MEDEDELING AAN DE LEDEN

Vergelijkbare documenten
MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

Date de réception : 18/10/2011

MEDEDELING AAN DE LEDEN

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 maart 2000 (OR. en) 5685/00 Interinstitutioneel dossier: 96/0304 (COD) LIMITE ENV 22 CODEC 68

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 175, Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ),

voor de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen, vermeld in artikel 3, de toepasselijke procedureregels van de Vlaamse Codex Ruimtelijke

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

* VERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL. Europees Parlement A8-0315/

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

12848/1/18 REV 1 CS/srl/sht ECOMP.2.B

7079/17 gys/van/sv 1 DG D 1C

Raad van de Europese Unie Brussel, 17 mei 2017 (OR. en)

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

BESLUIT. 5. Op 2 september 1998 heeft de NMa bij brief een aantal vragen aan partijen voorgelegd, welke bij brief van 15 oktober 1998 zijn beantwoord.

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

BIJLAGE. bij MEDEDELING VAN DE COMMISSIE. EU-wetgeving: betere resultaten door betere toepassing

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 10 mei 2006 (15.05) (OR. en) 9133/06 ADD 2. Interinstitutioneel dossier: 2005/0153 (CNS) LIMITE

*** ONTWERPAANBEVELING

Transcriptie:

EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 3.3.2010 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 1360/2009, ingediend door J. M. C. R. (Spaanse nationaliteit), namens de Asociacío per l'estudi de la natura d'anoia, over het stadsontwikkelingsplan voor Cuenca de Odena Verzoekschrift 1578/2009, ingediend door J.B. (Spaanse nationaliteit), namens de vereniging "Salvem l Anoia", over het stedenbouwkundig structuurplan van Conca d'odena Verzoekschrift 1632/2009, ingediend door Ramón Serra Rovira (Spaanse nationaliteit), namens de Asociación de propietarios de fincas rusticas (vereniging van eigenaars van rustieke boerderijen), over het stedenbouwkundige structuurplan van Conca d'odena 1. Samenvatting van verzoekschrift 1360/2009 Indiener maakt bezwaar tegen het door de Generalitat de Cataluña (de regionale overheid van Catalonië) goedgekeurde stadsontwikkelingsplan voor Cuenca de Odena. De burgers hebben bij het opstellen van dit plan geen inspraak gehad, wat een schending inhoudt van Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie. Het plan bevat bovendien grote tekortkomingen op milieugebied, aangezien niet is beoordeeld wat de gevolgen voor het milieu zullen zijn. Dit is een schending van Richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's. Samenvatting van verzoekschrift 1578/2009 Indiener beklaagt zich erover dat het globaal stedenbouwkundig plan van Conca d'odena niet voldoet aan de voorschriften in verband met de toegang van het publiek tot milieu-informatie CM\859608.doc PE443.175v02-00 In verscheidenheid verenigd

(Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie) en ernstige tekortkomingen vertoont op het gebied van duurzaamheid omdat de aquatische hulpbronnen zouden worden uitgeput. Samenvatting van verzoekschrift 1632/2009 Indiener beklaagt zich erover dat het globaal stedenbouwkundig plan van Conca d'odena niet voldoet aan de voorschriften inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie (Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie) en zware tekortkomingen vertoont op het gebied van duurzaamheid, omdat volgens indiener de aquatische hulpbronnen zouden worden uitgeput. Hij beklaagt zich er ook over dat het plan van weinig eerbied getuigt voor de landbouw- en veeteeltsector. 2. Ontvankelijkheid Verzoekschrift 1360/2009 Ontvankelijk verklaard op 6 januari 2010. De Commissie is om inlichtingen verzocht (artikel 202, lid 6, van het Reglement). Verzoekschrift 1578/2009 Ontvankelijk verklaard op 15 februari 2010. De Commissie is om inlichtingen verzocht (artikel 202, lid 6, van het Reglement). Verzoekschrift 1632/2009 Ontvankelijk verklaard op 22 februari 2010. De Commissie is om inlichtingen verzocht (artikel 202, lid 6, van het Reglement). 3. Antwoord van de Commissie, ontvangen op 24 juni 2010. In deze drie zeer vergelijkbare verzoekschriften worden zorgen geuit over het masterplan voor stadsontwikkeling van Conca d'òdena, in de provincie Barcelona, in de Autonome Gemeenschap van Catalonië, Spanje. De indieners wijzen op een aantal tekortkomingen betreffende de toekomstige duurzaamheid in dit uit elf gemeenten bestaande gebied, rekening houdend met de enorme, in dit plan voorziene stedelijke groei, met betrekking tot aquatische hulpbronnen, de luchtkwaliteit, landschap, erfgoed, enz. Ook beklagen zij zich erover dat het plan van weinig eerbied getuigt voor de landbouw- en veeteeltsector. De indieners lichten de achtergrond van dit plan toe, dat uiteindelijk in 2009 door de regionale overheid is goedgekeurd. Zij verwijzen naast tekortkomingen in de goedkeuringsprocedure naar ernstige tegenstrijdigheden tussen de inhoud en de doelstellingen van het plan. Zij benadrukken de mogelijke slechte toepassing van het Europese milieurecht in dit geval, in het bijzonder wat de evaluatie van de milieueffecten en de inspraak van de burgers betreft. Kanttekeningen van de Commissie bij de verzoekschriften De Commissie heeft de door de indieners verschafte informatie onderzocht in het licht van het communautaire (EU-)recht dat mogelijk op deze zaak van toepassing is. PE443.175v02-00 2/5 CM\859608.doc

Er dient te worden opgemerkt dat, afhankelijk van de kenmerken van het stadsontwikkelingsplan in kwestie, Richtlijn 2001/42/EG 1 betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's (bekend als de Strategic Environmental Assessment- of SEA-richtlijn) of Richtlijn 85/337/EEG 2, als gewijzigd, betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten (bekend als de Environmental Impact Assessment- of EIA-richtlijn), van toepassing zou kunnen zijn. De indieners stellen dat de burgers bij het opstellen van dit plan geen inspraak hebben gehad, wat een schending inhoudt van Richtlijn 2003/4/EG 3. Deze richtlijn heeft betrekking op de toegang van het publiek tot milieu-informatie, niet op inspraak van burgers bij besluitvorming in milieukwesties. Eigenlijk bepaalt de genoemde richtlijn dat lidstaten ervoor zorgen dat overheden, in de betekenis van artikel 2, lid 2, milieu-informatie waarover zij beschikken of die voor hen wordt beheerd, aan enigerlei aanvrager op diens verzoek en zonder dat deze daarbij een belang hoeft aan te geven, beschikbaar moeten stellen. Dit impliceert dat er een aanvraag moet zijn ingediend. Uit de informatie in de verzoekschriften blijkt niet dat er enigerlei aanvraag is ingediend. Daarom is de verwijzing naar Richtlijn 2003/4/EG in de onderhavige context niet relevant. Vanuit milieuoogpunt wordt inspraak van burgers in het besluitvormingsproces voorzien in het kader van de SEA- of EIA-procedures. Volgens de door de indieners verschafte informatie is er voorafgaand aan de goedkeuring van het stadsontwikkelingsplan in kwestie door de regionale autoriteiten een soort milieueffectrapportage uitgevoerd. Conclusies De Commissie heeft bij de bevoegde Spaanse autoriteiten om informatie verzocht betreffende overeenstemming met de relevante eisen van de EU-milieuwetgeving in deze zaak. De Commissie heeft de Spaanse autoriteiten in het bijzonder gevraagd hoe zij de bepalingen van de SEA- of EIA-richtlijn hebben toegepast. 4. Aanvullend antwoord van de Commissie, ontvangen op 3 maart 2011 (REV) Naar aanleiding van deze verzoekschriften en parlementaire vraag E-5376/09 heeft de Commissie zich tot de Spaanse autoriteiten gewend met het verzoek mee te delen hoe zij aankijken tegen de bekritiseerde feiten en tegen de toepassing in het onderhavige geval van de verplichtingen die uit het communautaire milieurecht voortvloeien. In reactie op het verzoek van de Commissie hebben de Spaanse autoriteiten het verslag dat de Autonome Gemeenschap van Catalonië over dit onderwerp heeft opgesteld, toegezonden. Samengevat beschrijven de regionale autoriteiten de kenmerken van dit stedebouwkundige structuurplan "Plan Director Urbanístico de la Conca d'òdena", betreffende elf gemeenten in de provincie Barcelona, in de Autonome Gemeenschap van Catalonië. De regionale autoriteiten leggen welke verschillende administratieve stappen zijn genomen en welke maatregelen zijn 1 PB L 197 van 21.7.2001. 2 Richtlijn 85/337/EEG (PB L 175 van 5.7.1985) als gewijzigd bij Richtlijn 97/11/EG (PB L 73 van 14.3.1997), Richtlijn 2003/35/EG (PB L 156 van 25.6.2003) en Richtlijn 2009/31/EG (PB L 140 van 5.6.2009). 3 PB L 41 van 14.2.2003. CM\859608.doc 3/5 PE443.175v02-00

getroffen om te waarborgen dat de uit de milieuwetgeving van de EU voortvloeiende verplichtingen correct worden toegepast. De Spaanse autoriteiten presenteren eveneens de huidige stand van zaken van het plan, dat reeds van kracht is. Zij geven aan dat er momenteel bij Spaanse rechtbanken administratieve beroepen tegen dit plan lopen. De regionale autoriteiten leggen uit dat het Catalaanse ministerie van Territoriaal Beleid en Openbare Werken op 7 maart 2003 met de voorbereiding van dit plan is begonnen. Als gevolg hiervan zou Richtlijn 2001/42/EG 1 niet van toepassing kunnen zijn. Volgens artikel 13, lid 3 is de richtlijn namelijk van toepassing op plannen en programma's waarvoor de eerste formele voorbereidende handeling plaatsvindt na 21 juli 2004 (de uitvoeringsdatum van de richtlijn). De richtlijn is echter ook van toepassing op plannen en programma's waarvoor de eerste voorbereidende handeling vóór deze datum plaatsvindt en die later dan 24 maanden na dat tijdstip worden aangenomen of ingediend ten behoeve van wetgeving, tenzij de lidstaten per geval beslissen dat dit niet haalbaar is en het publiek van hun beslissing op de hoogte stellen. Er dient te worden opgemerkt dat de voorlopige goedkeuring van dit plan later heeft plaatsgevonden. Daarom hebben de bevoegde regionale autoriteiten met het oog op de overgangsregeling die in de richtlijn en in de Spaanse omzettingswet 9/2006 wordt bedoeld, besloten dit plan aan een strategische milieubeoordeling te onderwerpen. De regionale autoriteiten benadrukken dat dit plan is aangenomen in overeenstemming met alle geldende sectorale wetten en milieuwetten. Er dient op te worden gewezen dat het voorgestelde plan na een eerste goedkeuring door de territoriale commissie van Barcelona aan drie openbare raadplegingsprocedures is onderworpen, met een termijn van 45 dagen, via aankondigingen in het staatsblad van de Autonome Gemeenschap van Catalonië en in diverse regionale kranten, in september 2006, oktober 2007 en augustus 2008. Bovendien is met de verschillende betrokken autoriteiten en overheden overleg over het voorgestelde plan gevoerd. Uit het dossier blijkt dat de milieuautoriteiten een belangrijke rol hebben gespeeld. Het milieuverslag heeft geleid tot verscheidene wijzigingen in het voorgestelde plan. Er zijn een aantal milieuvoorwaarden vastgesteld. Er is speciaal voor gezorgd dat drie deels betrokken Natura 2000-locaties onaangetast blijven, waarbij rekening werd gehouden met de verplichtingen die voortvloeien uit de communautaire natuurbeschermingsrichtlijnen, Richtlijn 79/409/EEG 2 (vogels) en Richtlijn 92/43/EEG 3 (habitats). Tevens is in een milieubewakingsplan voorzien. Er dient te worden opgemerkt dat het regionale ministerie van Territoriaal Beleid en Openbare Werken dit plan uiteindelijk bij besluit van 19 december 2008 heeft goedgekeurd. Deze definitieve goedkeuring van het plan is bekendgemaakt in het staatsblad van de Autonome Gemeenschap van Catalonië, nummer 5314, van 9 februari 2009 (blz. 9695-9726). Een afschrift van deze bekendmaking is als bijlage bij het antwoord geleverd. Het plan is dus van kracht. Uit het onderzoek van het dossier is naar voren gekomen dat de Richtlijnen 2001/42/EG, 1 Richtlijn 2001/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's. PB L 197 van 21.7.2001. 2 Richtlijn 79/409/EEG van de Raad van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand. Tekst gecodificeerd door Richtlijn 2009/147/EG van 30 november 2009, PB L 20 van 26.1.2010. 3 Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna. PB L 206 van 22.7.1992. PE443.175v02-00 4/5 CM\859608.doc

79/409/EEG en 92/43/EEG in deze zaak zijn uitgevoerd. Bovendien lopen momenteel de administratieve beroepen 387/2009 en 394/2009 tegen dit plan bij het hooggerechtshof van Catalonië. Conclusies De Commissie heeft de door de indieners aangedragen argumenten en informatie in relatie tot het plan in kwestie bestudeerd, in het licht van het toepasselijke milieurecht van de EU. Zij heeft daarbij rekening gehouden met het antwoord van de Spaanse autoriteiten en alle informatie die over dit onderwerp beschikbaar is. Op basis van het onderzoek van dit dossier kan niet worden geconcludeerd dat er inbreuk is gepleegd op de toepasselijke EU-milieuwetgeving. Er dient in ieder geval op te worden gewezen dat het betreffende stedenbouwkundige structuurplan voorwerp is van twee administratieve beroepen die bij de bevoegde Spaanse rechtbank zijn ingediend, die zich eveneens kan uitspreken over de wettigheid van dit project vanuit het oogpunt van het nationale recht en de EU-wetgeving. De Commissie ziet derhalve geen reden om zich verder in deze kwestie te mengen. CM\859608.doc 5/5 PE443.175v02-00