Samenvatting Maatschappijleer H1t/m H7; Criminaliteit

Vergelijkbare documenten
8,6. Samenvatting door een scholier 1173 woorden 3 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 4. CRIMINALITEIT. 1. Criminaliteit.

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

8.1. Boekverslag door L woorden 25 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Recht is het geheel van gedragsregels, samengesteld door de overheid, die betrekking hebben tot het handelen van de mens als lid van de samenleving

Onmaatschappelijk gedrag: gedrag dat mensen onfatsoenlijk vinden, bijv met je handen eten, dit gedrag wordt niet bestraft.

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 4 Criminaliteit

Recht is het geheel van gedragsregels, vastgesteld door de overheid, die betrekking hebben op het handelen van mensen als leden van een samenleving

Onmaatschappelijk of afwijkend gedrag = gedrag dat de mensen onfatsoenlijk vinden.

8,7. Samenvatting door een scholier 1406 woorden 29 november keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Maatschappijleer: Criminaliteit Hoofdstuk 1: Criminaliteit.

6, Wat is recht? 1.2 Wat is criminaliteit? Spreekbeurt door een scholier 2401 woorden 27 juni keer beoordeeld

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat

let op: lees de tekst nog een keer goed door, ik heb alleen de woorden uit de begrippenlijst genoteerd!

5,7. Begrippenlijst door F. 972 woorden 17 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. Paragraaf 1:

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Samenvatting door een scholier 1913 woorden 23 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

5,8. Begrippenlijst door een scholier 3980 woorden 14 april keer beoordeeld. Maatschappijleer

Criminaliteit kun je omschrijven als alle misdrijven die in de wet staan omschreven.

Onmaatschappelijk gedrag -> niet verboden gedrag dat afwijkt van geldende normen & waarden.

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

7,4. Samenvatting door een scholier 2432 woorden 20 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer HOOFDSTUK 1:

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk rechtsstaat &4-6-7

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat

Rechtstaat: Waarin burgers met grondrechten worden beschermd tegen machtsmisbruik door de overheid.

I RECHT EN RECHTVAARDIGHEID

Geregistreerde criminaliteit = misdrijven die door politie zelf ontdenkt zijn of aangegeven zijn. Aantal

6,4. Samenvatting door een scholier 2327 woorden 3 december keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

1. Recht en rechtvaardigheid

6,9. Samenvatting door een scholier 1543 woorden 5 augustus keer beoordeeld. Maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Rechtstaat 1 t/m 9

Criminaliteit. en rechtsspraak

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat

1) Geef 2 voorbeelden van maatschappelijke normen die geen rechtsnormen zijn.

7.6. Boekverslag door D woorden 22 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 t/m 6, 8, 9, Rechtsstaat

6. Opsporen, vervolgen en berechten

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit, Strafrecht en de Samenleving

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1, Criminaliteit en rechtstaat (Via Delta)

Eerste Nederlandse grondwet komt uit 1798, toen Nederland bezet was door de Fransen.

Hoofdstuk 1 regels en rechten

Bij maatschappijleer onderzoek je maatschappelijke problemen. (verslaving, samenleving etc.)

Samenvatting Maatschappijleer Rechtstaat

HET WERK VAN DE OFFICIER VAN JUSTITIE

Criminaliteit. Examenkatern KGT

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

7,7. Samenvatting door een scholier 1909 woorden 22 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer

Witteboordencriminaliteit Criminaliteit die vanachter bureau s wordt gepleegd door met papieren en cijfers te rommelen, fraude.

7,1. Paragraaf 1.1 Rechtsregels. Samenvatting door een scholier 3191 woorden 13 maart keer beoordeeld. Maatschappijwetenschappen

1 keer beoordeeld 26 november 2014

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 2, Rechtsstaat

Rechtsstaat Hfdst. 1. Idee een oorsprong van de rechtsstaat 1. Wat verstaan we onder een rechtsstaat?(par. 1.1)

De rechtsstaat is een soort sociaal contract tussen burgers en bestuurders. Beiden hebben plichten.

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 en 2

Samenvatting Maatschappijleer RECHTSSTAAT 1tm7+9

- Rechtsstaat: stelt de belangrijkste regels vast voor burgers en voor de overheid.

Antwoorden op de vragen van de uitgereikte stencils

Begrippenlijst Maatschappijleer Criminaliteit en Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat

Inhoudsopgave. 3 Materieel strafrecht: opzet en schuld Inleiding 45

Ministers geven dagelijks richtlijnen aan hun ambtenaren of aan instanties. Taak: Stellen wetten vast. Zorgt voor uitvoering van de wetten.

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Maatschappijleer VWO 5

Samenvatting Maatschappijleer Politiek - Democratie en rechtstaat

Samenvatting door Hieke 1817 woorden 11 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk Rechtsstaat

Eindexamen maatschappijwetenschappen vwo I

7,6. Samenvatting door een scholier 1989 woorden 26 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Samenvatting Maatschappijleer 2 module 3 criminaliteit

Hoofdstuk 3.0 Wat is een democratische rechtsstaat?

ProDemos Huis voor democratie en rechtsstaat

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.

7,2. Samenvatting door een scholier 1410 woorden 9 april keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 1

2

U wordt verdacht. * Waar in deze brochure hij staat, kan ook zij worden gelezen.

Normen, gedragsregels. (religieuze, morele, fatsoensnormen en rechtsnormen, zoals wetten.)

H1 1 Waarom maatschappijleer? Overal waar mensen met elkaar te maken hebben zijn regels en afspraken. (bijv. in een gezin)

1. Vrijheid, rechten en plichten blz Wat mag en moet jij?

4,6. Samenvatting door L woorden 27 juli keer beoordeeld. Maatschappijleer. Hoofdstuk 1: Recht en rechtvaardigheid

7.9. Samenvatting door een scholier 1740 woorden 13 maart keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer. Wat is Maatschappijleer

Nederland is een rechtsstaat. Een belangrijk onderdeel van een rechtsstaat is onafhankelijke rechtspraak. Iedereen heeft wel eens ruzie met een

5,9. Samenvatting door een scholier 4127 woorden 16 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

U wordt verdacht. Inhoud

Deze brochure 3. Aanhouding en verhoor 3. Inverzekeringstelling 4. De reclassering 5. Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat paragraaf 1t/m 6

DE RECHTERS ZIJN GESCHEIDEN

Rechtsstaat: staat waarin burgers met grondrechten worden beschermd tegen macht en willekeur door de overheid.

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsstaat

U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES

Samenvatting Maatschappijleer paragraaf 1 t/m 7

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit, strafrecht en samenleving

Samenvatting Maatschappijleer Criminaliteit

Samenvatting Maatschappijleer rechtsstaat

Thema 1 Wat is Maatschappijleer

Transcriptie:

Samenvatting Maatschappijleer H1t/m H7; Crimin Samenvatting door een scholier 2137 woorden 25 maart 2004 7,6 14 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer HOOFDSTUK 1 CRIMINALITEIT 1.1 Wat is crimin? Crimin: Een ernstige vorm van onmaatschappelijk gedrag. Alle gedragingen die bij de wet strafbaar zijn gesteld. Alle misdrijven die in e wet staan omschreven. Onmaatschappelijk gedrag: Iedereen kan wat dat betreft zijn eigen grenzen stellen. Sommige mensen vinden iets gewoon, wat anderen niet normaal vinden. Wetten: Sommige normen tasten bij overtreding echter zulke belangrijke waarden aan dat ze hier in vastgelegd zijn. Dit geldt bijvoorbeeld bij stelen of mishandeling. Wanneer iemand zulke vastgestelde regels overtreedt, spreken we niet alleen van onmaatschappelijk maar ook van crimineel gedrag. In dat geval kan men in aanraking komen met het recht en een reactie verwachten in de vorm van straf. Recht: Een belangrijk instrument om ordening aan te brengen in de maatschappij. Rechtsnormen: De regels die we hebben vastgelegd in wetten. Ze zijn bedoeld om: - de samenleving te ordenen; - conflicten naar behoren te regelen; - onafhankelijke rechtspraak en daardoor rechtvaardigheid te waarborgen. Het is belangrijk dat rechtsnormen en de normen in onze maatschappij met elkaar overeenstemmen. Pagina 1 van 10

Rechtsnormen zijn sterk gebonden aan tijd en plaats. 1.2 Soorten crimin Misdrijven: Meer ernstige strafbare feiten, (komen op het strafblad). Overtredingen: Minder ernstige strafbare feiten, (komen niet op het strafblad). Misdaadcijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS): deze gaan alleen over misdrijven, niet over overtredingen. Wetboek van Strafrecht, Wegenverkeerswet, Wet Economische Delicten, Opiumwet: Hierin staat omschreven welk gedrag strafbaar is en welke sancties de rechter mag opleggen. Soorten delicten: - delicten tegen de openbare orde en gezag (het verbranden van de Nederlandse vlag, het afluisteren van telefoongesprekken); - misdrijven tegen leven en persoon (moord en mishandeling); - ruwheidmisdrijven (vernieling, graffiti); - vermogensmisdrijven (diefstal, verduistering); - seksuele misdrijven (aanranding, verkrachting); - verkeersmisdrijven (rijden onder invloed boen een bepaald promillage); - misdrijven tegen de Opiumwet (de verkoop en het bezit van soft- en harddrugs); - economische delicten (het verkopen van vlees met teveel sulfiet of het onwettig manipuleren met BV s) - milieudelicten. Zware crimin: Deze omvat ernstige vormen. Bijvoorbeeld moord, inbraak, overvallen en de verkoop van harddrugs. Veel voorkomende crimin: Bijvoorbeeld winkeldiefstal, fietsendiefstal, voetbalvandalisme, vernieling, graffiti, etc. Deze zaken hebben met elkaar gemeen dat ze: - veelvuldig voorkomen; - de gevoelens van onveiligheid versterken; - relatief licht gestraft worden. 1.3 Misdaadstatistieken Geregistreerde crimin: politiestatistieken. Misdrijven die door de mensen bij de politie zijn aangegeven of die door de politie zelf zijn ontdekt. Pagina 2 van 10

CBS statistieken zijn niet geheel betrouwbaar, een aantal redenen: - Aangiftebereidheid van mensen (veel mensen geven iets niet meer aan omdat ze er toch vanuit gaan dat de dader niet gepakt wordt); - Sommige delicten worden vaak niet ontdekt (zoals dronken rijden of belastingontduiking); - Opsporingsactiviteit is van invloed op de cijfers (als men meer surveilleert wordt er meer ontdekt en geregistreerd); - Er worden soms registratiefouten gemaakt (slordigheid of andere opvattingen). Daarom worden er soms slachtofferenquêtes gehouden onder de bevolking. Het CBS vraagt de mensen dan of ze het afgelopen jaar slachtoffer zijn geweest van een bepaalde vorm van crimin, maar dit heeft ook z n nadelen: - Het gaat niet om een objectieve meting (de antwoorden zijn sterk afhankelijk van de persoonlijke beleving van de ondervraagde), ze meten dus de gevoeligheid voor crimin; - Het CBS meet alleen veelvoorkomende delicten (moord zou bijvoorbeeld niet gemeten kunnen worden omdat het maar zelden voorkomt en dan zou je dus de helft van de bevolking moeten ondervragen); - Slachtofferloze crimin valt buiten deze methode (bijvoorbeeld te hard rijden); Ook is er een derde aanvulling op politiestatistieken, de daderenquête. Het CBS vraagt mensen dan of zij zich gedurende een bepaalde periode schuldig hebben gemaakt aan een strafbaar feit. Is wel niet erg betrouwbaar. 1.4 Is Nederland onveilig? Betere beveiliging: De toepassing van geweld heeft ook hiermee te maken. Dodelijk geweld: Moord en doodslag. 1.5 Maatschappelijke gevolgen Materiële schade: schade als gevolg van een vernieling of diefstal. Schade die de schakist lijdt door belastingontduiking. Ook moet er steeds meer geld uitgegeven worden aan verzekeringsmaatschappijen en beveiliging. Immateriële schade: Schade die niet in geld valt uit te drukken. Mensen die slachtoffer zijn geworden en er nog lang last van hebben, bijv. door slapeloze nachten. HOOFDSTUK 2 OORZAKEN VAN CRIMINALITEIT 2.1 Aangeboren of aangeleerd? Karaktereigenschappen: Zoals een driftige aard, kan heel goed bijdragen aan agressief gedrag. Pagina 3 van 10

2.2 Individuele en maatschappelijke oorzaken - In een minderheid van de gevallen is het aantoonbaar dat crimin is aangeboren; - Het gezin is de voedingsbodem voor het latere functioneren van mensen; - Wat school betreft lopen jongeren die hier mislukken een grotere kans met justitie in aanraking te komen; - Veel jeugdcrimin zoals agressie en vernieling is het gevolg van een bepaald rollenpatroon bij vooral jongens, het groepsgedrag stimuleert stoerdoenerij; - Er is een duidelijk verband tussen drugsgebruik en crimineel gedrag; - De normen en waarden zijn in het algemeen wat vervaagd; - Sommige mensen met een sociale achterstand hebben geen vertrouwen meer in de maatschappij (zij denken: als de maatschappij zich niets van ons aantrekt, waarom zouden wij ons dan iets van de maatschappij aantrekken?); - De sociale controle is afgenomen; - De pakkans is afgenomen, dat wil zeggen dat de kans dat je wordt aangehouden bij het plegen van sommige delicten niet erg groot is. 2.3 De bindingstheorie De bindingstheorie van de Amerikaanse criminoloog Hirschi is een combinatie van individuele en maatschappelijke factoren. In zijn bindingstheorie benadrukt Hirschi het belang van sociale controle om maatschappelijke bindingen te versterken. HOOFDSTUK 3 BESTRIJDING VAN DE CRIMINALITEIT 3.1 Rechtsbescherming Wederzijds vertrouwen: De burger moet er op kunnen vertrouwen dat de overheidsmacht niet wordt misbruikt. Van de andere kant is ook nodig dat de overheid kan rekenen op gehoorzaamheid en erkenning van haar gezag. Geweldsmonopolie: De overheid heeft dit. De overheid maakt wetten en regels en ziet er ook nog eens op toe dat die regels worden nageleefd. Zo nodig mag de staat hiervoor zelfs als enige geweld gebruiken. Rechtsstaat: Een staat waarin de overheid zich moet houden aan wettelijke regels, die door een democratisch gekozen parlement zijn goedgekeurd. De overheid moet zich ook aan de regels houden. Mensenrechten, belangrijke zaken die de Verenigde Naties hebben geregeld, zijn: - men mag niet discrimineren; - men mag mensen niet martelen; - men mag niet zomaar iemand gevangen zetten; Pagina 4 van 10

- iedereen heeft recht op een eerlijk proces; - iedereen heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Enkele specifiek bepalingen waar de overheid zich aan moet houden bij de bestraffing van crimineel gedrag, zijn: - het legsbeginsel (je kunt alleen worden gestraft voor iets dat in de wet strafbaar gesteld is; - elk wetsartikel in het strafrecht bevat telkens een nauwkeurige omschrijving van het delict op de strafmaat die een rechter maximaal kan opleggen; - wanneer een rechter uitspraak heeft gedaan in een zaak, dan mag je niet voor hetzelfde strafbare feit voor een tweede keer worden vervolgd; - een verdachte is onschuldig totdat hij door de rechter schuldig is bevonden. In een rechtsstaat moet de overheid erop toezien dat de burgers onderling elkaars rechten niet overtreden, dit doet de overheid door: * wetgeving (de overheid heeft een groot aantal wetten gemaakt); * rechtshandhaving (de overheid moet ook daadwerkelijk optreden tegen personen die en strafbaar feit begaan). Tegenwoordig voert de overheid heel duidelijk een tweesporenbeleid: 1. Bij veelvoorkomende crimin wordt gezocht naar preventieve (voorkómen) maatregelen. 2. Bij zware, georganiseerde misdaad wordt de oplossing juist wel gezocht in hogere gevangenisstraffen. 3.3 Procedure in vogelvlucht Opsporing en aanhouding (politie + officier van justitie) Vervolging (officier van justitie) Rechtszaak (rechter) De politie verzamelt informatie over het strafbare feit. Ze verhoort de verdachte en eventuele getuigen. En kijkt wat er precies gebeurd is. De verzamelde informatie wordt opgeschreven in een speciaal rapport: het proces-verbaal. De politie geeft het proces-verbaal aan de officier van justitie. Deze zal de zaak verder onderzoeken in het opsporingsonderzoek. De officier moet beslissen of hij de zaak zwaar genoeg vindt om de verdachte te vervolgen, in dat geval komt er een rechtszaak. Als de officier voldoende bewijzen heeft, stuur hij het dossier naar de rechter. Deze moet tijdens een rechtszaak vaststellen of de verdachte inderdaad schuldig is. Zo ja, dan kan hij de verdachte een straf Pagina 5 van 10

opleggen. 3.4 De politie De politie heeft drie taken: 1) hulpverlening (bijv. het wijzen van de weg); 2) handhaven van de openbare orde (bijv. alcoholcontrole op de weg, bemiddeling van een burenruzie); 3) opsporingstaak (opsporen van verdachten). De politie mag alleen tegen iemand optreden als deze verdachte is, dat wil zeggen dat er een redelijk vermoeden moet zijn dat de persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een strafbaar feit. Redelijk vermoeden als: - de politie iemand op heterdaad betrapt; - er aangifte gedaan is. Basisrecht: Recht dat een verdachte heeft, hij hoeft niet actief mee te werken en mag weigeren iets te zeggen. Hij mag zelfs liegen. Bevoegdheden van de politie: - Staande houden (iemand vasthouden om hem te vragen naar zijn personalia, hij hoeft niet te antwoorden, maar als hij antwoord moet het wel juist zijn); - Aanhouden (=arresteren, diegene mag zich niet verzetten); - Fouilleren (de politie mag dit alleen als het bijdraagt aan de oplossing van een strafbaar feit); - Vrijheidsbeneming (ze mogen een verdachte in het belang van het onderzoek enkele dagen vasthouden. Daarna kan hij worden overgeplaatst naar een Huis van Bewaring); - Huiszoeking (de politie mag alleen een woning binnengaan om iemand te arresteren als hij een huiszoekingsbevel heeft); - Inbeslagneming (bewijsmateriaal mag in beslag genomen worden). HOOFDSTUK 4 OFFICIER VAN JUSTITIE 4.1 Taken Officier van justitie is een openbare aanklager. Hij: - leidt het opsporingsonderzoek; - brengt verdachten voor de rechter (vervolging); - eist een bepaalde straf in een rechtszaak; - is verantwoordelijk voor de uitvoering van de straf die een verdachte heeft gekregen. Openbaar Ministerie: Alle officieren bij elkaar. De officier heeft leiding bij een opsporingsonderzoek, de politie voert het uit. Pagina 6 van 10

Politieambtenaren hebben namelijk opsporingsbevoegdheid, dwz dat ze bevoegd zijn om in het kader van het opsporingsonderzoek bepaalde opsporingsmethoden toe te passen. 4.2 Keuzemogelijkheden Niet elk dossier leidt tot een rechtszaak, er zijn drie mogelijkheden: 1) Seponeren (dit betekend dat iemand niet wordt vervolgd, de verdachte is dan van de zaak af en hoeft niet voor de rechter te verschijnen en krijgt geen straf); 2) Transactie (vorm van een geldboete, aanvaard hij dit dan hoeft hij niet voor de rechter te verschijnen) 3) Vervolgen (de verdachte voor de rechter brengen, er komt een rechtszaak). 4.3 Uitbreiding opsporingsmethoden Steeds meer was mogelijk om de georganiseerde misdaad te bestrijden, enkele voorbeelden: - er mochten vaker richtmicrofoons worden gebruikt; - infiltranten inzetten; - infiltranten mochten verboden aar kopen; - gecontroleerde doorvoer; - informanten (doorspelers van organisaties meer geld betalen); - inkijkoperaties (in het geheim een gebouw binnentreden om te kijken); - kroongetuigen (een verdachte die een nog grotere crimineel dan hijzelf aangeeft). 4.4 Crisis in de opsporing Commissie van Traa: Speciale enquêtecommissie van de Tweede Kamer. Deze commissie besloot dat de opsporingsmethoden effectiever moesten worden. Met scherpere richtlijnen. 5. DE RECHTSZAAK 5.1 Onafhankelijkheid rechters Onafhankelijke rechters: Zij mogen niemand bevoordelen. De onafhankelijkheid van de rechters is gewaarborgd doordat: - een rechter voor het leven word benoemd; - het salaris van rechters is bij de wet geregeld; - het aantal rechters in elke rechtszaak van tevoren vaststaat. Rechters worden bijgestaan door griffiers (gerechtssecretarissen). Schrijven het proces-verbaal en maken de vonnissen van de rechters op. 5.2 Soorten gerechten Verschillende soorten rechters: Pagina 7 van 10

1) kantongerecht (het laagste rechtscollege, belast met minder ernstige zaken. Behandelt aalleen overtredingen); 2) arrondissementsrechtbank (zwaardere zaken, verschillende rechters: politierechter, meervoudige kamer, kinderrechter) 3) gerechtshof (hoger beroep van arrondissementsrechtbank, drie rechters); 4) hoge raad (vijf of drie raadsheren, hoger beroep van gerechtshof cassatie. Niet alles opnieuw onderzoeken maar kijken of t recht goed is toegepast). 5.3 Verloop rechtszaak Verloop van een rechtszaak: 1. Opening; 2. Aanklacht; 3. Onderzoek; 4. Verhoor van de verdachte; 5. Requisitoir; 6. Pleidooi; 7. Laatste woord; 8. vonnis. 5.4 Vonnis De rechter bekijkt de maximumstraf en past deze naar omstandigheden aan. 5.5 Rechtshulp Voor rechtshulp kun je onder andere terecht bij: - een advocaat; - een bureau voor rechtshulp; - rechts- of wetswinkel. 6. STRAFFEN 6.1 Waarom straffen we? Er zijn verschillende redenen om te straffen: - vergelding; - afschrikking van de dader; - afschrikking van de samenleving; - voorkomen van eigenrichting; - verbetering van de dader; - beveiliging van de samenleving. 6.2 Geschiedenis van straffen Tot aan de middeleeuwen was wraak als doelstelling voor het straffen normaal. Pagina 8 van 10

Afschrikking werd een belangrijk doel om te straffen. In 1886 werd het Nederlandse Wetboek van Strafrecht voltooid. Het strafrecht werd milder en rechtvaardiger. In 1870 werd in Nederland de doodstraf afgeschaft. Na de Tweede Wereldoorlog werd ook resocialisatie een belangrijk uitgangspunt: de straf moest tevens gericht zijn op verbetering en heropvoeding van de crimineel. 6.3 De straf Strafmaat: Hoogte van de straf. Bij het bepalen van de strafmaat wordt rekening gehouden met de maximumstraf, de minimumstraf en de omstandigheden waaronder het strafbaar feit is gepleegd. Ook kijkt hij of diegene al eerder is gestraft. De wet kent drie hoofdstraffen: - geldboete (betaald hij deze niet, dan naar de gevangenis); - vrijheidsstraf (hechtenis/gevangenisstraf); - alternatieve straf (dienstverlening). Voorwaardelijk: De straf krijg je niet, tenzij je de fout nog eens begaat binnen een vastgestelde periode. Bijkomende straffen: Naast de hoofdstraffen kan iemand ook een bijkomende straf krijgen. Bijvoorbeeld ontzetting uit het beroep of het rijbewijs afnemen. TBS = terbeschikkingstelling: Opgenomen in een kliniek, hier wordt hij psychiatrisch behandeld totdat hij genezen is. Maximaal 4 jaar, maar kan verlengd worden als de dader een gevaar vormt voor de samenleving. 7. BURGERLIJK RECHT Burgerlijk recht oftewel privaatrecht: Hiertoe behoren onder meer: - personen- en familierecht; - het rechtspersonenrecht; - het vermogensrecht. 7.1 Procedure Bij een burgerlijk recht gaat het om een conflict tussen burgers. We spreken van een eiser en een gedaagde. Eiser: degene die de zaak aan de rechter voorlegt. Pagina 9 van 10

Gedaagde: degene van wie iets wordt gevraagd. Een zaak begint wanneer de eiser de gedaagde een dagvaarding stuurt. Dit is een mededeling aan een persoon dat hij voor de rechter moet verschijnen. Een dagvaarding bevat altijd: - de naam van de eiser; - de eis; - de motivatie van de eis; - het tijdstip en de plaats van de rechtszaak. Verweer: Reactie van de gedaagde. Verschillende manieren voor executie/ tenuitvoerlegging: - dwangsom (voor elke dag dat hij zijn verplichtingen niet nakomt een bedrag betalen aan de tegenpartij); - loonbeslag (deurwaarder legt dan beslag op het loon). 7.3 Kort geding Kort geding: Vereenvoudigde procedure voor spoedeisende zaken, deze worden behandeld door de president van de rechtbank. Hier wordt in verhouding veel gebruik van gemaakt. Pagina 10 van 10