Geachte leden van de Vaste Commissie,

Vergelijkbare documenten
De feiten over stille bezuinigingen in het primair onderwijs

Uw brief van. 2 en 5 april 2004

2500EA Leden Vaste Commissie SZW van de Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. M. Esmeijer, griffier Postbus EA DEN HAAG

Slimme innovatie of domme bezuiniging. de mega-klas met extra assistenten

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Rotterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Amsterdam. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Achterhoek. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Figuur 1: Aantal gediplomeerde studenten lerarenopleidingen studiejaar (bronnen: hbo-raad en vsnu, bewerkt door sbo)

Honderden miljoenen stromen weg uit basisonderwijs

Lumpsum 2.0. Lumpsum 2.0

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Rivierenland. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Arbeidsmarktkansen voor startende leraren in het PO

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Zuid Limburg. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Midden Limburg. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

259 mensen hebben de enquête volledig ingevuld. Dat is bijna een kwart van alle schoolbesturen (22%).

PER +AANTEKENEN

Expertmeeting Regionaal mobiliteitscentrum als perspectief

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Primair Onderwijs Onze referentie

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Noordwest-Veluwe. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Rotterdam. januari 2014

Datum 23 augustus 2019 Vragen van het lid Van Meenen (D66) over het bericht "Lerarentekort loopt verder op: Funest voor de kwaliteit'"

MINDER WERKDRUK, BETER ONDERWIJS

Analyse van de vooraanmeldingen voor de lerarenopleidingen

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Analyse van de instroom van allochtone studenten op de pabo 1

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tabel 1: Overzicht structurele bezuinigingen (bedragen in 1 mln, percentages in % totale uitgaven; 1% is ongeveer 70 mln.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Meer doen met minder mensen

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Ministerie van Algemene Zaken t.a.v. de informateurs Prof.dr. U Rosenthal Drs. J. Wallage Postbus EA DEN HAAG 2500EA20001

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Omgaan met het lerarentekort Aanpak BMS Friesland

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Friesland. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Figuur 1: aandeel mannelijke studenten in instroom bij de pabo s in 2010 (bron: HBO-Raad, bewerking sbo)

Sectorale arbeidsmarktinformatie

Gemeente Den Haag. Aan de leden van de commissie voor Onderwijs, Sociale zaken, Werkgelegenheidsbevordering en Integratiebeleid.

Datum 13 oktober 2009 Betreft Notitie 'Gevolgen invoering functiemix en entreerecht LD voor de Verenigde Scholen J.A.

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Den Haag. januari 2014

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Achtergrondinformatie

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Twente. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Het akkoord per sector op hoofdlijnen

Datum 28 november 2018 Betreft Beantwoording vragen schriftelijk overleg (Kamerstuk 31293, nr. 415))

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen

De Grote Uittocht Herzien. Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur

Uw wensen voor de verkiezingsprogramma's Ledenpeiling 26 april t/m 19 mei Korte rapportage

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Regio Utrecht. januari ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Landelijke Cliëntenraad Oranjestraat JB Den Haag

Analyse ontwikkeling arbeidsmarkt in afgelopen jaren

Onderwijs. Hoofdstuk Inleiding

Daartoe spreken partijen onderstaand pakket maatregelen af ter bevordering van de mobiliteit van personeel.

3. Een voorbeeld protestbrief aan de minister

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

REGIONALE ARBEIDSMARKTRAPPORTAGES PRIMAIR ONDERWIJS Gemeente Amsterdam. januari 2014

Figuur 1: Ontwikkeling nieuwe WW-uitkeringen (index: 2010 = 100)

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Groningen. December PO. Van en voor werkgevers en werknemers

Voortgezet onderwijs. Ontwikkeling van het aantal leerlingen in Noord-Brabant. Transvorm Tilburg, januari 2019 T F

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG..

Blokkeren experimenten prestatiebeloning

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Betreft aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2019

De Politieke Barometer Onderwijs 2011

De effecten van de WWZ voor het bijzonder onderwijs

ARBEIDSMARKTPLATFORM PO.

Beantwoording vragen Tweede Kamer bij rapport Financiering onderwijs vernieuwingen voortgezet onderwijs (30 november 2007)

Bezuiniging op de kinderopvangtoeslag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag.. Datum 3 maart 2014 Betreft Uitwerking Begrotingsafspraken 2014

Verdwijnen participatiebanen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Wethouder van Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie

Regionale arbeidsmarktrapportages voortgezet onderwijs 2015

Studenten aan lerarenopleidingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Samen aan de slag voor het onderwijs van morgen. Praktische en financiële ondersteuning voor werkgevers in het primair onderwijs

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Persbericht. Arbeidsmarkt ook in 2001 gunstig. Centraal Bureau voor de Statistiek

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer

De AOb pleit daarom voor de volgende maatregelen om de lumpsum weer toereikend te maken:

Onderzoeksrapport: zorgelijke terugloop leerwerkplekken mbo

Datum Betreft reactie AOb Briefnr PH/HKC Onderwerp onderwijsbegroting 2014 en begrotingsakkoord 2013 (kabinet met D66, CU, SGP)

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Hoe maken we het weer aantrekkelijk om leraar te worden? Red het onderwijs! FD Young Circle April A.T. Kearney

Regionale arbeidsmarktanalyse voortgezet onderwijs 2018

Datum Uitnodiging subsidieaanvraag Regeling versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Figuur 1: Leerlingen in basisonderwijs ( )

Transcriptie:

Hoofdkantoor Jaarbeursplein 22 Postbus 2875 3500 GW UTRECHT Leden Vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van de Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. mevrouw drs. E. de Kler Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum 25-06-2012 Betreft bespreking SCP-rapport Waar voor Briefnr. 586440 WD/HP belastinggeld en de beleidsreactie Inlichtingen 030 2989 235 van de minister Geachte leden van de Vaste Commissie, Uw Commissie bespreekt op 28 juni 2012 de onderwijshoofdstukken van het SCPrapport Waar voor ons belastinggeld. Een rapport dat veel reacties uitlokte toen het in februari 2012 werd uitgebracht. Die reacties werden vooral veroorzaakt door de conclusies en het ronkende persbericht. Daar werd gezegd dat de forse extra investeringen in het basis- en voortgezet onderwijs nauwelijks hebben bijgedragen tot de verbetering van de kwaliteit. Even sloeg deze mededeling in als een bom, immers iedereen wil dat belastinggeld goed wordt besteed. Echter al snel kwam de kritiek op de methode van onderzoek en de al te simplistische conclusies. Terecht nam de minister afstand van de conclusies in het rapport. De AOb gaat in deze reactie kort in op de grote bezwaren tegen het rapport en gaat graag de discussie aan in de Stichting van het Onderwijs over kwaliteit, productiviteit en investeren in onderwijs. Verder vraagt de AOb in deze reactie aandacht voor de periode vanaf 2010 en wijst daarbij op twee grote problemen: er wordt via onderwijssalarissen fors bezuinigd op onderwijs. Daarnaast speelt er het probleem van de krimp van de leerlingaantallen: jonge leraren verliezen hun baan als er geen maatregelen getroffen worden. Het SCP-rapport nader beschouwd Bij dit rapport zijn vele kanttekeningen te plaatsen, de AOb beperkt zich tot enkele voorbeelden. Allereerst methodologisch: de onderzoekers geven aan dat het verschrikkelijk moeilijk is om de kwaliteit van onderwijs te meten. Ze gebruiken diverse maten: het oordeel van de Onderwijsinspectie en de waardering van ouders en burgers. De Onderwijsinspectie gebruikt vijf indicatoren voor kwaliteit en ziet een duidelijk stijgende lijn.(1) Ook is het aantal zwakke scholen verminderd. (1) De onderwijsinspectie constateert immers aan de hand van een 5-tal indicatoren: o.a. aanbod, efficiënt gebruik onderwijstijd, instructie, zorg en begeleiding, en kwaliteitszorg een stijgende lijn. Ook is het aantal zwakke scholen verminderd. 1/3

Het niveau van waardering van ouders voor het onderwijs is zeer hoog maar neemt iets af. Door de onderzoekers wordt het positieve oordeel van de onderwijsinspectie gemengd met de enigszins dalende waardering van de ouders over het basisonderwijs. Daarna komen de onderzoekers met de forse conclusie dat veel extra geld in het basisonderwijs is gestopt zonder dat de kwaliteit noemenswaardig is toegenomen. Hiermee wekken ze de suggestie dat de extra inzet van ons belastinggeld in het basisonderwijs is weggegooid. De AOb is blij dat de minister de onderzoeksmethode afwijst en waardeert dat ze wijst op de positieve bevindingen van de Onderwijsinspectie en deze onderzoeksmethode afwijst. Ook bij de opmerkingen over arbeidsproductiviteit zijn veel kanttekeningen te plaatsen. In het onderwijs werken we niet met de simpele rekensom van aantallen werknemers per product als maat voor de productiviteit. In de periode 1998-2003 is het een bewuste beleidsbeslissing geweest om extra geld uit te geven voor klassenverkleining, meer handen in de klas en gericht personeelsbeleid. Dit heeft geleid tot meer werknemers in het onderwijs. Dat resulteerde in meer aandacht voor de leerlingen en een lagere werkdruk. Het aantal zeer grote groepen in de onderbouw (31 of meer leerlingen) verminderde sterk. Een ander voorbeeld waarbij het rapport de plank misslaat is het volgende: in het VO behaalt een toenemend percentage jongeren een diploma op havo- of vwo-niveau. Verder is sprake van een hogere doorstroom naar het hbo. Dit gegeven nemen de onderzoekers zelfs niet op in hun kwaliteitsmeetlat. Onder meer omdat naar hun mening niet de scholen de drijvende kracht zijn in dit proces. Enige wetenschappelijke onderbouwing van deze mening ontbreekt. Dat de scholen hun leerlingen steeds hoger opleiden is blijkbaar niet van belang. De prijs van onderwijs Daarnaast is een deel van de prijsstijging vanaf 1998 gebruikt voor de lonen. Dit was noodzakelijk om het leraarsberoep aantrekkelijk te houden. Grote tekorten aan leerkrachten dreigden. Eind jaren negentig zijn de beginsalarissen verhoogd om jongeren binnen te krijgen. De van Rijn-middelen (2001-2003) zijn gebruikt voor functiemix, personeelsbeleid en arbeidsmarktbeleid. In het Convenant Leerkracht (2008) zijn salarismaatregelen opgenomen waardoor leraren weer meer carrièreperspectief krijgen. Zonder die investeringen hadden we in het basis- en voortgezet onderwijs allang grote tekorten aan leraren gehad, meer onbevoegdheid en meer klassen zonder docenten. Iedereen weet dat de aantrekkelijkheid van het beroep door achterlopende salarissen een groot probleem was. Het SCP heeft tot 2009 gekeken. De uitgaven aan onderwijsinstellingen zijn tot 2009 inderdaad gestegen, hoewel de stijging reëel (gecorrigeerd voor loon- en prijsbijstellingen) steeds kleiner wordt. Gecorrigeerd door de economische groei is er al bijna geen stijging meer. Binnen Europa staat Nederland met de onderwijsuitgaven op een lage 11 e plaats (2007). Ontwikkelingen vanaf 2010 De AOb wil echter vooral vooruit kijken. Daarbij wil hij in de Stichting van het Onderwijs zeker de discussie met de minister aangaan over een goede inzet van gelden, over kwaliteit, productiviteit en doelmatigheid. Ook over de zogenoemde bezuinigingsparadox wil de AOb het gesprek aangaan. Maar: de bezuinigingsparadox bestaat niet (meer), er wordt namelijk bezuinigd Het is duidelijk dat vanaf 2010 bezuinigd wordt. Een van de meest in het oog springende bezuinigingen is de nullijn voor de salarissen. Onderwijspersoneel staat al twee jaar op de nul en hier komt nog twee jaar bij als het Lenteakkoord wordt uitgevoerd. Een bezuiniging van ongeveer 1,2 miljard euro, waarbij de koopkracht van groepen onderwijspersoneel meer dan acht procent daalt. 2/3

De eerdere positieve salarismaatregelen worden daarmee teniet gedaan. Nu al neemt het aantal eerstejaarsaanmeldingen bij de lerarenopleidingen af; te verwachten valt dat over een paar jaar weer tekorten aan leraren ontstaan omdat hoogopgeleide werknemers voor een ander beroep kiezen. De AOb roept de Kamer daarom op om de nullijn voor onderwijspersoneel ongedaan te maken. Daarnaast krijgt onderwijs 340 miljoen efficiencykorting. In een sector waar het werk zo arbeidsintensief is en staat of valt met de leraar voor de klas, kan het niet anders of dat gaat ten koste van het personeel. Houd kwaliteit binnen Scholen vangen de bezuinigingen op door de klassen te vergroten, Dit is sluipenderwijs al begonnen. Uit cijfers van het ministerie van Onderwijs blijkt dat het aantal kinderen in het basisonderwijs is gedaald met 1,1% en het personeelsbestand veel harder afneemt, namelijk met 4,3%. Daarnaast komt ook nog een ander probleem op het onderwijs af. Het basisonderwijs heeft te maken met krimp, jonge leraren dreigen hun baan te verliezen en in de WW terecht te komen. Terwijl vanaf 2015 het onderwijs deze leraren weer hard nodig heeft. De AOb stelt voor om deze ontwikkeling te keren via een banenplan, waarbij boventalligen tijdelijk binnen worden gehouden en jongeren bovenformatief banen aangeboden krijgen. Deze investering is goed voor de kwaliteit van het onderwijs (zie bijlage). Met vriendelijke groet, W.T.G. Dresscher Voorzitter AOb Bijlage: banenplan 3/3

AOb banenplan primair onderwijs Zoveel mogelijk mensen aan het werk in crisistijd De Algemene Onderwijsbond wil dat er nu geen personeel wordt ontslagen in het primair onderwijs en vindt dat vrijvallende formatieplaatsen gewoon moeten worden opgevuld. Op dit moment is er op sommige plaatsen een tijdelijk overschot aan leraren, maar straks binnen drie jaar zijn er weer grote tekorten. Afgestudeerden van de pabo komen daarom moeilijk aan de slag. Vanaf 2015 gaan grote groepen leraren met pensioen. De vervangingsvraag wordt daardoor veel groter dan de krimp die is ontstaan door teruglopende leerlingaantallen, zo blijkt uit een onderzoek van het CAOP in opdracht van het participatiefonds. Dan hebben we al die jonge collega s weer nodig. De AOb wil deze groep de kans geven om nu al in dienst van een basisschool te komen of te blijven en presenteert daarom een banenplan voor het primair onderwijs. Wat is er precies aan de hand? De komende jaren krijgt het basisonderwijs eerst met krimp van leerlingenaantallen te maken en daarna met een grote pensioengolf. Dat veroorzaakt grote schommelingen op de arbeidsmarkt voor leraren basisonderwijs. Puntsgewijs: Tot 2015 zal het aantal leerlingen in het basisonderwijs flink afnemen. Volgens het CBS zijn er in dat jaar 1.000 fulltimers minder nodig dan in 2010. Berekeningen van de AOb geven aan dat de effecten op de personeelssterkte door krimp groter zijn: tegen de 3.000 banen gaan verloren door de terugloop van het aantal scholieren. Schoolbesturen lopen al vooruit op de krimp. Uit de personeelsgegevens van besturen blijkt dat tussen schooljaar 2010/2011 en 2011/2012 het aantal kinderen daalde met 1,1 procent. Het personeelsbestand nam veel harder af, namelijk met 4,3 procent. Samen schrapten 6.565 scholen afgelopen schooljaar ruim 4.500 fulltime banen. Kijkend naar de begrotingen voor komend jaar gaan schoolbesturen door met het zuinig inplannen van personeel. Afgestudeerde pabostudenten komen door deze ontwikkelingen moeilijk aan werk. Die boodschap verspreidt zich ook onder studiekiezers en heeft gevolgen voor de aanmelding van eerstejaars. Volgens de laatste prognoses ligt de aanmelding 2,7 procent lager. De verwachte pensioengolf komt pas in 2015. Dat is later dan verwacht omdat het voor oudere leraren financieel aantrekkelijk is gemaakt om door te werken. In korte tijd is de gemiddelde pensioenleeftijd van 61 naar 63 jaar gestegen. Naar het zich laat aanzien zal die nog verder stijgen. Vanaf 2015 zal er desalniettemin sprake zijn van een pensioengolf. Het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt van de Universiteit Maastricht verwacht daarom tekorten en goede baankansen voor pabo-afgestudeerden. De komende vier jaar zijn er volgens het ROA 50.000 mensen die het primair onderwijs verlaten. In dezelfde periode maken ongeveer 25.000 studenten de pabo afmaken. Het gat moet worden gevuld met herintreders, zij-instromers. In een uitvoerige analyse signaleert het CAOP tot 2015 een verloren generatie van jonge leraren basisonderwijs.

Door de combinatie van deze ontwikkelingen dreigen honderden, misschien wel duizenden, jonge leraren de komende jaren geen werk in het onderwijs te kunnen krijgen. Terwijl zij over drie tot vier jaar meer dan nodig zijn. Om te voorkomen dat zij ander werk gaan zoeken, pleit de AOb daarom voor een tijdelijk banenplan. Op die manier blijven banen in deze crisistijd behouden en kunnen jongeren aan het werk. Tijdelijk geld vrijspelen De AOb vraagt van dit of het kabinet dat het de bekostiging van het primair onderwijs deze kabinetsperiode op het huidige niveau houdt. Omdat er minder leerlingen komen blijft er met het huidige budget genoeg geld over voor slim beleid. Deze meevaller wil de AOb gebruiken voor een banenplan. De meevaller van minimaal 100 miljoen euro komt dus vier jaar later. In de tussentijd kan de sector met dit geld voorkomen dat we in crisistijd goede leraren op straat moeten zetten. Zo kunnen we talent voor het onderwijs behouden als straks de grote pensioenuitstroom begint. Geld voor banen in plaats van uitkeringen Door ontslagen te voorkomen, geven we geen geld uit aan uitkeringen maar aan banen voor leraren. Veel beter besteed. Het Participatiefonds (PF) kan dit plan snel realiseren. Het PF is nu verantwoordelijk voor de werkloosheidsuitkeringen in het primair onderwijs. Het PF betaalt de werkloosheidsuitkeringen, controleert of scholen er alles aan hebben gedaan om ontslag te voorkomen en helpt scholen met personeelsbeleid. Het PF heeft daarmee een schat aan ervaring. Omdat het fonds bespaart op de uitkeringen kan het fonds zelf ook financieel bijdragen aan het behoud van goede leraren. Met het geld van de meevaller en het eigen budget kan het PF zorgen voor het behoud van leraren. Maatwerk Het behoud van leraren kan op veel manieren. Extra formatie kan bijvoorbeeld worden ingezet als vervangingspool. Deze plusleraren creëren rust in de scholen. Maatwerk is ook nodig omdat elke regio weer anders is. In de Randstad zijn nu al mensen nodig, in zware krimpregio s zal dat pas later het geval zijn. Het PF kan dit maatwerk leveren omdat het wordt bestuurd door zowel werknemers als werkgevers die de sector door en door kennen. Handen in de klas Als we niets doen stijgt de premie die er betaald moet worden voor de werkloosheidsuitkeringen die betaald moeten worden. Daarmee is het geen optie. Als de overheid deze premie niet vergoedt in de bekostiging blijft er voor de scholen nog minder geld over voor formatie. Bij krimpscholen lopen de vaste lasten gewoon door maar komt er wel minder bekostiging binnen. Dat wordt opgelost door in de formatie te snijden. Dat gaat ten koste van de kwaliteit. Met dit pan houden we de handen in de klas. Het geeft de scholen de tijd om zich aan de nieuwe situatie aan te passen. Het Lenteakkoord heeft de meevaller als volgt ingezet: 75 miljoen extra middelen voor leraren en 30 miljoen voor de intensivering onderwijs. Dit plan past naadloos in beide ambities. Omdat het structurele middelen zijn kunnen deze na 2015 op een alternatieve wijze worden ingezet voor de in dit banenplan genoemde beleidsdoelen.