Ludwig van Beethoven Gedoopt 17 december 1770 in Bonn (In 1790 geloofde Beethoven dat zijn geboortedatum 1772 was) Gestorven 26 maart 1827 in Wenen
Beethoven Pianosonates
Piano Sonata nr. 8 Sonate Pathétique c mineur, opus 13 De sonate werd in 1798 geschreven door de 27 jaar oude Beethoven, en in 1799 uitgegeven. Het werk werd opgedragen aan zijn vriend, Prins Karl von Lichnowsky. Expressionistisch Het Sublieme in de muziek
Sonate Pathétique Grave - Allegro di molto e con Brio (c klein) Sonate allegro vorm Adagio Cantabile (As groot) (soort Rondo) Rondo: Allegro (c klein)
Adagio Een van zijn bekendste stukken
Impressionistisch Pianosonate nr. 14 in cis mineur, opus 27 nr. 2 Sonata quasi una Fantasia Mondscheinsonate (Moonlight sonata) 1801 Triolen Titel is er later aan gegeven door poëet en muziekcriticus Ludwig Rellstab
Mondscheinsonate Miniatuur uit het bezit van Beethoven, mogelijkerwijs Julie Guicciardi aan wie hij het muziekstuk opdroeg.
Mondscheinsonate Deel 1, Adagio sostenuto, cis-moll, 4/4-maat, 69 maten. (geen traditionele sonate hoofdvorm)
Mondscheinsonate Deel 1, Adagio sostenuto, cis-moll, 4/4-maat, 69 maten. (geen traditionele sonatenhoofdvorm) Deel 2, Allegretto, Des-Dur, ¾-maat, 60 maten Deel 3, Presto agitato, cis-moll, 4/4-maat, 200 maten Vgl. Don Giovanni; sterfscene van de Commendatore aan het begin
Symfonie nr. 7 in A Majeur Opus 92 Ontstaan 1811-1812 in Bohemen, terwijl Beethoven aan het kuren was Opgedragen aan Graaf Moritz von Fries. Symfonie als Dans Richard Wagner: de apotheose van de dans
Symfonie nr. 7 in A Majeur Poco sostenuto Vivace (A majeur) Sonate Allegro vorm Allegretto (A minor) (Dubbele Variatie) Presto (Scherzo) Assai meno presto (trio) (F major) (Trio in D majeur) Allegro con brio (A majeur) (Sonate allegro vorm)
2 e deel Allegretto (A minor) (Dubbele Variatie) Mars Aanvang 1e melodie door violen en cellos. Hoofdmelodie wordt gespeeld door de violen en cello s; een ostinato (Herhalend melodietje) 3 variaties van bescheiden naar groots
Thema deel 2 vooral blazers Let op daling aan het eind om terug te keren bij melodie 1
Symphony No. 8 in F Majeur, Opus. 93 Hommage aan Haydn
Sonate (allegro)vorm Typerend voor en geïntroduceerd in de Klassieke Tijd Lijkt op Opera met twee hoofdrolspelers (thema s/ mannelijk en vrouwelijk) Leidt tot spanning, dynamiek en ontwikkeling. De Barok was over het algemeen monothematisch d.w.z. met een thema vgl. fuga, suite (reeks dansen met een thema) etc.
Sonate (allegro)vorm Ook wel hoofdvorm genaamd Expositie (soms met langzame inleiding); eerste thema (hoofdgroep) in hoofdtoonsoort (b.v. mannelijk); overgang, nevengroep met vaak 2 e thema (lyrisch/ vrouwelijk) Doorwerking; spanningsvol met ver verwijderde toonsoort Reprise; expositie wordt herhaald Coda; slotdeel met hoofdthema of andere motieven
Beethoven uit de gratie 1815 Beethoven componeerde een reeks heroïsche, bombastische werken die geen blijvertjes waren Na de val van Napoleon kwamen nieuwe (muzikale) stijlen in de mode waar Beethoven zijn werk niet op aansloot a) Decoratieve (Biedermeier) stijl van o.a. Spohr en Schubert b) Nieuwe Italiaanse stijl van o.a. Rossini (muziekvoorbeeld: potpourri ouverture La Gazza Ladra ) c) Fascinatie voor het bovennatuurlijk en gothic
Beethoven uit de gratie Veel mecenassen vielen weg door dood, verhuizing of verarming Beethoven werd in toenemende mate voor gek versleten Zijn problemen met het gehoor beëindigde zijn loopbaan als pianist Beethoven zijn dubieuze optreden en ontwikkeling in de voogdijzaak ten aanzien van zijn neef Karl, toen (november 1815) 9 jaar
Beethoven en zijn neef Beethoven was irrationeel en bezitterig jegens zijn twee broers Hij was vijandig t.o.v. hun vrouwen Hij wilde de volledige voogdijschap over zijn neef in tegenspraak met de laatste wens van zijn broer. Hij beschuldigde zijn schoonzus Johanna van alles dat slecht was Ging zichzelf zien als de fysiek vader van Karl
Rechtszaak over neef Beethoven zijn ware geboortedatum werd onthuld Hij was dus geen Koninklijke Bastaard Hij was niet van adel 1820 hertrouwde Johanna (ze was zwanger) en verloor daarmee haar aanspraken op Karl
1815-1820 Weinig muziek van Beethoven 1820 1826 Laatste creatieve periode Laatste piano sonates Diabelli Variaties Missa Solemnis Vijf strijkkwartetten Grosse Fuge Negende symfonie
Symphony No. 9 in D mineur Opus 125 (Koraal symfonie)
Symfonie orkest Toevoeging van een hoorn
Symfonie orkest Toevoeging van een hoorn
Symfonie nr 9 Symfonie nr. 9 : De Symfonie als de wereld
Negende symfonie Voor het eerst een koor in een symfonie Breekt met de grenzen tussen genres Gesamtkunstwerk Volgens Wagner het einde van de symfonie
Negende symfonie Daar waar nr. 3 gaat over de conflict/strijd in een persoon omvat nr. 9 de conflicten/strijd van de hele wereld/mensheid. In het hier en nu. Het orkest wordt daarom groots ingezet Evenwicht wordt gevonden in deel 3 Utopische visie in deel 4
Negende symfonie Deel 1: Allegro ma non troppo, un poco maestoso (D minor) Sonate Allegro vorm Wereldangst; strijd tussen D mineur/d Majeur en B majeur
Deel 2 Scherzo: Molto vivace Presto (D mineur) Introductie Fugato Trio Coda (Let op de emancipatie van de pauken)
Deel 3 Adagio molto e cantabile Andante moderato Tempo primo Andante moderato Adagio Lo stesso tempo (B-flat majeur) Quasi dubbele variatie Alles komt tot rust en vrede Langzaamste deel sinds de vijfde symfonie Belangrijke hoornpartij voor de 4 e Hoorn; had voor het eerst ventielen (2)
Deel 4 Recitatief: (D minor-d major) (Presto Allegro ma non troppo Vivace Adagio cantabile Allegro assai Presto: O Freunde) Allegro molto assai: Freude, schöner Götterfunken Alla marcia Allegro assai vivace: Froh, wie seine Sonnen Andante maestoso: Seid umschlungen, Millionen! Adagio ma non troppo, ma divoto: Ihr, stürzt nieder Allegro energico, sempre ben marcato: (Freude, schöner Götterfunken Seid umschlungen, Millionen!) Allegro ma non tanto: Freude, Tochter aus Elysium! Prestissimo, Maestoso, Molto prestissimo: Seid umschlungen, Millionen!
Deel 4 Utopische visie Gebruikt tekst van Friedrich von Schiller Versie 1803, maar naar gelieven van Beethoven
1793 gaf Beethoven te kennen Schiller zijn gedicht Freude op muziek te willen zetten 1811 begon hij met de eerste regels 1817 maakte hij schetsen voor het eerste, tweede en derde deel Tot 1823 was nog niet zeker dat Beethoven een koor in het slotdeel zou gebruiken
Deel 4 ouverture De stem in de wildernis Opening is een grootse dissonant Bassen vormen de menselijke stem; verwerpen de duisternis/wildernis Thema deel 1; Bassen verwerpen het
Deel 4 Thema deel 1; Bassen verwerpen het Thema deel 2: Bassen verwerpen het Thema deel 3: Bassen verwerpen het Nieuw thema houtblazers: Ode an de Freude Bassen gaan hier op in nemen het over
Bassen spelen het Ode an die Freude thema Volgt; 4 steeds luidere variaties op het thema
Slotkoor symfonie nr. 9
Deel 4 sectie 2 Wederom de stem in de wildernis Opening; dissonant Bariton verwerpt dit met recitatief en tekst Van Mineur naar Majeur
Drie verzen van Ode an die Freude zijn te horen door Solisten en Koor 1 Bariton en koor (herhaalt laatste regels) 2 Vier solisten en koor (herhaalt laatste regels) 3 Vier solisten in variatie (let op hoog aanhouden van de sopraan) (herhaling koor)
Deel 4 (sectie 3) Turkse Mars (toeters en bellen) Versie van Ode Komt aangemarcheerd vanuit de verte Tenor en mannenstemmen Eindigt met een triomfantelijke fuga (instrumentaal) Triomfantelijke herhaling Ode an die Freude (tutti = alles)
Deel 4 sectie 4 Religieuze dankzegging (hymne) en devotie Hymne van de Broederschap 1 e strofe Katholieke erezang Hymne aan God 2 e strofe Protestants zang Let op stijging bij tekst Über der Sterne muss er wohnen
3 e Samengaan van katholiek en protestant in hemelse dubbelfuga Coda sluit het triomfantelijk af