Boekverslag Nederlands Het orgeltje van yesterday door Rutger Kopland Boekverslag door een scholier 1548 woorden 13 februari 2005 7,4 24 keer beoordeeld Auteur Genre Rutger Kopland Poëzie Eerste uitgave 1968 Vak Nederlands Zakelijke gegevens Titel: Het orgeltje van yesterday Schrijver: Rutger Kopland Uitgeverij: G.A. van Oorschot/ Amsterdam Jaar van uitgave 1e druk: 1968 Eerste reactie Keuze Deze dichtbundel heb ik gekozen omdat tijdens het doorbladeren ervan mijn oog viel op het gedicht III zijn jas van het hoofdstuk Bij de dood van mijn vader, en de schrijfstijl ervan vond ik grappig en pakkend. Hierdoor besloot ik deze dichtbundel in zijn geheel te lezen. Inhoud Mijn eerste reactie na het lezen van de dichtbundel was als volgt: Mooie dichtbundel, erg droevig. Abstracte dichtstijl, bijzonder en pakkend. Realistisch, helaas slechts weinig gedichten. Verdieping Samenvatting De dichtbundel bevat 27 gedichten, een deel ervan is onderverdeeld in de groepen: Ó Drie wintergedichten Pagina 1 van 6
Ó Drie voorjaarsgedichten Ó Reis Ó Gesprekken Ó Bij de dood van mijn vader Zeven andere gedichten staan onafhankelijk van deze vijf hoofdstukken ook in deze bundel. Vormkenmerken die alle gedichten in deze dichtbundel gemeen hebben: Ó Repetitio Ó Strofen die op overeenkomstige wijze opgebouwd zijn Ó Veel beeldspraak Ó Er is maar één persoon aan het woord Ó Geen eindrijm (vrije verzen) Mij valt op dat veel gedichten gaan over het verlies van iemand, en vooral de verdrietige momenten die daar mee gepaard gaan. Enkele gedichten gaan over het verlies van een grote liefde van de schrijver, die naar het schijnt aan een ziekte is overleden: (Een strofe uit gedicht II van Drie wintergedichten ) Ik had met je door de dorpen willen gaan door de verlaten middag in de tuinen de straten naar een café waar de zon voor ons zou spelen in de vitrage maar ik wist dat ik niet kon verdragen dat de stilte lang en eenzaam tussen ons mee zou gaan. Ik ben bang zei je. Daarnaast gaan er ook gedichten over de ouders van de schrijver, die J en A worden genoemd. Deze zware onderwerpen worden vergezeld door enkele lichte gedichten zonder echt doel, zoals bijvoorbeeld het gedicht Verhaaltje voor jullie, dat gaat over 2 kabouters die bij een prinsesje op bezoek gaan. Een beduidend lichter onderwerp dan het verlies van vader J, dat in het hoofdstuk Bij de dood van mijn vader ruimschoots aan bod komt. Onderzoek De 5 gedichten met korte inhoudsbeschrijving: 1. Verhaaltje voor jullie (titelgedicht) Traditioneel gedicht, want de strofen zijn regelmatig opgebouwd en er is sprake van een bepaald Pagina 2 van 6
rijmschema. Het is een moralistisch gedicht, want het wil duidelijk maken dat het goed is om mensen los te laten; zij zullen je dankbaar zijn. Er is sprake van gekruist rijm. Het belangrijke zin woord in dit gedicht is Het orgeltje van jesterdee, waarin jesterdee de fonetische spelling is van het Engelse woord Yesterday ; ziehier de titelverklaring. Centraal in dit gedicht staan de kaboutertjes At en Ot, die door een prinsesje worden meegenomen naar diens kasteel en daar worden vertroeteld. De kaboutertjes denken dat het prinsesje God is en het kasteel het paradijs. Op een gegeven moment willen beiden toch weer op eigen benen staan en vertrekken weer naar hun bos. Het prinsesje is ontroostbaar, maar krijgt een klein briefje van de kabouters waarop staat Dag god een zoen van At en Ot. 2. Wintergedicht I Modern gedicht, want er is geen sprake van eindrijm (vrije verzen) en er is een wisselende strofenlengte. Dit gedicht is een elegie, een klaaglied dat, naar het schijnt, geschreven is ter gelegenheid van het overlijden van een dierbare voor de dichter, aangezien hij in het laatste couplet zegt: Ik weet wel dat iedereen dood moet gaan, maar toch zou ik haar koude mond weer zoenen, haar lichaam toedekken, haar haar strelen en weer bang zijn dat zij wakker werd. Het woord haar komt in de eerste strofe helemaal niet voor, in de tweede strofe komt het één keer voor en, zoals hierboven ook staat weergegeven, komt dit woord maar liefst 4 keer voor in de vierde strofe; een soort opbouw. Het thema van dit gedicht is kou ; aangezien het een wintergedicht is ( winter; kou) en het om een gestorven liefde gaat van de dichter ( een lijk is koud) en hem dat erg raakt (het voelt koud aan; zijn hart bevriest). 3. Wintergedicht II Wintergedicht II bestaat uit 3 strofen, die allen een gelijke omvang hebben en bovendien allen hetzelfde eindrijm hebben; vandaar is dit een traditioneel gedicht. Ook dit wintergedicht is een elegie; dit maal niet vanwege het overlijden van een geliefde van de schrijver maar de omschrijving van de lijdensweg van die persoon, en het medeleven van de schrijver; de moeilijkheden waarmee de schrijver en de zieke kampen. In dit gedicht is er niet zo zeer sprake van een kernwóórd, daarentegen is er wel sprake van een kernzin: de zin Ik ben bang zei je. staat aan het einde van elke strofe. Het thema van dit gedicht is angst, aangezien dit in elk couplet terug komt. Pagina 3 van 6
4. Voorjaarsgedicht III Dit gedicht is een modern gedicht, omdat er sprake is van een wisselende strofenlengte en er geen eindrijm (vrije verzen) in het spel is. Ook dit gedicht is een eligie; hierin wordt de emotionele manier waarop de schrijver afscheid nam van een dierbare beschreven. Centraal in dit gedicht staat afscheid ; de manier waarop de ik-figuur (de schrijver) afscheid neemt van een geliefde en de moeizaamheid waarmee dat verloopt. 5. Gesprekken V Er is geen hoop Dit gedicht is een modern gedicht, aangezien er geen sprake is van rijm. De inhoud ervan is te betitelen als een hekeldicht; het hekelt de gebeurtenis waarin iemand de schrijver zei dat De dichter niet weet wat hij doet. Dat laat de dichter in kwestie uiteraard niet op zich zitten en hekelt de gebeurtenis en daarbij ook de persoon ( G ) die deze uitspraak deed. Het thema van dit gedicht is eergevoel ; G krenkt het dichterlijk eergevoel van de schrijver van dit gedicht, dit gedicht is bedoeld om dit eergevoel weer te herstellen. De gedichten samen hebben weinig overeenkomsten; zoals te zien is in deze summiere omschrijving verschilt elk gedicht van elkaar; het een is op moderne wijze geschreven, de andere op traditionele wijze. Het lijkt net of de dichter zijn kunsten van verschillende kanten wil laten zien. Plaats in de literatuurgeschiedenis De bundel is voor het eerst gepubliceerd in 1968. Rutger Hendrik van den Hoofdakker is geboren in Goor op 4 augustus 1934. Hij schreef onder het pseudoniem Rutger Kopland. Van beroep was hij psychiater, maar werd bij een groter publiek bekend als dichter. In 1959 behaalde Van den Hoofdakker zijn bul in de geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Daarna werd hij als psychiater een autoriteit op het gebied van depressiebestrijding door lichttherapie en slaapverschuiving. Hij was van 1981 tot 1995 hoogleraar biologische psychiatrie aan de Rijksuniversiteit van Groningen en produceerde vele wetenschappelijke publicaties. Rutger Hendrik van den Hoofdakker is getrouwd, heeft drie kinderen en woont in de provincie Groningen. De debuutbundel van Rutger Kopland heet Onder het vee en werd in 1966 uitgebracht. Vele bundels volgden. Het werk van deze dichter verscheen in het Nederlands, Frans, Duits en Engels. Rutger Kopland werd verkozen tot Dichter des Vaderlands, maar liet wegens onbekende redenen die eer aan zich voorbij gaan. Beoordeling De dichtbundel heeft bij mij wel degelijk vragen opgeroepen, zoals : - Wie is de vrouw die de dichter beschrijft in zijn ik moest afscheid van je nemen- gedichten? - Is het wel een vrouw die hij beschrijft, of is het enkel een seizoen wat hij op overdadige manier probeert te omschrijven? Pagina 4 van 6
Het gedicht wat mij het meeste aansprak was het gedicht dat ik las toen ik het boekje doorbladerde, en wat ook doorslaggevend was voor mijn keuze voor deze gedichtbundel. Het gedicht heet III Zijn jas en komt van het hoofdstuk Bij de dood van mijn vader. Het gedicht gaat als volgt: Mijn vader J was nog maar net gestorven toen mijn moeder A zijn nieuwe regenjas voorzichtig van de kapstok nam. Pas eens, zei ze, hij was er zo trots op. Daar stond ik dan en voelde aan de mouwen en bij het sluiten van de knopen hoe dood hij was en hoe ver weg mijn jeugd. Oud en zwak zou ik worden, in deze plooien zou mijn huid gaan hangen om mijn knoken. Ik vind het een aangrijpend gedicht, omdat het op een voor mij beklemmende manier beschrijft hoe je wordt als je ouder wordt. Daarnaast vind ik het ook op een soort beangstigende manier weergeven hoe snel het leven weer verder gaat naar iemands dood; vader J is nog maar net overleden als moeder A zijn regenjas alweer af wil staan aan haar zoon. Een absurd gegeven. De thematiek van de gedichten is voor mij een beetje vaag. Het omschrijft gewoon een aantal alledaagse gebeurtenissen, waarvan er veel verdrietig zijn. Een paar gedichten, onder het hoofdstuk gesprekken, gaan schijnbaar over de gesprekken die de schrijver heeft gevoerd met vrienden, en zijn visie op de problematiek die daar aan bod zijn gekomen. Ook vraagt de schrijver zich in dit hoofdstuk af waarom een vriend een bepaalde opmerking maakt, en reageert er soms best fel op. Ik lees weinig gedichtbundels, maar ben blij dat ik deze gelezen heb. Ik vond het een mooie bundel met uiteenlopende gedichten, wat het naar waarde schatten ervan wel bemoeilijkte, maar de variatie in de bundel vergrootte en het lezen ook vergemakkelijkte. Ik vond het soms wel een beetje deprimerend, dat veel gedichten over het verlies, de dood of dergelijke verdrietige onderwerpen gingen. Het gedicht dat me aan het denken zette, was het gedicht III Zijn jas ; hierin omschreef de dichter op een treffende manier hoe het ouder worden eruit zou zien. Vooral de zin ( ) zou mijn huid gaan hangen om mijn knoken. bleef bij mij erg hangen. Kortom; deze dichtbundel is zeer de moeite waard, ook voor niet ervaren dichtbundellezers. Men moet zich Pagina 5 van 6
er desondanks wel van bewust zijn dat deze dichtbundel geen vrolijke inhoud heeft, dus voor iemand die zoekt naar een vrolijke gedichtenbundel in donkere tijden is deze bundel niet geschikt. Pagina 6 van 6