Gemeente Breda. Vrijwilligerswerk 2012. SSC Onderzoek en Informatie. Enquête maatschappelijke participatie en vrijwilligerswerk in Breda

Vergelijkbare documenten
Hoofdstuk 22 Vrijwilligerswerk

Stadsenquête Leiden 2010

Hoofdstuk 20. Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg)

Vrijwilligerswerk in s-hertogenbosch

Hoofdstuk 20. Biologische warenmarkt

Gemeente Breda. Omnibusenquête Onderzoek en Informatie. Bekendheid Alarmnummer

Hoofdstuk 15. Gemeentelijke website

Hoofdstuk 19. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 5. Trendvragen financiële situatie

Vrijwilligerswerk. Gemeente Amersfoort Dorien de Bruijn, Ben van de Burgwal 14 juli 2014

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

Hoofdstuk 8. Vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 8. Openbare Bibliotheek

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening

Onderzoek Inwonerspanel: Maatschappelijke stage (MAS)

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Onderzoek Digipanel: Vrijwillige Brandweer

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening

Vrijwilligerswerk in de gemeente Roosendaal

Colofon. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.

Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt

Betrokkenheid van buurtbewoners. Uitgevoerd door Dimensus in opdracht van gemeenten Leiden, Leiderdorp en Oegstgeest Vergelijking gemeenten 2015

Vrijwilligerswerk in s-hertogenbosch

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening

Stadsenquête Leiden 2004

Hoofdstuk 10. Arbeidsmarkt

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Hoofdstuk 25. Burgemeestersreferendum

Hoofdstuk 25 Financiële dienstverlening

Goede Voornemens 2015

Rapport MEEDOEN IN WATERLAND. Klanttevredenheid Wmo onder vrijwilligers juni

Hoofdstuk 9. Gemeentelijke website

Hoofdstuk 31. Mantelzorg

Rondkomen van huishoudinkomen naar doelgroep

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Hoofdstuk H 11. Financiële situatie

Enquête onder de vrijwilligers van de Gemiva-SVG Groep 2010

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Onderzoek Digipanel: Contacten met vrienden, familie en buren

Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon:

Herintreders op de arbeidsmarkt

Behoefteonderzoek opvang kinderen basisschoolleeftijd

Klanttevredenheid. Vereenzaming Ouderen Soest VOS

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

VRIJWILLIGERSWERK IN MOERDIJK

Hoofdstuk 11. Financiële dienstverlening

Vakantiewerkonderzoek 2014 FNV Jong

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 15. RijnGouwelijn

2014, peiling 4b november 2014

Hoofdstuk 12. Financiële dienstverlening

Samenvatting onderzoek cultuurparticipatie 2010

Tevredenheidsonderzoek onder vrijwilligers Gelre ziekenhuizen

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Kwaliteitsonderzoek begeleiding

Consumentenbond Onderzoek Financiële Toezichthouders

LelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007

Hoofdstuk 19. Welzijnsorganisatie

Vrijwillige inzet in Delft

Opvattingen over de figuur Zwarte Piet

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Gebruik van kinderopvang

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Weinig mensen sociaal aan de kant

Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst?

Goede voornemens 2014

Inwonersenquête 2015

Hoofdstuk 2. Profiel Leidenaar

Eenzaamheid en vrijwilligerswerk. Rapport. Eenzaamheid en vrijwilligerswerk

Hoofdstuk 7. Elektronische dienstverlening en website

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Kerncijfers leefstijlmonitor seksuele gezondheid 2015

Onderzoek naar de nieuwe vrijwilliger in de sport in Ommen en Hardenberg. Rapportage 31 mei 2017

Vrijwillige inzet in Delft

Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening

Hoofdstuk 22. Openbare Bibliotheek

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Onderzoek financieel fitte werknemers

WAARDERING GEMEENTEBESTUUR KOGGENLAND

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Feiten en cijfers Vrijwillige inzet

Elektronische dienstverlening

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

29 november Onderzoek: Veranderingen in de zorg en mantelzorg

Arbeidsdeelname van paren

pggm.nl Persoonlijke Balans in de beleving van PGGM- leden Enquête De Persoonlijke Balans

Hoofdstuk 18. Bezoek burgerzaken

Alleenstaande moeders op de arbeidsmarkt

Evenementen in Hoek van Holland

Transcriptie:

Gemeente Breda SSC Onderzoek en Informatie Vrijwilligerswerk 2012 Enquête maatschappelijke participatie en vrijwilligerswerk in Breda Publicatienummer: 1698 Datum: juli 2012

In opdracht van: Gemeente Breda, directie Ontwikkeling Afdeling Wonen en Samenleven Uitgave: Gemeente Breda Afdeling SSC Onderzoek en Informatie NEN-ISO 20252 gecertificeerd Projectnummer: 1394 Claudius Prinsenlaan 10 4811 DJ Breda Telefoon 076-5293513 E-mail: onderzoek@breda.nl Bronvermelding verplicht

1. Samenvatting... 5 1. Inleiding en onderzoeksopzet... 9 1.1. Achtergrond... 9 2. Profiel inwoners Breda... 13 2.1. Sekse, leeftijd en etniciteit... 13 2.2. Gezinssituatie, opleidingsniveau en huishoudinkomen... 14 3. Maatschappelijke participatie... 15 3.1. Maatschappelijke participatie... 15 3.2. Maatschappelijke participatie naar doelgroepen... 16 4. Vrijwilligerswerk... 19 4.1. Huidig aantal vrijwilligers... 19 4.2. Soorten vrijwilligerswerk... 21 4.3. Hoe zijn vrijwilligers aan hun vrijwilligerswerk gekomen?... 23 4.4. Redenen om vrijwilligerswerk te doen... 23 4.5. Tips voor vrijwilligersorganisaties... 25 5. De niet-vrijwilligers... 27 5.1. Redenen om geen vrijwilligerswerk te doen... 27 5.2. Reden stoppen met vrijwilligerswerk... 28 6. Potentiële vrijwilligers... 29 6.1. Potentieel aanbod aan extra vrijwilligers(werk)... 29 6.2. Wensen van extra potentieel aan vrijwilligers... 31 7. Ambitie gemeente vrijwilligerswerk 2015... 33 7.1. Totaal aantal vrijwilligers in Breda... 33 7.2. Jongere vrijwilligers... 33 7.3. Allochtone vrijwilligers... 34 7.4. Zorgvrijwilligers... 34 Bijlage... 35

4

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 1. Samenvatting Vrijwilligerswerk is tegenwoordig minder vanzelfsprekend geworden door de toenemende individualisering. Daarnaast moet vrijwilligerswerk nu ook meer concurreren met andere aantrekkelijke vormen van vrijetijdsbesteding. De gemeenteraad van Breda heeft het beleidskader Meedoen@Breda vastgesteld en het beleidskader Vrijwilliger@Breda is de uitwerking daarvan op het gebied van vrijwilligers en vrijwilligerswerk. De ambitie van het gemeente is dat minimaal één op de drie Bredanaars de komende vier jaar vrijwilligerswerk blijft doen, met 10% meer jongeren, allochtonen en vrijwilligers in de zorg. Het vrijwilligersbeleid van de gemeente Breda wordt gemonitord middels onderzoek. Het doel van het onderzoek is het in beeld brengen van de maatschappelijke participatie en het vrijwilligerswerk van Bredanaars. In mei 2012 hebben 1332 Bredanaars van 15 jaar en ouder schriftelijk of online een vragenlijst ingevuld over participatie en vrijwilligerswerk. Het onderzoek is zodanig opgezet dat behalve betrouwbare resultaten voor de hele gemeente Breda ook uitkomsten voor vier leeftijdsgroepen, waaronder jongeren (15 29 jaar), en voor nietwesterse allochtonen zijn verkregen. Omdat in 2007 en 2010 ook al enquêtes over vrijwilligers en vrijwilligerswerk in Breda zijn gehouden, worden de resultaten van 2012 vergeleken met voorgaande jaren. Zo komen trends en ontwikkelingen aan het licht. H3 Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie gaat over het hebben van betaald werk, studeren, het deelnemen aan het verenigingsleven en het culturele leven, politieke betrokkenheid en de betrokkenheid bij de eigen leefomgeving. Het begrip maatschappelijke participatie wordt op verschillende manieren geoperationaliseerd. Volgens de in dit rapport gebruikte definitie is 95% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder op een of andere wijze maatschappelijk actief. Zeven op de tien heeft een baan van minimaal 12 uur per week of volgt een studie, bijna negen op de tien is actief in de vrije tijd en de helft levert een maatschappelijke bijdrage. Tabel S3: Maatschappelijke participatie Bredanaars 15 jaar en ouder Werk/opleiding 69% - wv. heeft betaald werk > 12 uur per week 59% - wv. volgt opleiding/studie 13% Actief in vrije tijd 86% - wv. bezoek voorstelling, museum, theater, film 82% - wv. lid sport-/cultuur- of belangenorganisatie 48% Maatschappelijke bijdrage 49% - wv. vrijwilligerswerk (structureel + incidenteel) 37% - wv. mantelzorg aan eigen familie 20% - wv. mantelzorg aan anderen 7% Doet geen enkele van bovenstaande activiteiten 5% 5

Vrouwen en mannen participeren in vergelijkbare mate in de maatschappij. Lager opgeleiden en de lagere inkomens zijn minder maatschappelijk actief op alle drie de onderscheiden terreinen. De maatschappelijke bijdragen (vrijwilligerswerk + mantelzorg) nemen langzaam toe tot ongeveer 65 jaar, daarna neemt het licht af. 75-plussers zijn op alle drie de terreinen relatief minder actief. Niet-westerse allochtonen zijn relatief minder actief dan autochtonen en Westerse allochtonen. Dit geldt met name voor het actief zijn in de vrije tijd. H4. Huidig aantal vrijwilligers Ruim een derde (37%) van de Bredanaars van 15 jaar en ouder doet wel eens aan vrijwilligerswerk, bijna de helft van hen doet dit wekelijks of vaker. Oudere vrijwilligers doen het vrijwilligerswerk vaker minimaal wekelijks. Als gevraagd wordt naar het gemiddeld aantal uur dat vrijwilligers aan hun vrijwilligerswerk besteden, blijkt, net als voorgaande jaren dat in Breda 21% van de 15+ bevolking gemiddeld twee uur per week of meer vrijwilligerswerk doet. 45-plussers en Bredanaars van Nederlandse afkomst zijn vaker vrijwilliger en doen dit ook vaker structureel. Jongeren van 15-29 jaar doen minder vaak vrijwilligerswerk en als ze dit doen is dit relatief vaker incidenteel. Tabel S4a: Vrijwilligerswerk 2007 2010 2012 15-29 Niet Westers Structureel vrijwilligerswerk (gem. minimaal 2 uur per week) 21% 21% 21% 13% 18% Incidenteel vrijwilligerswerk (minder dan 2 uur per week) 10% 14% 16% 14% 11% Totaal 31% 35% 37% 27% 29% Van de Bredanaars die vrijwilligerswerk doen, zijn de meesten werkzaam bij een sportvereniging, op afstand gevolgd door het onderwijs, jongeren/kinderen organisaties, culturele organisaties, zorginstellingen, kerkelijke/levensbeschouwelijke organisaties en bewonerscommissies/buurtverenigingen. Tabel S4b Top 7 sectoren waar vrijwilligers actief zijn (in % Bredanaars 15+) 2010 2012 1. Sportvereniging 12% 14% 2. School/ onderwijs 5% 5% 3. Jongeren/ kinderen organisatie 5% 5% 4. Culturele organisatie (incl. muziekvereniging, koor e.d.) 4% 5% 5. Organisatie voor zorg en dienstverlening 4% 4% 6. Kerkelijke of levensbeschouwelijke organisatie 5% 4% 7. Bewonerscommissie/ buurtvereniging 4% 4% Het meeste vrijwilligerswerk is praktisch en uitvoerend, op afstand gevolgd door organiserend/ coördinerend en bestuurlijk werk. Evenals eerdere jaren doet negen op de tien vrijwilligers (ook) vrijwilligerswerk in de eigen gemeente. De meeste vrijwilligers zijn gevraagd door de organisatie of vereniging of kwamen daar al. 17% is hier zelf naar op zoek gegaan, o.a. via Breda Actief en websites van organisaties. 6

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept Redenen om vrijwilligerswerk te doen De vrijwilligers is zowel spontaan als via een lijst met mogelijke redenen gevraagd waarom ze vrijwilligerswerk doen. Vrijwilligerswerk wordt met name gedaan omdat het leuk is om te doen en een goed gevoel geeft, op afstand gevolgd door het graag iets voor anderen doen en dat ze iets met de organisatie hebben. Jongeren en niet westerse allochtonen noemen vaker als redenen om vrijwilligerswerk te doen dat ze zichzelf willen ontwikkelen/nieuwe dingen leren of werkervaring willen opdoen. Tabel S4c: Top 5 Waarom vrijwilligerswerk (spontaan) Tabel S4d: Top 5 Waarom vrijw.werk (geholpen) 1. Blije, tevreden gezichten, warmte 22% 1. Leuk om te doen, goed gevoel 68% 2. Inzetten voor anderen 18% 2. Doe graag iets voor andere mensen 38% 3. Sociale contacten, gezelligheid 14% 3. Heb iets met de organisatie 31% 4. Mensen helpen 10% 4. Wil mijn kennis en ervaring delen 15% 5. Iemand iets geleerd, doel bereikt 8% 5. iets doen voor de samenleving 13% Tips voor vrijwilligersorganisaties Als vrijwilligers gevraagd wat er volgens hen beter kan voor de vrijwilligers bij de organisaties waar zij vrijwilligerswerk doen, noemen ze het vaakst dat de communicatie beter kan, ze waardering/erkenning missen en dat er meer vrijwilligers nodig zijn. H5 Niet-vrijwilligers Bijna tweederde van de Bredanaars doet momenteel geen vrijwilligerswerk. Zij geven hiervoor met name als reden dat ze er geen tijd voor hebben door hun werk, studie, gezin of hobby s. Daarnaast geeft een deel aan dat er nooit voor zijn gevraagd, ze zich niet willen vastleggen of er geen zin in hebben. Jongeren noemen vaker de drukte met werk en studie als reden, Bredanaars van niet-westerse afkomst vaker hun gezin. Tabel S5a: Waarom geen vrijwilligerswerk (in % doet nu geen vrijwilligerswerk) Breda 15+ 15-29 Niet Westers Geen tijd door werk/studie, gezin, hobby s, zorg voor gezin/ familie/ buren 68% 76% 65% Wel tijd maar nooit voor gevraagd, onbekendheid, onzekerheid 21% 27% 32% Wil me niet vastleggen 18% 10% 8% Geen zin/ interesse 16% 19% 10% Anders 13% 8% 15% Van de mensen die nu geen vrijwilligerswerk doen, heeft 31% dit in het verleden wel gedaan. De mensen die ooit vrijwilligerswerk hebben gedaan, maar nu niet meer zijn hier destijds met name mee gestopt omdat ze het druk hadden/kregen met werk/studie, door redenen binnen het vrijwilligerswerk zelf of vanwege hun leeftijd/gezondheid. 7

H6. Potentiële vrijwilligers Bijna een derde van de Bredanaars van 15 jaar en ouder geeft aan mogelijk in de toekomst wel (extra) vrijwilligerswerk te willen doen. Dit percentage loopt in de afgelopen jaren iets op. Jongeren en niet-westerse allochtonen doen weliswaar minder vaak aan vrijwilligerswerk, maar hun potentiële interesse is groter dan die van de gemiddelde Bredanaar. Tabel S6: % Bredanaars dat mogelijk wel (extra) vrijwilligerswerk wil doen 2007 2010 2012 15-29 Niet Westers Ja 28% 30% 32% 38% 34% Nee 72% 70% 68% 62% 66% 100% 100% 100% 100% 100% De potentiële vrijwilligers denken met name aan uitvoerende/praktische taken voor enkele uren in de week. Jongeren denken relatief vaker aan uitvoerende/organiserende taken en relatief vaker voor minder dan 2 uur per week. Jongeren en niet-westerse allochtonen denken relatief minder vaak aan bestuurlijke taken. H7. Ambitie vrijwilligerswerk 2015 In 2012 doet 37% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder vrijwilligerswerk. Omgerekend gaat het hier om circa 51.000 vrijwilligers, waarvan zo n 29.000 min of meer structureel vrijwilligerswerk uitvoeren en circa 22.000 meer incidenteel vrijwilligerswerk. De groei van het aantal vrijwilligers ten opzichte van 2010 is te verklaren uit een toename van de kleinere/meer incidentele vrijwilligersbaantjes. Evenals in 2007 en 2010 doet 21% minimaal 2 uur per week vrijwilligerswerk, wat redelijk overeenkomt met het landelijk CBS-cijfer. Jongeren doen relatief minder vaak vrijwilligerswerk en vaker meer incidenteel. Ook niet-westerse allochtonen doen minder aan vrijwilligerswerk, hier staat overigens tegenover dat deze groep Bredanaars relatief meer aan mantelzorg doet. Tabel S7a: Kengetallen mbt ambitie gemeente 2015 Breda Totaal 15-29 Niet Westers 2007 2010 2012 2007 2010 2012 2012 Structureel vrijwilligerswerk 21% 21% 21% 16% 12% 13% 18% Incidenteel vrijwilligerswerk 10% 14% 16% 15% 10% 15% 11% Totaal 31% 35% 37% 31% 22% 28% 29% De derde gemeentelijke doelstelling is het vergroten van het aantal zorgvrijwilligers. De gemeente kijkt hierbij in eerste instantie naar het vrijwilligerswerk bij zorg- en ouderenorganisaties. Bij andere organisaties verlenen vrijwilligers soms ook zorg. De zorgverleners bij die andere organisaties zijn hier buiten beschouwing gelaten. In 2010 is 8% van de Bredanaars als zorgvrijwilliger in ouderenorganisaties of zorgorganisaties actief, in 2012 wordt 7% gemeten. Tabel S7b: Zorgvrijwilligers ( in % Bredanaars) 2010 2012 Totaal aantal zorgvrijwilligers 8% 7% - wv bij zorgorganisatie 4% 4% - wv bij ouderenorganisatie 5% 3% 8

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 1. Inleiding en onderzoeksopzet 1.1. Achtergrond De gemeenteraad van Breda heeft het beleidskader Meedoen@Breda vastgesteld. In dit beleidskader wordt van alle Bredanaars, vanuit de eigen verantwoordelijkheid, gevraagd een bijdrage te leveren om zo voor zichzelf en voor elkaar te zorgen. Het belang van vrijwillige inzet wordt hiermee steeds groter. Vrijwilligers vormen dan ook een topdossier voor het gemeentebestuur. Het beleidskader Vrijwilliger@Breda is een uitwerking van meedoen op het gebied van vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Vrijwilligerswerk wordt omschreven als werk dat in enig georganiseerd verband onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving. Vrijwilligerswerk is vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Het is onbetaald maar niet zonder kosten. Gemeente Breda hanteert het begrip vrijwilligerswerk niet star. Ook vormen van vrijwilligerswerk die minder georganiseerd gebeuren (bijvoorbeeld een eenmalig straatfeest waarvoor buurtbewoners zich inzetten), vrijwilligerswerk dat soms een verplichtend karakter heeft (maatschappelijke stages van leerlingen en werkzaamheden in het kader van re-integratie) en vrijwilligerswerk waarvoor een onkostenvergoeding wordt betaald, worden allemaal tot vrijwilligerswerk gerekend. Landelijke ontwikkelingen/trends 1 Vrijwilligerswerk is minder vanzelfsprekend geworden. Door de toenemende individualisering is er minder vaste binding aan institutionele organisaties. Door de ontzuiling is er geen natuurlijke binding meer met een bepaalde (geloofs-)groepering. Vrijwilligerswerk moet een aantrekkelijke keuzemogelijkheid vormen en meer op maat toegesneden en aansluiten bij de competenties en interesses. Daarnaast zijn er steeds meer (commerciële) aanbieders op de vrijetijdsmarkt, met meer aantrekkelijke vormen van tijdsbesteding. Dit trekt mogelijke vrijwilligers weg. Daartegenover is de verwachting dat de vraag naar vrijwilligers toe zal nemen. Dat komt door de dubbele vergrijzing. Enerzijds neemt het aantal ouderen toe, anderzijds zullen minder ouderen beschikbaar zijn voor vrijwilligerswerk omdat zij mantelzorg verrichten. Op korte termijn neemt het potentieel aan vrijwilligers toe (de generatie babyboomers). Vijftigplussers blijven oververtegenwoordigd in het vrijwilligerswerk. Er dient zich een nieuw potentieel van mondige, goed opgeleide kritische (jonge) ouderen aan. Ze denken actief mee over de organisatie en nemen meer verantwoordelijkheid en initiatief. 1 Vrijwilligerswerk verandert. Dat komt niet doordat er minder vrijwilligers zijn, in vergelijking met dertig jaar geleden zijn het er waarschijnlijk méér. Maar de manier waarop vrijwilligers zich willen inzetten is anders. De nieuwe vrijwilliger zoekt kortdurend en projectmatig vrijwilligerswerk en is minder gebonden aan één organisatie (trendrapport Movisie 2011: Vrijwillige inzet 2.0 ). Ook het Sociaal Cultureel Planbureau komt op basis van verschillende cijfers tot de verwachting dat het aantal vrijwilligers in de komende jaren weinig zal veranderen, maar wel het inhoudelijk werk dat vrijwilligers gaan doen (Toekomstverkenning vrijwilliger inzet 2015). 9

Situatie in Breda Trends geven aan dat het aantal vrijwilligers in de toekomst mogelijk zal teruglopen. Wel geven drie op de tien Bredanaars aan (meer) vrijwilligerswerk te willen doen. Daarnaast kunnen meer vrijwilligers geworven worden bij jongeren en bij mensen met een nietwesterse achtergrond. In Breda doen zich momenteel geen grote tekorten aan vrijwilligers voor. Wel zijn er in de zorg en bij bestuurswerk knelpunten. In de zorg dreigen tekorten te ontstaan doordat, mede door bezuinigingen, steeds meer een beroep gedaan wordt op vrijwilligers. Bij bestuurswerk wordt geconstateerd dat er te weinig bestuursleden zijn, dat besturen steeds ouder worden en geen opvolgers hebben of problemen hebben om hun werkzaamheden over te dragen. Witte kaders die blijven zitten, terwijl de omgeving verkleurt. Hier ligt een opgave bij de vrijwilligersorganisaties om rekening met deze knelpunten te houden en daarop extra in te zetten. In het beleidskader vrijwilliger@breda staan visie en ambitie van Breda en de doelen voor vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Als gemeentelijke ambitie voor Vrijwilligerswerk staat geformuleerd: de komende vier jaren zal minimaal één op de drie volwassen Bredanaars vrijwilligerswerk doen. Gestreefd wordt daarbij onder andere naar de volgende (sub)doelen: meer jonge vrijwilligers meer allochtone vrijwilligers meer vrijwilligers in de zorg. Tevens is aangegeven dat het vrijwilligersbeleid gemonitord gaat worden. Aan Onderzoek en informatie is de opdracht gegeven om de omvang en aard van het vrijwilligerswerk te meten in 2012 en 2014. Aangezien in 2007 en 2010 ook al enquêtes over vrijwilligers en vrijwilligerswerk in Breda zijn gehouden, bestaat de mogelijkheid om veranderingen door de jaren heen te meten. Dit geldt alleen voor onderzoeksvragen die in eerdere enquêtes zijn gesteld. 1.2 Onderzoeksopzet Het onderzoek, door middel van een enquête, heeft als doel om de voortgang in het bereiken van de ambitie van het vrijwilligersbeleid te volgen. Om te bezien of er werkelijk sprake is van verschuiving in groepen die vrijwilligerswerk verrichten, is afgelopen mei 2012 een nulmeting gehouden en deze zal tweejaarlijks worden herhaald om vast te stellen of Breda nog op koers ligt met het aantal vrijwilligers in de stad. In mei 2012 is een bewonersenquête over participatie en vrijwilligerswerk gehouden. De enquête is een schriftelijke enquête onder een representatieve steekproef van Bredanaars van 15 jaar of ouder. Het onderzoek is zodanig opgezet dat behalve betrouwbare resultaten voor de hele gemeente Breda ook uitkomsten voor vier leeftijdsgroepen, waaronder jongeren (15 29 jaar), en voor niet-westerse allochtonen zijn verkregen. Per groepering is een aselecte steekproef uit het bevolkingsbestand getrokken. Aan de geselecteerde inwoners is medio mei 2012 een vragenlijst gezonden met een brief waarin om hun medewerking is gevraagd. Tevens kregen zij de mogelijkheid om de vragenlijst digitaal in te vullen. 10

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept Uitgaande van een verwachte respons van 15% tot 20% zijn 5118 vragenlijsten verstuurd. Twee weken later is een herinneringsbrief gestuurd aan jongeren en aan nietwesterse allochtonen uit de steekproef. In totaal hebben 1332 inwoners de vragenlijst ingevuld, waarvan eenderde digitaal. De respons is daarmee op 26% uitgekomen. Doordat ruim 1300 inwoners hebben deelgenomen zijn de uitkomsten van de enquête voor de gemeente Breda zeer nauwkeurig. De diverse bevolkingsgroepen van Breda zijn qua omvang niet gelijk. Om uitspraken voor de hele gemeente te kunnen doen, heeft een weging naar het aantal bewoners per geslacht, leeftijdsgroep en etniciteit plaatsgevonden. In dit rapport zijn uitsluitend de resultaten na weging opgenomen. 11

12

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 2. Profiel inwoners Breda In dit hoofdstuk wordt een profiel van de inwoners van de gemeente Breda gegeven, gebaseerd op kerncijfers van de gemeente en de voorjaarsmeting 2012. In de eerste paragraaf worden sekse, leeftijd en etniciteit besproken. Vervolgens worden voor de gemiddelde Bredanaar en de twee doelgroepen die in dit rapport nader worden belicht (jongeren van 15-29 jaar en Bredanaars van niet-westerse afkomst) de gezinssituatie, het opleidingsniveau en het huishoudinkomen besproken. 2.1. Sekse, leeftijd en etniciteit De gemeente Breda telt op 1 januari 2012 138.513 inwoners van 15 jaar en ouder. Van hen is bijna de helft man en ruim de helft vrouw. Ruim de helft is 15-44 jaar en bijna de helft is 45 jaar en ouder. Bijna acht op de tien Bredanaars is van Nederlandse afkomst, 12% is van westerse allochtone afkomst en 10% is van niet-westerse (allochtone) afkomst. Tabel 2.1a: Bredanaars 15+ naar sekse, naar leeftijd en naar etniciteit Man 68.036 49% 15-29 35.771 26% Nederlands 108.383 78% Vrouw 70.477 51% 30-44 36.464 26% Westers 15.874 11,5% 138.513 100% 45-64 45.649 33% Niet-westers 14.256 10% 65+ 20.629 15% 138.513 100% 138.513 100% Bron: GBA Niet-westerse allochtonen zijn relatief vaker 45-minners. Grafiek 2.1b: Etniciteit van 15 jaar en ouder naar leeftijd (bron: GBA) 15-29 73% 12% 15% 30-44 76% 12% 13% 45-64 81% 12% 7% 65+ 87% 10% 3% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nederlands Westers Niet westers 13

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers 2.2. Gezinssituatie, opleidingsniveau en huishoudinkomen Van de Bredanaars van 15 jaar en ouder woont twee op de tien alleen en ruim vier op de tien heeft een gezin met kinderen of woont nog thuis. Bijna de helft van de ondervraagde Bredanaars is hoger opgeleid en ruim een derde van de gezinnen heeft per maand netto meer dan 3.100,- te besteden. In de beleidsnota Vrijwilliger@Breda 2011-2014 en daarom ook in dit rapport wordt speciaal aandacht besteed aan de mate waarin jongeren van 15-29 jaar en niet-westerse allochtonen maatschappelijk actief zijn. Daarom zijn de profielvragen in onderstaande tabel gepresenteerd naar leeftijd en etniciteit. Te zien is dat zowel de jongeren van 15-29 jaar als de niet-westerse allochtonen relatief vaker deel uitmaken van een gezin met kinderen en vaker een lager inkomen hebben. Daarnaast zijn niet-westerse allochtonen relatief lager opgeleid. Tabel 2.2: Profiel Bredanaars 15+: gezinssituatie, opleiding en inkomen Gezinssituatie Alleen 21% 26% 16% 16% 25% 19% 26% 24% Twee personen zonder kinderen 36% 21% 21% 44% 72% 39% 32% 15% Gezin met kinderen 44% 53% 62% 39% 3% 42% 42% 61% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% Opleiding Laag 23% 15% 15% 26% 51% 22% 20% 40% Middelbaar 31% 39% 26% 34% 19% 31% 31% 31% Hoger 45% 46% 59% 39% 30% 46% 49% 29% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% Huishoudinkomen (netto, p. mnd) < 1800 35% 59% 18% 31% 42% 30% 39% 66% 1801-3100 29% 21% 30% 31% 35% 31% 24% 21% > 3100 35% 20% 52% 36% 22% 39% 37% 12% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% Bron: Enquête mei 2012 14

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 3. Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie gaat over het hebben van betaald werk, het deelnemen aan het verenigingsleven en het culturele leven, politieke betrokkenheid en de betrokkenheid met de eigen leefomgeving. Het begrip maatschappelijke participatie wordt op verschillende manieren gemeten. In dit rapport behandelen we maatschappelijke participatie aan de hand van de volgende activiteiten: - verrichten van werk / volgen van een opleiding - actief zijn in de vrije tijd (bezoek voorstellingen/exposities/lid organisaties) - en het leveren van maatschappelijke bijdragen aan de maatschappij (vrijwilligerswerk en/of mantelzorg). 3.1. Maatschappelijke participatie Volgens de gebruikte definitie is 95% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder maatschappelijk actief. Zeven op de tien heeft een baan van minimaal 12 uur per week of volgt een studie. Bijna negen op de tien is actief in de vrije tijd: zij bezoeken culturele voorstellingen/exposities of zijn lid van een sport-/cultuur- of belangenorganisatie. Tot slot levert de helft een maatschappelijke bijdrage. Meestal door vrijwilligerswerk of mantelzorg aan de eigen familie. Tabel 3.1a: Maatschappelijke participatie Bredanaars 15 jaar en ouder Werk/opleiding 69% - wv. heeft betaald werk > 12 uur per week 59% - wv. volgt opleiding/studie 13% Actief in vrije tijd 86% - wv. bezoek voorstelling, museum, theater, film 82% - wv. lid sport-/cultuur- of belangenorganisatie 48% Maatschappelijke bijdrage 49% - wv. vrijwilligerswerk (structureel + incidenteel) 37% - wv. mantelzorg aan eigen familie 20% - wv. mantelzorg aan anderen 7% Doet geen enkele van bovenstaande activiteiten 5% 15

Volgens de indeling van Hortulanus (zie bijlage 3) kan 87% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder tot de actieve Bredanaars worden gerekend en 13% tot de passieve Bredanaars. Vooral onder ouderen en lager opgeleiden blijkt de maatschappelijke participatie lager te liggen. Onder 45-minners, hoger opgeleiden en gezinnen met kinderen is het percentage zeer actieven het hoogst. Tabel 3.1b: Maatschappelijke participatie, indeling van Hortulanus 2006 (18+) 2007 (18+) 2010 (18+) Totaal (15+) 2012 15-29 30-44 45-64 65+ (Zeer) actieven 81% 84% 84% 87% 94% 95% 89% 59% Passieven 11% 9% 9% 8% 5% 4% 6% 23% Zeer passieven 8% 7% 7% 5% 1% 1% 5% 18% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 3.2. Maatschappelijke participatie naar doelgroepen Vrouwen en mannen participeren in vergelijkbare mate in de maatschappij. Mannen werken relatief meer, vrouwen zijn meer actief als vrijwilliger of mantelzorger. Lager opgeleiden en de lagere inkomens zijn minder maatschappelijk actief op alle drie de onderscheiden terreinen. Onderstaande grafiek laat zien dat werk/studie, actief in de vrije tijd en maatschappelijke bijdragen deels afhankelijk zijn van de levensfase. Jongeren zijn vrijwel allemaal bezig met werk en/of opleiding en actief in de vrije tijd. Dit neemt vanaf ongeveer 30 jaar licht af met de leeftijd. Vanaf 60 jaar neemt het aandeel werkenden sterk af. De maatschappelijke bijdragen (vrijwilligerswerk en mantelzorg) nemen langzaam toe tot ongeveer 65 jaar, daarna licht af. 75-plussers zijn op alle drie de terreinen relatief minder actief. Grafiek 3.2a: Maatschappelijke participatie naar leeftijd 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70-74 75-89 Werk/opleiding Actief in vrije tijd Bijdrage aan maatschappij geen van alle 16

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept Niet-westerse allochtonen zijn relatief minder actief dan autochtonen en Westerse allochtonen. Dit geldt met name voor het actief zijn in de vrije tijd, oftewel de mate waarin voorstellingen/exposities worden bezocht en men lid is van een sport-/cultuur- en/of belangenorganisatie. Tabel 3.2b: Maatschappelijke participatie naar leeftijd en etniciteit Werk/opleiding 69% 91% 87% 68% 3% 70% 68% 66% - wv. heeft betaald werk > 12 uur per week 59% 54% 86% 67% 3% 61% 52% 50% - wv. volgt opleiding/studie 13% 47% 2% 0% 0% 11% 20% 21% Actief in vrije tijd 86% 93% 93% 79% 75% 88% 82% 73% - wv. bezoek voorstelling, museum, theater, film 82% 90% 87% 76% 68% 84% 78% 67% - wv. lid sport-/cultuur- of belangenorganisatie 48% 49% 50% 47% 45% 50% 44% 32% Maatschappelijke bijdragen aan maatschappij 49% 35% 45% 60% 55% 50% 42% 45% - wv. vrijwilligerswerk (structureel + incidenteel) 37% 27% 40% 42% 37% 39% 29% 29% - wv. mantelzorg aan eigen familie 20% 8% 12% 33% 26% 19% 22% 22% - wv. mantelzorg aan anderen 7% 4% 5% 10% 11% 6% 9% 12% Doet geen enkele van bovenstaande activiteiten 5% 1% 1% 5% 17% 4% 3% 11% In bijlagen 1 en 2 wordt uitgebreider aandacht besteed aan maatschappelijke participatie naar doelgroepen en maatschappelijke participatie onder niet-westerse allochtonen naar verschillende leeftijdsgroepen. 17

18

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 4. Vrijwilligerswerk Vrijwilligerswerk is werk dat in enig georganiseerd verband, onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het aantal vrijwilligers dat in Breda werkzaam is, de sectoren waarin ze werkzaam zijn en de functies die ze uitoefenen. Ook wordt gekeken waarom mensen vrijwilligerswerk doen en geven vrijwilligers tips hoe het werk eventueel verbeterd kan worden. 4.1. Huidig aantal vrijwilligers Ruim een derde van de Bredanaars van 15 jaar en ouder doet wel eens vrijwilligerswerk, bijna de helft van hen doet dit wekelijks of vaker. Oudere vrijwilligers doen het vrijwilligerswerk vaker wekelijks of meer. Tabel 4.1a: Doet u vrijwilligerswerk en zo ja hoe vaak? Ja, vrijwilliger 37% - Meer dan 1 keer per week 10% - Ongeveer 1 keer per week 7% - Enkele keren per maand 6% - 1 keer per maand 4% - Minder dan 1 keer per maand 5% - Een bepaalde periode in het jaar 6% Doet geen vrijwilligerswerk 63% 100% Gevraagd naar het gemiddeld aantal uur dat vrijwilligers aan hun vrijwilligerswerk besteden, blijkt dat in Breda 21% van de 15+ bevolking gemiddeld twee uur per week of meer vrijwilligerswerk doet. Tabel 4.1b: Hoeveel tijd doet u vrijwilligerswerk? Ja, vrijwilliger 37% - 21 uur of meer per week <0,5% - 11-20 uur per week 2% - 6-10 uur per week 4% - 2-5 uur per week 15% - 0-2 uur per week 16% Doet geen vrijwilligerswerk 63% Totaal 100% 19

Het aantal vrijwilligers dat twee uur per week of meer dit werk doet, blijft de afgelopen jaren constant, het meer incidentele, kleinschaliger/flexibeler vrijwilligerswerk lijkt iets toe te nemen. Grafiek 4.1c: Huidig vrijwilligerswerk naar aantal uren per week (% Bredanaars 18+ (2007,2010), 15+ (2012 )) 2007 6% 15% 10% 69% 2010 7% 14% 14% 65% 2012 6% 15% 16% 63% 0% 20% 40% 60% 80% 100% >= 6 u pw 2-5 u pw 0-2 u pw niet Een andere manier om vrijwilligerswerk te ordenen is naar structureel en incidenteel vrijwilligerswerk, waarbij de definitie als volgt gebaseerd is: - Vrijwilligerswerk wordt structureel genoemd als hier, gemiddeld over een jaar, 2 uur of meer per week aan wordt besteed - Vrijwilligerswerk wordt incidenteel genoemd als hier, gemiddeld over een jaar, minder dan 2 uur per week aan wordt besteed. Onderstaande grafiek presenteert de mate van vrijwilligerswerk naar structureel en incidenteel naar leeftijd en etniciteit. Te zien is dat 45-plussers en Nederlanders vaker vrijwilliger zijn en ook dit ook vaker structureel doen. Jongeren van 15-29 jaar doen minder vaak vrijwilligerswerk en als ze dit doen is dit relatief vaker incidenteel. In bijlage 4 wordt uitgebreider aandacht besteedt aan uitsplitsing van vrijwilligerswerk naar doelgroepen. Grafiek 4.1d: Huidig vrijwilligerswerk in aantal uren per week, naar leeftijd en etniciteit 2007 21% 10% 69% 2010 21% 14% 65% 2012 21% 16% 63% 15-29 13% 14% 73% 30-44 18% 22% 60% 45-64 27% 15% 57% 65+ 28% 9% 62% Nederland 22% 17% 61% Westers 19% 10% 71% Niet westers 18% 11% 71% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Structureel (>= 2 u pw) Incidenteel (< 2 u pw) niet 20

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 4.2. Soorten vrijwilligerswerk Van de Bredanaars die vrijwilligerswerk doen, zijn de meesten werkzaam bij een sportvereniging, op afstand gevolgd door het onderwijs, jongeren/kinderen organisaties, culturele organisaties, zorginstellingen, kerkelijke/levensbeschouwelijke organisaties en bewonerscommissies/buurtverenigingen. Tabel 4.2a: Meest genoemde sectoren huidig vrijwilligerswerk (in % vrijwilligers) in % Bredanaars 15+ 2010 2012 2010 2012 Sportvereniging 34% 39% 12% 14% School/ onderwijs 15% 14% 5% 5% Jongeren/ kinderen organisatie 14% 14% 5% 5% Culturele organisatie (incl. muziekvereniging, koor e.d.) 12% 13% 4% 5% Organisatie voor zorg en dienstverlening 12% 12% 4% 4% Kerkelijke of levensbeschouwelijke organisatie 14% 12% 5% 4% Bewonerscommissie/ buurtvereniging 12% 12% 4% 4% Ouderenorganisatie 14% 8% 5% 3% Actiegroep/ belangenorganisatie 7% 5% 2% 2% Club- en buurthuiswerk 4% 5% 1% 2% Kinderopvang/ peuterwerk 5% 4% 2% 1% Hobbyclub 4% 4% 1% 1% Vakvereniging 2% 4% 1% 1% Politieke en/of campagneorganisatie 4% 3% 1% 1% Vrouwenorganisatie 3% 3% 1% 1% Migrantenorganisatie 1% 2% 0% 1% Zelfhulporganisatie 1% 1% 0% 0% Anders 22% 18% 2 8% 7% Vrijwilligerswerk naar functie In dit rapport worden vier soorten vrijwilligersfuncties onderscheiden, te weten - Uitvoerende, praktische taken (bv. bardienst bij een sportclub, collectes aan huis, gastvrouw bij activiteiten, kleine klussen uitvoeren, boodschappen doen, administratie doen, helpen bij vervoer) - Organiserende of coördinerende taken (bijvoorbeeld organiseren van buurtfeest, coördineren van huisbezoeken, wedstrijdleider voetbalclub) - Bestuurlijke taken (bijvoorbeeld voorzitter van een wijkraad of penningmeester van een sportvereniging) - Andere taken. De meeste vrijwilligers kruisen 1 of 2 mogelijke antwoorden aan. Sommige vrijwilligers werken in twee sectoren, anderen hebben een breder takenpakket dat zich niet in een type laat vangen. Tabel 4.2b geeft een overzicht. Het meeste vrijwilligerswerk is praktisch en uitvoerend, gevolgd door organiserend/ coördinerend. Een kwart van de vrijwilligers zegt dat ze (ook) bestuurlijk werk doen. In club- en buurthuiswerk en culturele organisaties komt bestuurlijk werk vaker voor. In zorgen ouderenorganisaties is het vrijwilligerswerk relatief vaker uitvoerend/praktisch. Jongeren, vrouwen en niet-westerse allochtonen doen relatief minder bestuurlijk werk. 2 O.a. werk voor goede doelen (5%), meehelpen bij specifiek project/evenement (2%), mantelzorg (2%), werken met/voor gehandicapten (2%) 21

Tabel 4.2b: Type functie vrijwilligerswerk (meerder antwoorden mogelijk) Uitvoerende, praktische taken 70% Organiserende of coördinerende taken 39% Bestuurlijke taken 24% Anders 16% Waar vrijwilligerswerk? Evenals in 2010 doet negen op de tien vrijwilligers (ook) vrijwilligerswerk in de eigen gemeente. Het percentage Bredanaars dat (ook) buiten de gemeente vrijwilligerswerk doet lijkt toe te nemen 3. Tabel 4.2c: Waar vrijwilligerswerk (meerdere antwoorden mogelijk) 2010 2012 In de gemeente Breda 92% 91% Buiten de gemeente Breda 21% 25% Bijlage 5 gaat indicatief in op het profiel van de vrijwilligers die werkzaam zijn in de acht meest genoemde sectoren van vrijwilligerswerk. Gekeken wordt in hoeverre deze sectoren verschillen naar aantal uur dat men er vrijwilligerswerk doet, type functies, binnen/buiten Breda en verschillen naar geslacht, leeftijd en etniciteit. Zo is te zien dat vrijwilligers bij jongeren/kinderorganisaties vaker 45-min zijn en bijvoorbeeld vrijwilligers bij ouderenorganisaties vaker 65+. Vrouwen zijn vaker vrijwilliger op school of bij jongeren/kinderenorganisaties, mannen relatief vaker bij sportverenigingen en culturele organisaties. Niet-westerse allochtonen zijn relatief vaker actief bij de kerk/levensbeschouwelijke organisaties. Vrijwilligers bij zorg- en ouderenorganisaties voeren relatief vaker uitvoerend/praktische taken doen en vrijwilligers bij culturele organisaties relatief vaker bestuurlijke taken en bij bewoners/buurtorganisaties vaker organiserende/coördinerende taken. 22 3 Van alle Bredanaars doet 25% buiten Breda vrijwilligerswerk, waarvan 9% buiten Breda en 16% zowel in als buiten Breda. Dat betekent dat 51.000 minus 9% (is circa 4.600) oftewel 46.400 Bredanaars (van 15 jaar en ouder) in Breda vrijwilligerswerk doen. Hoeveel mensen van buiten Breda in Breda vrijwilligerswerk verrichten is in dit onderzoek niet gemeten.

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 4.3. Hoe zijn vrijwilligers aan hun vrijwilligerswerk gekomen? De meeste vrijwilligers zijn gevraagd door de organisatie of vereniging of kwamen daar al. 17% is hier zelf naar op zoek gegaan, o.a. via Breda Actief en websites van organisaties. Grafiek 4.3: Hoe bent u aan uw vrijwilligerswerk gekomen? 4 Via Breda Actief 3% Via website van organisatie 2% Anders 12% Ik kwam al bij deze organisatie/ vereniging 33% Zelf op zoek gegaan 13% Gevraagd door organisatie/ vereniging 37% 4.4. Redenen om vrijwilligerswerk te doen De vrijwilligers is op twee manieren gevraagd waarom ze vrijwilligerswerk doen. In een open vraag is hen gevraagd aan te geven waar ze blij van worden als ze vrijwilligerswerk doen, wat hen voldoening geeft. Het meest genoemd worden de blije, tevreden gezichten van de mensen voor wie ze het doen en om iets te doen voor een ander zonder financiële tegenprestatie. Daarnaast worden sociale contacten en het helpen van mensen ook regelmatig genoemd. Tabel 4.4a: Waarom vrijwilligerswerk (spontaan) 1. Blije, tevreden gezichten, warmte 22% 2. Iets doen zonder er iets voor terug te hoeven/krijgen, inzetten voor anderen 18% 3. Sociale contacten, gezelligheid 14% 4. Mensen helpen 10% 5. Iets bereikt: activiteit, iemand iets geleerd, meer leden, doel bereikt 8% 6. Waardering, compliment 7% 7. Samen ergens aan werken 5% 8. Contact met kinderen 4% 9. Doel: cultuur, de club, vereniging 3% 10. Nuttig zijn 2% 11. Leuk werk 2% 12. Organiseren/bestuur 2% 4 Anders categorie, met name: via familie/vrienden/kennissen, via werk, advertentie in blad, verplicht/school 23

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers Daarnaast is een lijst voorgelegd met mogelijke redenen om vrijwilligerswerk te doen. Vrijwilligerswerk wordt met name gedaan omdat het leuk is om te doen en een goed gevoel geeft, op afstand gevolgd door het graag iets voor anderen doen en dat ze iets met de organisatie hebben. Jongeren en niet-westerse allochtonen noemen vaker als redenen om vrijwilligerswerk te doen dat ze zichzelf willen ontwikkelen/nieuwe dingen leren of werkervaring willen opdoen. Tabel 4.4b: Waarom vrijwilligerswerk (geholpen, 2 redenen waarom mensen vrijwilligerswerk doen) Leuk om te doen, goed gevoel 68% 65% 63% 73% 73% 69% 68% 63% Doe graag iets voor andere mensen 38% 33% 41% 39% 33% 38% 45% 30% Heb iets met de organisatie 31% 33% 41% 26% 24% 32% 30% 23% Wil mijn kennis en ervaring delen 15% 13% 13% 15% 18% 14% 17% 14% Iets doen voor de samenleving 13% 6% 9% 17% 22% 14% 6% 13% Nieuwe dingen leren/ mijzelf ontwikkelen 11% 20% 14% 9% 1% 9% 18% 25% Wil mijzelf nuttig maken 6% 6% 6% 5% 12% 7% 0% 2% Graag nieuwe mensen ontmoeten 5% 8% 7% 3% 5% 5% 8% 8% Wil dingen doen waar ik goed in ben 5% 3% 3% 8% 5% 4% 9% 11% Ben er lid van 4% 4% 3% 7% 3% 4% 4% 5% Wil werkervaring opdoen 3% 6% 5% 0% 0% 2% 0% 10% Omdat het verplicht is (uitkering, stage) 2% 7% 0% 2% 0% 2% 4% 6% 24

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 4.5. Tips voor vrijwilligersorganisaties Tot slot is aan de vrijwilligers gevraagd wat er volgens hen beter kan voor de vrijwilligers bij de organisaties waar zij vrijwilligerswerk doen. Zij noemen het vaakst dat de communicatie beter kan, ze waardering/erkenning missen en dat er meer vrijwilligers nodig zijn. Een aantal mensen geeft tips hoe de gemeente beter met vrijwilligers(organisaties) om kan gaan. Zij zien verbeteringsmogelijkheden in haar communicatie, contact en regels. Tabel 4.5: Tips voor organisatie wat beter kan met vrijwilligers Communicatie Waardering, erkenning Meer vrijwilligers Bezuinigingen, budget, bestaanszekerheid Vergoeding voor vrijwilligers Organisatie Door gemeente serieus worden genomen, contact met gemeente Begeleiding, coördinatie Te veel bureaucratie Duidelijk regels gemeente/overheid Betere voorzieningen Opleiding, nieuwe dingen leren Motivatie Regels/afspraken Bekendheid Deskundigheid vrijwilligers beter gebruiken Juridische ondersteuning Meer sponsoring Meer samenwerking tussen organisaties Professionele hulp Meer leden 21x 20x 17x 11x 10x 8x 7x 6x 5x 5x 4x 3x 3x 3x 3x 1x 1x 1x 1x 1x 1x 25

26

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 5. De niet-vrijwilligers Hoofdstuk 5 behandelt twee vragen aan niet-vrijwilligers. In de eerste paragraaf komt aan de orde waarom niet-vrijwilligers nu geen vrijwilligerswerk doen. De tweede paragraaf geeft een beeld waarom de mensen die ooit wel vrijwilligerswerk hebben verricht, zijn gestopt met vrijwilligerswerk. 5.1. Redenen om geen vrijwilligerswerk te doen Bijna tweederde van de Bredanaars doet momenteel geen vrijwilligerswerk. Zij geven hiervoor met name als reden dat ze er geen tijd voor hebben door hun werk, studie, gezin of hobby s. Daarnaast geeft een deel aan dat ze zich niet willen vastleggen, er nooit voor zijn gevraagd of er geen zin in hebben. Jongeren noemen vaker de drukte met werk en studie als reden, Bredanaars van nietwesterse afkomst vaker hun gezin. Voor beide groepen geldt dat zij hier vaker niet voor worden gevraagd en ze vaker onbekend zijn met de mogelijkheden. Tabel 5.1: Waarom geen vrijwilligerswerk (in % doet nu geen vrijwilligerswerk) Geen tijd door: 68% 76% 81% 67% 31% 69% 69% 65% - Werk/studie 51% 68% 59% 49% 7% 51% 57% 44% - Gezin 21% 12% 43% 19% 4% 20% 22% 27% - Intensieve vrijetijdsbesteding 18% 24% 22% 14% 10% 20% 8% 14% - Zorg voor gezin/ familie/ buren 7% 2% 5% 11% 14% 7% 8% 7% Wel tijd maar: 21% 27% 23% 17% 11% 18% 27% 32% - Nooit voor gevraagd 16% 22% 16% 15% 6% 15% 21% 21% - Weet mogelijkheden niet 5% 9% 7% 2% 2% 4% 7% 11% - Onzeker over capaciteiten 2% 1% 2% 2% 4% 2% 1% 5% Wil me niet vastleggen 18% 10% 18% 19% 31% 19% 21% 8% Geen zin/ interesse 16% 19% 17% 16% 9% 18% 7% 10% Anders*) 13% 8% 6% 14% 36% 13% 13% 15% *) vaak zelf te oud, zwakke gezondheid/handicap 27

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers 5.2. Reden stoppen met vrijwilligerswerk Van de mensen die nu geen vrijwilligerswerk doen, heeft 31% dit in het verleden wel gedaan. Dit geldt voor de vier leeftijdsgroepen in een redelijk vergelijkbare mate. Nietwesterse allochtonen doen niet alleen nu relatief minder aan vrijwilligerswerk, maar hebben dit ook in het verleden relatief minder vaak gedaan. Tabel 5.2a: Ooit wel vrijwilligerswerk gedaan (in % doet nu geen vrijwilligerswerk) Ja 31% 30% 28% 32% 37% 32% 37% 19% Nee 69% 70% 72% 68% 63% 68% 63% 81% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% De mensen die ooit vrijwilligerswerk hebben gedaan, maar nu niet meer zijn hier destijds met name mee gestopt omdat ze het druk hadden/kregen met werk/studie, door redenen binnen het vrijwilligerswerk zelf of vanwege hun leeftijd/gezondheid. Jongeren noemen vaker als reden dat ze het druk hebben met hun studie, niet-westerse allochtonen relatief vaker dat ze het druk hebben met hun gezin. Tabel 5.2b: Waarom gestopt met vrijwilligerswerk (in % doet nu geen vrijwilligerswerk, maar vroeger wel) Geen tijd door werk/studie 29% 39% 34% 30% 6% 28% 43% 29% Toe aan iets anders 10% 6% 8% 18% 3% 11% 0% 5% Ik was er te veel tijd mee kwijt 9% 9% 14% 8% 1% 10% 0% 4% Gezondheidsklachten 9% 0% 2% 9% 32% 9% 8% 7% Verhuisd 7% 7% 14% 4% 6% 7% 9% 4% Geen tijd door gezin 6% 2% 13% 8% 0% 4% 15% 18% Leeftijd 5% 2% 0% 0% 25% 6% 3% 1% Sfeer in organisatie stond mij niet aan 2% 2% 2% 2% 3% 2% 4% 2% Vrijwilligerswerk niet goed georganiseerd 2% 4% 1% 0% 3% 2% 0% 3% Anders 5 21% 30% 11% 21% 19% 21% 18% 27% 28 5 Onder andere: project afgelopen/organisatie hield op te bestaan (9%), kinderen niet meer op die vereniging/school (2%), nu zorg voor kleinkinderen/familie (1%), vrijwilligerswerk was voor studie/maatschappelijke stage (1%)

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 6. Potentiële vrijwilligers Hoofdstuk 6 geeft inzicht in de extra potentie aan vrijwilligers. Allereerst wordt gekeken naar het potentieel aanbod. Daarna wordt gekeken naar de doelgroepen leeftijd en etniciteit. Ook wordt kort stilgestaan bij de wensen van de potentiële extra vrijwilligers. 6.1. Potentieel aanbod aan extra vrijwilligers(werk) Bijna een derde van de Bredanaars van 15 jaar en ouder geeft aan mogelijk in de toekomst wel (extra) vrijwilligerswerk te willen doen 6. Dit percentage loopt in de afgelopen jaren iets op. Tabel 6.1a: % Bredanaars dat mogelijk wel (extra) vrijwilligerswerk wil doen 2007 2010 2012 Ja 28% 30% 32% Nee 72% 70% 68% 100% 100% 100% Potentieel aanbod vrijwilligers naar structureel en incidenteel vrijwilligerswerk Van de 32% Bredanaars die mogelijk (nog) meer vrijwilligerswerk wil doen, denkt 21% aan vrijwilligerswerk op meer structurele basis en 11% denkt eerder aan incidenteel vrijwilligerswerk. De huidige vrijwilligers willen vaker (meer) vrijwilligerswerk doen dan de niet-vrijwilligers en de huidige structurele vrijwilligers die nog meer willen, willen dit vaker structureel doen en de huidige incidentele vrijwilligers die nog meer willen, willen dit vaker incidenteel. Tabel 6.1b: Potentieel aanbod vrijwilligers naar huidig vrijwilligersstatus en aantal uur per week Totaal Nu vrijwilliger, Nu vrijwilliger, Breda 15+ structureel incidenteel Nu geen vrijwilliger Ja, wil wel (meer) vrijwilligerswerk doen 32% 34% 41% 28% - structureel (>=2 uur pw) 21% 30% 14% 19% - incidenteel (<2 uur pw) 11% 4% 27% 9% Wil niet meer vrijwilligerswerk doen 68% 65% 59% 72% 100% 100% 100% 100% 6 Er is jaren studie gedaan naar de betrouwbaarheid van onderzoeksresultaten met betrekking tot de verhouding van de mensen die zeggen iets te zullen doen en die het ook daadwerkelijk zullen doen. Percentages in onderzoeken worden nog al eens overschat omdat mensen soms antwoord geven uit sociaal wenselijkheid of onwetendheid. Yankelovich International, een gerenommeerd Amerikaans onderzoekbureau heeft in 1993 alle onderzoeken die ze in de afgelopen 25 jaar hebben uitgevoerd naast elkaar gelegd en waar mogelijk vergeleken met de werkelijke gedragingen nadien. Dit resulteerde in: - Als alle mensen zeggen iets te doen, mag worden geschat dat + 80% dit daadwerkelijk gaat doen. - Als 80% van de mensen zegt iets te doen, mag worden geschat dat + 45-50% dit daadwerkelijk gaat doen. - Als de helft van de mensen zegt iets te doen, mag worden geschat dat + 20-25% dit daadwerkelijk gaat doen. - Als een kwart van de mensen zegt iets te doen, mag worden geschat dat + 5-10% dit daadwerkelijk gaat doen. - Als één op de tien mensen zegt iets te doen, mag worden geschat dat + 2% dit daadwerkelijk gaat doen. 29

15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70-74 75-89 Nederland Westers Niet westers Een andere manier van presenteren is het maken van groepen burgers op basis van huidig vrijwilligerswerk en potentiële wensen. Hiermee is te berekenen dat het potentieel aanbod aan structurele en incidentele vrijwilligers 55% is. Zoals in hoofdstuk 4 was te zien doet 37% van de Bredanaars momenteel aan vrijwilligerswerk, waarvan een deel mogelijk wel meer zou willen doen. Daarnaast geeft 18% van de Bredanaars aan nu nog geen vrijwilligerswerk te doen, maar dit in de nabije toekomst wel te willen. Tabel 6.1c: Potentieel aanbod aan vrijwilligers 2007 2010 2012 Huidig potentieel aan vrijwilligers 49% 53% 55% - Doet vrijwilligerswerk en wil nog wel meer doen 10% 12% 14% - Doet vrijwilligerswerk en wil niet meer doen 21% 23% 23% - Doet geen vrijwilligerswerk, wil wel doen 18% 18% 18% Doet geen vrijwilligerswerk en wil ook niet 51% 47% 45% 100% 100% 100% Onderstaande grafiek geeft de potentie aan vrijwilligers naar leeftijd. Te zien is dat jongeren van 20-24 jaar en 75-plussers het minst aan vrijwilligerswerk doen en dit ook het minst vaak (meer) zouden willen doen. Bij de groepen 15-19 jaar en 20-64 jaar zit de grootste potentie in toename van het aantal vrijwilligers en de hoeveelheid vrijwilligerswerk. Naar etniciteit valt op dat niet-westerse allochtonen weliswaar minder vaak aan vrijwilligerswerk doen dan autochtonen, maar hun potentiële interesse is iets(je) groter dan die van de autochtonen. Grafiek 6.1d: Potentieel aanbod vrijwilligers naar leeftijd en etniciteit 100% 75% 50% 25% 23% 23% 31% 16% 9% 12% 26% 18% 11% 19% 17% 13% 14% 15% 24% 12% 2% 19% 19% 18% 6% 10% 14% 12% 3% 18% 15% 19% 20% 8% 14% geen vrijwilliger, wil wel vrijwilliger, wil wel meer vrijwilliger, wil niet meer doen 0% 15% 13% 12% 24% 20% 26% 24% 27% 24% 30% 33% 33% 28% 24% 21% 15% 30

Breda 15+ 15-29 30-44 45-64 65+ Nederlands Westers Niet-westers Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 6.2. Wensen van extra potentieel aan vrijwilligers Zoals reeds is vermeld, geeft een derde van de Bredanaars aan dat zij (meer) vrijwilligerswerk zouden willen doen. Zij denken hierbij met name aan uitvoerende/praktische taken voor maximaal 5 uur per week (extra). Jongeren denken relatief vaker aan uitvoerende/organiserende taken en relatief vaker voor minder dan 2 uur per week. Jongeren en niet-westerse allochtonen denken relatief minder vaak aan bestuurlijke taken. Tabel 6.2 Type potentieel vrijwilligerswerk en tijd die men hieraan wil besteden (in % potentiële vrijwilligers) Type vrijw. werk (meer antw. mogelijk) Uitvoerende, praktische taken 63% 71% 59% 60% 62% 62% 79% 64% Organiserende of coördinerende taken 39% 47% 44% 31% 19% 40% 37% 34% Bestuurlijke taken 25% 19% 29% 28% 24% 28% 14% 12% Anders 15% 12% 13% 20% 17% 15% 22% 17% Hoeveelheid tijd per week minder dan 2 uur 34% 40% 41% 24% 19% 34% 32% 31% 2-5 uur 51% 51% 49% 52% 66% 53% 32% 50% 6-10 uur 12% 9% 7% 20% 13% 11% 31% 12% 11-20 uur 2% 1% 1% 4% 3% 1% 5% 6% 21 uur of meer 0% 0% 1% 0% 0% 0% 0% 1% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 31

32

Gemeente Breda Vrijwilligerswerk 2012 concept 7. Ambitie gemeente vrijwilligerswerk 2015 De ambitie van het gemeentebestuur is dat minimaal één op de drie Bredanaars de komende vier jaar vrijwilligerswerk blijft doen, met 10% meer jongeren, 10% meer allochtonen en 10% meer vrijwilligers in de zorg. 7.1. Totaal aantal vrijwilligers in Breda In 2012 doet 37% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder vrijwilligerswerk. Omgerekend gaat het hier om circa 51.000 vrijwilligers, waarvan er zo n 29.000 min of meer structureel vrijwilligerswerk uitvoeren en circa 22.000 meer incidenteel vrijwilligerswerk. De gemeente heeft als doelstelling dat minimaal één op de drie Bredanaars de komende vier jaar vrijwilligerswerk blijft doen. Uit de meting van 2012 komt dat 37% van de Bredanaars van 15 jaar en ouder aan vrijwilligerswerk. De groei van het aantal vrijwilligers ten opzichte van 2010 is te verklaren uit een toename van de kleinere/meer incidentele vrijwilligersbaantjes. Evenals in 2007 en 2010 doet 21% minimaal 2 uur per week vrijwilligerswerk 7. Tabel 7.1: Vrijwilligerswerk, 15 jaar en ouder* Totaal vrijwilligers Breda wv structureel (>= 2 u pw) wv incidenteel (< 2 u pw) 2007 31% 21% 10% 2010 35% 21% 14% 2012 37% 21% 16% * t/m 2010: 18+ 7.2. Jongere vrijwilligers Jongeren van 15-29 jaar doen minder vaak vrijwilligerswerk dan de gemiddelde Bredanaar. In eerdere hoofdstukken was te zien dat jongeren het vaak druk hebben met studie en werk. Tabel 7.2 laat zien dat jongeren met name minder vaak structureel vrijwilligerswerk doen. In 2007 deed 16%, in 2010 12% en dit jaar 13% van de jongere Bredanaars van 18-29 jaar structureel vrijwilligerswerk 8. Het percentage jongeren dat incidenteel vrijwilligerswerk doet, lag in 2010 wat lager, maar ligt over het algemeen op een vergelijkbaar niveau als de gemiddelde Bredanaar. De gemeentelijke beleidsdoelstelling is in de komende jaren het percentage jongere vrijwilligers te vergroten. Tabel 7.2: Vrijwilligerswerk jongeren Totaal vrijwilligers 15-29 jaar wv structureel (>= 2 u pw) wv incidenteel (< 2 u pw) 2007 31% 16% 15% 2010 22% 12% 10% 2012 28% 13% 15% * t/m 2010: 18+ 7 Ter vergelijking: het percentage vrijwilligers in Nederland van 18 jaar en ouder volgens het CBS is in de periode 2007-2009 21% à 22%. Dit is vrijwel gelijk aan het percentage structurele vrijwilligers in Breda 8 Ter vergelijking: Landelijke cijfers voor het CBS zitten rond de 14-16% vrijwilligerswerk voor jongeren. 33