Raad van de Europese Unie Brussel, 14 juni 2017 (OR. en)

Vergelijkbare documenten
10500/17 oms/dep/sl 1 DG E 1A

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

8461/17 nes/ons/sl 1 DGG 2B

7875/17 oms/rts/sl 1 DGG 2B

7935/17 rts/van/fb 1 DG E - 1C

9895/19 mak/van/hh 1 ECOMP.2B

Raad van de Europese Unie Brussel, 3 november 2017 (OR. en)

9635/17 mou/gys/ln 1 DG E 1C

10667/16 oms/hh 1 DGG 2B

12950/17 van/asd/dp 1 DG B 2B

14129/15 gys/gra/hw 1 DG B 3A

13645/1/16 REV 1 ev 1 DG E 1C

8792/1/16 REV 1 dui/cle/as 1 DG G 2B

7495/17 tin/gra/sl 1 DGG 1A

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 mei 2009 (19.05) (OR. en) 9976/09 PROCIV 77 JAI 302 COCON 15 RELEX 473 SAN 126 TELECOM 112 COHAFA 28

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 mei 2017 (OR. en) het secretariaat-generaal van de Raad het Comité van permanente vertegenwoordigers/de Raad

4. Het voorzitterschap verzoekt de Raad derhalve de ontwerp-conclusies in bijlage dezes aan te nemen.

Openbare raadpleging in het kader van de "fitness check" van de EU-natuurwetgeving (vogel- en habitatrichtlijn)

Hierbij gaan voor de delegaties de conclusies die de Europese Raad op bovengenoemde bijeenkomst heeft aangenomen.

10254/16 ons/zr/as 1 DGC 2B

8975/15 dau/ons/as 1 DG G 3 C

9916/17 cle/van/oms/sv 1 DG D 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

14722/16 eer/rts/sl 1 DG G 2B

13157/16 cle/van/dp 1 DGG 1A

14890/09 gar/gar/sd 1 DG I

Conclusies van de Raad betreffende de bestrijding van het tabaksgebruik

15293/08 cle/gra/jv 1 DG E II

15445/17 ver/cle/ia 1 DG G 2B

10997/19 DAU/cg 1 RELEX.1.B

10512/16 van/zr/as 1 DG E 1A

Voor de delegaties gaan in bijlage dezes de ontwerp-conclusies van de Raad, waarover een akkoord is bereikt in de Groep sociale vraagstukken.

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 mei 2019 (OR. en)

9452/16 dau/roe/sv 1 DG G 2B

Alle delegaties gaan thans akkoord met de tekst van bovengenoemde conclusies van de Raad.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 november 2012 (27.11) (OR. en) 16320/12 ENFOCUSTOM 127 COSI 117

PUBLIC. Brussel, 2 juli 2004 (06.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE /04 Interinstitutioneel dossier: 2002/0254 (COD) LIMITE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2008 (04.06) (OR. en) 9935/08 SOC 316 COMPET 194

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0176/288. Amendement. Patrick Le Hyaric, Younous Omarjee namens de GUE/NGL-Fractie

8760/19 tin/van/ev 1 TREE.1.B

Een actieplan voor de natuur, de mensen en de economie

8653/19 voo/mak/hh 1 TREE.1.B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 november 2006 (24.11) (OR. en) 15258/06 SAN 240. NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers

8301/18 van/pau/sl 1 DG E 1C

7461/18 pro/asd/fb 1 DG G 1B

14391/15 van/gys/hh 1 DGB 3B

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 oktober 2004 (07.10) 12561/04 LIMITE EUROJUST 78

8463/17 ass/ons/sl 1 DGG 2B

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 maart 2007 (13.04) (OR.en) ST 8028/07 Interinstitutioneel dossier: 2006/0135(CNS) LIMITE JUSTCIV 75

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 april 2014 (OR. en) 9026/14 JEUN 65 SOC 299

15349/16 ASS/mt 1 DG D 2A

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2015 (OR. en)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 19 januari 2009 (20.01) (OR. en) 5365/09 DEVGE 9 RELEX 36 ACP 14 AGRI 16 ALIM 1 PROBA 2 FAO 1

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

10111/16 GAR/cg 1 DG G 3 B

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 maart 2017 (OR. en)

PUBLIC. Brussel, 21 september 2005 (27.09) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 12470/05 LIMITE JEUN 47 EDUC 134 SOC 355

8361/17 asd/jel/sl 1 DG B 2B

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

7749/19 voo/pau/sp 1 TREE 1.B

Inhoudelijke wijzigingen ten opzichte van document 8539/1/10 REV 1 zijn onderstreept; geschrapte passages zijn aangegeven met "[ ]".

Raad van de Europese Unie Brussel, 8 april 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers/gemengd Comité

Deze nota bevat ook een planning voor de verdere behandeling van dit dossier in de aanloop naar de zitting van de Raad TTE (8-9 juni 2006).

10279/17 PAU/ev 1 DG C 1

6133/16 pro/pau/mt 1 DG B LIMITE NL

Raad van de Europese Unie Brussel, 13 juni 2016 (OR. en)

7896/17 ver/gar/ev 1 DG G 2B

5627/19 ons/gra/cg 1 LIFE.1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2010 (20.04) (OR. en) 8570/10 ENFOPOL 99

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

De Raad wordt verzocht in zijn zitting van 7 maart 2016 de in de bijlage opgenomen ontwerpconclusies aan te nemen.

15573/17 van/gra/fb 1 DG C 1

Raad van de Europese Unie Brussel, 25 november 2015 (OR. en) NOTA het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

12071/18 mak/nes/cg 1 ECOMP.3.C.

Tijdens de zitting van 18 mei 2009 heeft de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen de conclusies in bijlage dezes aangenomen.

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (1e deel)

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

1. Op 29 november 2017 heeft de Commissie een reeks mededelingen over de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (IER) goedgekeurd 1.

10159/17 mak/gra/fb 1 DG D 1C

Betreft: Onze bossen voorbereiden op de klimaatverandering: Bosbescherming en bosinformatie in de EU - ontwerp-conclusies van de Raad

7051/16 pro/ons/as 1 DGB 1 A

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Raad voor Regelgevingstoetsing p.m.

6981/17 ASS/sl 1 DG C 1

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0341/45. Amendement. Roger Helmer, David Coburn namens de EFDD-Fractie

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

6068/16 YEN/hw 1 DGG 1B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 oktober 2006 (17.10) (OR. en) 13651/06 SOC 447 NOTA

Raad van de Europese Unie Brussel, 20 februari 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 december 2016 (OR. en) het Comité van permanente vertegenwoordigers (2e deel)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 februari 2012 (09.02) (OR. en) 6293/12 Inte rinstitutioneel dossier: 2012/0021 (NLE)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

8273/1/18 REV 1 dui/ass/sv 1 DG E 1C

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 2 maart 2015 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 11 oktober 2016 (OR. en)

Transcriptie:

Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 14 juni 2017 (OR. en) 10348/17 NOTA van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad Raad LIMITE ENV 620 AGRI 335 PECHE 253 FC 57 RECH 239 nr. vorig doc.: 10073/17 ENV 589 AGRI 317 PECHE 240 FC 52 RECH 225 Nr. Comdoc.: Betreft: 8643/17 ENV 391 AGRI 234 PECHE 178 FC 36 RECH 117 - COM(2017) 198 final + ADD 1 - SWD(2017) 139 final Ontwerpconclusies van de Raad over het EU-actieplan voor natuur, mens en economie - Aanneming PUBLIC 1. In het kader van haar streven naar betere regelgeving is de Commissie in 2014 begonnen met een uitvoerige evaluatie een zogenaamde fitness check of geschiktheidscontrole van de natuurrichtlijnen 1, die zij op 19 december 2016 aan de Raad heeft gepresenteerd 2. 2. De voornaamste bevinding die de geschiktheidscontrole heeft opgeleverd, is dat de natuurrichtlijnen hun functie vervullen, maar dat deze slechts maximaal effect kunnen sorteren als werk wordt gemaakt van een betere uitvoering ervan. 1 2 Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (habitatrichtlijn) (PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7) en Richtlijn 2009/147/EG inzake het behoud van de vogelstand (vogelrichtlijn) (PB L 20 van 26.1.2010, blz. 7). Doc. 15671/16 - SWD(2016) 472 final. 10348/17 ons/van/cg 1 DG E 1A LIMITE NL

3. Als reactie daarop heeft de Commissie op 27 april 2017 haar goedkeuring gehecht aan een actieplan 3 met 4 prioriteitsgebieden en 15 concrete acties voor het verbeteren van de praktische uitvoering van de natuurrichtlijnen en het versnellen van de vooruitgang in de richting van de EU 2020-doelstelling die verband houdt met het stoppen van het verlies van biodiversiteit. 4. Tegen deze achtergrond heeft het voorzitterschap ontwerpconclusies van de Raad over het EU-actieplan voor natuur, mens en economie ingediend, die de Groep milieu heeft besproken tijdens haar vergaderingen van 15 mei en 2 juni 2017. 5. Het Comité van permanente vertegenwoordigers heeft de ontwerpconclusies op 14 juni 2017 besproken. De tekst, die in het licht van de besprekingen werd aangepast, is in beginsel aanvaardbaar voor de delegaties, met in dit stadium een algemeen positief studievoorbehoud bij punt 17. 6. Derhalve wordt de Raad verzocht de ontwerpconclusies over het "EU-actieplan voor natuur, mens en economie", zoals vervat in de bijlage bij deze nota, tijdens zijn zitting op 19 juni 2017 aan te nemen. 3 Doc. 8643/17 - COM(2017) 198 final + ADD 1 - SWD(2017)139 final. 10348/17 ons/van/cg 2 DG E 1A LIMITE NL

BIJLAGE EU-actieplan voor natuur, mens en economie - Ontwerpconclusies van de Raad - DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE: WIJZEND op de nieuwe mondiale Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling die tijdens de 70e zitting van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op 25 september 2015 is goedgekeurd, en ONDERSTREPEND de grote doelstellingen van het algemeen milieuactieprogramma voor de Europese Unie voor de periode tot en met 2020 "Goed leven, binnen de grenzen van onze planeet" (het zevende milieuactieprogramma - 7e MAP) 1 ; HERINNEREND aan zijn conclusies van 16 december 2015 over de tussentijdse evaluatie van de biodiversiteitsstrategie van de EU voor 2020 2 ; HERINNEREND aan zijn conclusies betreffende Speciaal verslag nr. 1/2017 van de Europese Rekenkamer getiteld "Meer inspanningen nodig om het Natura 2000-netwerk zo te ontwikkelen dat het volledige potentieel ervan wordt gerealiseerd" 3 ; ZICH ERVAN BEWUST dat Europa enkele van de meest dichtbevolkte gebieden ter wereld omsluit, maar tegelijk een zeer rijk en divers natuurlijk erfgoed heeft, dat een inherent en fundamenteel onderdeel van Europa's natuurlijk, sociaal, cultureel en economisch kapitaal is en daarom beschermd, verzorgd en in stand gehouden moet worden, ten behoeve van natuur, mens en economie; 1 2 3 Besluit nr. 1386/2013/EU van 20 november 2013. Doc. 15389/15. Doc. 9645/17. 10348/17 ons/van/cg 3

EROP WIJZEND dat de natuurrichtlijnen 4 wezenlijke onderdelen van de Europese natuurbescherming zijn, en dat zij tot nu toe een essentiële rol hebben gespeeld in het bereiken van deze doelstelling; en OPNIEUW WIJZEND op hun belangrijke rol in de verwezenlijking van de streefdoelen van het strategisch plan voor biodiversiteit 2011-2020 in het kader van het Biodiversiteitsverdrag, waaronder de biodiversiteitsdoelstellingen van Aichi, de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling en de Klimaatovereenkomst van Parijs; ZICH ERVAN BEWUST dat de staat van instandhouding van een aantal soorten en habitats die krachtens de natuurrichtlijnen beschermd worden, ondanks talrijke inspanningen nog steeds onder grote druk staat van niet-duurzame praktijken in economische sectoren als landbouw, bosbouw, visserij en infrastructuur, alsook van de klimaatverandering en invasieve uitheemse soorten; BENADRUKKEND dat de alomvattende evaluatie van de natuurrichtlijnen, bekend als de "fitness check" (geschiktheidscontrole), door de Commissie in het kader van haar streven naar betere regelgeving, in overleg met de lidstaten en een breed scala aan belanghebbenden, onder wie burgers, heeft uitgewezen dat de natuurrichtlijnen, als hoeksteen van het bredere biodiversiteitsbeleid van de EU, geschikt zijn voor het beoogde doel, maar dat de doelstellingen ervan alleen kunnen worden gehaald en het volledige potentieel ervan alleen kan worden benut indien de uitvoering ervan aanzienlijk wordt verbeterd 5 ; EROP WIJZEND dat de geschiktheidscontrole belangrijke lacunes aan het licht heeft gebracht op het gebied van effectiviteit en efficiëntie bij de uitvoering van de natuurrichtlijnen, en heeft gewezen op de noodzaak van verdere actie, met inbegrip van werken in partnerschap met verschillende groepen belanghebbenden in de lidstaten en in de hele EU, om op het terrein tot praktische resultaten te komen. Daarbij moeten de natuurdoelstellingen beter worden geïntegreerd in andere beleidsterreinen, moeten kennis en toegang tot gegevens worden verbeterd, moet de handhaving worden versterkt, en moeten er aanvullende middelen worden toegewezen; 4 5 Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (habitatrichtlijn) (PB L 206 van 22.7.1992, blz. 7) en Richtlijn 2009/147/EG inzake het behoud van de vogelstand (vogelrichtlijn) (PB L 20 van 26.1.2010, blz. 7). Doc. 15671/16 - SWD(2016) 472 final (Werkdocument van de diensten van de Commissie: Fitness Check of the EU Nature Legislation (Birds and Habitats Directives) (Geschiktheidscontrole van de natuurwetgeving van de EU (de vogel- en de habitatrichtlijn)). 10348/17 ons/van/cg 4

ERKENNENDE dat de geschiktheidscontrole heeft aangetoond dat wanneer op voldoende grote schaal gericht actie wordt ondernomen, de staat van instandhouding van soorten en habitats verbetert, met soms een buitengewoon herstel tot gevolg; BENADRUKKEND dat natuurlijk erfgoed in Europa onlosmakelijk verbonden is met de kwaliteit van het leven van de burgers en met diverse sectoren van de Europese economie, en dat investeringen in natuurbescherming en het duurzame gebruik van natuur mogelijkheden ontsluiten en waardevol zijn voor natuur, mens en economie; VERHEUGD over de invoering van een "Europese Natura 2000-dag", die ieder jaar op 21 mei wordt gevierd met tal van bewustmakingsacties en netwerkactiviteiten in de hele EU; 1. IS INGENOMEN met de mededeling van de Commissie over een actieplan 6 dat de uitvoering van de natuurrichtlijnen moet helpen verbeteren en stimuleren en de doelstellingen ervan moet helpen verwezenlijken, dat de samenhang ervan met de sociaal-economische doelstellingen moet vergroten en dat de betrokkenheid van nationale, regionale en lokale autoriteiten, belanghebbenden en burgers moet versterken; 2. WIJST OP het belang van meer betrokkenheid van belanghebbenden op nationaal, regionaal en lokaal niveau, gezien de sterke territoriale dimensie van de natuurrichtlijnen; 3. VERWELKOMT de rol die de EU-instellingen kunnen spelen bij het ondersteunen van de uitvoering van het actieplan, en in het bijzonder het Comité van de Regio's met betrekking tot betrokkenheid en het opbouwen van eigen inbreng op regionaal en lokaal niveau; 4. houdt rekening met de economische, sociale, culturele en regionale vereisten, overeenkomstig de habitat-richtlijn, en IS ZICH BEWUST van het potentieel van het actieplan voor het verbeteren van de praktische uitvoering van de natuurrichtlijnen en de vooruitgang richting de EU 2020-doelstelling, namelijk het verlies van biodiversiteit en ecosysteemdiensten stoppen en omkeren 7, wat de natuur, de bevolking en de economie van Europa ten goede komt; 6 7 Doc. 8643/17 - COM(2017) 198 final + ADD 1 - SWD(2017)139 final. Doc. 9658/11 - COM(2011) 244 final. 10348/17 ons/van/cg 5

5. ONDERKENT dat de vier prioritaire gebieden van het actieplan aansluiten bij de bevindingen van de geschiktheidscontrole, en daardoor: In het kader van prioriteit A: De richtsnoeren, kennis en samenhang met bredere sociaaleconomische doelstellingen verbeteren 6. zonder de instandhoudingsdoelstellingen en voorschriften van de natuurrichtlijnen in het gedrang te brengen, CONSTATEERT dat de flexibiliteit van een uitvoeringsaanpak die rekening houdt met specifieke nationale omstandigheden, bijdraagt tot het verminderen en geleidelijk uit de wereld helpen van onnodige conflicten en problemen tussen natuurbescherming en sociaal-economische activiteiten, en meehelpt de praktische uitdagingen aan te gaan die voortvloeien uit de toepassing van de bijlagen bij de richtlijnen; 7. IS in dit verband INGENOMEN met het feit dat de Commissie, in nauwe samenwerking met de lidstaten, in alle officiële EU-talen duidelijke richtsnoeren en kennis zal ontwikkelen, actualiseren en verspreiden om de uitvoering van de natuurrichtlijnen te ondersteunen, onder meer door uiterlijk in 2018 de richtsnoeren over regels voor soortenbescherming en soortenactieplannen te actualiseren, terwijl tegelijkertijd wordt gezorgd voor meer samenhang tussen de bredere sociaal-economische doelstellingen en het natuurbeleid van Europa en een dialoog met belanghebbenden en grond- en zeegebruikers wordt aangegaan om een slimmere op participatie gerichte aanpak te verkennen; 8. IS VERHEUGD over het initiatief van de Commissie om richtsnoeren te ontwikkelen over de integratie van ecosysteemdiensten in de besluitvorming, zodat potentiële positieve effecten op het welzijn van de mens en duurzame economische groei en sociale ontwikkeling mogelijk zijn; 9. IS VERHEUGD over het ondersteuningsmechanisme dat de Commissie zal opzetten om de autoriteiten van de lidstaten te helpen de voornaamste problemen aan te pakken bij het toepassen van de eisen van de natuurrichtlijnen met betrekking tot vergunningsprocedures, zonder de toepassing van het subsidiariteitsbeginsel aan te tasten, en MOEDIGT de nationale, regionale en lokale autoriteiten AAN ten volle gebruik te maken van deze mogelijkheden; 10348/17 ons/van/cg 6

10. IS HET EROVER EENS dat traditionele, praktische en wetenschappelijke kennis en toegang tot gegevens en informatie van essentieel belang zijn voor de effectiviteit en de efficiëntie van instandhoudingsmaatregelen en, uiteindelijk, de natuurrichtlijnen, en dat voortdurende inspanningen op alle niveaus nodig zijn om hierin verbetering te brengen, onder meer door effectieve en efficiënte monitoring en passende rapportage door de bevoegde autoriteiten, alsmede door middel van openbare onlinetoegang tot kennis en informatie die nodig is voor de uitvoering van de natuurrichtlijnen; In het kader van prioriteit B: Politieke betrokkenheid opbouwen en de naleving verbeteren 11. ONDERKENT, rekening houdend met het dynamische karakter van ecosystemen, dat de voltooiing en het doeltreffend beheer van het Natura 2000-netwerk en de vaststelling en uitvoering van de noodzakelijke instandhoudingsmaatregelen voor alle locaties belangrijke acties zijn om de doelstellingen van deze richtlijnen te verwezenlijken, en in de eerste plaats een verantwoordelijkheid van de lidstaten zijn; VERZOEKT derhalve de nationale, regionale en lokale autoriteiten hun inspanningen op deze gebieden op te voeren; 12. NEEMT KENNIS van de toezegging van de Commissie om de lidstaten meer steun te verlenen ter verwezenlijking van deze doelstelling, en van de cruciale rol die weggelegd is voor de bewustmaking van belanghebbenden en samenwerking; ONDERKENT in dit verband de positieve bijdrage van platforms van belanghebbenden tot het promoten van goede praktijken en praktische oplossingen in het kader van de natuurrichtlijnen; 13. ONDERSTREEPT dat politieke betrokkenheid moet worden opgebouwd en gehandhaafd voor de uitvoering van de natuurrichtlijnen en de versterking van de naleving, en IS INGENOMEN met de steun van de Commissie voor het verbeteren van de synergieën tussen relevante EU-verordeningen, -richtlijnen, -programma's en andere -beleidsinstrumenten; 14. IS INGENOMEN MET de vrijwillige specifieke bilaterale dialoog tussen de Commissie en de lidstaten in het kader van de nieuwe procedure voor de evaluatie van de uitvoering van het milieubeleid, die erop gericht is structurele problemen aan te pakken, in te spelen op de behoeften van de lidstaten en na te denken over de door de lidstaten verstrekte gegevens; IS VAN OORDEEL dat de procedure voor de evaluatie van de uitvoering van het milieubeleid een aanvulling vormt op de naleving ervan en daaraan geen afbreuk doet; 10348/17 ons/van/cg 7

15. ONDERSTREEPT het belang van gerichte besprekingen op het niveau van de biogeografische regio's om ervaringen, expertise en oplossingen met betrekking tot structurele en grensoverschrijdende uitdagingen uit te wisselen, alsmede van thematische discussies in die biogeografische regio's, en wijst op het belang van investeren in capaciteitsopbouw met het oog op een betere uitvoering en het opdoen van ervaring met grensoverschrijdend beheer van soorten; en IS INGENOMEN MET de ontwikkeling van routekaarten als mogelijk instrument voor samenwerking in het kader van het biogeografische proces van Natura 2000; 16. ONDERSTREEPT dat de verbetering van de staat van instandhouding van beschermde soorten en habitats gezamenlijke actie van de lidstaten vergt, met name in bepaalde gevallen, zoals bij de behandeling van migrerende soorten, en ONDERKENT dat actieplannen voor soorten en habitats, naast andere instrumenten, geschikt kunnen zijn om dit doel te verwezenlijken, en STEUNT de verdere ontwikkeling en uitvoering ervan, in samenwerking met relevante internationale verdragen en overeenkomsten; In het kader van prioriteit C: Meer investeringen in Natura 2000 en betere synergieën met de financieringsinstrumenten van de EU 17. ERKENT dat financieringstekorten een belangrijk obstakel zijn waardoor het Natura 2000- netwerk niet ten volle kan renderen, en een belangrijke factor vormen die afbreuk doet aan de doeltreffende uitvoering van de natuurrichtlijnen, en ONDERSTREEPT derhalve de noodzaak van voorspelbare, passende, reguliere en gerichte financiering door de EU; MOEDIGT de Commissie in dat verband AAN na te denken over manieren om natuurbescherming beter te integreren in EU-financiering; 18. ERKENT de noodzaak van verdere verbetering van de meerjarige financiële planning voor investeringen in natuur en IS HET ER, gelet op artikel 8 van de habitatrichtlijn, OVER EENS dat er een noodzaak is tot modernisering en verbetering van de prioritaire actiekaders, met name door middel van een vereenvoudigd model, zulks met het oog op de volgende programmeringsperiode, waarbij rekening wordt gehouden met de ervaring die is opgedaan met de huidige prioritaire actiekaders; 10348/17 ons/van/cg 8

19. DRINGT er bij de Commissie en de lidstaten op AAN Natura 2000 en bredere biodiversiteit beter te integreren in het gemeenschappelijk landbouwbeleid, het cohesiebeleid, het gemeenschappelijk visserijbeleid, het geïntegreerd maritiem beleid en het beleid inzake onderzoek en innovatie, en ONDERKENT dat deze beleidsterreinen een positieve bijdrage kunnen leveren tot de verwezenlijking van de doelstellingen van de natuurrichtlijnen; 20. ERKENT de strategische rol van het LIFE-programma en IS INGENOMEN MET het Commissievoorstel voor een verhoging van de specifieke financiering voor natuur en biodiversiteit binnen de huidige LIFE-middelen, met als doel steeds meer mogelijkheden voor investeringen in Natura 2000 en andere groene infrastructuur; 21. ONDERSTREEPT de belangrijke rol van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB), en IS INGENOMEN MET de plannen van de Commissie om de impact van het GLB op de biodiversiteit tot 2019 te evalueren met inachtneming van proportionele voorschriften inzake verificatie en controle en tevens met waarborging van het behalen van resultaten op milieugebied, teneinde verder stelsels te ontwikkelen die zijn aangepast aan de behoeften van Natura 2000, en van andere waardevolle natuurgebieden, onder meer middels op resultaten en waarde gebaseerde betalingsbenaderingen en opleiding van landbouwers via adviesdiensten voor de landbouw; 22. BENADRUKT het belang van een geactualiseerde beoordeling van de behoeften voor de uitvoering van de natuurrichtlijnen en van het werkelijke gebruik van financiële toewijzingen voor de bescherming van de biodiversiteit, met inbegrip van Natura 2000, met het oog op het doeltreffend gebruik ervan tijdens het huidige meerjarig financieel kader, en HERHAALT zijn verzoek aan de Commissie om de doeltreffendheid van de geïntegreerde aanpak voor biodiversiteitsfinanciering te analyseren 8 ; 8 Doc. 15389/15 - Conclusies van de Raad over de tussentijdse evaluatie van de biodiversiteitsstrategie van de EU voor 2020, punt 13. 10348/17 ons/van/cg 9

23. HERINNERT AAN zijn conclusies over het speciaal verslag van de Europese Rekenkamer, waarin hij erkent dat de financieringsregelingen beter moeten worden toegesneden op de specifieke doelstellingen van Natura 2000 en waarin hij instemt met de aanbeveling dat de Commissie horizontale Natura 2000-indicatoren vaststelt voor alle relevante EU-fondsen voor de volgende programmeringsperiode, en WIJST EROP dat de lidstaten indicatoren en streefdoelen moeten opnemen voor de betrokken specifieke fondsen voor Natura 2000, en moeten voorzien in meer precieze en nauwkeurige tracering van de resultaten die gegenereerd worden door Natura 2000-financiering; 24. ONDERSTREEPT het belang van het stimuleren van particuliere investeringen in natuur, en NEEMT NOTA van de steun voor biodiversiteitprojecten in het kader van de faciliteit voor de financiering van natuurlijk kapitaal (NCFF), alsmede van de ontwikkeling van proefprojecten ter bevordering van particulier landschapsbeheer en meer betrokkenheid van de financiële sector; 25. IS INGENOMEN met de ontwikkeling van richtsnoeren ter ondersteuning van de strategische inzet van groene infrastructuur die bijdraagt aan de verwezenlijking van de doelstellingen van de natuurrichtlijnen, in het bijzonder door betere connectiviteit van Natura 2000 in een grensoverschrijdende context; en HERHAALT in dit verband zijn oproep aan de Commissie om een trans-europees netwerk voor groene infrastructuur (TEN-G) te ontwikkelen 9 ; 26. In het kader van prioriteit D: Betere communicatie en voorlichting en grotere betrokkenheid van burgers, belanghebbenden en gemeenschappen 27. BEGRIJPT dat het succes van het actieplan uiteindelijk afhangt van de bewustmaking van en de dialoog met de Europese burgers en alle andere belanghebbenden, onder wie landeigenaren, en van de versterking van de banden tussen natuurlijk en cultureel erfgoed, en STEUNT dan ook de doelstelling van het actieplan om dergelijke dialoog op alle niveaus te versterken en te bevorderen, in het bijzonder op lokaal niveau en via de betrokkenheid van jongeren met het Europees solidariteitskorps; 9 Doc. 15389/15 - Conclusies van de Raad over de tussentijdse evaluatie van de biodiversiteitsstrategie van de EU voor 2020, punt 30. 10348/17 ons/van/cg 10

28. MERKT OP dat de lidstaten verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de natuurrichtlijnen en MOEDIGT de Commissie AAN om samen met nationale, regionale en lokale autoriteiten het actieplan te promoten en uit te voeren, teneinde ze te helpen bij het bereiken van de doelstellingen van de natuurrichtlijnen; 29. ERKENT dat het tijdpad voor de verwezenlijking van het actieplan kort is, en ROEPT de Commissie dan ook OP toezicht te houden op de resultaten in verband met de 15 genoemde acties, in nauwe samenwerking met de lidstaten en de EU-instellingen, met name het Comité van de Regio's, het Europees Milieuagentschap, en alle andere belanghebbenden. 10348/17 ons/van/cg 11