PROTOCOL INZAKE DE OVERDRACHT VAN DE PROVINCIEWEGEN Partijen: - PROVINCIE OOST-VLAANDEREN, vertegenwoordigd door het provinciebestuur, met zetel te 9000 Gent, Gouvernementstraat 1, vertegenwoordigd door de Deputatie, voor wie hier handelen de bevoegde gedeputeerde, de heer Peter Hertog en de provinciegriffier, de heer Albert De Smet overeenkomstig machtiging verleend door de provincieraad in zitting van 15 oktober 2008, hierna genoemd de provincie - VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door haar regering, in de persoon van mevrouw Hilde Crevits, Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, Koning Albert II-laan 20, 1000 Brussel Artikel 1. Algemene principes Art. 1.1 Partijen komen overeen om de provinciewegen, omschreven in bijlage 1, vanaf 01 januari 2009 in te delen bij de gewestwegen. De provincie vraagt uiterlijk tegen 01 november 2008 het advies van de provincieraad, alsook van de gemeenteraad van de betrokken gemeenten. De eigendomsoverdracht gebeurt op grond van een besluit in uitvoering van art. 192 Gemeentedecreet. De eigendomsoverdracht omvat de volledige strook tussen de rooilijnen, goederen eigendom van derden uitgezonderd. De provincie verklaart dat volgende goederen eigendom zijn van de betrokken gemeenten: de openbare verlichting; de riolering; de driekleurige lichtseininstallaties. De provincie verklaart dat er een eigendomsdispuut bestaat over volgende goederen met volgende (rechts)personen: Art. 1.2 Uiterlijk op het tijdstip van de overdracht bedoeld in artikel 1.1, initieert de provincie de kosteloze overdracht van de aangelande restpercelen, omschreven in bijlage 2, aan het Vlaamse Gewest. Voor het verlijden van de authentieke akten doet de provincie een beroep op de aankoopcomités of de provinciegouverneur. Artikel 2. Overheidsopdrachten 1
Art. 2.1. Het Vlaamse Gewest treedt vanaf de overdracht in de rechten en verplichtingen van de provincie wat betreft de overeenkomsten betrekking hebbende op de overheidsopdrachten limitatief omschreven in bijlage 3 mits de opdrachtnemer, alsook in voorkomend geval de medeopdrachtgever of -opdrachtgevers, vooraf daarmee instemt of instemmen. De instemming gebeurt door middel van een door alle betrokken partijen en het Vlaamse Gewest te ondertekenen bijakte bij de oorspronkelijke overeenkomst. Art. 2.2. De in artikel 2.1 vermelde rechten en verplichtingen omvatten alle contractuele en andere rechten en verplichtingen die voortvloeien uit de desbetreffende overeenkomsten, uitgezonderd de nog uit te voeren betalingen met betrekking tot prestaties geleverd door de opdrachtnemer tot aan de overdracht, en uitgezonderd de hangende en toekomstige administratieve en gerechtelijke geschillen met betrekking tot de gunning en de uitvoering van de opdracht tot aan de overdracht. Art. 2.3. De provincie bezorgt het Vlaamse Gewest uiterlijk op het tijdstip van de overdracht alle informatie in verband met de in bijlage 3 omschreven overheidsopdrachten. Art. 2.4 Indien het vooraf uitdrukkelijk instemde met deze gunning, treedt het Vlaamse Gewest, onder de voorwaarden bepaald in artikel 2.1, tevens in de rechten en verplichtingen van de provincie wat de overheidsopdrachten betreft die zij gunt in de periode tussen de ondertekening van dit protocol en de overdracht. informatie m.b.t. deze overheidsopdrachten die aan bijlage 3 worden toegevoegd. Artikel 3. Contracten (exclusief overheidsopdrachten en concessies, zie art. 2 en 4) Art. 3.1 Het Vlaamse Gewest treedt vanaf de overdracht in de rechten en de verplichtingen van de provincie wat betreft de overeenkomsten limitatief omschreven in bijlage 4 mits de medecontractant of medecontractanten daarmee instemt of instemmen voor zover het contract dit vereist. Art. 3.2 Het Vlaamse Gewest treedt tevens in de rechten en verplichtingen van de provincie wat de contracten betreft die zij afsluit in de periode tussen de ondertekening van dit protocol en de overdracht, doch enkel op voorwaarde dat het Vlaamse Gewest vooraf uitdrukkelijk instemde met dit contract. informatie m.b.t. deze contracten die aan bijlage 4 worden toegevoegd. Art. 3.3 De provincie informeert alle betrokken medecontractanten uiterlijk tegen 01 november 2008 over: de nakende overdracht van de provinciewegen aan het Vlaamse Gewest; de rechtsopvolging door het Vlaamse Gewest m.b.t. het contract in kwestie; de contactpersonen bij het Vlaamse Gewest. 2
Artikel 4. Vergunningen en concessies Art. 4.1 De provincie staat in voor een volledige inventarisatie van alle vergunningen en concessies betreffende een privatieve inname van het publiek domein (zie bijlagen 5.1 en 5.2). informatie m.b.t. deze vergunningen en concessies (de vergunning of de overeenkomst, plannen, ). Art. 4.2 De provincie informeert alle vergunning- of concessiehouders uiterlijk tegen 1 oktober 2008 aan de hand van bijgaande modelbrieven (bijlagen 6 en 7) over: de nakende overdracht van de provincieweg aan het Vlaamse Gewest; de hieraan verbonden rechtsgevolgen wat betreft de lopende vergunningen (voorwaarden, retributies, ) of de rechtsopvolging van de provincie door het Vlaamse Gewest inzake de concessies; de contactpersonen bij het Vlaamse Gewest. Art. 4.3 De in voorkomend geval verschuldigde retributie of concessievergoeding komt vanaf de overdracht toe aan het Vlaamse Gewest. De provincie stort nadien ontvangen sommen uiterlijk binnen 30 dagen door aan het Vlaamse Gewest. Art. 4.4 Vanaf de ondertekening van dit protocol legt de provincie vergunningsaanvragen of concessievoorstellen steeds ter beoordeling voor aan het Vlaamse Gewest. Indien de vergunning wordt verleend of de concessie wordt afgesloten, neemt de provincie de voorwaarden en tarieven bepaald door het Vlaamse Gewest over. Artikel 5. Kabels en leidingen Art. 5.1 De provincie verklaart dat zij geen kabels of leidingen beheert. Art. 5.2 De provincie vraagt aan alle betrokken gemeenten een volledig overzicht van de kabels en leidingen die zij beheren gelokaliseerd op het domein dat aan het Vlaamse Gewest wordt overgedragen. Ze spoort hen tevens aan zich uiterlijk tegen 01 november 2008 als kabel- en leidingbeheerder (KLB) te registreren in het Kabel en Leiding Informatie Portaal (KLIP). De provincie bezorgt het Vlaamse Gewest uiterlijk tegen 01 november 2008 het volledige overzicht van deze kabels en leidingen. Artikel 6. Schadegevallen Alle beschadigingen worden in principe voor de overdracht hersteld in opdracht en voor rekening van de provincie. Indien overmacht een tijdige herstelling verhindert: 3
meldt de provincie de beschadigingen die niet konden hersteld worden voor de overdracht aan het Vlaamse Gewest, uiterlijk de tiende dag na de overdracht; worden de herstellingen na de overdracht uitgevoerd in opdracht van de provincie of het Vlaamse Gewest (onderling te overleggen), doch alleszins voor rekening van de provincie ongeacht eventuele verhaalsmogelijkheden op derden; vrijwaart de provincie het Vlaamse Gewest tegen aanspraken van derden voor schade of hinder ingevolge de niet-herstelling, dit tot aan de herstelling. Artikel 7. Verwervingen voor openbaar nut (zowel in der minne als onteigening) Het Vlaamse Gewest treedt vanaf de overdracht in de rechten en de verplichtingen van de provincie wat betreft de verwervingen voor openbaar nut limitatief omschreven in bijlage 8 (indien de provincie geen kabels of leidingen beheert) of 9 (indien de provincie wel kabels of leidingen beheert). informatie over deze verwervingen. Artikel 8. Bodemsanering Art. 8.1 De provincie staat in voor het aanvragen van bodemattesten voor aangelande restpercelen, omschreven in bijlage 2. Voor de gronden die overeenkomstig de bepalingen van de bodemsaneringsreglementering als een risicogrond beschouwd worden, wordt op initiatief en op kosten van de provincie een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd. Art. 8.2 De bodemattesten en de lijst met risicogronden worden uiterlijk op 01 november 2008 aan het Vlaamse Gewest bezorgd. De oriënterende bodemonderzoeken moeten reeds voor de datum van overdracht aangevangen worden. Art. 8.3 Indien uit de bodemattesten of oriënterende bodemonderzoeken verdere saneringsverplichtingen blijken, worden deze op initiatief en op kosten van de provincie uitgevoerd. De uitvoering van oriënterende bodemonderzoeken en verdere saneringsverplichtingen die niet afgerond kunnen worden voor de overdracht, worden overlegd met het Vlaamse Gewest. Artikel 9. Ruimtelijke ordening De provincie staat in voor het verzamelen van alle rooilijnplannen, plannen m.b.t. de ruimtelijke ordening, bouwverordeningen en verordeningen betreffende de bouwvrije stroken van de over te dragen wegen. informatie terzake. 4
Artikel 10. Winterdienst Art. 10.1 In afwachting van de overdracht van de provinciewegen aan het Vlaamse Gewest of de gemeenten, wordt de winterdienst 2008/2009 op deze wegen door de provincie uitgevoerd voor rekening van het Vlaamse Gewest. Mits voorlegging van de nodige stavingsstukken en betalingsbewijzen, betaalt het Vlaamse Gewest de door de provincie betaalde facturen terug. Art. 10.2 Na de overdracht van de provinciewegen aan het Vlaamse Gewest, verzekert de provincie verder de uitvoering van de winterdienst 2008/2009 voor rekening van het Vlaamse Gewest. Mits voorlegging van de nodige stavingsstukken en betalingsbewijzen, betaalt het Vlaamse Gewest de door de provincie betaalde facturen terug. Opgemaakt in Brussel op 2008 in 2 originele exemplaren, één voor elke partij. VLAAMSE GEWEST PROVINCIE OOST-VLAANDEREN Mevr. Hilde Crevits Vlaams minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur De heer Peter Hertog Bevoegde gedeputeerde De heer Albert De Smet Provinciegriffier 5