9 (1988) Nr. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1995 Nr. 230 A. TITEL Protocol tot bestrijding van wederrechtelijke daden van geweld op luchthavens voor de internationale burgerluchtvaart bij het op 23 september 1971 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot bestrijding van wederrechtelijke gedragingen tegen de veiligheid van de burgerluchtvaart; Montreal, 24 februari 1988 B. TEKST De Engelse en de Franse tekst van het Protocol zijn geplaatst in Trb. 1988, 88. Het Protocol is nog, in overeenstemming met artikel IV, ondertekend voor: te Londen te Montreal* te Moskou te Washington België 15-3-1989 Congo 13-4-1989 de Filipijnen 25-1-1989 Finland 16-11-1988 Gabon 20-9-1988 Griekenland 18-4-1988 Ierland 29-7-1988 Jordanië 30-9-1988 Kameroen 23-11-1988 Luxemburg 18-5-1989 18-5-1989 18-5-1989 Marokko 8-7-1988 de Marshalleilanden 23-6-1988 Mauritius 28-6-1989 Nieuw-Zeeland 11-4-1989 Noord-Korea 11-4-1989 Oostenrijk 5-7-1989 5-7-1989 5-7-1989 Saint Vincent en de Grenadines 1-12-1988 Spanje 2-3-1989 Sri Lanka 28-10-1988 Togo 24-10-1988 het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland 26-10-1988 * Ondertekening is in Montreal of bij een van de andere depositarissen geschied.
230 2 C. VERTALING Zie Trb. 1988, 88. D. PARLEMENT De artikelen 1 en 2 van de Rijkswet van 30 maart 1995 (Stb. 194) luiden als volgt:,,artikel 1 Het op 24 februari 1988 te Montreal tot stand gekomen Protocol tot bestrijding van wederrechtelijke daden van geweld op luchthavens voor de internationale burgerluchtvaart bij het op 23 september 1971 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot bestrijding van wederrechtelijke gedragingen tegen de veiligheid van de burgerluchtvaart, waarvan de tekst en de vertaling in het Nederlands zijn geplaatst in het Tractatenblad 1988, nr. 88, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk. Artikel 2 Goedgekeurd wordt dat bij de binding van het Koninkrijk aan het in artikel 1 genoemde protocol voor het gehele Koninkrijk het volgende voorbehoud wordt gemaakt: De regering van het Koninkrijk der Nederlanden verklaart met betrekking tot het bepaalde in artikel III van het protocol dat zij slechts gehouden zal zijn tot de in artikel III neergelegde verplichting tot uitoefening van rechtsmacht, nadat het Koninkrijk van de partij op wier grondgebied het strafbare feit is gepleegd, een verzoek tot uitlevering heeft ontvangen en afgewezen. Deze Rijkswet is gecontrasigneerd door de Minister van Justitie W. SORGDRAGER, de Minister van Buitenlandse Zaken H. A. F. M. O. VAN MIERLO en de Minister van Verkeer en Waterstaat A. JORRITSMA-LEBBINK. Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal Kamerstukken II 1992/ 93, 1993/94, 23 228 (R 1475); Handelingen II 1994/95, blz. 3359; Kamerstukken I 1994/95, nr. 228; Handelingen I 1994/95, zie vergadering d.d. 28 maart 1995.
3 230 E. BEKRACHTIGING De volgende Staten hebben in overeenstemming met artikel V, eerste lid, van het Protocol een akte van bekrachtiging nedergelegd: te Londen te Montreal** te Moskou te Washington Argentinië 12-2-1992 12-2-1992 12-2-1992 de Bondsrepubliek Duitsland 25-4-1994 25-4-1994 25-4-1994 Bulgarije 26-3-1991 Canada 2-8-1993 Chili 15-8-1989 Denemarken 23-11-1989 1 ) de Duitse Democratische Republiek 2 ) 31-1-1989 Frankrijk 6-9-1989 Griekenland 25-4-1991 Hongarije 7-9-1988 Ierland 25-7-1991 Israël 2-4-1993 Italië 13-3-1990 Joegoslavië 21-12-1989 Jordanië 18-9-1992 Koeweit 8-3-1989 3 ) Korea(Zuid-) 27-6-1990 de Marshalleilanden 30-5-1989 Mauritius 17-8-1989 Mexico 11-10-1990 het Koninkrijk der Nederlanden (voor Nederland) 11-7-1995 4 ) 11-7-1995 4 ) 11-7-1995 4 ) Noorwegen 29-5-1990 Oostenrijk 28-12-1989 28-12-1989 28-12-1989 Peru 7-6-1989 Saint Vincent en de Grenadines 29-11-1991 Spanje 8-5-1991 Saudi-Arabië 21-2-1989 de Sovjet-Unie 31-3-1989 Togo 9-2-1990 Turkije 7-7-1989 de Verenigde Arabische Emiraten 9-3-1989 het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland 15-11-1990 5 ) de Verenigde Staten van Amerika 18-11-1994 21-11-1994 19-10-1994 Wit-Rusland 1-5-1989 IJsland 9-5-1990 Zweden 26-7-1990 Zwitserland 9-10-1990 ** De akte is nedergelegd in Montreal of bij een van de andere depositarissen. 1) Onder de volgende verklaring: Until later decision, the Protocol will not be applied to the Faroe Islands. Bovenstaande verklaring is met ingang van 1 oktober 1994 ingetrokken. 2) Op 3 oktober 1990 is de Duitse Democratische Republiek toegetreden tot de Bondsrepubliek Duitsland. 3) Onder de volgende verklaring: It is understood that the ratification of this Protocol does not mean in any way a recognition of Israel by the Government of the State of Kuwait. Furthermore, no treaty relations will arise between the State of Kuwait and Israel. 4) Onder bevestiging van de bij de ondertekening van het Protocol afgelegde verklaring. 5) Onder de verklaring dat until consultations with various territories under the territorial sovereignty of
230 4 the United Kingdom were completed, the Protocol would apply in respect of the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland only. Consultations with the territories are in hand and are expected to be completed by the end of 1991. F. TOETREDING De volgende Staten hebben in overeenstemming met artikel VII, derde lid, van het Protocol een akte van toetreding nedergelegd: te Londen te Montreal** te Moskou te Washington Australië 23-10-1990 de Centraalafrikaanse Republiek 1-7-1991 Estland 10-1-1994 22-12-1993 Fiji 21-9-1992 Guatemala 11-10-1994 India 22-3-1995 Irak 31-1-1990 Kazachstan 18-5-1995 Mali 31-10-1990 Malta 14-6-1991 Monaco 22-12-1993 Oeganda 17-3-1994 Oezbekistan 7-2-1994 Oman 27-11-1992 Saint Lucia 11-6-1990 Tunesië 7-6-1994 ** De akte is nedergelegd in Montreal of bij een van de andere depositarissen. Verklaring van voortgezette gebondenheid De volgende Staten hebben verklaard zich gebonden te achten aan het Protocol: te Londen te Montreal te Moskou te Washington Bosnië-Herzegowina 22-7-1994 Kroatië 8-10-1991 Slovenië 27-5-1992 20-8-1992 Slowakije 20-3-1995 de Tsjechische Republiek 25-3-1993 De Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië 4-1-1995 G. INWERKINGTREDING Ingevolge artikel VI, eerste lid, zijn de bepalingen van het Protocol op 6 augustus 1989 in werking getreden voor de Duitse Democratische Republiek, Hongarije, Koeweit, de Marshalleilanden, Peru, Saudi-Arabië, de Sovjet-Unie, Turkije, de Verenigde Arabische Emiraten en Wit- Rusland. Voor Staten die na deze datum een akte van bekrachtiging of een akte
van toetreding nederleggen, treedt het Protocol in overeenstemming met artikel VI, eerste lid, respectievelijk artikel VII, derde lid, in werking op de dertigste dag na nederlegging van de akte van bekrachtiging of toetreding. Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, is het Protocol op 10 augustus 1995 voor Nederland in werking getreden. J. GEGEVENS 5 230 Zie Trb. 1988, 88. Voor het op 26 juni 1945 te San Francisco tot stand gekomen Handvest van de Verenigde Naties zie ook, laatstelijk, Trb. 1994, 277. Voor het op 23 september 1971 te Montreal tot stand gekomen Verdrag tot bestrijding van wederrechtelijke gedragingen gericht tegen de veiligheid van de burgerluchtvaart zie ook Trb. 1995, 205. Uitgegeven de vierde oktober 1995. De Minister van Buitenlandse Zaken, H. A. F. M. O. VAN MIERLO 51U1735 ISSN 0920-2218 Sdu Uitgeverij Plantijnstraat s-gravenhage 1995