Maart 2011. Dit beleidsplan is in het College van Decanen van 17 maart 2011 vastgesteld.



Vergelijkbare documenten
In de schijnwerper. Jaargang 4 - nummer 1, oktober 2011

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

Ontwikkelingen Kwaliteit binnen het Hoger Onderwijs in relatie tot Kennismanagement

Directeur onderzoeksinstituut

Kwaliteitszorg met behulp van het INK-model.

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut

Afdeling Kwaliteitszorg i.o. JAARVERSLAG 2011

Handleiding Kwaliteitszorg Medische Vervolgopleidingen

Verklarende woordenlijst kwaliteitszorg Mede op basis van de inventarisatie van Q*Primair en Q5

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Friesland College te Leeuwarden. Ondernemer detailhandel

Cyclisch Systematisch Integraal Zelfevaluatie

Functieprofiel: Teamleider Functiecode: 0203

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ RIJN IJSSEL. SECTOR CIOS, ZORG EN WELZIJN Opleiding Sociaal-cultureel werker

Datum Betreft Bestuursakkoord PO-Raad-OCW Geacht schoolbestuur,

Functieprofiel Beleidsadviseur Functieprofiel titel Functiecode 00

KWALITEITSBELEID

Functieprofiel: Beleidsmedewerker Functiecode: 0301

Directeur onderwijsinstituut

Kwaliteitscode - Vlaanderen

Instellingstoets kwaliteitszorg (ITK)

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC West-Brabant Prinsentuin College te Etten-Leur

Training examencommissies

Onderwijskundig jaarplan

ROC FRIESE POORT. Kernwaarden van ROC Friese Poort. Hoe de kernwaarden te meten? Kwaliteitszorg

IN ZES STAPPEN MVO IMPLEMENTEREN IN UW KWALITEITSSYSTEEM

OPENBARE BASISSCHOOL DE GROTE BEER

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING AFDELINGSHOOFD VERSIE 4 APRIL 2017

Standpunt van de VLIR betreffende de visitatie van het onderwijs aan de universitaire instellingen in Vlaanderen

Kwaliteitsdefinitie. Analyse. Draaiboek voor evaluatie van de studie archeologie

1. FORMAT PLAN VAN AANPAK

Bijlage C behorende bij artikel 2 lid 3 Besluit personeel veiligheidsregio

VISIETEKST INTEGRALE KWALITEITSZORG (IKZ)

1 Audits van de Toekomst; een stap dichterbij

Kwaliteitskeurmerk voor het Speciaal Onderwijs.

Facilitair accountmanager

Vernieuwd toezicht: wat betekent dat voor het bestuur? Het toezicht op besturen en scholen per 1 augustus 2017

Beoordelingscriteria Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen

04 Support staff training

zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING DIRECTEUR BEDRIJFSVOERING VERSIE 3 APRIL 2017

De zorg is onze passie, verbeteren ons vak. Productive Ward

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK DE VRIJE SCHOOL 'HOEKSCHE WAARD'

Kwaliteitszorg UHasselt. Voorstelling intern kwaliteitszorgsysteem

Kwaliteitszorg en accreditatie

Bantopa Terreinverkenning

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGSNIVEAU. Nova College te Haarlem. Februari 2014

VOLCKAERT KWALITEITSVERSLAG

ORGANISEREN BINNEN FM

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL DE MULDERSHOF

Nota Kwaliteitzorg Kwaliteit en de bewaking ervan aan het Jan Tinbergen College

Energiemanagementplan Carbon Footprint

Bestuurlijke hantering onderzoeksbeoordelingen aan de UvT

FUNCTIEFAMILIE 5.1 Lager kader

Beoordelen en Belonen

Arbo- en Milieudeskundige

NOTITIE. Beschrijving. 1. Documentenscan ivm accreditatiewaardigheid. Leer- en Innovatie Centrum Breda, 's-hertogenbosch, Tilburg.

Leeftijdbewust personeelsbeleid Ingrediënten voor een plan van aanpak

energiemanagement & kwaliteitsmanagement

Jaarplan. Het is onze ambitie om het beste uit uw kind te halen. Locatie Fontein. Locatie Transvaal

Bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Beleidsmedewerker Onderwijs

SOK-studiedag Effectief onderwijs: de leraar doet er toe! 7 december 2012 Affligem, België

Advies. Advies over en ondersteuning bij het (initieel) inrichten/optimaliseren van de structuur van de(it Service Management)organisatie

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK HET DRIELUIK. BRIN-nummer : 27XJ Onderzoeksnummer : 88304

Instrument. Avans-audit op onderwijskwaliteit. Versie: februari 2018 (concept) Auteur: LIC - team Kwaliteit - Lianne Huijssoon

Passend onderwijs en kwaliteitsbeleid

Hoofdstuk 2 Beleid en doelstellingen / directieverantwoordelijkheid

Korte versie beleidsplan

Toetsing aan de praktijk: bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Richtlijn

Beleidskader agenda van onze gewenste ontwikkelingen Samen Onderwijs Maken = Leerzaam

TKAO. Visie op samen opleiden. Samenwerking en organisatiestructuur. Professionalisering. Kwaliteitszorg. Regionale spreiding

De ROWF organiseert al vanaf het begin van de opleidingsschool onderdelen vanuit het generieke programma van de HvA Les op Locatie.

Op de Dorpsschool bewaken we de kwaliteit daarnaast op de volgende wijze:

KWALITEIT 1 SITUATIE 2 TEST

Leidraad PLAN VAN AANPAK OP WEG NAAR EEN CERTIFICEERBAAR KWALITEITSMANAGEMENTSYSTEEM

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OP INSTELLINGS- EN OPLEIDINGSNIVEAU. Rescue Nederland. Verzorgende-IG

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Rotterdamse Montessorischool

Kwaliteitssysteem datamanagement. Meetbaar Beter

Datum : energiemanagement & kwaliteitsmanagement

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK OBS DE MEANDER

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP RKBS ANNE FRANK

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK DE NEW CAIRO BRITISH INTERNATIONAL SCHOOL, CAIRO, EGYPTE

Kwaliteitssysteem datamanagement. Meetbaar Beter

RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK (TKO) CHRISTELIJK COLLEGE DE POPULIER, AFDELING VWO

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP WILLEM VAN ORANJE

Onderwijskundig Jaarplan SBO It Heechhôf

Jaarplan De Berkel

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. ROC Zadkine te Rotterdam

Voorbeeld monitoring en evaluatie gemeente Enschede

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL PATER VAN DER GELD

Kern van deze visie is dat een (zorg)proces op deze manier een cyclus van continu beoordelen en verbeteren ingaat.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Beleidskader intrekken erkenning als Jobcoachorganisatie

Energiemanagement Actieplan

Informatiebijeenkomst Proeftuinen vernieuwing KK GZ. 15 December 2015 Domstad Utrecht

1 Besluit tot het verlenen van een instellingstoets kwaliteitszorg. Universiteit Utrecht Utrecht 19 december 2016

image brochure.indd :02:22

Informatiebeveiliging als proces

Afbeelding: TriamFloat Effectmetingsmodel

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Hilde Sels Ria Van Huffel Ria Van Looveren

Transcriptie:

Maart 2011 Dit beleidsplan is in het College van Decanen van 17 maart 2011 vastgesteld.

Inhoudsopgave Inleiding...- 2-1. Terugblik op Kwaliteitsbeleid 2005-2010...- 3-1.1. Enkele kwantitatieve gegevens...- 3-1.2 Kwaliteitswerkzaamheden...- 3-1.3 Verbeterpunten voor de toekomst...- 5-2. Het nieuwe Kwaliteitsbeleid...- 7-2.1 Visie op kwaliteit...- 7-2.2 Uitgangspunten...- 7-2.3 Streefdoelen...- 8-2.4 Randvoorwaarden...- 9-3. Onderwijs...- 10-3.1 Interne kwaliteitszorg...- 10-3.2 Externe kwaliteitszorg...- 11-4. Onderzoek en Maatschappelijke Dienstverlening...- 12-4.1 Onderzoek...- 12-4.2 Maatschappelijke dienstverlening...- 13 - Tot slot...- 15 - Geraadpleegde bronnen...- 16 - - 1 -

Inleiding De Universiteit van de Nederlandse Antillen (UNA) blikt met genoegen terug op het succesvolle kwaliteitstraject dat in de periode van 2005 2010 bewandeld werd. Bij alle interne geledingen en op alle niveau s werd intensief gewerkt aan het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijsaanbod en de daarbij ondersteunende werkzaamheden. Enerzijds met als streven om de kwaliteit als een continu uitgangspunt in de alledaagse praktijk op de universiteit te implementeren en anderzijds om uiterlijk december 2011 een positieve beoordeling van de kwaliteit van alle opleidingen door de Nederlands-Antilliaanse Accreditatie Organisatie (NVAO) te kunnen verwerven. In het kwaliteitstraject binnen de UNA ligt de nadruk op het creëren van een hoge mate van kwaliteitsbewustzijn met continue aandacht voor kwaliteitsdenken en doen binnen de universiteit. Dit dient te leiden tot een kwaliteitsbenadering die continu gericht is op verbetering. Het nieuwe kwaliteitsbeleid voor de komende vijf jaar (2011 2015) blijft dit streven hanteren. In totaal werden in 2009 en 2010 elf visitaties uitgevoerd. Daarvan hebben twee visitaties geleid tot positieve beoordelingen door de NVAO en bevinden de overige negen visitaties zich bij het schrijven van dit beleidsdocument in de afrondingsfase. In 2011 staan de visitaties van negen opleidingen gepland. Daarnaast wordt het kwaliteitstraject van de kerntaken Onderzoek en Maatschappelijke Dienstverlening geïnitieerd. Het nieuwe kwaliteitsbeleid, zoals vervat in dit document, is met name gericht op het consolideren van het bereikte kwaliteitsniveau en het streven om op een steeds hoger niveau kwaliteit te leveren van alle producten en diensten van de UNA: Consolideren en Verbeteren. Het betreft een gezamenlijk streven, dat gebaseerd is op interne afstemming en samenwerking en naar buiten toe meer internationalisering. Het kwaliteitsbeleid is een belangrijk instrument om de strategische doelen te kunnen bereiken. In dit document staat de vernieuwde kwaliteitsvisie van de UNA omschreven. Tevens wordt stilgestaan bij de streefdoelen die voor de komende beleidsperiode zijn geformuleerd op het gebied van onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dienstverlening. De uitwerking daarvan in uitgangspunten en concrete beleidsrichtlijnen wordt uiteengezet. Maar eerst wordt een korte terugblik op de afgelopen vijf jaar gegeven. - 2 -

1. Terugblik op Kwaliteitsbeleid 2005-2010 1.1. Enkele kwantitatieve gegevens De UNA heeft de afgelopen periode een enorme groei meegemaakt. In 2005 bestond het onderwijsaanbod van de UNA uit 14 opleidingen, verspreid over vier faculteiten. Momenteel verzorgen de vijf faculteiten van de UNA in totaal 22 opleidingen. De studentenpopulatie is de afgelopen vijf jaren gegroeid van ongeveer 1600 in 2005 tot ongeveer 2100 in december 2010. Deze groei heeft veel onderwijskundige en beheersmatige uitdagingen voor de universiteit meegebracht. Om deze groei op een verantwoorde manier te kunnen opvangen, dienen er voldoende middelen beschikbaar te zijn (personeel, financieel en materieel), die efficiënt en effectief worden ingezet. Het is de UNA tot nu toe deels gelukt om op structurele wijze de explosieve groei van de universiteit op een verantwoorde manier aan te pakken. Het aantal vaste personeelsleden is niet navenant gegroeid (128 FTE) in vergelijking met de toename van het aantal studenten in het afgelopen decennium 1. Hetzelfde geldt voor de geldelijke middelen. Er is in 2008 een nieuw bekostigingsmodel ingevoerd, maar die blijkt niet voldoende tegemoet te komen aan de financiële behoefte binnen de UNA, gelet op de groei en de diversiteit van het aantal opleidingen. De jaarlijkse subsidie is niet mee gegroeid. Wel heeft in 2009 infrastructurele uitbreiding plaatsgevonden met de bouw van drie nieuwe faculteitsgebouwen, wat zowel meer kantoor- als onderwijsfaciliteiten leverde. 1.2 Kwaliteitswerkzaamheden Het kwaliteitsbeleid van de UNA was de afgelopen jaren met name gericht op het verwerven van een accreditatiekeurmerk voor alle bestaande en nieuwe opleidingen. Dit streven dient eind 2011 te zijn bereikt. Elf visitaties zijn achter de rug en de visitatie van nog 10 opleidingen, voorafgegaan door uitgebreide proefvisitaties vindt verspreid over 2011 plaats. De eerste stappen werden gezet richting het implementeren van een solide systeem van interne kwaliteitszorg, gebruikmakend van de PDCA-benadering. Deze kwaliteitsbenadering behoeft nog verdere indaling in de universiteit. In 2002 begon de UNA met haar kwaliteitsverbetertraject. In de afgelopen beleidsperiode werd dit traject voortgezet. Om dit traject mogelijk te maken werden diverse kwaliteitsinstrumenten ontwikkeld en geïmplementeerd. Onderstaand schema geeft een weergave van de stappen die door de faculteiten tussen 2005 en 2010 werden gezet, gericht op het verwerven van een positieve beoordeling door de NVAO. 1 In 2000 telde UNA ongeveer 600 studenten; in 2010 is dit aantal rond 2100. - 3 -

Verbeter traject Zelfevaluatie Concept Zelfevaluatie rapport Proef Visitatie Verzoek tot Positieve beoordeling Visitatie Rapport Visitatie Definitief Zelfevaluatie Rapport Deze werkzaamheden vonden op drie niveaus plaats: Instellingsniveau: onder leiding van de onderwijskundige beleidsmedewerker, in samenwerking met het UNA-breed Kwaliteitsteam. Nieuwe instellingsbrede beleids- en kwaliteitsinstrumenten werden ontwikkeld en geïmplementeerd, bijvoorbeeld richtlijnen voor Toetsbeleid, Afstudeerbeleid en het Onderwijs- en Examenreglement, voorbeelden voor evaluatieformulieren, studententevredenheidsonderzoek en handleidingen voor het zelfevaluatietraject. Daarnaast werden professionaliseringstrainingen ter voorbereiding op de visitaties verzorgd. Verder werd aandacht besteed aan het onderling afstemmen van verbeter- en visitatietrajecten en het adviseren omtrent de te verrichten kwaliteitswerkzaamheden op instellingsniveau. Faculteitsniveau: onder leiding van de Program Manager, in nauw overleg met de decaan en in samenwerking met de vaste staf. De faculteiten hebben een scala aan verbeterwerkzaamheden uitgevoerd, zowel beleidsmatig, onderwijsinhoudelijk als organisatorisch. Diverse documenten en instrumenten werden ontwikkeld en geïmplementeerd, zoals het concreet formuleren en handhaven van een Toets- en een Afstudeerbeleid, het uitvoeren van modules- en tentamenevaluaties, het samenstelleng van module-handleidingen/course-outlines voor alle modules, het ontwikkelen en implementeren van een kwaliteitsbeleid op faculteitsniveau en het onderwijskundig verder professionaliseren van de medewerkers. Ondersteuningsniveau: onder leiding van de afdelingsmanagers, in samenwerking met hun personeelsteam. Bij de ondersteunende diensten, deel uitmakend van de Algemene Dienst, is er ook de afgelopen periode een kwaliteitsslag gemaakt. Er werden beleidsplannen geformuleerd op basis van de resultaten van de Nulmeting uit 2004. De acties voortvloeiend uit deze beleidsplannen waren o.a. het bouwen van een boekendepot, infrastructurele uitbreiding met 3 nieuwe gebouwen, het digitaliseren van de Bibliotheek, het uitbreiden van de digitale en hard copy collectie, het samenvoegen van alle studentenvoorzieningen in een nieuwe afdeling Student Services Center, het starten met het onderhoud van bestaande UNA-gebouwen, het verbeteren van de internetverbinding en de wireless faciliteiten, het plaatsen van studiebanken op het UNA-terrein met elektrische faciliteiten en het stimuleren van laptopgebruik onder studenten. Kwaliteitsverbetering was dus de spil van vele werkzaamheden. Voortdurend werd gewerkt om de kwaliteit van de aangeboden diensten en producten op een hoog niveau te garanderen. - 4 -

1.3 Verbeterpunten voor de toekomst Het product accreditatie 2 was de focus van de afgelopen beleidsperiode en in mindere mate het proces daarnaar toe, waarbij het gedrag van alle betrokkenen een essentiële rol dient te spelen. De UNA wenst in haar nieuwe kwaliteitsperiode de aandacht te verplaatsen naar voortdurende kwaliteitsverbetering. Kwaliteit dient beter in te dalen in de organisatie. Kwaliteitsdenken en handelen moeten integraal onderdeel worden van de dagelijkse werkwijze in alle geledingen. Er dient ook meer onderlinge afstemming, uitwisseling en samenwerking plaats te vinden. Vanwege de drang naar accreditatie vonden de werkzaamheden teveel gecentreerd binnen de eigen faculteit/afdeling plaats. Ook dienen betrokkenen meer bewust te worden van het feit dat een kwaliteitstraject een teamaangelegenheid is teneinde een efficiëntere en effectievere kwaliteitsbenadering te kunnen bereiken. Consolideren moet centraal komen te staan. Het bereikte kwaliteitsniveau moet worden vastgehouden en het kwaliteitsproces dient structureel en systematisch onderdeel te vormen van de dagelijkse praktijk. Dit voorkomt dat er over vijf jaar, wanneer de nieuwe visitatieperiode nadert, vrijwel opnieuw gestart dient te worden met werkzaamheden op dit gebied. Aandacht moet worden besteed aan de uitvoeringstructuur van kwaliteitszorg. Die moet geëvalueerd worden en noodzakelijke verbeteringen zullen uitgevoerd moeten worden, zodat dit ook een bijdrage kan leveren aan continue kwaliteitsverbetering. Gebleken is ook dat tijdige start en uitvoering van kwaliteitstrajecten essentieel zijn. Een goede planning is hierbij noodzakelijk en het werken met een jaarlijkse kwaliteitskalender is een goed hulpmiddel daarvoor. Van groot belang voor een succesvol kwaliteitstraject is ook het beschikbaar zijn van de benodigde middelen. Zijn de beschikbare middelen toereikend? In hoeverre is de personele inzet voldoende? Daarnaast spelen alle benodigde materiële middelen een grote rol. Worden deze middelen efficiënt en effectief ingezet of dient hier ook een kwaliteitsslag plaats te vinden? Geld blijft uiteraard een gevoelig onderwerp. Maar zonder additionele, structurele financiële middelen blijft het een enorme inspanning van de betrokkenen om toch te kunnen voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. Het kwaliteitstraject blijft dan wankelen omdat de middelen niet toereikend zijn om structureel te kunnen werken aan consolideren en verbeteren. Tot nu toe werden alle kwaliteitswerkzaamheden gericht op de kerntaak Onderwijs. De kerntaken Onderzoek en Maatschappelijke Dienstverlening dienen in de komende kwaliteitsperiode de benodigde aandacht te krijgen. Ook deze twee kerntaken dienen op internationaal acceptabel kwaliteitsniveau opgezet en uitgevoerd te worden. Kwaliteitscriteria voor deze twee kerntaken dienen dan ook te worden geformuleerd, gevolgd door de implementatie daarvan in de dagelijkse praktijk. Op korte termijn vindt een uitgebreide evaluatie van het kwaliteitsbeleid van de afgelopen periode plaats, waardoor de in dit document opgenomen beleidsrichtlijnen nader geconcretiseerd kunnen worden. Verwijzend naar de kwaliteitscyclus die opgenomen staat in 2 Het moge duidelijk zijn dat de opleidingen verzorgd door de UNA niet geaccrediteerd worden, maar een positieve beoordeling krijgen. Dit vanwege het feit dat de UNA niet gebonden is aan de Nederlandse Wet voor Hoger Onderwijs (WHW). Positieve beoordeling en accreditatie zijn echter gelijkwaardige prestaties. De UNA-opleidingen verwerven aldus een internationaal kwaliteitskeurmerk op het moment dat zij door de NVAO positief beoordeeld worden. - 5 -

het vorige kwaliteitsbeleidsplan 3, kan worden geconstateerd dat de UNA zich momenteel in de Evaluatiefase (Check) bevindt. De Ontwikkelfase (Plan) en de Implementatiefase (Do) zijn bij verschillende faculteiten doorlopen. Na evaluatie moet de UNA verder groeien naar de Consolidatiefase (Act), om daarmee de eerste kwaliteitscyclus af te ronden en een aanvang te kunnen maken met de tweede, die zich over de komende vier tot vijf jaar uitstrekt. 3 Het kan altijd beter. Kwaliteitsbeleid 2005 2010, pag 21. - 6 -

2. Het nieuwe Kwaliteitsbeleid 2.1 Visie op kwaliteit Het nieuwe kwaliteitsbeleid is niet meer alleen gericht op accreditatie, maar er wordt met name aandacht besteed om intrinsiek kwaliteitsdenken en kwaliteitshandelen te bewerkstelligen bij de uitvoering van alle de drie kerntaken, onderwijs, onderzoek en maatschappelijke dienstverlening. Waarneembaar kwaliteitsgedrag moet voorvloeien uit intrinsieke motivatie van de medewerkers. Kwaliteit dient niet meer alleen zichtbaar te zijn in producten die gericht zijn op externe kwaliteitsbeoordeling, maar dient door de alledaagse praktijk binnen de universiteit als een rode draad te lopen en als zodanig ook ervaren te worden. De UNA gaat hierbij uit van de volgende visie op kwaliteit: Zeg wat je doet en doe wat je zegt. Dit betekent dat de UNA kwaliteit zichtbaar wil maken op alle gebieden en dat de medewerkers kwaliteitsgedrag gaan tonen die precies laat zien dat er gedacht en gewerkt wordt met leveren van kwaliteit als primaire aansturing. De UNA als kleine universiteit met regionale en internationale samenwerkingsverbanden blijft in de komende periode het belang onderkennen om aan internationale kwaliteitseisen te voldoen. Internationale ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het kwaliteitskader waaraan de kerntaken moeten voldoen, zullen nauwgezet gevolgd te worden. Kwaliteit dient de komende jaren aldus intern en extern gericht te zijn, waarbij het garanderen van kwalitatief goede opleidingen, goed onderzoek en goede maatschappelijke dienstverlening, die voldoen aan internationale kwaliteitsnormen een prominente rol speelt. Het bieden van kwalitatief goed onderwijs biedt aan haar studenten tevens de garantie op een soepele doorstroming naar vervolgstudies in binnen- en buitenland. Daarnaast vraagt de lokale arbeidsmarkt naar kwalitatief goede afgestudeerden, die een continue bijdrage kunnen leveren aan de duurzame ontwikkeling van de maatschappij. Hierin worden onderzoek en maatschappelijke dienstverlening integraal opgenomen. 2.2 Uitgangspunten Het primaire uitgangspunt is dat kwaliteitsbeleid een integraal onderdeel zal zijn van alle beleidsplanning en uitvoering binnen de universiteit. Kwaliteitsdenken en handelen zal centraal staan bij alle werkzaamheden die binnen alle geledingen worden uitgevoerd. In de nieuwe kwaliteitsbenadering blijft de implementatie van total quality management (integrale kwaliteitsmanagement) een belangrijk uitgangspunt. Hierbij blijft het principe van voortdurende kwaliteitsverbetering, uitgevoerd volgens de Plan, Do, Check en Act (PDCA) - cyclus bepalend voor de aanpak. Het principe van unity in diversity is ook voor de komende periode een belangrijk uitgangspunt. Dit vormt de basis voor het kwaliteitsbeleid, waarbij op instellingsniveau de hoofdlijnen en kaders worden uitgezet, waarbinnen alle interne geledingen ruime differentiatiemogelijkheden in de uitvoering hebben. Zowel een faculteit als een afdeling kunnen aldus eigen specifieke invulling geven aan hun kwaliteitszorg en verbetering, aansluitend op het instellingsbreed kwaliteitsbeleid. De tot nu toe gevoerde kwaliteitsaanpak was met name gericht op de opzet van een kwaliteitscyclus, voorafgegaan door het creëren van een kwaliteitsbewustzijn en -denken. - 7 -

Tevens werd alle aandacht gericht op het verwerven van een internationaal erkend kwaliteitskeurmerk, in de vorm van een positieve beoordeling van de onderwijsprogramma s door de NVAO. Externe kwaliteitszorg was richtinggevend voor de interne kwaliteitsbenadering. In de komende periode wil de UNA deze werkwijze omdraaien. Een goed systeem van interne kwaliteitszorg dient zorg te dragen voor het verwezenlijken van de externe kwaliteitsnormen. Kwaliteitszorg vindt plaats vanuit intrinsieke motivatie bij het voltallig personeel. Hiertoe wordt bewerkstelligd dat de kwaliteitsaanpak niet alleen product, maar met name procesgericht wordt. Voor de komende periode is het van primair belang om het kwaliteitsdenken en handelen volledig te integreren in de dagelijkse werkzaamheden van de verschillende faculteiten en ondersteunende diensten. Het moet niet meer voornamelijk gericht zijn op accreditatie, maar indalen in de organisatie als een voortdurende zorg en plicht. Een ander uitgangspunt voor dit nieuwe beleid is dat kwaliteit wordt gekoppeld aan SMARTgeformuleerde streefdoelen. Concrete, meetbare en uitvoerbare streefdoelen worden geformuleerd, waardoor het mogelijk wordt om de voortgang te monitoren en daar waar nodig bijtijds bij te sturen. Tenslotte zal kwaliteitszorg eenduidig, eenvoudig, transparant en pragmatisch zijn en geen complexe, onoverzichtelijke kwaliteitsbenadering. Het uitgangspunt is Keep it clear and simple. 2.3 Streefdoelen Voor het nieuw kwaliteitsbeleid worden de volgende streefdoelen geformuleerd: Stabiliseren en consolideren van het bereikte kwaliteitsniveau. Dit kan gemeten worden door de mate waarin het gerealiseerd kwaliteitsniveau onderdeel vormt van de alledaagse praktijk binnen de universiteit. Behouden van reeds bereikt kwaliteitskeurmerk. De behaalde positieve beoordelingen blijven bij de volgende ronde van visitatie behouden. Structureel uitvoeren van een PDCA-cyclus, resulterend in continue kwaliteitsverbetering. Alle kwaliteitswerkzaamheden doorlopen steeds deze kwaliteitscyclus, die duidelijk zichtbaar en aldus meetbaar is. Verwerven van positieve oordeel van nieuwe opleidingen alvorens de eerste cohort is afgestudeerd. Alle nieuwe opleidingen worden volgens de kwaliteitsnormen opgezet en er wordt bijtijds gestart met de voorbereidingen voor de visitatie opdat de eerste afgestudeerden een gestempeld diploma kunnen ontvangen. Implementeren van een systeem van interne kwaliteitszorg op instellingsniveau, waaronder het aanbrengen van systematiek in de verschillende kwaliteitsbevorderende activiteiten. In kaart brengen van de subjectieve kant van kwaliteitszorg, implicerende dat de ervaringen en beleving van kwaliteitszorg bij de medewerkers verzameld worden om in staat te zijn om eventuele additionele kwaliteitsrichtlijnen te formuleren en in te voeren opdat de werksatisfactie hiermee wordt bevorderd. Vaststellen van streefnormen en streefcijfers, inclusief meetbare prestatieindicatoren, zowel onderwijsinhoudelijk als organisatorisch; - 8 -

2.4 Randvoorwaarden Het realiseren van dit geprojecteerde kwaliteitsstreven is uiteraard verbonden aan enkele randvoorwaarden. Om te beginnen dient kwaliteitzorg binnen de organisatie een voortdurend aandachtspunt te zijn. Daarnaast gelden de navolgende randvoorwaarden: Structurele en toereikende financiering voor interne en externe kwaliteitszorg; Efficiënte en effectieve organisatie-opzet en professioneel management; Investeren in kwaliteit van het personeel; Inzet van voldoende professionele menskracht, structureel en projectmatig; Implementatie van het nieuwe HR-beleid, met de daaraan gekoppelde HRinstrumenten; Reguliere afstemming tussen de faculteiten onderling, maar ook tussen de faculteiten en afdelingen; Stimulerende arbeidsomstandigheden; Voldoende faciliteiten; Verbeterde infrastructurele voorzieningen. Het niet voldoen aan deze randvoorwaarden maakt de uitvoering van dit kwaliteitsbeleid heel moeilijk. Zowel op bestuurlijk, organisatorisch als materieel gebied dienen de benodigde randvoorwaarden beschikbaar te zijn, wil het welslagen van dit nieuw kwaliteitsbeleid gegarandeerd worden. - 9 -

3. Onderwijs 3.1 Interne kwaliteitszorg Om de realisatie van de streefdoelen te bevorderen zijn concrete beleidsrichtlijnen geformuleerd. Aangezien ook in deze kwaliteitsperiode de kwaliteitsaanpak op het gebeid van onderwijs zowel een interne als een externe component bevat, zijn deze beleidsrichtlijnen over deze twee componenten verdeeld. Zoals eerder vermeld, is in tegenstelling tot de vorige kwaliteitsperiode de interne kwaliteitszorg leidend voor het verrichten van werkzaamheden gekoppeld aan de externe kwaliteitszorg. Hierbij geldt dat voortdurend gestreefd wordt naar het bevorderen van een efficiënte en effectieve kwaliteitsbenadering. Aan de interne kwaliteitszorg wordt op basis van de volgende beleidsrichtlijnen vorm gegeven: het kwaliteitsbeleid van de afgelopen vijf jaar wordt grondig onder alle UNA-geledingen geëvalueerd. Concretere uitwerking van dit nieuwe kwaliteitsbeleid is hiervan afhankelijk. een besluitvormings- en uitvoeringsstructuur wordt opgezet, gebaseerd op de vastgestelde verantwoordelijkheden en bevoegdheden en een effectieve inzet van het personeel; de rol, positie en samenstelling van het kwaliteitsteam wordt onder de loep genomen, wat moet leiden tot duidelijk positionering van dit team binnen de organisatie; uniform geformuleerde en geaccordeerde richtlijnen worden door alle betrokkenen als zodanig uitgevoerd; een digitaal systeem van onderwijsevaluatie wordt opgezet, waaraan alle faculteiten meedoen. De huidige systemen op faculteitsniveau komen dan te vervallen; vastgestelde planningsoverzichten worden alleen in uitzonderlijke gevallen bijgesteld; medewerkers belast met kwaliteitszorg worden verder geprofessionaliseerd opdat zij hun taken op een kwalitatief steeds hoger niveau kunnen uitvoeren; een interne audit wordt halverwege de accreditatieperiode (3 jaar na visitatie) bij alle opleidingen uitgevoerd om de voortgang op kwaliteitsgebied te monitoren; kwaliteitsdocumenten en instrumenten worden zoveel mogelijk geüniformeerd, waarna bij de uitvoering het unity in diversity principe wordt gehanteerd; kwaliteitsprocedures en processen worden gestandaardiseerd en gedocumenteerd; de toestroom van informatie over kwantitatieve gegevens (managementrapportages) wordt geoptimaliseerd; de werkwijze, aanpak en procedures van het nieuwe NVAO-accreditatiestelsel wordt nader uitgewerkt en geïmplementeerd; alle nieuwe opleidingen worden meteen opgezet volgens de gestandaardiseerde kwaliteitseisen; bestaande beleidsdocumenten worden gereviseerd en nog ontbrekende beleidsdocumenten ontwikkeld; nieuwe kwaliteitsinstrumenten worden ontwikkeld en ingevoerd; - 10 -

3.2 Externe kwaliteitszorg In de komende periode blijft externe kwaliteitszorg van de werkzaamheden op onderwijsgebeid ook onder de aandacht. In 2011 vinden de resterende visitaties van met name onlangs gestarte opleidingen plaats. Daarna volgt in 2012 de visitatie van nog enkele nieuwe opleidingen. Alle nieuwe opleidingen worden voortaan zo snel mogelijk, doch voor het afstuderen van het eerste cohort, gevisiteerd. De opleidingen die reeds in 2009 gevisiteerd zijn, ondergaan vóór het afronden van deze nieuwe kwaliteitsperiode wederom een visitatie. In dat geval wordt het nieuwe accreditatiestelsel gehanteerd. Eén van de primaire beleidsrichtlijnen voor deze periode wordt dan ook het verdiepen in dit nieuwe stelsel en het vertalen hiervan naar concrete richtlijnen voor de interne kwaliteitszorg. Overige beleidsrichtlijnen voor de externe kwaliteitszorg zijn: het verkrijgen van een positief oordeel voor alle resterende bestaande en nieuwe opleidingen; het uitbreiden van de samenwerking met regionale en internationale geaccrediteerde instellingen/ opleidingen en met andere onderzoeksinstituten; het uitvoeren van interne audit voor de opleidingen die in de periode van 2009 tot 2011 zijn gevisiteerd. - 11 -

4. Onderzoek en Maatschappelijke Dienstverlening In de nieuwe beleidsperiode wordt het kwaliteitstraject voor onderzoek (onderzoeksaccreditatie) en taken gelieerd aan maatschappelijke dienstverlening geïnitieerd en uitgevoerd volgens gestandaardiseerde richtlijnen. 4.1 Onderzoek De afgelopen jaren is de onderzoekscomponent op de UNA behoorlijk uitgebreid. In de jaarverslagen is duidelijk een toename van het aantal publicaties te zien en ook zijn meer personeelsleden bezig met een promotietraject. Er zijn verschillende typen onderzoeken, waaronder promotie-onderzoeken en afstudeeropdrachten (scripties) die momenteel in uitvoering zijn, waarbij vaak maatschappelijk relevante issues nader worden onderzocht. De lopende onderzoeksactiviteiten vinden echter te weinig op basis van een uitgewerkt onderzoeksplan plaats. Binnen de universiteit is het streven om in de komende periode alle onderzoekswerkzaamheden beter inzichtelijk te maken, waarbij het op te richten instellingsbrede onderzoeksbureau een belangrijke rol gaat spelen. Er zal een onderzoeksklimaat gecreëerd worden om dit allemaal mogelijk te maken. De bedoeling is om op den duur ook onderzoeksvisitaties te laten uitvoeren, waarbij internationale kwaliteitsnormen op dit gebied richtinggevend zijn. Tot nu toe werd gedurende het kwaliteitstraject weinig concrete aandacht geschonken aan de kerntaak onderzoek. In de komende beleidsperiode wordt dit veranderd. De basis voor de kwaliteit van de onderzoekswerkzaamheden wordt, analoog aan die van onderwijs, gevormd door de PDCA-cyclus, bestaande uit de volgende fasen: Ontwikkelfase (plan): een onderzoeksplan zal voor de universiteit worden geformuleerd. Vervolgens zal elke faculteit o.a. op basis van het strategisch plan en het onderzoeksplan van de UNA, de streefdoelen op faculteitsniveau en het door haar aangeboden onderwijs, een onderzoeksplan c.q. onderzoeksprogramma voor de komende jaren samenstellen. Het instellingsbrede onderzoeksplan wordt op korte termijn geschreven. Sommige faculteiten hebben inmiddels al een onderzoeksplan geformuleerd, terwijl dit bij andere faculteiten nog in ontwikkeling is. Conform de LUNA is een decaan verantwoordelijk voor het vaststellen van het jaarlijkse dan wel meerjarige onderzoeksplan. De richtlijnen hiervoor worden op korte termijn geformuleerd worden. Het onderzoeksplan wordt uiteindelijk door de rector magnificus goedgekeurd. Uiteraard zullen onderzoeksplannen onderling verspreid worden en daar waar mogelijk kunnen faculteitsoverstijgende (interdisciplinair) onderzoeken uitgevoerd worden. Deze aanpak zal bijzonder gestimuleerd worden teneinde de beperkte middelen effectiever en efficiënter te kunnen inzetten. Een faculteit kan ook samen met haar samenwerkende partners -lokaal dan wel internationaal- onderzoeksactiviteiten ontplooien. De faculteit heeft alle ruimte hiertoe, mits dit binnen de aangegeven kaders plaatsvindt. Vanwege de beperkte middelen waarover de UNA beschikt, worden de faculteiten vanuit de directie gestimuleerd om met andere partners samen te werken, opdat meer onderzoeken kunnen worden verricht. Implementatiefase (do): vervolgens wordt het onderzoeksplan ten uitvoer gebracht. De lopende onderzoeken worden zoveel mogelijk ingepast in het onderzoeksplan, net als nieuwe onderzoeksvraagstukken. Enerzijds worden onderzoeksvoorstellen op basis van het vastgestelde onderzoeksplan en interne ontwikkelingen, met name vanuit de - 12 -

behoefte bij de verzorgde opleidingen, geformuleerd. Doch anderzijds kunnen ook externe actoren een faculteit met onderzoeksvraagstukken benaderen. Dit zal de komende jaren vanuit de UNA meer gestimuleerd worden. De UNA wil hiermee meer inspelen op maatschappelijk ontwikkelingen en een bijdrage daartoe leveren. Evaluatiefase (check): het onderzoeksplan wordt geëvalueerd aan de hand van de vooraf vastgestelde streefdoelen. De resultaten van deze evaluatie zijn medebepalend voor de inhoud van het nieuwe onderzoeksplan. Consolidatiefase (act): de resultaten van de evaluatie kunnen onder meer leiden tot aanpassing van het onderzoeksplan, verbetering van de kwaliteit van de onderzoekswerkzaamheden en de ontwikkeling van nieuwe streefdoelen en plannen. En dezen worden uiteraard geïntegreerd in het onderwijsproces. Hier zal ook sprake zijn van de borging van de behaalde resultaten. Kwaliteitsinstrumenten worden ingezet voor het bewaken van de kwaliteit van onderzoekswerkzaamheden. Hierbij kan o.a. gedacht worden aan: Richtlijnen voor het onderzoeksplan Richtlijnen voor publicatie Promotiebeleid Opleidingstrajecten voor promovendi Gestructureerde begeleiding van onderzoekswerkzaamheden door zowel interne als externe onderzoekexperts Richtlijnen voor onderzoeksrapporten Zoals reeds aangegeven worden de meeste kwaliteitsinstrumenten op instellingsniveau ontwikkeld. Ook bij deze kerntaak is het principe van unity in diversity van toepassing. De decaan is verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoeksplan en legt regelmatig hierover verantwoording af aan de RM. 4.2 Maatschappelijke dienstverlening Op instellingsniveau en door de faculteiten worden verschillende typen activiteiten op het gebied van maatschappelijke dienstverlening ondernomen, zoals lezingen, seminars, conferenties, debatten, postacademische cursussen, deelname aan bestuurlijke functies buiten de UNA, het formuleren van beleidsadviezen en ondersteunen van beleidsmakers, het bieden van vakinhoudelijke ondersteuning aan het werkveld, het uitvoeren van (samenwerkings)projecten met derden en het uitwerken van maatschappelijke vraagstukken. Ook het tegemoetkomen aan externe onderzoeksverzoeken behoort hierbij. Onderzoek en maatschappelijke dienstverlening zijn dan ook vaak nauw aan elkaar verbonden. Vaak worden resultaten van onderzoeken middels o.a. lezingen en seminars aan een breed publiek gepresenteerd. Tevens vormen maatschappelijke discussies soms aanleiding om nader onderzoek te verrichten. Het verrichten van werkzaamheden in het kader van maatschappelijke dienstverlening levert dan ook meerwaarde voor de UNA als een nationale universiteit, die een bijdrage levert aan de duurzame ontwikkeling van de maatschappij. Tot nu toe werd vrij weinig gerichte aandacht besteed aan het structureel en systematisch bewaken van de kwaliteit van verleende maatschappelijke diensten. Voor de komende beleidsperiode zal dit veranderen. Alle faculteiten zijn verplicht om maatschappelijke diensten te verlenen en zullen bij hun jaarplanning hiermee rekening houden. Ongeveer 10% van hun werkzaamheden zullen hierop gericht zijn. Op deze wijze wordt bewaakt dat ook aan deze kerntaak structurele aandacht wordt besteed. - 13 -

Toekomstige werkzaamheden op het gebied van maatschappelijke dienstverlening zullen zich net als bij de andere kerntaken ook houden aan een PDCA-cyclus. Dit is een nieuwe benadering op dit gebied, die past binnen het instellingsbreed kwaliteitsbeleid. Bij de aanvang van een nieuw collegejaar zal elke faculteit over een uitgewerkt plan beschikken, het zogeheten MD-plan (Maatschappelijke Dienstverlening-plan), dat de te verlenen diensten aan onze maatschappij verspreid over desbetreffend collegejaar zoveel mogelijk aangeeft (plan). Uiteraard moeten alle faculteiten rekening houden met mogelijke tussentijdse verzoeken vanuit interne ontwikkelingen en/of externe actoren. Er wordt hiervoor ruimte gereserveerd in het plan. Dit vereist van de faculteiten een pro-actieve houding op het gebied van maatschappelijke dienstverlening. Na uitvoering (do) van het plan gedurende het collegejaar, volgt een evaluatie (check). Het nieuwe MD-plan voor het volgende collegejaar neemt de resultaten van de evaluatie mee, zal voortbouwen op sommige nog niet afgeronde activiteiten, maar bevat een overzicht van de nieuwe MD-activiteiten (act). De decaan draagt hiervoor de verantwoordelijkheid. Aangezien de meeste activiteiten voor maatschappelijke dienstverlening over het algemeen van korte duur zijn wordt uitgegaan van een eenjarig plan. Elk collegejaar start met het plan, gevolgd door de uitvoering, evaluatie en aanpassing. De PDCA-cyclus wordt per collegejaar herhaald. Faculteiten krijgen veel ruimte om in het MD-plan de gewenste richting in te slaan, mits zij zich houden aan de vastgestelde richtlijnen. De goedkeuring door de rector aan het begin van elk collegejaar wordt mede hierop gebaseerd. De criteria hiervoor worden binnenkort uitgewerkt. Kwaliteitsinstrumenten zullen ook worden ingezet voor het bewaken van de kwaliteit van de opzet en uitvoering van het MD-plan. Hierbij kan o.a. gedacht worden aan: Richtlijnen MD-plan Richtlijnen voor interne aanpak, waaronder de verdeling van deze taak onder de wetenschappelijke medewerkers en de samenwerking met externe actoren Structurele bewaking van de voortgang van het plan Evaluatieformulier voor elke activiteit en voor het MD-plan Ook bij het verrichten van maatschappelijke diensten wordt daar waar mogelijk met lokale en internationale partners samengewerkt. Op deze wijze worden de beschikbare kennis, ervaring en expertise gebundeld om meer kwaliteit te kunnen leveren en verkrijgen. Dit is ook een middel om te werken aan steeds betere kwaliteit. - 14 -

Tot slot De afgelopen kwaliteitsperiode heeft een stevige fundering gelegd voor de voortzetting van het ingezette kwaliteitszorgtraject. Tijdens de verschillende werkprocessen werd met het oog op kwaliteitsverbetering, -borging en verantwoording stilgestaan bij het plannen, uitvoeren, meten, evalueren, beoordelen en verbeteren van de werkzaamheden. Deze werkwijze wordt in de komende beleidsperiode voorgezet en uitgebreid naar alle werkzaamheden verbonden aan alle drie kerntaken. De zorg voor steeds betere kwaliteit mag nimmer van de agenda verdwijnen. Bij het kwaliteitsstreven worden alle interne actoren en relevante externe actoren structureel betrokken. Dit werd in de afgelopen periode reeds als zodanig opgezet en wordt de komende periode voortgezet en daar waar nodig verbeterd. Deze nieuwe kwaliteitsperiode wordt gekenmerkt door consolideren en verbeteren, zoals de titel van dit beleidsdocument luidt. Er is reeds veel bereikt op kwaliteitsgebied en dat moet behouden blijven. Maar er is nog een lange weg te gaan, waarbij steeds kwaliteitsverbeteringen moeten worden uitgevoerd. Het blijft een benadering van voortdurende kwaliteitsmeting, - beoordeling en bijstelling, die de UNA bij al haar geledingen hanteert: het structureel en systematisch uitvoeren van de PDCA-kwaliteitscyclus voor alle kerntaken van de universiteit en door de gehele UNA-gemeenschap. - 15 -

Geraadpleegde bronnen Abukari A. & Corner T. (2010). Delivering higher education to meet local needs in a developing context: the quality dilemmas? Quality Assurance in Education, 18 (3), 191-208. Birnbaum, R. (2000). Management fads in higher education: Where they come from, what they do, why they fail. San Francisco: Jossey-Bass. Dew, J.R. & Nearing, M.M. (2004), Continuous quality improvement in higher education. Preager publisher USA. European Association for Quality in Higher Education (2005), Standards and guidelines for quality assurance in the European higher education area. Martin, M. & Stella, A. (2007). External quality assurance in higher education: making choices. UNESCO, Fundamentals of Planning, nr 85. Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (2003), Accreditatie bestaande opleidingen. NVAO, Den Haag Nederland. Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (2010), Beoordelingkaders Accreditatiestelsel hoger onderwijs. NVAO, Den Haag Nederland. Universiteit van de Nederlandse Antillen (2011). Beleidsnotitie Taakbelasting Onderwijzend Personeel UNA. Curaçao, UNA. Universiteit van de Nederlandse Antillen (2006). Het kan altijd beter. Beleidskader Kwaliteitszorg UNA, 2005 2010. Curaçao, UNA. Universiteit van de Nederlandse Antillen (2011). Integraal HR-beleid. Curaçao, UNA. Universiteit van de Nederlandse Antillen (2005), Interne kwaliteitszorg UNA. Een systeem voor interne kwaliteitszorg. Curaçao, UNA. Universiteit van de Nederlandse Antillen (2004), Kwaliteit in onze Universiteit. Taken, doelen en werkwijze van het Kwaliteitsteam. Curaçao, UNA. - 16 -