Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen



Vergelijkbare documenten
Culturele en natuurlijke kernkwaliteiten van het landschap

Nationaal Landschap Winterswijk

Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie

Nationaal Landschap Noardlike Fryske Wâlden

Leegstand van winkels,

Nationaal Landschap Gelderse Poort

Ontsluitingskwaliteit openbaar vervoer voor woningen,

Leegstand van kantoren,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Recreatief aanbod voor wandelen en fietsen,

Nationaal Landschap Graafschap

Bedrijfsvestigingen en werkzame personen naar locatietype,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Beschikbaarheid openbaar groen binnen 500 meter van de woning in nieuwbouwwijken,

Bevolkingsomvang en aantal huishoudens,

Beschikbaarheid openbaar groen binnen 500 meter van de woning in nieuwbouwwijken,

Bedrijfsvestigingen en werkzame personen per gemeente en provincie,

Bodemgebruik in Nederland,

Bodemgebruik,

Werkgelegenheid en verhouding wonen en werken per gemeente, 2013

Bundeling werken in nationale bundelingsgebieden,

Leegstand van winkels,

Barrières en versnippering van de Ecologische Hoofdstructuur,

Windturbines in de groene ruimte

Kaart bodemgebruik van Nederland, 2010

Inwoners en huishoudens per gemeente, provincie en in de Randstad,

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Raadsinformatiebrief

Glastuinbouw,

Aanbod openbaar vervoer,

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven ( )

Werken binnen bestaand bebouwd gebied,

Bundeling wonen in nationale bundelingsgebieden,

Hobbyboeren, 2013 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Bedrijfsgrootte en economische omvang landbouwbedrijven,

Glastuinbouw,

Woningvoorraad naar type in stad en ommeland,

Milieu-investeringen in de industrie en energiesector,

Woningen en nieuwbouwwoningen per gemeente en provincie,

Afstand tot treinstations, 2015

Afstand tot voortgezet onderwijs, 2011

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Overschrijding kritische stikstofdepositie op natuur, 2009

Bevolkingsgroei,

Woningen in buisleidingstroken,

Index Natuur en Landschap

Wonen binnen bestaand bebouwd gebied,

Afstand tot treinstations, 2012

Leegstand van winkels,

Huishoudens naar type in stad en ommeland,

Duurzame elektriciteit,

Gezondheidsklachten binnenmilieu,

Woningvoorraad naar type in stad en ommeland,

Hernieuwbare elektriciteit,

Afstand tot huisartsenpraktijk, 2015

Infrastructuur, 2012 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Dichtheid wonen, werken en detailhandel in stedelijke centra,

Nederlanders wonen op gemiddeld 0,9 kilometer van een huisartsenpraktijk (2008)

Verbruik van duurzame energie,

Infrastructuur, 2015 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Energieverbruik per bedrijfstak,

Milieu-investeringen door bedrijven,

Intensiteit van de visserij op de Noordzee,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Hernieuwbare elektriciteit,

Bouwen in natuurgebieden in de Ecologische Hoofdstructuur,

Infrastructuur, 2016 Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Verbruik van duurzame energie,

Biologische landbouw: arealen en veestapels,

Hernieuwbare elektriciteit,

CO2-uitstoot Nederlandse deelnemers EU ETS

Hernieuwbare elektriciteit,

Windvermogen in Nederland,

Fietsgebruik,

Openbaar vervoer-, auto- en multimodale ontsluiting woongebieden,

Megabedrijven in de landbouw,

Verbruik van duurzame energie,

Belasting van het milieu door gewasbeschermingsmiddelen,

Huishoudens,

Oppervlak en concentratie bloembollenteelt en boomteelt,

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2015

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Energieverbruik per sector,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Woningen, Gepubliceerd op Compendium voor de Leefomgeving (

Dichtheid wonen, werken en detailhandel in stedelijke centra,

Hernieuwbare elektriciteit,

Impact rioolwaterzuivering op de belasting van het oppervlaktewater, 2016

Gescheiden ingezameld afval van huishoudens,

Leegstand van kantoren,

Rijksuitgaven aanleg, beheer en onderhoud hoofdinfrastructuur,

Energielabels van woningen,

Netto milieulasten in de industrie en energiesector,

Opbrengst van milieuheffingen,

Emissies naar lucht door huishoudens,

Aantal auto's per provincie,

Regionale economische groei, 2012

Afstand tot grote supermarkt, 2014

Energieverbruik door verkeer en vervoer,

Transcriptie:

Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen Conclusie De variatie tussen de 20 Nationale Landschappen is groot, zoals blijkt uit de nulmeting van de kernkwaliteiten. Hoofdfiguur Figuur 1. Nationale landschappen met kernkwaliteit 'groen karakter',2006 Toelichting Nulmeting kernkwaliteit Het Rijk streeft in twintig Nationale Landschappen naar behoud en ontwikkeling van specifiek benoemde kernkwaliteiten. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn mogelijk, mits de kernkwaliteiten behouden blijven of zich verder ontwikkelen. Het Planbureau voor de Leefomgeving en Alterra hebben een nulmeting van de kernkwaliteiten voor het jaar 2006 uitgevoerd (www.monitorlandschap.nl). De nulmeting geeft een indicatie van het voorkomen van alle kernkwaliteiten uit de Nota Ruimte. De indicatoren die in overleg met de provincies zijn vastgesteld, zijn hier geaggregeerd in drie groepen: het groene karakter, de openheid en de aanwezigheid Pagina 1 van 6

van historische landschapselementen. In de toekomst zullen ontwikkelingen in de kernkwaliteiten door een herhalingsmeting in beeld gebracht worden. Kernkwaliteit 'grote mate van openheid' De Nota Ruimte beschrijft de kernkwaliteit 'grote mate van openheid' voor 9 Nationale Landschappen. De mate van openheid wordt bepaald door het voorkomen en de ruimtelijke verdeling van opgaande begroeiing en bebouwing. Hoe minder opgaande begroeiing en bebouwing, hoe meer open het landschap. Het percentage zeer open gebied in deze negen verschilt sterk. Het grootste aandeel zeer open gebied heeft Middag Humsterland met 71% terwijl in de Stelling van Amsterdam en het Groene Hart 26% van het Nationaal Landschap zeer open is. In totaal gaat het om 163.347 hectare zeer open gebied. Kernkwaliteit 'groen karakter' In de Nota Ruimte is voor 11 Nationale Landschappen het groene karakter als kernkwaliteit benoemd. Het groene karakter van een gebied wordt bepaald door de opgaande lijn- en vlakvormige beplanting. Hoe meer van deze opgaande beplanting hoe groener het karakter. Het groene karakter is bovendien mede bepalend voor de schaal van het landschap. Hoe groener het karakter, hoe kleinschaliger het landschap. De verschillen tussen de Nationale Landschappen zijn groot. Het percentage opgaand groen varieert van 4% in Zuidwest Zeeland tot 43% in Nationaal Landschap de Veluwe. Kernkwaliteit 'historische landschapselementen' In alle Nationale Landschappen zijn ook verschillende historische landschapselementen als kernkwaliteit benoemd. Dit kunnen zowel aardkundige als cultuurhistorische waardevolle landschapselementen zijn zoals verkavelingspatronen, terpen en oude geulpatronen. In ruim 432 000 ha oftewel bijna de helft van het oppervlakte van de nationale landschappen komen historische kernkwaliteiten voor die als kernkwaliteit zijn benoemd. Het grootste oppervlakte-aandeel komt voor in de nationale landschappen van Laag-Nederland, met name door het voorkomen van uitgestrekte gebieden met een gave verkavelingspatroon, zoals in het Groene Hart, Middag-Humsterland en het Rivierengebied. Het kleinste oppervlakte-aandeel komt voor in Zuid-Limburg en de Hoekse Waard. Relevante doelstellingen Nota Ruimte Operationele doelstelling: Borging en ontwikkeling van bijzondere landschappelijke en cultuurhistorische waarden (par. 3.1.6). Vergroten van de internationale concurrentiepositie van de Randstad als geheel (par. 4.2.2) Uitvoeringsdoelstelling: Behoud en versterking van landschappelijke, cultuurhistorische en andere kernkwaliteiten van nationale landschappen (par. 3.4.3) Kwaliteitsverbetering en ontwikkeling Groene Hart (par. 4.2.6) Pagina 2 van 6

Overige figuren Figuur 2. Nationale landschappen met kernkwaliteit 'grote mate van openheid', 2006 Pagina 3 van 6

Figuur 3. Nationale landschappen met kernkwaliteit 'historische landschapselementen', 2006 Referenties www.monitorlandschap.nl Koomen, A.J.M., W. Nieuwenhuizen, J. Roos-Klein Lankhorst, D.J. Brus & P.F.G Vereijcken (2006). Monitoring Landschap: Gebr i k van steekproeven en landsdekkende bestanden. Wettelijke Onderzoekstaken Natuur en Milieu, werkdocument 41, Wageningen. Roos-Klein Lankhorst, J. et al. (2004), Modellen voor de graadmeters landschap, beleving en recreatie, Wageningen: Milieu- en Natuurplanbureau. Technische toelichting Naam van het gegeven Kernkwaliteiten Nationale Landschappen Omschrijving Ontwikkeling areaal van kernkwaliteiten zoals vastgesteld in de Nota Ruimte in Nationale Landschappen begrenzing maart 2009. Verantwoordelijk instituut Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) Pagina 4 van 6

Berekeningswijze Definitie indicator: Ontwikkeling van areaal of oppervlaktepercentage van kernkwaliteiten uit de Nota Ruimte in de nationale landschappen. In de Nulmeting Monitor Nota Ruimte uit 2006 was een voorlopige nulmeting van kernkwaliteiten opgenomen (Farjon et al., 2006). De gegevens die nu gebruikt zijn komen uit de definitieve nulmeting. Het groene karakter is gedefinieerd als het oppervlaktepercentage opgaande begroeiing (bossen, houtwallen, bomenrijen, heggen, grienden). De basis voor de nulmeting bestaat uit de digitale topografische kaart schaal 1:10:00, de Top10vector. Uit eerder onderzoek is bekend dat de Top10vector niet alle opgaande begroeiing betrouwbaar in beeld brengt (Koomen et al., 2006). De basis van de Top10vector begroeiing is daarom voor de nulmeting aangevuld door ontbrekende elementen toe te voegen door visuele interpretatie van een digitale luchtfoto uit 2006 (Eurosense, 2006). Ook elementen die wel op de Top10vector stonden, maar op de luchtfoto niet meer zichtbaar bleken zijn verwijderd. Hiermee is een nulmeting van het jaar 2006 gemaakt. De kernkwaliteit openheid is gedefinieerd als gebieden waarbinnen een straal van 1,5 km gemiddeld minder dan 1 procent opgaande begroeiing en minder dan 1 procent bebouwing voorkomt. De berekening is uitgevoerd met het model KELK (Roos-Klein Lankhorst et al., 2004) op basis van de de nulmeting van het groene karakter aangevuld en gegevens uit de Top10vector voor bebouwing. Voor de figuren is telkens het totaal hectare aan kernkwaliteiten in een Nationaal Landschap gedeeld door het totaaloppervlak van de landschap. Hierbij is voor de lijnvormige opgaande begroeiing een breedte van gemiddeld 5 meter gebruikt om van kilometers naar hectares om te rekenen. De historische landschapselementen zijn een optelsom van cultuurhistorische elementen en aardkundige elementen. Basistabel Geografisch verdeling Andere variabelen Verschijningsfrequentie Achtergrondliteratuur Opmerking Betrouwbaarheidscodering Pagina 5 van 6

Referentie van deze pagina CBS, PBL, Wageningen UR (2010). Ontwikkeling kernkwaliteiten Nationale Landschappen (indicator 2095, versie 01, 17 mei 2010). www.compendiumvoordeleefomgeving.nl. CBS, Den Haag; Planbureau voor de Leefomgeving, Den Haag/Bilthoven en Wageningen UR, Wageningen. Pagina 6 van 6