Economic Research. Notes



Vergelijkbare documenten
AEG deel 3 Naam:. Klas:.

Volume: 0-49 zendingen per jaar Europa 0 2 kg 2-10 kg kg kg

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 70

Gevolgen van Brexit voor de besluitvorming in de EU

Ontstaan van de EU Opdrachtenblad Schooltv-beeldbank

TRACTATENBLAD VAN HET

Tarieven Europa: staffel 1

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2004 Nr. 180

DE BRIEVEN BRIGADE HET VERHAAL VAN DE EUROPESE UNIE TIJDSLIJN

TRACTATENBLAD VAN HET

ONTSTAAN VAN DE EUROPESE UNIE

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

Thema 2 Om ons heen. Samenvatting. Meander Samenvatting groep 7. Landschappen. Klimaten. Samenwerking. de regering. Onder de loep.

BRUSSEL Wat gebeurt daar? Peter N. Ruys

2.2. EUROPESE UNIE Droogte remt groei melkaanvoer af. Melkaanvoer per lidstaat (kalenderjaren) (1.000 ton) % 18/17

Tarieven Europa: staffel 1

Q 1101: EAEC Raad: De Statuten van het Voorzieningsagentschap van Euratom (PB 27 van , blz. 534), gewijzigd bij:

HET KONINKRIJK BELGIË, DE REPUBLIEK BULGARIJE, DE TSJECHISCHE REPUBLIEK, HET KONINKRIJK DENEMARKEN, DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND, DE REPUBLIEK ESTLAND,

BIJLAGE. bij. Voorstel voor een Besluit van de Raad

TRACTATENBLAD VAN HET

TRACTATENBLAD VAN HET

ANNEX BIJLAGE. bij VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

MODULE I EUROPA: NOOIT MEER OORLOG!

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

Bijlage B4. Eerste treden op de arbeidsmarkt. Freek Bucx

Deel 3. Wat doet de Europese Unie? 75

Bijlage B4. Werken aan de start. Freek Bucx

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2004 (05.11) (OR. en) 14028/04 EUROPOL 50 JAI 409

5. Protocol tot vaststelling van het statuut van de. Europese Investeringsbank

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 november 2017 (OR. en)

SAMENVATTING SYLLABUS

BIJLAGE PROTOCOL. bij het. voorstel voor een besluit van de Raad

Gezondheid: uw Europese ziekteverzekeringskaart altijd mee op vakantie?

Docentenvel opdracht 18 (De grote klimaat- en Europa- quiz)

Wie bestuurt de Europese Unie?

9079/17 JVS/bb 1 DGC 2A

Economic Research. Notes

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

15410/17 JVS/sht DGC 1A. Raad van de Europese Unie. Brussel, 14 mei 2018 (OR. en) 15410/17. Interinstitutioneel dossier: 2017/0319 (NLE)

TRACTATENBLAD VAN HET

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Wie bestuurt de Europese Unie?

5,2. 1.Het ontstaan van de Europese Unie. 2.Geschiedenis van de EU: Werkstuk door een scholier 1839 woorden 10 oktober keer beoordeeld

ECONOMIE. Begrippenlijst H7 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

KIJK VOOR MEER INFORMATIE EN LESTIPS OP HET STARTPUNT VOOR EUROPA IN HET ONDERWIJS. werkvel - 1. Tweede Fase Havo/vwo

Raad van de Europese Unie Brussel, 6 oktober 2015 (OR. en)

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

13082/14 CV/mg DGC 1B. Raad van de Europese Unie. Brussel, 29 september 2014 (OR. en) 13082/14. Interinstitutioneel dossier: 2014/0223 (NLE)

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!!

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

In deze rubriek brengen we enkele publicaties onder de aandacht van de lezer. KAMER

TRACTATENBLAD VAN HET. Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte; (met Protocollen, Bijlagen en Slotakte) Oporto, 2 mei 1992

Wie bestuurt de Europese Unie?

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

Vragen en antwoorden over het burgerinitiatief

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juli 2006 (27.07) (OR. en) 12036/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0121 (AVC)

Raad van de Europese Unie Brussel, 18 mei 2017 (OR. en)

"Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 oktober 2010 (03.11) (OR. en) 7512/10 ADD 1 PV/CONS 15 ENV 169

DE HERSCHIKTE EOR RICHTLIJN

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2008 Nr. 166

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD. Financiële informatie over het Europees Ontwikkelingsfonds

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

Verhoging fiscale inkomsten op tabak kan staatskas 200 à 300 miljoen opbrengen.

TRACTATENBLAD VAN HET

Onderzoek gunstige prijsligging.

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2006

jaar EEG/EU; Vanaf 1989 mede bezien vanuit Pools perspectief

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2015 Nr. 181

995 der Beilagen XXIV. GP - Staatsvertrag - 15 Änderungsprotokoll in niederländischer Sprache-NL (Normativer Teil) 1 von 8

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Handels- en Welvaartseffecten van Vrijhandelsakkoorden

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Gewoonlijk verblijvende bevolking (Usual residence population - Urespop) Kees Prins, projectleider Urespop

Hoe is de EU tot stand gekomen?

RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID OPENBARE INSTELLING VAN SOCIALE ZEKERHEID ADMINISTRATIEVE INSTRUCTIES RSZ. R S Z Kwartaal:

Instructie: Wat weet je van de landen van de EU?

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de Europese Unie; (met Protocollen) Maastricht, 7 februari 1992

Grensoverschrijdende aftrek van fiscale verliezen

Instelling. Onderwerp. Datum

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Arbeidsmarkt allochtonen

Overzicht - Voorgedragen voor uitdrukkelijke goedkeuring vanaf januari 2012 tot 1 april 2016

14072/14 roe/lep/hh DG C 1

Wat is het gevolg van het vervallen van de geldigheid van de bijschrijving?

Handelsstromen Rozenstruiken 2009 / 14. Zoetermeer, Maart 2009 Peter van der Salm Productschap Tuinbouw, Afdeling Markt en Innovatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT PE-CONS 3659/1/01 REV 1

VOORLOPIGE AGENDA HET COMITÉ VAN PERMANENTE VERTEGENWOORDIGERS (2e deel) Europagebouw, Brussel 3 en 4 juli 2019 (10.00, 9.00)

Transcriptie:

Economic Research Notes Jaargang 3 - nr. 5 mei 2005 NON: einde van de EU of storm in glas water? U bent al KBC-Online-cliënt? Dan kunt u gratis Economic Research Er is een grote kans dat de nieuwe Europese grondwet eind mei sneuvelt in het Franse referendum. Dat zal voor heel wat politieke commotie zorgen, maar doemscenario s over het uiteenvallen van de EU zijn niet aan de orde. Mogelijk wordt dit het startschot van een Europa met twee snelheden, waarbij enkele kernlanden nauwer gaan samenwerken. Gezien het recente succes van protectionistische ideeën kan die samenwerking op termijn uitmonden in een sluipend economisch doemscenario. Financiële markten lijken voorlopig niet wakker te liggen van institutionele ontwikkelingen, maar de toenemende onzekerheid zal een zekere opwaartse druk op de rente met zich mee brengen. Bovendien zou zelfs een beperkte toename van de kans op het uiteenvallen van de EMU de rentespreads moeten opdrijven. Notes ontvangen per e-mail. Surf naar www.kbc.be/sb/ e-nieuwsbrieven en registreer uw gegevens. De Europese Grondwet Na anderhalf jaar van vergaderen en onderhandelen leverde de Europese Conventie onder leiding van de voormalige Franse president Giscard d Estaing midden 2003 een ontwerptekst op voor een Europese Grondwet. Die werd vervolgens behandeld in een Intergouvernementele Conferentie. Na een eerste mislukte poging op de Europese Raad van december 2003 werd pas midden 2004 een akkoord bereikt over de nieuwe grondwet, die uiteindelijk eind oktober 2004 ondertekend werd. De term grondwet blaast de tekst op tot heel wat meer dan wat het uiteindelijk is. In essentie voegt de nieuwe grondwet vooral de bestaande verdragen samen tot één tekst, met beperkte vernieuwingen in bepaalde domeinen. De grondwet is inhoudelijk dan ook heel wat minder ingrijpend dan bepaalde eerdere verdagen, zoals het verdrag van Maastricht. De belangrijkste vernieuwingen zijn: De EU krijgt een president en een minister van buitenlandse zaken, nieuwe functies met nagenoeg geen enkele beslissingsbevoegdheden, maar die de Unie wel een gezicht geven. Beslissingen gebeuren via gekwalificeerde meerderheid, concreet een dubbele meerderheid van 55% van de lidstaten en 65% van de bevolking, met een bijkomende voorwaarde dat een blokkeringsminderheid minstens 4 lidstaten moet omvatten (dit vereenvoudigt en corrigeert de beslissingsprocedures die in het verdrag van Nice vastgelegd werden). Vetorecht blijft bestaan voor beslissingen i.v.m. belastingen, sociaal beleid en buitenlands en veiligheidsbeleid. Samenstelling van de instellingen (Commissie en ). Europees Charter van fundamentele rechten. De toepassing daarvan moet evenwel nog getest worden in de rechtbanken.

Ondanks de hoogdravende naam is de grondwet in juridische termen gewoon een nieuw verdrag. De grondwet wordt pas van kracht als de tekst door alle lidstaten geratificeerd is. Ratificatie: wishful thinking In Litouwen, Hongarije, Slovenië, Italië en Griekenland keurde het parlement de voorbije maanden de grondwet al goed, terwijl dat in Spanje na het duidelijk positieve antwoord in het referendum in februari niet meer dan een formaliteit is. De ratificatieprocedure via het parlement in tien andere lidstaten (zie tabel) zal allicht evenmin veel problemen opleveren. Alle regeringsleiders ondertekenden immers al eerder het verdrag. In negen andere lidstaten volgen evenwel nog referenda, al dan niet bindend, over de nieuwe grondwet. Het is weinig waarschijnlijk dat al deze referenda een positief antwoord zullen opleveren. Volgens opiniepeilingen zal de Franse bevolking de grondwet verwerpen, terwijl ook het referendum in Nederland een neen-overwinning zou opleveren. Allicht lopen beide referenda gelijk. Met amper drie dagen ertussen zal het resultaat in Frankrijk meer dan waarschijnlijk doorslaggevend zijn voor het Nederlandse referendum. Ondanks een campagne die stilaan op volle toeren draait, slaagt het Franse ja-kamp er niet in duidelijk de bovenhand te nemen in de opiniepeilingen. Toch is het verschil in de peilingen zeker nog niet definitief, zodat het referendum eigenlijk nog beide kanten uit kan. In Luxemburg en Portugal zullen de referenda allicht een duidelijke ja-overwinning opleveren. Na de initiële verwerping van het verdrag van Nice valt een nieuwe verrassing in Ierland niet uit te sluiten. Onder de nieuwe lidstaten lijkt de uitkomst in Polen eerder twijfelachtig. Polen lag lang dwars bij het opstellen van de ontwerptekst, o.a. omdat het bij de nieuwe beslissingsprocedure nogal wat gewicht verliest. Bovendien lijkt de Poolse bevolking gevoelig voor het Turkije-argument en voor het wegvallen van de verwijzingen naar katholieke waarden in de uiteindelijke tekst. In Tsjechië is een referendum nog ver weg, maar een krachtige campagne tegen de grondwet valt te verwachten. De niet-emu-lidstaten Denemarken en het VK lijken vooral geïnteresseerd in de economische voordelen van de interne markt en niet zozeer in meer politieke integratie. Bovendien is het sentiment vooral in het VK op z n minst eurosceptisch te noemen, terwijl Europese thema s al in eerdere Deense referenda afgeschoten werden. Met tien referenda, waarvan enkele in openlijk eurosceptische lidstaten, is de volledige ratificatie van de nieuwe grondwet altijd hoogst onwaarschijnlijk geweest. Afhankelijk van de betrokken lidstaat zou een eventuele verwerping van de tekst evenwel uiteenlopende gevolgen hebben voor de EU. Een negatief resultaat in Ierland, Denemarken of zelfs Polen kan allicht met beperkte aanpassingen aan de tekst of een nieuw referendum omzeild worden. Een afwijzing door de Britten wordt al langer verwacht en opent de deur voor een nauwere samenwerking in een EU zonder het VK. Een verwerping door de Fransen, eventueel gevolgd door de Nederlanders, was tot voor kort evenwel ondenkbaar. Bovendien zou dat moeilijk te omzeilen zijn. Non -gevolgen voor de EU Het is duidelijk dat een Franse verwerping van de nieuwe grondwet niet onmiddellijk de instorting van de Unie zal inluiden, maar het zou toch voor heel wat animo zorgen op het politieke toneel in Frankrijk en de EU. Zoals eerder aangehaald, houdt de nieuwe grondwet niet echt essentiële inhoudelijke aanpassingen in. Bovendien kan de EU verder met het institutionele kader dat in het verdrag van Nice ingeschreven is. Dat verdrag was er immers gedeeltelijk op gericht om de werking van de EU na de uitbreiding te regelen. Er zijn verschillende mogelijke scenario s over de verdere toekomst van de EU, met uiteenlopende probabiliteiten en uiteenlopende economische gevolgen. 1. Nieuwe grondwet De lidstaten kunnen proberen een nieuwe grondwet te onderhandelen. Maar dat biedt waarschijnlijk geen uitweg. Het is moeilijk in te beelden dat Frankrijk meer uit de brand zou kunnen slepen dan de huidige tekst die het resultaat is van een conventie voor de uitbreiding een feit was onder leiding van een voormalig Frans president. Als dat toch zou lukken, zou dat bovendien een incentief zijn voor de andere lidstaten om ook via een verwerping van de tekst de grondwet naar hun hand te zetten. Overigens, de belangrijkste motieven achter een neen-stem, m.n. de mogelijke toetreding van Turkije, de dienstenrichtlijn en een afwijzing van het huidige nationale beleid, hebben niks te maken met de grondwet, zodat een eventuele aanpassing weinig zou uitmaken. KBC Asset Management Economic Research Notes 2 Jaargang 3 - nr. 5 - Mei 2005

2. Grondwet light De technische elementen, zoals de nieuwe beslissingsprocedure en de samenstelling van de instellingen, kunnen heropgevist worden en zonder referenda ingevoerd worden. Het idee van een groot project van politieke integratie kan dan voor een periode afgevoerd worden. Na een periode van afkoeling kunnen dan nieuwe stappen geprobeerd worden. => redelijke kans 3. Business as usual Na het referendum in Frankrijk kan het ratificatieproces gewoon voortgezet worden in de andere lidstaten. Als alle andere lidstaten de grondwet zouden aannemen, zou Frankrijk op termijn via een nieuw referendum de ratificatie toch kunnen doordrukken. In die context is zelfs een afwijzing in het VK geen onoverkomelijk probleem. De rest van de EU kan dan ongetwijfeld verder zonder het VK (of met een afgezwakt lidmaatschap van deze laatste). Verschillende lidstaten hebben evenwel al gesuggereerd dat ze hun referendum uitstellen of zelfs afblazen bij een overwinning van het Franse neen-kamp. Bovendien heeft de Franse president Chirac een tweede referendum over eenzelfde grondwet al uitgesloten. 4. Einde van de politieke integratie Na een verwerping in Frankrijk en Nederland kan de nieuwe grondwet begraven worden. Toen Frankrijk in 1954 het voorstel van een Europese defensiegemeenschap afschoot, werd dat idee voor enkele decennia opgeborgen. Mogelijk verdwijnt dan het idee van een verdergaande politieke integratie van het Europese toneel. Of wordt een soort kern-eu gevormd, waarbij enkele gelijkgestemde lidstaten nauwer gaan samenwerken. => redelijke kans Zelfs als de nieuwe grondwet (of een aangepaste versie) doorgedrukt raakt, lijkt de EU op weg naar een impasse. Een aantal lidstaten, vooral in het centrum van Europa, denken luidop over een socialere en protectionistischere Unie, terwijl andere, zoals het VK, Denemarken en allicht de meeste nieuwe lidstaten, voor een eerder liberale richting opteren. Beide blokken zijn voldoende sterk om stappen in beide richtingen te blokkeren. Mogelijk betekent een verwerping van de nieuwe grondwet het einde van het idee van een verdergaande politieke integratie. In dat geval kan de klemtoon in de EU opnieuw verschuiven naar het economische en zou het nationale niveau opnieuw aan belang winnen. Zeker als de Franse regering zich vanuit binnenlands politiek opportunisme harder zou gaan opstellen tegen een verdere liberalisering binnen de EU zouden bepaalde lidstaten allicht opnieuw meer eigen initiatief nemen. Als dit zou leiden tot meer concurrentie tussen de lidstaten, zou dit het economische potentieel binnen de EU ten goede komen. Veel waarschijnlijker betekent het einde van het grote politieke EU-project het startschot voor een kleiner politiek project, waarbij een aantal kernlanden, waaronder Frankrijk en Duitsland, veel nauwer gaan samenwerken (ook politiek), terwijl andere, zoals het VK, aan de zijlijn blijven. Dat project zou dan uitmonden in een Europa met twee snelheden. Regeringsleiders van beide landen gaven al aan dat een verwerping van de grondwet de Frans-Duitse samenwerking niet zal aantasten. Economisch voorspelt zo n nauwere samenwerking voor de kernlanden weinig goeds. De jongste ideeën over de bescherming van Europese industriële champions, de uitholling van de dienstenrichtlijn en het afremmen van de textielinvoer uit China geven aan dat protectionistische overwegingen in de kernlanden in opmars zijn, terwijl het principe van vrije handel (het economische basisidee van de EU) overboord ligt. Een nauwere samenwerking tussen de kernlanden zonder de invloed van meer liberaal-geïnspireerde landen zoals het VK zou meer dan waarschijnlijk tot meer economisch onzinnige initiatieven leiden, wat het groeipotentieel van de kernlanden verder zou ondermijnen. Op termijn zou de globalisering, via toenemende internationale concurrentie en kapitaalvlucht, die kern-eu wel opnieuw tot een meer verantwoord economisch beleid dwingen. Maar voor het zover is, zouden de economische kosten al hoog opgelopen zijn. Doemscenario s van een uiteenvallen van de Unie of het einde van de euro na een neen-overwinning in het Franse referendum zijn al te defaitistisch. Er bestaat evenwel een redelijke kans dat de Europese kernlanden zich met open ogen in een sluipend economisch doemscenario storten, waarbij in het centrum van Europa de lage groei-hoge werkloosheid-situatie van de voorbije jaren geïnstitutionaliseerd wordt. Een verwerping van de grondwet zou de verdere uitbreiding van de EU allicht voor onbepaalde duur uitstellen. Vooral de mogelijke toetreding van Turkije vormt in verschillende lidstaten een belangrijke drijf- Jaargang 3 - nr. 5 - Mei 2005 3 Economic Research Notes KBC Asset Management

veer achter de tegenstand tegen de grondwet (hoewel er eigenlijk geen verband is). Een neen-overwinning zou dan ook gemakkelijk geïnterpreteerd kunnen worden als een duidelijk signaal tegen de toetredingsonderhandelingen met Turkije. Die zullen in dat geval allicht op een laag pitje gezet worden. Zelfs bij een ratificatie van de grondwet is de toetreding van Turkije overigens nog lange tijd niet aan de orde. De toetredingsakkoorden die Bulgarije en Roemenië al afsloten, garanderen zo goed als hun toetreding in 2007. Ook het pad van de nieuwe EU-lidstaten richting EMU ligt al vast. Als die lidstaten voldoen aan de Maastricht-criteria worden ze in de EMU opgenomen. Implicaties voor de financiële markten De gevolgen van een Frans neen voor de financiële markten zijn moeilijk in te schatten. Enerzijds lijken de financiële markten de jongste jaren niet meer geïnteresseerd in institutionele ontwikkelingen. Zelfs de heisa rond het Groei- en Stabiliteitspact (van de opschorting in november 2003 tot de herziening in maart 2005), dat toch een directe economische en financiële relevantie heeft, werd door de markten nagenoeg volledig genegeerd. Daarnaast hadden eerdere referenda die negatief uitdraaiden voor de Europese integratie bijna geen impact op de financiële markten. Enkel het Zweedse nej tegen de euro in september 2003 zorgde voor een opsprong in het renteverschil tussen Zweedse en Duitse obligaties. Maar, evenmin als de negatieve resultaten in Denemarken (over de euro in september 2000) en Ierland (verdrag van Nice in juni 2001) had het enig effect op de Europese obligatierente. Anderzijds ging het bij die eerdere referenda om perifere lidstaten, terwijl Frankrijk samen met Duitsland toch de echte ruggengraat van de Unie vormt. Samen met de bijhorende economische en politieke belangen kan dit de financiële markten allicht wakker schudden. De toenemende onzekerheid in de aanloop naar het referendum zal de komende maand allicht een opwaartse druk uitoefenen op de obligatierente (die evenwel zal moeten opboksen tegen de neerwaartse druk van de aanhoudende stroom ongunstig economisch nieuws). Een uiteindelijk neen kan voor een renteopsprong zorgen door de grotere onzekerheid over de toekomst van de EU. Bovendien kan zelfs een bescheiden toename van de kans op het uiteenvallen van de EMU de aandacht van de financiële markten voor de verschillen tussen de lidstaten (o.a. wat de overheidsschuld betreft) aanscherpen. In dat geval zouden de intra-emu spreads opnieuw kunnen oplopen. De jongste weken liepen de spreads tussen Duitse en Italiaanse en Griekse obligaties al enigszins op, mogelijk een eerste signaal van een toenemende voorkeur voor degelijker overheidspapier. Daarnaast zouden vooral de risico s in de periferie (de nieuwe lidstaten en de volgende kandidaten) opnieuw ingeschat moeten worden, wat zich zou vertalen in hogere spreads. Naarmate de markten vervolgens meer geloof gaan hechten aan het hoger beschreven scenario van lagere potentiële groei in een soort kern-eu en de kans op het uiteenvallen van de EU of zelfs EMU opnieuw afneemt, zal dat een eerder dempend effect op de rente hebben. Overigens is het ondanks de verklaringen van het nieuwe bestuurslid Bini-Smaghi onwaarschijnlijk dat het referendum de ECB tot actie zal aanzetten. Al bij al zullen de gevolgen op de financiële markten allicht beperkt blijven, hoewel tijdelijke schommelingen uiteraard niet uit te sluiten zijn. KBC Asset Management Economic Research Notes 4 Jaargang 3 - nr. 5 - Mei 2005

Ratificatie van de Europese grondwet Via het parlement Procedure Timing Verwachting Letland In behandeling België Q2 2005 Cyprus Mei 2005 Duitsland Mei 2005 Slovakije Mei 2005 Malta Juli 2005 Finland Eind 2005 Zweden December 2005 Estland Nog niet vastgelegd Oostenrijk Nog niet vastgelegd Via referendum Frankrijk Referendum 29 mei 2005 Twijfelachtig Nederland Indicatief referendum 1 juni 2005 Twijfelachtig Spanje Juni 2005 Indicatief referendum 20 februari 2005 Ja (76,7%) Luxemburg Indicatief referendum 10 juli 2005 Ja Polen Referendum 25 september 2005 Twijfelachtig Denemarken Referendum 27 september 2005 Twijfelachtig Portugal Referendum 2 of 9 oktober 2005 Ja VK Indicatief referendum 2006 Nee Tsjechië Referendum Juni 2006 Ja Ierland en referendum Nog niet vastgelegd Twijfelachtig Al geratificeerd Litouwen 11 november 2004 Hongarije 20 december 2004 Slovenië 1 februari 2005 Italië 6 april 2005 Griekenland 19 april 2005 Bart Van Craeynest Economist Tel. +32 (2) 429 59 91 bart.vancraeynest@kbc.be Deze publicatie komt tot stand op de afdeling Economic Research van KBC Asset Management NV (KBC AM). Noch de mate waarin de voorgestelde scenario s, risico s en prognoses de marktverwachtingen weerspiegelen, noch de mate waarin zij in de realiteit zullen tot uiting komen, kunnen worden gewaarborgd. De prognoses zijn indicatief. De gegevens in deze publicatie zijn algemeen en louter informatief. Ze mogen niet worden beschouwd als beleggingsadvies conform de Wet van 6 april 1995 inzake secundaire markten, het statuut van en het toezicht op beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs. KBC AM en KBC Bank kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor de juistheid of de volledigheid ervan. Redactie beëindigd 2 mei 2005. Correspondentieadres: KBC Asset Management NV, APC - Economic Research Notes, Havenlaan 2, B-1080 Brussel, Fax: 02/429.60.55 - Tel.: 02/429.59.53 Verantwoordelijke uitgever: Johan Van Gompel, Havenlaan 2, B-1080 Brussel. Jaargang 3 - nr. 5 - Mei 2005 5 Economic Research Notes KBC Asset Management