Uitspraaknr

Vergelijkbare documenten
Uitspraaknr

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs De school heeft adequaat opgetreden tegen het pesten van een leerling. ADVIES

SAMENVATTING /106161/ Klachten over pedagogisch handelen leerkracht en interne klachtafhandeling; PO

Klacht over onveilige schoolomgeving ongegrond. ADVIES. inzake de klacht van: de heer en mevrouw A te B, ouders van C en D, klagers.

ADVIES. inzake de klacht van: de heer A, vader van B, klager gemachtigde: mevrouw mr. M. Shaaban. tegen

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. E.N. Brons, W. Dulfer-Visser, R.

de heer A en mevrouw B te C, ouders van D, voormalig leerling van E te C, klagers

SAMENVATTING ADVIES. A, moeder van B, leerling VMBO klas 3kbad van het C te D, wonende te D, verzoeker, hierna te noemen klaagster

SAMENVATTING ADVIES. in de klacht van: mevrouw A, moeder van B, ex-leerlinge van de openbare basisschool C te D, klaagster. tegen

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. M.E.A. Wildenburg, S. Drijver, W.

Rapport. Datum: 3 december 2010 Rapportnummer: 2010/344

Uitspraaknr

Klacht over veilige schoolomgeving, communicatie en melding ongeoorloofd verzuim. ADVIES

Uitspraaknr De klacht. De feiten

Klacht over te zwaar en dubbel straffen van een leerling en over niet nakomen van afspraken. ADVIES

ADVIES. mevrouw A te B, ouder van C, voormalig leerling van obs D te B, klaagster

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. R. van de Water, drs. D.J. Duyvis, W.

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs ( mr. E.N. Brons, S.J. Drijver, mr. N.

SAMENVATTING Klacht over medewerking aan AMK-onderzoek; PO

ADVIES. de heer [klager] en mevrouw [klaagster] te [woonplaats], ouders van [de leerling], klagers

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs

Klacht betreffende pestgedrag, intimidatie door de leerkracht en schorsing

Klacht over pedagogische handelwijze leerkracht en afhandeling van de klacht daarover; PO

SAMENVATTING ADVIES. inzake de klacht van: de heer A te D, ouders van B, leerling aan het C te E, klagers. tegen

mevrouw A en de heer B, ouders van C, voormalig leerling van de openbare basisschool D te E, klagers

Klacht over toegangsverbod voor een ouder. Het opleggen van een toegangsverbod moet zorgvuldig gebeuren. ADVIES

Uitspraaknr De klacht. De feiten. De visie van partijen

SAMENVATTING Klacht over niet adequate lessenvervanging, optreden op ouderavond en handelen jegens leerling; VO

Uitspraaknr

ADVIES. de heer en mevrouw A, ouders van B en C, voormalige leerlingen op D te E, klagers

108174/108175/ Klacht over veiligheid in de klas ongegrond. De school heeft adequaat gehandeld. ADVIES

ADVIES. inzake de klacht van: mevrouw A te B, moeder van C, klaagster. tegen. D te B en E te B, verweerders

Klacht over verlengde kleuterperiode. School heeft verkeerde informatie doorgegeven aan andere school. Klachten ongegrond.

ADVIES. inzake de klacht van: mevrouw A te B, moeder van C, klaagster. tegen. mevrouw D, directeur van obs E te F, verweerster

Uitspraaknr

ADVIES. mevrouw A te B, moeder van C en D, voormalige leerlingen van de E te F, klaagster

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

ADVIES. de heer A en mevrouw B te K, ouders van C, leerling op school D te K, klagers

SAMENVATTING Klacht over o.a. onderwijskundige begeleiding en informatieverstrekking; PO

SAMENVATTING Klacht over onprofessioneel handelen van directeur en intern begeleider en onpedagogisch handelen van leerkracht; PO

Uitspraaknr Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs. De klacht. Visie van partijen

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

SAMENVATTING Klacht over mondelinge en schriftelijke communicatie door school en over klachtbehandeling; PO

SAMENVATTING Klacht over communicatie, strafbeleid, verslaglegging, AMK-melding en schorsing; VO

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Klacht over onveilige schoolomgeving. School heeft onvoldoende gedaan om herhaling van geweld jegens leerling te voorkomen.

Klacht over fysiek ongewenst gedrag door leerkracht. het gedrag betreft geen ongewenste seksuele intimiteit. ADVIES

Uitspraaknr

Een voormalig docent van de school klaagt over de wijze waarop het schoolbestuur een tegen hem ingediende klacht heeft afgehandeld.

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS

Begeleiding ADHD-leerling; klacht gedeeltelijk gegrond; primair onderwijs.

De leerkracht klaagt er eveneens over dat het schoolbestuur onvoldoende is ingegaan op haar grieven.

ADVIES. inzake de klacht van: mevrouw A, moeder van B, klaagster tegen

ADVIES. inzake de klacht van: [klagers] te [woonplaats], ouders van [leerling], klagers. tegen

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. E.N. Brons, W. Dulfer-Visser, R.

Landelijke Klachtencommissie Onderwijs (mr. J.S. Duttenhofer, S.J. Drijver, S.Y. Kuurstra-Brons)

Uitspraaknr

Een leerkracht heeft een leerling pedagogisch gezien niet goed behandeld. De schooldirectie heeft de klacht hierover niet goed onderzocht.

ADVIES. de heer [klager] en mevrouw [klaagster] te [plaatsnaam], ouders van [leerling],

Klacht over informatieverstrekking gescheiden ouder zonder ouderlijk gezag, en over weigering rechtstreeks met hem te communiceren.

Blijkens de inhoud van de overgelegde stukken en hetgeen ter zitting is verklaard, luidt de klacht als volgt:

ADVIES. [schoolbestuur] (hierna: [schoolbestuur]) te [vestigingsplaats], verweerder

Onvoldoende pedagogische en didactische begeleiding, niet vermelden LKC in schoolgids; klacht gedeeltelijk gegrond; voortgezet onderwijs.

Klacht gescheiden ouder over partijdige houding school. School moet waakzaam zijn met het doorsturen van vertrouwelijke mailberichten.

SAMENVATTING. de heer A te B, ouder van C, een leerling op de regionale scholengemeenschap D, klager

SAMENVATTING ADVIES. de heer en mevrouw A, ouders van B, voormalig leerling op C te E, klagers

ADVIES. inzake de klacht van: mevrouw [klaagster] te [woonplaats], moeder van [de leerling], tegen

SAMENVATTING Klacht over seksuele intimidatie door managementondersteuner en klachtbehandeling door directie en bevoegd gezag; PO

Klacht over pesten door leerlingen, buiten de klas plaatsen van de leerling en hardhandige behandeling door leerkracht ongegrond.

ADVIES. inzake de klacht van: de heer en mevrouw A te B, grootouders en verzorgers van C, klagers. tegen

SAMENVATTING ADVIES. inzake de klacht van:

Het is raadzaam desgevraagd het onderwijskundig rapport ter inzage aan ouders te geven voordat het wordt verstuurd aan de nieuwe school.

SAMENVATTING Klacht over begeleiding, onveilige schoolomgeving, leerlingdossier en communicatie; PO

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

Bedreigen van een docent voldoende reden om leerling van school te verwijderen ADVIES

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van:

ADVIES. [klagers] klagen over de inhoud van het schooladvies voortgezet onderwijs van hun zoon [de leerling] en de daarbij gevolgde procedure.

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Het is belangrijk dat een school ouders kan uitleggen op grond waarvan zij inschat of er sprake is van seksueel overschrijdend gedrag.

Een opdc mag van ouders vragen dat zij instemmen met de aanpak in een ontwikkelingsperspectief ADVIES

Klacht over discriminatie leerling. Er zijn geen feiten aangevoerd die discriminatie doen vermoeden. ADVIES

ADVIES. het D, gevestigd te B, vertegenwoordigd door de heer E, directeur, verweerder

Dochter xxx is sinds 20 augustus 2007 geplaatst op een speelzaalvestiging van organisatie.

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. H.T. van der Meer, S.J. Drijver, W.

Uitspraaknr

het bestuur van Stichting x te P, (hierna te noemen: verweerster), inzake de klacht van mevrouw K (hierna te noemen: klaagster) moeder van L.

ADVIES. mevrouw [klager I] en de heer [klager II] te [woonplaats], ouders van [leerling], klagers gemachtigde: mevrouw mr. A.H.M.

Klacht over valselijk beschuldigen van ouder. Niet gebleken dat de beschuldiging onjuist was. ADVIES

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

Uitspraaknr

Klacht over een melding bij Veilig Thuis en de beperkte toegang van de leerling tot de school. ADVIES

Uitspraaknr

De klacht over het schooladvies is ongegrond omdat het advies wordt ondersteund door objectieve gegevens en zorgvuldig tot stand is gekomen

C E N T R A A L T U C H T C O L L E G E

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

ADVIES. inzake de klacht van: [klaagster] te [woonplaats], moeder van [de leerling], klaagster. tegen

LANDELIJKE KLACHTENCOMMISSIE VOOR HET ALGEMEEN BIJZONDER ONDERWIJS

SAMENVATTING Klacht over niet verzorgen van onderwijs, ontbreken van bestraffingsbeleid en niet intrekken toegangsverbod; PO

Transcriptie:

Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en het algemeen toegankelijk onderwijs (mr. E.N. Brons, S.J. Drijver, J.Toes) Uitspraaknr. 05.135-142 Datum: 16 februari 2006 Treiteren en pesten door groepsleerkracht, klachtbehandeling; klacht gedeeltelijk gegrond; primair onderwijs. De klacht Een ouderpaar klaagt erover dat de huidige leerkracht hun zoon onpedagogisch, althans onzorgvuldig, heeft behandeld door hem te treiteren en te pesten. Zij stellen onder meer dat: - hij vaak afzonderlijk moet zitten omdat hij zou klikken tegen zijn ouders; - hij voor leugenaar wordt uitgemaakt; - de intimidatie van hun zoon door de leerkracht doorgaat, ook na de gesprekken die zij met de leerkracht hebben gevoerd. (05.135) De ouders klagen er tevens over dat de directeur niet met hen over hun klachten wil praten en hen onder druk zet om hun zoon van school te halen. (05.142) De visie van partijen De zoon van het klagende ouderpaar kon in het schooljaar 2004/2005 een half jaar niet naar school vanwege een gecompliceerde bovenarm- en elleboogbreuk. In september 2005 is hij weer begonnen met school in groep 2, in een gecombineerde klas (groep 1 en 2). In eerste instantie moest hun zoon zitten op een stoel en aan een tafel voor kinderen uit groep 1. Dit terwijl er ook nog meubilair voor kinderen uit groep 2 beschikbaar was. Doordat het meubilair te klein was voor hem, stootte hij zijn arm vaak. Pas na een vervelend gesprek met en overhandiging van medische informatie aan de directeur, hebben de ouders het voor elkaar gekregen dat hun zoon een andere stoel en tafel kreeg. Hij kreeg echter geen stoel en tafel voor kinderen uit groep 2 maar uit groep 3. Het werd ook nog eens zo neergezet dat hij de andere kinderen van de klas niet kon zien. De ouders hebben dit besproken met de directeur en de leerkracht. Na veel aandringen kreeg hun zoon een tafel en stoel voor kinderen uit groep 2. Daarnaast mocht hij niet met de bouwstenen en niet in de poppenhoek spelen. Hij is van zijn fietsje geduwd als gevolg waarvan zijn arm bont en blauw was. De leerkracht heeft de ouders niet op de hoogte gebracht van deze val. De ouders hebben de leerkracht hierop aangesproken; zij heeft toen gezegd dat hun zoon de blauwe plekken waarschijnlijk al had.

De leerkracht heeft hun zoon vaak apart gezet omdat hij de ouders alles vertelde. Ook hier hebben zij met de leerkracht over gesproken. De leerkracht heeft hun zoon toen voor leugenaar uitgemaakt. De leerkracht bleef doorgaan met het treiteren en intimideren. Iedere keer dat de ouders met de leerkracht hebben gesproken naar aanleiding van een voorval, heeft de leerkracht de zoon neergezet als een leugenaar of een fantast. De zoon is bang voor de leerkracht. Ook thuis hebben de ouders gemerkt dat hun zoon angstig is. Hij durft niet meer alleen te slapen. Eind 2005 hebben de ouders bijna een maand thuisgehouden. Zij hebben hiertoe besloten omdat de leerkracht hun zoon opnieuw had gezegd dat hij niet tegen zijn ouders mag klikken. Op verzoek van zijn moeder en met tranen in zijn ogen heeft de jongen de leerkracht in bijzijn van zijn moeder verteld dat ze hem voor leugenaar uitmaakt en zegt dat hij niet mag klikken. De ouders hebben de directeur verzocht om die dag met hen en de leerkracht te praten. Hierin heeft de directeur toegestemd maar later heeft hij er weer van afgezien. Hij heeft hen op enig moment gevraagd of hun zoon van school gaat. De ouders willen hem niet van school halen. Al zijn vriendjes zitten op die school. De ouders hebben na indiening van hun klaagschrift bij de Commissie gesproken met de leerplichtambtenaar. Deze heeft hen verteld dat hun zoon weer naar school moet. Ze heeft de ouders hierbij gevraagd om het klaagschrift in te trekken. Later heeft zij dat nogmaals gevraagd. Ook heeft ze gevraagd of hun zoon niet beter naar een andere school zou kunnen gaan. De directeur heeft een brief aan de moeder gegeven waarin staat dat zij haar zoon tot de deur van de klas mag brengen en niet verder. Communicatie over de leerling moet via de directeur lopen. Daarop hebben de ouders met de directeur gesproken. Die dag was de Sinterklaasviering maar omdat de ouders nog met de directeur moesten spreken, mocht hun zoon van de directeur niet bij de Sinterklaasviering zijn. De jongen is enkele dagen later weer begonnen met school. De ouders willen met de klachtprocedure bereiken dat er op school een onderzoek wordt verricht en dat hun zoon -net als ieder ander kind- op school normaal behandeld wordt. De leerkracht en de directeur geven te kennen dat ze alle door de ouders beschreven incidenten kunnen ontkrachten. De leerkracht vertelt dat er voor de kinderen van haar groep (groep 1 en 2) 26 lage en 6 hoge zitplaatsen beschikbaar zijn. Aan het begin van het schooljaar krijgen de kinderen op grond van hun lengte een lage dan wel hoge zitplaats toegewezen. In de loop van de eerste schoolweken wordt bekeken of iedereen op de juiste plek zit. Als dat niet het geval is, kan het aangepast worden. De leerling is in eerste instantie geplaatst aan een lagere groepstafel voor acht kinderen. Qua lengte kwam hij niet in aanmerking voor een hogere tafel. Hij zat aan deze tafel zonder buurkinderen zodat hij geen last aan zijn arm zou ondervinden. Na een onderhoud met de moeder en op basis van een doktersadvies is besloten dat hij direct een aangepaste tafel zou krijgen. Er is toen gekozen voor een tafel uit groep 3. Deze tafel is even hoog als een tafel uit groep 2 maar de tafel uit groep 3 heeft een breder en dieper werkblad. Aan deze tafel zou de leerling meer ruimte hebben en zou er minder aanstootrisico voor zijn arm zijn. Op het moment dat de tafel werd gebracht, was de leerkracht niet meteen in de gelegenheid om een geschikte plaats te zoeken voor de tafel. Deze tafel is tijdelijk ergens neergezet maar wel zo

dat de leerling iedereen kon zien. Hij zat niet met zijn rug naar de klas. De leerkracht was van plan zo snel mogelijk een nieuwe plek voor de nieuwe tafel te regelen. Zo ver is het niet gekomen want de moeder maakte ernstige bezwaren tegen de nieuwe tafel die volgens haar wel hoger was dan de tafel uit groep 2. Gezien de bezwaren van de moeder werd besloten om haar zoon de volgende dag aan een tafel uit groep 2 te laten zitten. Overigens zitten kinderen uit groep 1 en 2 niet de hele dag aan tafel. Ze spelen vaak op een mat of op de gang. De leerling zat niet altijd met andere kinderen aan een tafel in verband met zijn revaliderende arm. Dit is niet gebeurd omdat hij niet zou mogen klikken tegen zijn ouders. De leerkracht en de directeur vinden dat kinderen alles tegen hun ouders over wat ze op school hebben meegemaakt, moeten kunnen vertellen. Zij hopen wel dat ouders kunnen inschatten in hoeverre een verhaal van hun kind gekleurd is door de beleving van het kind. Zij hebben ervaren dat de verhalen die de leerling thuis vertelt door zijn moeder als vaststaande waarheid worden beschouwd. Deze verhalen zijn voor de moeder vaak reden geweest om naar school te komen. Niet zozeer om te praten maar om een leerkracht de les te lezen. De leerkracht heeft de leerling nimmer voor leugenaar uitgemaakt. Wel heeft ze de moeder verteld dat er verschil kan zijn tussen wat kinderen als werkelijk gebeurd ervaren en wat daadwerkelijk is gebeurd. Er is nimmer sprake geweest van intimidatie. De leerkracht treitert of pest geen enkel kind en ze plaatst kinderen ook nooit in een strafbank. De leerkracht heeft veel gesproken met de moeder maar heeft deze gesprekken niet ervaren als een dialoog. Tijdens één van de vele gesprekken die de leerkracht met de moeder heeft gevoerd, heeft die gedreigd met de woorden ik weet waar je woont. Als gevolg van deze woorden heeft de school besloten van de bedreiging melding te maken bij de politie en de vertrouwensinspecteur voor het onderwijs. Dit incident is ook reden geweest om de moeder haar zoon slechts tot aan de deur van het klaslokaal te laten brengen. De moeder houdt zich hier overigens niet aan. De directeur heeft zeer veel met de moeder gesproken. Hij heeft nooit gezegd noch bedoeld te zeggen dat de zoon van school gehaald zou moeten worden. Wel heeft hij laten weten dat de jongen niet onder schooltijd uit de groep gehaald mag worden. De ouders hadden besloten om hem onder schooltijd op te halen omdat de leerkracht zou hebben gezegd dat hij niet tegen zijn ouders mag klikken. De ouders wilden dat de directeur de leerkracht in hun aanwezigheid ter verantwoording zou roepen. Hier heeft de directeur niet mee ingestemd. Omdat de ouders hun zoon onder schooltijd mee naar huis hebben genomen, heeft de school de leerplichtambtenaar ingeschakeld. De leerplichtambtenaar heeft de ouders laten weten het vreemd te vinden dat de ouders een klacht tegen de school willen indienen omdat er geen enkel vertrouwen is en tegelijkertijd wel willen dat hun zoon op die school blijft. De directeur heeft later nog eens benadrukt dat de zoon niet van school hoeft. Hij wilde echter wel dat de ouders hun vertrouwen in school zouden uitspreken. De directeur heeft de moeder gevraagd om dit met haar man te bespreken en in vervolggesprek aan te geven of het vertrouwen er was. Zonder het vertrouwen kan de school de leerling niet bieden wat de ouders qua onderwijs en opvoeding verwachten. Dat vertrouwen is nodig, zeker als de school en ouders ten aanzien van een aantal fundamentele zaken van mening verschillen. Zo stelt de

school zich op het standpunt dat kinderen elkaar niet mogen slaan of terugslaan. De ouders zijn van mening dat een kind mag terugslaan als het wordt geslagen. Het vervolggesprek, waarin kenbaar gemaakt zou worden of de ouders vertrouwen hebben in de school, kon niet eerder plaatsvinden dan na de Sinterklaasviering. Hierdoor heeft de leerling deze moeten missen. Het vertrouwen is uitgesproken en de leerling is enkele dagen later weer naar school gegaan. Overwegingen van de Commissie ( ) Geoordeeld moet worden dat de leerkracht voldoende duidelijk heeft gemaakt op grond waarvan kinderen een bepaalde maat meubilair toegewezen krijgen. Dat voor het toewijzen van stoelen en tafels als uitgangspunt de lengte van de kinderen wordt gehanteerd, komt de Commissie aannemelijk en niet onredelijk voor. Temeer niet omdat de mogelijkheid bestaat om aanpassingen door te voeren als die nodig blijken te zijn. ( ) De Commissie oordeelt dat de leerkracht in haar verweerschrift en ter zitting overtuigend heeft uiteengezet dat de plaatsing van de leerling aan een tafel uit groep 1 gebaseerd was op functionele argumenten. Hiermee heeft zij gemotiveerd weersproken dat zij de leerling aan een tafel uit groep 1 zou hebben gezet om hem te pesten, zodat de visie van de ouders niet kan worden aangenomen. De Commissie constateert dat de leerling minder dan een dag aan een tafel uit groep 3 heeft gezeten. De Commissie oordeelt dat de ouders niet aannemelijk hebben gemaakt dat de leerling die dag met zijn rug naar de klas heeft moeten zitten. De Commissie acht op grond van de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting aannemelijk dat de leerling in verband met zijn revaliderende arm niet altijd bij een groep kinderen geplaatst kon worden. ( ) De Commissie is ervan overtuigd geraakt dat het niet in de pedagogiek van de leerkracht noch in die van de school past om kinderen te intimideren, te betitelen als leugenaar of in een strafbank te plaatsen. Ook overigens is niet komen vast te staan dat de leerkracht onpedagogisch of onzorgvuldig heeft gehandeld. Het voorgaande leidt tot het oordeel dat de klacht tegen de leerkracht op alle onderdelen ongegrond is. In zijn verweerschrift en ter zitting heeft de directeur betoogd dat hij meerdere malen met de ouders heeft gesproken. De ouders hebben dit niet weersproken. Ter zitting is uitgebreid stilgestaan bij de gesprekken die zijn gevoerd nadat de ouders de leerling een aantal weken van school hadden gehaald. Hij mocht pas terugkeren op school nadat de ouders hun vertrouwen in school hadden uitgesproken. De Sinterklaasviering vond plaats toen de ouders hun vertrouwen nog niet hadden uitgesproken. Daargelaten of het aangewezen is het uitdrukkelijke vertrouwen van ouders te vragen, moet worden geoordeeld dat de directeur het belang van de leerling onvoldoende in acht heeft genomen door hem niet toe te laten bij de Sinterklaasviering. Deze viering is met name voor kleuters immers van eminent belang. Een kleuter uitsluiten van deze viering om welke reden dan ook treft hem onnodig en onevenredig hard in dat belang. Door deze uitsluiting zijn de grenzen van de professionaliteit overschreden. In zoverre is de klacht tegen de directeur dan ook gegrond.

Vaststaat dat hij een ander gesprek niet door heeft laten gaan omdat de ouders van hem verlangden dat hij de leerkracht in hun aanwezigheid ter verantwoording zou roepen naar aanleiding van hun klachten over haar functioneren. Evident is dat de directeur klachten van ouders over personeel serieus zal moeten nemen en hierover met het betrokken personeelslid zal moeten praten. Van de directeur kan echter niet worden verlangd dat het personeelslid ter verantwoording wordt geroepen in bijzijn van de klagende ouders. Dat zou in strijd zijn met de eisen van goed werkgeverschap. Tot slot oordeelt de Commissie dat op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting voldoende aannemelijk is gemaakt dat de directeur de ouders niet onder druk heeft gezet om de leerling van school te halen. Voorgaande overwegingen leiden tot het oordeel dat de klacht tegen de directeur gegrond is voor zover het de uitsluiting van de leerling voor het Sinterklaasfeest betreft. Voor het overige moet de klacht als ongegrond worden aangemerkt. Het oordeel van de Commissie De klacht tegen de leerkracht is ongegrond. De klacht tegen de directeur voor wat zover het de uitsluiting van de leerling voor het Sinterklaasfeest betreft is gegrond; voor het overige is de klacht tegen de directeur ongegrond.