brussel

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

VR DOC.0432/1

Beïnvloeden internationale denkkaders Vlaamse beleidsdossiers? Een kijk vanuit het middenveld

Adjunct van de directeur Standplaats: Regio Oost: Dirk Boutsgebouw, Diestsepoort 6, bus 94, 3000 Leuven Vacaturenummer:

Onderwijs- en examenregeling

ECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED BIBLIOTHEEK-, ARCHIEF- EN DOCUMENTATIEKUNDE

Statutair bouwhistoricus voor de dienst Monumentenzorg

2. Selectie van studenten geschiedt op basis van een oordeel over de volgende kerncompetenties van belangstellenden:

Basiseducatie LEERGEBIED Maatschappijoriëntatie

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

STUDIEGIDS MASTER THEOLOGIE ALGEMEEN

RENOVATIES EN RESTAURATIES

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3;

Academiejaar Programmagids. Verpleegkunde (PBA) 1eBa verpleegkunde

Transcriptie:

Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader ontwikkeld dat door de commissie gebruikt wordt bij de beoordeling van opleidingen. De visitatiecommissie is verantwoordelijk voor de opmaak van het domeinspecifiek referentiekader. De VLHORA als evaluatieorgaan geeft de procedure 1 aan voor de opstelling ervan. Het referentiekader is niet bedoeld om een ideale opleiding te schetsen. Respect voor de eigenheid van een opleiding en voor de diversiteit binnen eenzelfde opleiding over de instellingen heen, veronderstelt immers dat in de eerste plaats wordt nagegaan of elke opleiding erin slaagt haar eigen doelstellingen te realiseren en dit zowel inhoudelijk als procesmatig. Dit belet niet dat wordt nagegaan of elke opleiding aan een aantal minimumeisen voldoet, die aan de betreffende opleiding worden gesteld vanuit het vakgebied en/of de relevante beroepspraktijk. 1.2 Domeinspecifieke competenties Gehanteerde input - referentiekaders van de opleiding Artesis Hogeschool Antwerpen - wettelijke bronnen Wet- decreet- en regelgeving. Monumenten, Stads- en dorpsgezichten, Landschappen, Archeologie en Varend Erfgoed, Vlaams Gewest. Meer in het bijzonder: Besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 1993 tot bepaling van de algemene voorschriften inzake instandhouding en onderhoud van monumenten en stads- en dorpsgezichten (gewijzigd bij besluit(en) van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, 5 juni 2009 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1995 tot vaststelling van een premie voor werken aan beschermde archeologische goederen, (gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 12 december 2003, 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 1997 houdende algemene beschermingsvoorschriften, advies- en toestemmingsprocedure, instelling van een register en vaststelling van een herkenningsteken voor beschermde landschappen, (gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 4 april 2003, 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerkzaamheden aan beschermde monumenten, (gewijzigd bij 1 De procedure voor het opstellen van het domeinspecifiek referentiekader is beschikbaar op de website van de VLHORA www.vlhora.be onder de rubriek visitatie & accreditatie. 1

besluiten van de Vlaamse regering van 20 september 2002, 23 juni 2006 en 30 april 2009 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2003 tot instelling van een premiestelsel voor beschermde landschappen, (gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning (17 januari 2002), gewijzigd bij besluit van 11 april 2003 ter aanwending van een unieke vergunning inzake stedenbouw en erfgoed. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de voorwaarden voor het toekennen van een subsidie voor werken tot behoud van een beschermd goed (30 april 2003). - Internationale referentiekaders Charter van Venetië (1964) Conventie van Granada (monumenten) (1985) Conventie van la Valetta (archeologie) (1992) Conventie van Firenze (landschappen) (2000) - brondocumenten onderschreven door werkveld SERV Beroepsprofiel: Bouwhistoricus (2009) SERV beroepsprofielen: restauratievakman, vakman moderne bouwrestauratie en conservator-restaurator. Ontwerp van SERV Beroepsprofiel: restauratiearchitect - andere bronnen Raymond Lemaire International Center for Conservation, Master of Conservation of Monuments and Sites (MCMS) Domeinspecifiek referentiekader voor de academisch gerichte masteropleiding De visitatiecommissie heeft de competenties eigen aan het domein van de academisch gerichte masteropleiding Monumenten- en landschapszorg bepaald. De visitatiecommissie is zich bewust dat de afgestudeerde master naast specifieke competenties eigen aan het domein ook algemene, algemeen-wetenschappelijke en wetenschappelijk disciplinaire competenties dient te verwerven. Voor de formulering van de algemene, de algemeen-wetenschappelijke en de wetenschappelijk disciplinaire competenties wordt verwezen naar het structuurdecreet van 2003. Het structuurdecreet (art. 58 2 3 ) onderscheidt volgende eindcompetenties voor een master. 2. De aanwezigheid van voldoende generieke kwaliteitswaarborgen garandeert dat de instellingen een onderwijs aanbieden dat de studenten bij de voltooiing van de opleiding brengt tot: 3 in de opleidingen leidend tot de graad van master : - het beheersen van algemene competenties op een gevorderd niveau als het vermogen om op een wetenschappelijke wijze te denken en handelen, het om kunnen gaan met complexe problemen, het kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar de ontwikkeling van meer adequate oplossingen, het vermogen tot communiceren van het eigen onderzoek en probleemoplossingen met vakgenoten en leken en het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context; - het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties op een gevorderd niveau als het kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek, het kunnen ontwerpen van onderzoek, het kunnen 2

toepassen van paradigma's in het domein van de wetenschappen of kunsten en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma's, het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten en het samen kunnen werken in een multidisciplinaire omgeving; - een gevorderd begrip van en inzicht in de wetenschappelijk-disciplinaire kennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan, in staat zijn om de wijze waarop de theorievorming beweegt te volgen en te interpreteren, in staat zijn om in een of enkele delen van het vakgebied een originele bijdrage aan de kennis te leveren en het bezitten van specifieke bij het vakgebied horende vaardigheden als ontwerpen, onderzoeken, analyseren, diagnosticeren; - hetzij het beheersen van de competenties nodig voor het zelfstandig kunnen verrichten van wetenschappelijk onderzoek of de zelfstandige beoefening van de kunsten op het niveau van een beginnend onderzoeker of kunstenaar, hetzij het beheersen van de algemene en specifieke beroepsgerichte competenties nodig voor de zelfstandige aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Domeinspecifieke wetenschappelijke competenties Kennis en inzicht: - onderkent de waarde en de betekenis van het historisch onroerend erfgoed, - kan het onroerend erfgoed plaatsen in een Europees perspectief, - kent de principes, de deontologie, de theorie en de geschiedenis van de Monumenten- en landschapszorg, - kent de verschillende wetenschappelijke disciplines, met hun specifieke methoden en technieken, relevant bij het behoud, herstel en beheer van onroerend erfgoed, - kent de internationale charters en conventies die van toepassing zijn op het onroerend erfgoed, - kent het beleid, de wet-, decreet- en regelgeving van diverse overheden inzake onroerend erfgoed, - kent de actuele conservatie- en restauratiepraktijk in Vlaanderen en Europa, - heeft inzicht in de fysische en de humane invloedsfactoren op het natuur- en het cultuurlandschap, - heeft inzicht in de typologische en de morfologische kenmerken van het onroerend erfgoed (monumenten en landschappen) in Vlaanderen en kan deze situeren in een cultuurhistorische context, - kent de traditionele materialen en structuren en heeft inzicht hoe die werden toegepast in historische gebouwen, - heeft inzicht in de mogelijkheden en de risico s bij toepassing van moderne materialen en technieken op historisch onroerend erfgoed. Toepassen kennis en inzicht: - koppelt de kennis, de wetenschappelijke methoden en de vaardigheden uit de vooropleiding aan de discipline specifieke competenties van de Monumenten- en Landschapszorg, - kan onderzoek uitvoeren voor conservatie- en restauratieprojecten, - beheerst de archivalische, de archeologische en de historisch-wetenschappelijke onderzoeksmethoden toegepast in functie van de Monumenten- en Landschapszorg, - kan erfgoedprojecten grafisch of fotografisch registreren en documenteren, - kan een diagnose stellen van degradatiefactoren en hun impact op het onroerend erfgoed, - is op de hoogte van de conservatie- en restauratietechnieken en hun toepassingsmogelijkheden, - kan oplossingen aanreiken voor complexe problemen in de erfgoedsector (zoals ontsluitings- en herbestemmingsinterventies), - kan aangereikte oplossingen inzake conservatie, restauratie, revalorisatie en herbestemming kritisch evalueren, 3

- kan voorstellen opstellen vanuit een multidisciplinair perspectief met het oog op erfgoedinterventies en/of beheer en deze opvolgen, - kan gefundeerde adviezen formuleren. Oordeelsvorming: - kan een onderbouwde visie ontwikkelen en uitdragen over de verzoening van de noden en de eisen van de moderne samenleving met het historische patrimonium, - beschikt over een kritische en interdisciplinaire attitude inzake erfgoedprojecten. Communicatie: - communiceert over eigen onderzoek binnen de professionele context en naar het ruime publiek, - kan communiceren binnen een multidisciplinair verband, - heeft een attitude om inzichten met betrekking tot de valorisatie, de conservatie, het beheer en de ontsluiting van het onroerend erfgoed op het professionele en maatschappelijk forum te verdedigen. Leervaardigheden: - is in staat ontwikkelingen in het vakgebied te volgen en deze te integreren in eigen onderzoek en praktijk, - heeft een attitude om zich permanent bij te scholen. 1.3 Besluit De commissie heeft de domeinspecifieke competenties geformuleerd rekening houdend met de verifieerbaarheid van de gestelde competenties. De onroerend erfgoedzorg komt in een steeds breder perspectief te staan (onroerend/ roerend en immaterieel erfgoed). De Master in de Monumenten- en landschapszorg dient zich op te stellen met een grote nieuwsgierigheid en openheid ten aanzien van de dynamiek in de erfgoedsector in de ruime betekenis. De verwetenschappelijking van de sector betekent dat de kennis en de competenties niet meer door slechts één discipline kunnen worden opgeëist. Van een Master in de Monumenten- en landschapszorg wordt verwacht dat hij kan functioneren in een interdisciplinaire omgeving, bereid is kennis en inzichten met uiteenlopende disciplines te delen en de deskundigheid en expertise van andere specialisten waar nodig in te roepen. Er is een maatschappelijke evolutie naar het commercialiseren van het erfgoed met een directe impact op het onderzoek en projectontwikkeling. De Master in de Monumenten- en landschapszorg waakt mee over de integriteit van het vakgebied. In toenemende mate is er behoefte aan autonoom en overkoepelend onderzoek. Een Master in de Monumenten- en landschapszorg heeft aandacht voor inbedding van onroerend erfgoed in de context van de ruimtelijke ordening. Een Master in de Monumenten- en landschapszorg heeft oog voor het spanningsveld tussen behoud van erfgoedwaarden en duurzame ontwikkeling. De steeds groter wordende impact van internationale verdragen en charters op het nationale beleid, en de internationale ontwikkelingen m.b.t. conservatie, en restauratie op technisch vlak moeten op de voet worden gevolgd met als doel deze te implementeren in het eigen onderzoek, de methodiek en de praktijk. 4

De omgang met onroerend erfgoed is sterk cultureel bepaald. Openheid ten aanzien van andere culturen en hun omgang met onroerend erfgoed kan een inspiratiebron en voedingsbodem zijn voor innovatie in beheer en ontsluiting van onroerend erfgoed. 5