Bestemd voor : Woonstichting Sint Joseph, Dhr. K. Vink en BRO, Dhr. W. de Ruiter.



Vergelijkbare documenten
Project: Verbouw van tot een kinderdagverblijf Kinderdagverblijf Dolfijn te Voorthuizen Adviesrapport brandpreventie

NIEUWBOUW 78 APPARTMENTEN HABITAGE TE HEERHUGOWAARD

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

Bepaling WBDBO-eisen tussen woningen in een woongebouw

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID (voor nieuwbouw utiliteitsgebouwen, op hoofdlijnen, volgens bouwbesluit 2012 versie 1.0)

Brandveiligheidsaspecten van de uitbreiding van het kantoorpand van IHC Hydrohammer B.V. te Kinderdijk. Ontwerp met 3 verdiepingen

Bouwdeel F/G Brouwhuis aan de Ceresstraat te Breda

STAPPENPLAN BEOORDELING BRANDVEILIGHEID volgens Bouwbesluit 2012 UTILITEITSGEBOUWEN. Kenmerk: 2013-R-V1.2

AFD BEPERKING ONTSTAAN BRANDGEVAARLIJKE SITUATIE

Kapershoekseweg 24. Hoogvliet - Rotterdam

Hoefbladstraat te Nieuw-Vennep Beoordeling brandveiligheid. Datum 10 december 2015 Referentie Hoofdweg GH ROTTERDAM

Van : M.H. van der Wielen Paraaf : MW

Externe Veiligheid. Bestemmingsplan Aldi Zwaanplein

AMS1 Schiphol-Rijk. Brandveiligheid in het kader van de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen

AVR Afvalverwerking BV Nieuwbouw Stortbordes december 2011

<> Inhoudsopgave 1 Algemene projectgegevens Sterkte bij brand (afdeling 2.2) Beperking van het ontstaan van een brandgevaarlijke situa

1 Inleiding vereist kwaliteitsniveau... 2

Van : M.H. van der Wielen Paraaf : MW. Betreft : Verantwoording groepsrisico Tiendzone te Papendrecht

BEM Omschrijving : Toetsing bebouwing t.b.v. het houden van een Agrarische Kinderopvang aan De Zeeweg 4 te Nieuw-Vossemeer (Gem. Steenbergen).

Verbouwing gezondheidszorgcomplex aan de Zuiderweg 15 te Schagen. Rapportage brandveiligheid

Van : Dhr. M.H. van der Wielen Paraaf : MW

Uitbreiding tweede openluchtschool te Amsterdam. Rapportage brandveiligheid. Rapportnr: Datum: Versie: 1 Contactpersoon: L.

OMGEVINGSVERGUNNING. ProjectManagement Bureau Gemeente Amsterdam Postbus BG AMSTERDAM

BRANDPREVENTIE TOETSING

Welkom. Kennissessie. Vervoer van gevaarlijke stoffen: Externe Veiligheid

Zorgboerderij Hagelkruisweg 20 te Hegelsom. Rapportage brandveiligheid

Quickscan externe veiligheid Centrum Vught e.o. Kwalitatieve beschouwing relevante risicobronnen

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 10 MEI 2017

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 9 DECEMBER 2016

project: Houthavens Kavel 1c te Amsterdam - bouwen opdrachtgever: Peter Tuin Holding B.V. document: Rapportage Brandveiligheid kenmerk: 6140R01c

Renovatie/verbouwing H. Hartkerk/ Pastorie aan de Baronielaan te Breda

ECO/NNECT. Voorstel waarborging brandveiligheid. Roel Derkx SATIJNplus Architecten de Wijk van Morgen b.v.

Ambulance Zorg Limburd Noord is voornemens een nieuwe ambulancepost in Weert in te realiseren.

Memo externe veiligheid

Biomassacentrale Ooms. Rapportage brandveiligheid. Rapportnr: Datum: Versie: 1 Contactpersoon: L. Mol

V&L MEMO BRANDVEILIGHEID. Bijlage 25 bij besluit 2017/2543-V1

Vervoer van gevaarlijke stoffen Programma Hoogfrequent Spoorvervoer

Toetsing brandpreventie

Beach hotel te Zoutelande. Rapportage berekening permanente vuurbelasting

Bouwbesluit 2012, kantoorfunctie, nieuwbouw, vluchtroute, brandmeldinstallatie (BMI), Datum: 25 maart 2019 Status:

Afdeling Vluchtroutes Nieuwbouw. Artikel Stuurartikel

Garage naast een woning: brandveiligheid

RAPPORT BRANDVEILIGHEID s Gravendijkwal 68 Rotterdam DO v Auteur: Leon Zondervan

Utrechtsestraatweg AS Woerden De heer ing. P. Dunnewold. Strevelsweg 700/ AS Rotterdam De heer G. Zeck

Datum : 16 april 2015 : Externe veiligheid aanzet verantwoording groepsrisico

Verantwoording groepsrisico

medewerkerswoning rood gearceerd, de groepswoningen groen (groepswoning 3) en geel (groepswoning 5). Figuur 1 principe bestaande indeling Een deel van

ADVIES. Pagina 1 van 6. Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften. Secretariaat info@adviescommissiebrandveiligheid.

Brandveiligheid. Onderwerp: Advies nieuwbouw rijhal "Hippisch Recreatiepark Ter Maarsch" Adres: Vledderweg 3 Stadskanaal Aanvrager: HPF Projecten BV

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

NIEUWBOUW BEDRIJFSPAND OSSEBROEKEN 13 BEILEN

Advies brandveiligheid Omgevingsvergunning Gegevens Aanvraag

rand rapport Project: Herinrichting 't Klooster Rilland Werknummer:ZF15-06 Datum:

: RUD Utrecht. Externe Veiligheid Laak 3 Amersfoort. : Gemeente Amersfoort, mevrouw C. Heezen

MEMO 1. INLEIDING 2. UITGANGSPUNTEN 3. TOETSKADER: BOUWBESLUIT 2012

RAPPORTAGE TOETSING BRANDVEILIGHEID

Beheersbaarheid van Brand Project:

Memo. Datum : 18 januari Van : Dhr. C.J.M. Machielsen Paraaf : CM. Projectnummer : : Memo externe veiligheid Orthen te Den Bosch

BASISNET EN RUIMTELIJKE ORDENING. Mary Stokhof-Hassing - RWS Kristel Hoogenboezem-Lanslots - RWS Bob van Os - BZK

Verantwoording hulpverlening en plasbrandaandachtsgebied spoor

Woongebouw familie James Callantsoog. Rapportage brandveiligheid

Nieuwbouw kantoor Bon Holding

Brandcompartimenten in Bouwbesluit 2012

MEMO 1. INLEIDING 2. UITGANGSPUNTEN

: Akoestisch onderzoek railverkeer locatie Onze Lieve Vrouwestraat 101 te Zegge

NIEUWBOUW KINDERDAGVERBLIJF DE ARK AGRA MATIC BV

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Betreft : Bestemmingsplan Van Tuijl, Middelkampseweg te Gameren

Rapenburg 34 Quickscan Definitief Ontwerp Brandveiligheid

Risicoanalyse transport spoor

project: Plus Van der Wal, Kleyburgplein 9-15 te Nieuw Lekkerland document: Brandveiligheid met gelijkwaardigheid brandcompartimentering

Sector Risicobeheersing

Brandveiligheidstoets Nieuwbouw fustopslag & expeditie FruitNL te Ommeren

Beschrijving. Horeca en wonen in één brandcompartiment. Advies Definitief

11 maart 2014 L. de Hoogt

Bouwbesluit rapportage. Te verbouwen kantoorruimte tot logiesverblijf Aan de Helmondsingel 24 te Deurne

Risicoanalyse transport gevaarlijke stoffen A1 en spoor Amersfoort-Deventer t.b.v woningbouwplan Bijenvlucht te Hoevelaken

Concept ten behoeve van internetconsultatie augustus 2016

Beschrijving. Wel of geen brandmeldinstallatie in stallingsgarage. Advies Definitief

Rapportage advies externe veiligheid

Notitie. : Aldi Oosterbroekweg Gronsveld. Datum : 1 juni 2015 : Externe veiligheid. 1 Inleiding

Brandveiligheidsrapportage - Pastorie. Renovatie/verbouwing H. Hartkerk/ Pastorie aan de Baronielaan te Breda

BRL 2880 " Systemen voor het brandwerend bekleden van lijnvormige stalen bouwconstructies " ( )

Van : Dhr. M.H. van der Wielen Paraaf : MW. Betreft : Milieuparagrafen bedrijven en milieuzonering, geurhinder en externe veiligheid

Van : Dhr. M.H. van der Wielen Paraaf : MW. Betreft : Memo externe veiligheid Vaartweg 192a te Dongen

B R A N D W E E R ïèlè1)))), èl/7

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

Roozen - van Hoppe Bouw en Ontwikkeling bv T.a.v. de heer Jeroen Pel Postbus AD HILVARENBEEK

RUD Utrecht. Toetsing plaatsgebonden risico (PR) en verantwoording groepsrisico (GR) Bestemmingsplan Oog in Al

BRANDVEILIGHEID EN VLUCHTWEGEN

F~IMMEMEM. Bestaande Woning-Café. Dorpstraat BC te Vorden. Opdrachtgever: Han Eskes. Opsteller: Frans de Jong

Seniorenappartementen Graafdijk Oost. Rapportage brandveiligheid

SPLITSING UNITS A-1 EN A-4 WOONBOULEVARD HOOGSTAD TE VLAARDINGEN

Projectgegevens. Projectteam. PROJECT De groene verbinding Nieuwbouw 15 duurzame woningen Pallandtmarke te Zwolle

DAKBEDEKKING, METALEN ELEMENTEN of STROKEN (attest, productcertificaat)

groot brandcompartiment, handhaving, spiegelsymmetrie, WBDBO

Workshop Brandveiligheid: toepassing BB2012 in de praktijk

Van : ing. G. Spruijt Paraaf :

BNA Roadshow Bouwbesluit Programma. Nieuwe en gewijzigde begrippen Gebruiksfuncties Algemene begrippen Personenbenadering

B.R01. IJsselstein Clinckhoeff - onderzoek externe veiligheid Bunnik Projekten in IJsselstein. datum: 10 oktober 2013

Transcriptie:

Memo Datum : 27 februari 2014 Bestemd voor : Woonstichting Sint Joseph, Dhr. K. Vink en BRO, Dhr. W. de Ruiter. Van : Dhr. H van Oosterhout en M. van der Wielen Projectnummer : 20120632 Betreft : Memo brandveiligheid Baroniestraat 54 te Boxtel Inleiding Aan de Baroniestraat te Boxtel wordt een ontwikkeling gerealiseerd in de omgeving van het spoor, waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd. De nieuwe ruimtelijke ontwikkeling voorziet in de realisatie van een woonfunctie voor mensen met geheugenproblemen die niet meer zelfstandig kunnen wonen. Ten behoeve van de huisvesting van deze mensen wordt het bestaande kantoorpand verbouwd en aan de zijde van de Brugstraat uitgebreid met een vleugel met twee lagen en een kap. Op de 3 e bouwlaag wordt een beheerderswoning gerealiseerd. In verband met de uitbreiding wordt de bergruimte gesloopt. Het aantal te realiseren wooneenheden bedraagt 16 in combinatie met één beheerderswoning. Aan Agel Adviseurs is gevraagd in te gaan op de volgende onderdelen: 1. Bepaling in hoeverre het plasbrandscenario relevant is voor het plangebied; 2. Toetsing in hoeverre voldaan wordt aan de eisen van het Bouwbesluit vanuit brandveiligheid; 3. Advies over te nemen brandveiligheidsmaatregelen in het gebouw vanwege plasbrandaandachtsgebied. 1. Relevantie plasbrandscenario Het plasbrandscenario kan zich voordoen bij een incident met brandbare vloeistoffen in geval van ontsteking van de vloeistof. De regelgeving omtrent het plasbrandscenario zal worden verankerd in het Besluit externe veiligheid transportroutes (Bevt). Vooruitlopend op de publicatie van het Bevt is de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen per 31 juli 2012 gewijzigd. Met deze wijziging zijn de veiligheidsafstanden en plasbrandaandachtsgebieden uit het Basisnet Spoor opgenomen in de circulaire. In plasbrandaandachtsgebieden moet er in samenhang met mogelijkheden van plasbrandbestrijding en bouwtechnische maatregelen beargumenteerd worden waarom er gebouwd wordt. Het plasbrandaandachtsgebied (PAG) is een zone van 30 meter aan weerszijden van het spoor, gemeten vanaf de buitenste spoorstaaf. Een PAG geldt alleen voor nieuwe (nog te bouwen) kwetsbare objecten en geldt alleen voor spoortrajecten waarover ten minste 3.500 ketelwagens met zeer brandbare vloeistoffen (categorie C3) worden vervoerd. Postbus 4156 4900 CD Oosterhout Hoevestein 20b 4903 SC Oosterhout t. 0162-456481 f. 0162-435588 e. info@ageladviseurs.nl i. www.ageladviseurs.nl Op alle door ons aanvaarde opdrachten en verrichte werkzaamheden zijn de De rechtsverhouding opdrachtgever-architect, ingenieur en adviseur DNR 2011 van toepassing. De DNR 2011 wordt op verzoek toegezonden. BTW nr. NL800203823B01 IBAN NL72ABNA0594482291 BIC ABNANL2A KvK Breda 20051141

memoblad 2 In de omgeving van het plangebied liggen 2 spoorlijnen, die onderdeel zijn van de volgende spoortrajecten: Traject Boxtel-Tilburg Traject Boxtel-Den Bosch Traject Boxtel-Tilburg Over dit traject geldt een risicoplafond van 4.600 ketelwagens zeer brandbare vloeistoffen per jaar. Er is derhalve sprake van een plasbrandaandachtsgebied op dit traject. Dit buitenste spoorstaaf van dit traject is gelegen op circa 45 meter van het plangebied. Derhalve reikt het plasbrandscenario op dit traject niet tot de bebouwing in het plangebied en behoeft dit scenario niet verder beschouwd te worden. Traject Boxtel-Den Bosch Over dit traject worden op dit moment geen gevaarlijke stoffen getransporteerd. Op dit moment is er dus ook geen sprake van een plasbrandaandachtsgebied. In de toekomst is het mogelijk dat dit traject deel uit gaat maken van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS). In het PHS worden maatregelen voorbereid om meer treinen op bestaand spoor mogelijk te maken en om sommige goederentreinen over andere spoorroutes te kunnen geleiden. Het PHS gaat uit van de risicoplafonds van het Basisnet Spoor (bron: Prorail). De toekomstige PHS-plannen worden getoetst aan de plafondvoorwaarden die zijn vastgelegd in het Basisnet Spoor. Wanneer een spoorlijn geschikt wordt gemaakt voor meer goederentreinen met gevaarlijke stoffen, dan zullen de risico s binnen het vastgestelde risicoplafond moeten blijven. Zo nodig, zullen maatregelen genomen moeten worden door de vervoerder. Uitsluitend als deze maatregelen niet voldoende blijken te helpen, kan het Rijk in overleg met de gemeente overwegen om het risicoplafond in het Basisnet aan te passen. Om de volgende redenen is het plasbrandscenario op dit traject niet relevant voor het plangebied: De afstand van 30 meter, gemeten vanaf de buitenste spoorstaaf, reikt tot het bestaande gebouw. Toetsing aan het PAG is op basis van het Basisnet Spoor alleen noodzakelijk voor nieuw te bouwen kwetsbare objecten. Een PAG-zone geldt alleen vanaf een intensiteit van 3.500 ketelwagens zeer brandbare vloeistoffen (categorie C3). Op basis van het Basisnet Spoor worden er in de huidige situatie geen zeer brandbare vloeistoffen vervoerd. Indien in de PHS-plannen gekozen wordt om meer gevaarlijke stoffen te vervoeren op dit traject, dan dient de vervoerder aan te tonen dat de risico s binnen het vastgestelde risicoplafond liggen of dienen maatregelen genomen te worden. Het is daarom ondenkbaar dat het Rijk besluit om meer dan 3.500 ketelwagens per jaar te transporteren over dit traject, omdat dit niet in verhouding staat tot het huidige risicoplafond. In het hypothetische geval dat een dergelijke intensiteit wel gehaald wordt, bestaat er een nieuw afwegingsmoment waarbij het Rijk in afstemming met de gemeente een oplossing zoekt. Er bevindt zich een geluidsscherm met een bouwhoogte van 1,30 meter, gemeten vanaf de bovenkant van het spoor. Ten opzichte van het maaiveld bedraagt de hoogte 1,80 meter - Mv. Het scherm is opgebouwd uit houtvezelbeton, gezet in een staalprofiel. 1 Een dergelijk scherm heeft een vertragend effect op een plasbrand, waardoor er in de praktijk doorgaans voldoende tijd beschikbaar is om een plasbrand te bestrijden. Daarnaast beperkt het geluidsscherm de uitbreiding van de plas(brand). 1 Zoals blijkt uit de verleende vergunning met nr. 970013, d.d. 24 februari 1998 (bron: gemeente Boxtel)

memoblad 3 2. Toetsing brandveiligheid gebouw Op basis van de aangeleverde gegevens kan een globale beoordeling gegeven worden met betrekking tot de brandveiligheid. Deze beoordeling vindt plaats in deze paragraaf. Alvorens het gebouw op brandveiligheid te kunnen beoordelen dienen de gebruiksfuncties van het gebouw bepaald te worden. Op de begane grond en de 1 e verdieping wordt een woonfunctie gerealiseerd voor mensen met geheugenproblemen die niet meer zelfstandig kunnen wonen, en op de 2 e verdieping wordt een beheerderswoning gerealiseerd. Op basis van de aangeleverde gegevens wordt de begane grond en 1 e verdieping ingedeeld in een woonfunctie voor zorg en de 2 e verdieping wordt ingedeeld in een woonfunctie. Tussen deze woonfunctie en woonfunctie voor zorg dient een weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) van minimaal 30 minuten aanwezig te zijn. De indeling van het gebouw is voorstelbaar, mits rekening wordt gehouden met onderstaande: De tijdsduur van het bezwijken van de bouwconstructie dient minimaal 60 minuten te bedragen, welke met 30 minuten kan worden bekort indien geen vloer van een verblijfsgebied hoger dan 7 m vanaf het meetniveau is gelegen en de permanente vuurbelasting niet hoger is dan 500 MJ/m²; De maximale grootte van een brandcompartiment per woonfunctie bedraagt 1.000 m²; Het gemeenschappelijke gebruiksgebied (wonen/keuken/provisie) moet een afzonderlijk brandcompartiment zijn met een maximale grootte van 500 m²; Op elk punt van een vloer, welke bestemd is voor personen, begint een vluchtroute die leidt naar het aansluitende terrein en vandaar naar de openbare weg. Verstandig is wel om ervoor zorg te dragen dat de vluchtroutes niet uitkomen in de richting van de risicobron; De maximale loopafstand van een punt in een gebruiksgebied en de toegang van het subbrandcompartiment bedraagt niet meer dan 30 meter, waarbij rekening gehouden dient te worden dat de loopafstand in een verblijfsgebied moet worden vermenigvuldigd met 1,5; Indien de loopafstand, zoals hierboven niet wordt gehaald (ter plaatse van de woning voor de beheerder) dient het trappenhuis uitgevoerd te worden als een extra beschermde vluchtroute; Indien de loopafstanden in de woonfunctie voor zorg niet worden gehaald dient de woonfunctie voor zorg verder opgedeeld te worden in meerdere (sub)brandcompartimenten; De woonfunctie voor zorg, begane grond en 1 e verdieping, dient te zijn voorzien van een brandmeldinstallatie met doormelding en een ontruimingsinstallatie; De woonfunctie op de 2 e verdieping dient te zijn voorzien van rookmelders; Als de gebruiksoppervlakte van de woonfunctie voor zorg een oppervlakte van 500 m² heeft of groter dienen er brandslanghaspels geplaatst te worden. Deze dienen zodanig opgesteld te worden dat de brand overal in het gebouw bestreden kan worden. Plaatsing en afstanden wordt bepaald d.m.v. lengte haspel + 5 m; Tevens is het verstandig om op bepaalde plaatsen, zoals bijvoorbeeld in keukens, draagbare blustoestellen te plaatsen om een beginnende brand zo snel mogelijk te bestrijden. Conform de aangeleverde tekeningen zou het bouwplan opgedeeld kunnen worden in 3 brandcompartimenten te weten: De tweede verdieping (woning) incl. trappenhuis; Wonen/keuken provisie op de begane grond; De overige ruimten op de begane grond en de 1 e verdieping. Voor een meer inhoudelijke beoordeling en juiste bepaling van de brandcompartimenten, brandscheidingen en vluchtrichtingen dient het bouwplan verder te worden uitgewerkt en voorzien te zijn van maatvoering en oppervlakten. Op de onderstaande figuren zijn de looprichtingen en WBDBO van het bouwwerk schematisch aangegeven.

memoblad 4 Begane grondvloer 1 e verdieping

memoblad 5 2 e verdieping 3. Advies over te nemen brandveiligheidsmaatregelen in het gebouw vanwege plasbrandaandachtsgebied. Een plasbrandaandachtsgebied is momenteel niet aanwezig op het dichtstbijzijnde spoortraject Boxtel- Den Bosch. In de toekomst wordt een PAG ook niet reëel geacht, omdat een PAG geldt vanaf 3.500 ketelwagens zeer brandbare vloeistoffen. Toetsing aan het PAG is bovendien op basis van het Basisnet Spoor alleen noodzakelijk voor nieuw te bouwen kwetsbare objecten. Het initiatief behelst echter een functiewijziging in een bestaand gebouw. Om deze reden zijn ons inziens aanvullende brandveiligheidsmaatregelen vanuit het plasbrandaandachtsgebied niet zinvol. Desalniettemin wordt geadviseerd om afstemming plaats te laten vinden met de Veiligheidsregio, omdat de veiligheidsregio het adviserende orgaan hierin is.