SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Vergelijkbare documenten
LENDORMIN BIJSLUITER LENDORMIN 0,250 MG TABLETTEN

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. LORAZETOP 1 mg tabletten LORAZETOP 2,5 mg tabletten. Lorazepam

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Temazepam Aurobindo 10 mg en 20 mg, capsules bevatten 10 mg of 20 mg temazepam.

Temazepam Aurobindo 10 mg en 20 mg, capsules bevatten 10 mg of 20 mg temazepam.

MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 3 augustus : Productinformatie Bladzijde : 1

Oxazepam Sandoz 10 zijn witte, ronde, vlakke tabletten met een diameter van 6,5 mm en de inscriptie 10 aan een zijde.

1. WAT IS BROMAZEPAM MYLAN 6 MG / 12 MG TABLETTEN EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?

1. WAT IS LENDORMIN 0,250 MG TABLETTEN EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT?

LORAMET (MEDA PHARMA)

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Alle slaapstoornissen tenzij deze gebonden aan een onbehandelde endogene depressie.

samenvatting van de productkenmerken SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

RVG / Version 2017_06 Page 1 of 6

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten

GenR X B.V. Page 1/6 Lorazepam GenR X 1/2,5 mg 1313-V Package Leaflet december 2007

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Oxazepam EG 15 mg tabletten Oxazepam EG 50 mg tabletten. Oxazepam

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. Imovane 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Imovane bevat 7,5 mg zopiclon per tablet. 3. FARMACEUTISCHE VORM

Tablet. Bromazepam Sandoz 6 mg tabletten: groene, langwerpige, dubbelbolle tablet met 3 breuklijnen aan elke zijde.

BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Lorazepam Mylan 1 mg tabletten Lorazepam

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

Lormetazepam 1mg/2mg, tablets RVG 24657/24658

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL. Nitrazepam Aurobindo 5 mg 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Een tablet bevat 5 mg nitrazepam.

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Serenase 1 mg tabletten Serenase 2,5 mg tabletten. Lorazepam

4.1 Therapeutische indicaties Symptomatische behandeling van pathologische angst en spanning. Slaapstoornissen.

OXAZEPAM TEVA MG tabletten

Summary of Product Characteristics / 1 van 6

INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER

Summary of Product Characteristics / 1 van 10

(ALMIRALL) Farmaceutisch bedrijf

MEDIAVEN FORTE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

Dit geneesmiddel is een traditioneel kruidengeneesmiddel. De toepassing is uitsluitend gebaseerd op het langdurige gebruik.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Hulpstoffen met bekend effect: Oxazepam EG bevat lactose en tarwezetmeel, zie rubriek 4.4.

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS. Bromazepam Teva 6 mg tabletten Bromazepam Teva 12 mg tabletten bromazepam

M E MEDICINES EVALUATION BOARD

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Temazepam 10 / 20 mg, tablets RVG / 14355

Bejaarde patiënt. Kinderen (mg/kg/24 u) (vanaf 6 jaar)

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

LORAMET 1 mg tabletten LORAMET 2 mg tabletten Lormetazepam

NOSCAPINE HCl TEVA 1 MG/ML stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 13 november : Productinformatie Bladzijde : 1

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

LENDORMIN (BOEHRINGER INGELHEIM)

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Diazepam Teva 2 mg tabletten Diazepam Teva 5 mg tabletten Diazepam Teva 10 mg tabletten Diazepam

Summary of product characteristics

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER. pl-market-nl-rhini-san-mar16-apprmar16.docx 1/5

Serenase 1 mg 1 tablet bevat 1 mg lorazepam. Hulpstoffen met bekend effect: lactose (102,12 mg/tablet), tarwezetmeel (11,54 mg/tablet).

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Clobazam 2 mg, capsule

CLOZAN 5 mg tabletten CLOZAN 10 mg tabletten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Nitrazepam Apotex 5 mg, tablets RVG 50283

Package Leaflet / 1 van 7

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Serenase 1 mg tabletten Serenase 2,5 mg tabletten. Lorazepam

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Lendormin, 0,250 mg, tabletten. brotizolam

(PFIZER) Farmaceutisch bedrijf

Summary of Product Characteristics

Temazepam Teva 10 mg, capsules Temazepam Teva 20 mg, capsules

Lormetazepam 1 mg / 2 mg, tablets RVG / 24658

SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN

CINNARIZINE TEVA 25 MG tabletten. Cinnarizine Teva 25 mg bevat 25 gram cinnarizine per tablet.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Package Leaflet / 1 van 7

Module 1.3 Product Information Version: Module Summary of Product Characteristics Replaces :

(TAKEDA Belgium) Farmaceutisch bedrijf. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Akton 2mg, tabletten

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Diazepam Teva 2 mg tabletten Diazepam Teva 5 mg tabletten Diazepam Teva 10 mg tabletten Diazepam

BIJSLUITER. Lormetazepam TEVA 1 mg tabletten Lormetazepam TEVA 2 mg tabletten lormetazepam

Summary of Product Characteristics / 1 van 6

MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 26 oktober : Productinformatie Bladzijde : 1

ETOS AMYLMETACRESOL PLUS DICHLOORBENZYLALCOHOL HONING & CITROEN zuigtabletten

1.3. PRODUCT INFORMATION

Module 1.3 Product Information Version: Module Package Leaflet Replaces :

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Oxazepam Apotex 10 mg, tabletten Oxazepam Apotex 50 mg, tabletten. Oxazepam

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

LONGIFENE 25 mg tabletten

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Flunitrazepam EG 1 mg tabletten. flunitrazepam

BIJLAGE III AMENDEMENTEN VAN RELEVANTE RUBRIEKEN VAN DE SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN BIJSLUITERS

1. WAT IS NITRAZEPAM TEVA EN WAARVOOR WORDT HET GEBRUIKT?

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Seresta 10 mg, tablettenseresta Forte 50 mg, tabletten oxazepam

1. WAT IS LENDORMIN EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten

Nitrazepam 5 mg, tablets RVG 50283

Piracetam-UCB Page 1 of 6 BIJSLUITER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. SERESTA 10, tabletten 10 mg SERESTA FORTE, tabletten 50 mg. oxazepam

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1. WAT IS VICTAN EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?

FLUNITRAZEPAM 1-2 MG TEVA tabletten. Flunitrazepam Teva bevat respectievelijk 1 mg en 2 mg Flunitrazepam per tablet.

Patiëntenbijsluiter Zolpidemtartraat Losan bruistabletten 10 mg

Oxazepam Apotex 10 en 50 mg tabletten bevatten per tablet 10 respectievelijk 50 mg oxazepam.

LACTULOSE KELA 500ML FLES

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

TEMAZEPAM TEVA MG capsules MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 10 april : Productinformatie Bladzijde : 1

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Transcriptie:

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lorazetop 1 mg Tabletten Lorazetop 2,5 mg Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet Lorazetop 1 mg bevat 1 mg lorazepam. Elke tablet Lorazetop 2,5 mg bevat 2,5 mg lorazepam. Hulpstof met bekend effect: Elke tablet Lorazetop 1 mg bevat 0,069 g de lactose monohydraat. Elke tablet Lorazetop 2,5 mg bevat 0,175 g de lactose monohydraat. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Tabletten. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 Therapeutische indicaties - Pathologische angsttoestanden of psychische spanningen welke een behandeling eisen. - Slapeloosheid behalve deze gebonden aan een depressie; deze laatste is geen indicatie voor benzodiazepines. De benzodiazepines zijn enkel aangewezen wanneer de aandoening ernstig of invaliderend is, of wanneer de aandoening het individu ernstige schade toebrengt. 4.2 Dosering en wijze van toediening De dosering wordt aangepast aan de intensiteit en aan de aard van de symptomen alsook aan de gevoeligheid van de patiënt. De dosis zal zo laag mogelijk zijn en de duur van de behandeling zo kort mogelijk. Gebruik van benzodiazepines bij kinderen jonger dan 6 jaar zal enkel gebeuren na beslissing en onder toezicht van een specialist (neuropediater, psychiater), die zelf de dosis zal bepalen. De dagelijkse gemiddelde dosis bij angsttoestanden is 2 à 3 mg, verdeeld over meerdere innames. De dagelijkse dosis kan variëren van 1 tot 7,5 mg. De hoogste dosis dient ingenomen te worden vóór het slapengaan. De behandeling moet gestart worden met de laagst mogelijke dosis en moet zo kort mogelijk zijn. De patiënt zou regelmatig moeten worden geëvalueerd, en de noodzaak om de behandeling verder te zetten regelmatig worden nagegaan, vooral wanneer de patiënt symptoom-vrij is. De totale behandelingsduur zou in het algemeen niet langer mogen zijn dan 8 à 12 weken met inbegrip van de SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 1 of 11

afbouwperiode. In sommige gevallen kan een langere behandelingsduur noodzakelijk zijn; in dat geval is een herevaluatie van de patiënt noodzakelijk. Bij slaapstoornissen en hardnekkige slapeloosheid, een dosis van 1 à 2,5 mg 's avonds toedienen. De behandeling moet gestart worden met de laagst mogelijke dosis en moet zo kort mogelijk zijn. In het algemeen varieert de behandelingsduur van enkele dagen tot 2 weken, met een maximum van 4 weken met inbegrip van de afbouwperiode. In sommige gevallen kan een langere behandelingsduur noodzakelijk zijn; in dat geval is een herevaluatie van de patiënt noodzakelijk. Bij ernstige gevallen en in de psychiatrie kan het nodig zijn de dosering tot gemiddeld 5 à 7,5 mg per dag te verhogen. Oudere en verzwakte patiënten Verlaag de aanvangsdosis voor oudere en verzwakte patiënten met ongeveer 50% en pas de dosering aan zoals nodig is en verdragen wordt (zie rubriek 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik). Een verlaging van de dosering dient eveneens toegepast bij lever-, nier- of ademhalingsinsufficiëntie. Bij het einde van de behandeling, de dosering geleidelijk verlagen alvorens de toediening stop te zetten (Zie Bijzondere waarschuwingen en bijzondere voorzorgen bij gebruik ). Toedieningsweg: voor oraal gebruik. 4.3 Contra-indicaties - Gekende overgevoeligheid voor lorazepam, benzodiazepines of voor één van de hulpstoffen van dit product. - Myasthenia gravis. - Ernstige ademhalingsinsufficiëntie. - Slaapapnoe-syndroom. - Ernstige leverinsufficiëntie. - Kinderen jonger dan 6 jaar: Gebruik bij kinderen jonger dan 6 jaar is voorbehouden voor zeldzame, specifieke indicaties, na beslissing en onder toezicht van een specialist (neuropediater, psychiater) 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik Duur van de behandeling. De behandelingsduur moet zo kort mogelijk zijn, en mag niet langer zijn dan 4 weken bij slapeloosheid, en 8 à 12 weken bij angst, met inbegrip van de afbouwperiode. Indien langere behandeling noodzakelijk is, is herevaluatie van de patiënt noodzakelijk. Paradoxale reacties, zoals rusteloosheid, agitatie, prikkelbaarheid, agressiviteit, waanbeelden, woedeaanvallen, nachtmerries, hallucinaties, psychosen, onaangepast gedrag en andere ongewenste gedragseffecten kunnen optreden bij gebruik van benzodiazepines. Indien dit het geval is zal men de behandeling onderbreken. Deze reacties zullen vaker optreden bij kinderen en ouderen. Tolerantie voor de effecten van Lorazetop. Een daling in het hypnotische effect van benzodiazepines kan optreden bij herhaald gebruik gedurende enkele weken. Afhankelijkheid : Gebruik van benzodiazepines kan leiden tot fysieke en psychische afhankelijkheid. Het risico stijgt met de dosis en de duur van de behandeling en is ook groter bij patiënten met een voorgeschiedenis van alcohol- of drugmisbruik. Eens fysieke afhankelijkheid is opgetreden zal bruusk stoppen van de behandeling gepaard gaan met ontwenningsverschijnselen zoals hoofdpijn, spierpijn, extreme angst, spanning, rusteloosheid, verwarring en irritatie. In ernstige gevallen kunnen b.v. SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 2 of 11

depersonalisatie, overgevoeligheid aan licht, lawaai en fysiek contact, hallucinaties en epileptische aanvallen optreden. Rebound fenomeen : bij stoppen van de behandeling kan een voorbijgaand syndroom optreden waarbij in versterkte vorm de symptomen aanwezig zijn die oorspronkelijk hadden geleid tot de behandeling. Het kan gepaard gaan met andere reacties zoals humeurstoornissen, angst, slaapstoornissen en rusteloosheid. Gezien het risico op ontwenningsverschijnselen en rebound fenomeen groter is wanneer de behandeling plots wordt gestopt, is het aanbevolen de dosis gradueel te verlagen. Aanpassing van de dosering. Het kan nodig blijken de dosering aan te passen bij bejaarde en verzwakte patiënten, alsook in geval van ademhalingsinsufficiëntie, nier- en/of leverinsufficiëntie. Zie ook rubriek 4.2 Dosering en wijze van toediening. Benzodiazepines mogen niet in monotherapie gebruikt worden om depressie of angst geassocieerd aan depressie te behandelen (zelfmoord kan uitgelokt worden bij zulke patiënten). Epilepsie. Zoals geldt voor alle benzodiazepines, Lorazetop omzichtig gebruiken bij patiënten met antecedenten van epilepsie. Een toename van epileptische aanvallen kan zich voordoen tijdens of bij het stopzetten van de behandeling. Alcoholisme en antecedenten van alcoholmisbruik. Rekening houden met de potentiëring der effecten van Lorazetop door alcohol; ernstige overdoseringsverschijnselen kunnen zich voordoen in geval van gelijktijdige inname. Lorazetop met voorzichtigheid gebruiken bij alcoholisten of bij patiënten met antecedenten van toxicomanie. Gebruik bij kinderen jonger dan 6 jaar is voorbehouden voor zeldzame, specifieke indicaties, na beslissing en onder toezicht van een specialist (neuropediater, psychiater). Toediening aan kinderen jonger dan 12 jaar dient vermeden te worden. Benzodiazepines zijn niet aangeraden voor de eerstelijnsbehandeling van psychotische aandoeningen. Benzodiazepines kunnen een anterograde amnesie induceren. Deze conditie treedt meestal op meerdere uren na inname van het product. Bijgevolg dienen de patiënten, om het risico te verminderen, ervoor te zorgen dat ze gedurende 7-8 uur ononderbroken kunnen slapen (zie ook Bijwerkingen ). Benzodiazepines zijn niet geïndiceerd voor de behandeling van patiënten met ernstige leverinsufficiëntie wegens het risico op encephalopathie. Sommige patiënten hebben een bloeddyscrasie ontwikkeld onder de behandeling met benzodiazepines, bij anderen werd een verhoging van de leverenzymen geobserveerd. Als een langdurige behandeling klinisch noodzakelijk wordt geacht, zijn regelmatige bloed- en leverfunctieonderzoeken aanbevolen. Voorzichtigheid is geboden bij de behandeling van patiënten met gesloten hoekglaucoom. Alhoewel hypotensie slechts zelden wordt waargenomen bij een behandeling met benzodiazepines, is voorzichtigheid toch geboden bij de behandeling van patiënten waarbij een bloeddrukval aanleiding zouden kunnen geven tot cardiovasculaire of cerebrovasculaire complicaties. Dit is vooral van belang bij oudere patiënten. Patiënten die zeldzame erfelijke problemen hebben zoals galactoseintolerantie, Lapp-lactasedeficiëntie of glucose- en galactosemalabsorptie kunnen dit geneesmiddel niet gebruiken omdat het lactose bevat. Benzodiazepinen kunnen een niet-gediagnosticeerde depressie maskeren. Lorazetop is niet de eerste keuze behandeling van psychotische of depressieve stoornissen, en het mag bij depressieve patiënten niet SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 3 of 11

alleen gebruikt worden, zonder een aangepaste antidepressieve behandeling. Benzodiazepinen kunnen bij deze patiënten een ontremmend effect hebben en zelfmoordneigingen vrijmaken. Tijdens een behandeling met benzodiazepinen, lorazepam inbegrepen, kan een vooraf bestaande depressie tot uiting komen of verergeren. Bij patiënten bij wie de angst geassocieerd is aan een depressie, moet men rekening houden met een mogelijke zelfmoordpoging. Aan deze patiënten mogen geen grote hoeveelheden Lorazetop voorgeschreven worden. Angst kan een symptoom van verschillende andere aandoeningen zijn. Men dient er rekening mee te houden dat de klacht verband kan houden met een andere onderliggende fysieke of psychiatrische aandoening waarvoor een meer specifieke behandeling bestaat. Er moet op gewezen worden dat bij patiënten, bij wie naast angst ook gastro-intestinale of cardiovasculaire aandoeningen bestaan, er geen significant gunstig effect op de gastro-intestinale of cardiovasculaire component werd aangetoond met Lorazetop. Voorzichtigheid is geboden in geval van gebruik van lorazepam bij patiënten met een verminderde ademhalingsfunctie (zoals chronisch-obstructief longlijden, slaap-apnoesyndroom). Het gebruik van benzodiazepinen, lorazepam inbegrepen, kan een potentieel dodelijke ademhalingsdepressie veroorzaken. Ernstige anafylactische/anafylactoïde reacties werden gerapporteerd na gebruik van benzodiazepines. Gevallen van angio-oedeem met effect op de tong, de glottis en de larynx werden gerapporteerd bij patiënten na een eerste toediening of na herhaalde toediening van benzodiazepines. Enkele patiënten die benzodiazepines namen, vertoonden bijkomende symptomen zoals dyspnee, occlusie van de keel, misselijkheid en braken. Enkele patiënten moesten een medische spoedbehandeling ondergaan. Indien het angio-oedeem effect heeft op de tong, de glottis of de larynx kan een obstructie van de ademhalingswegen ontstaan die mogelijk fataal is. Patiënten die een angio-oedeem ontwikkeld hebben na een behandeling met benzodiazepines mogen deze nooit meer innemen. Risico van gelijktijdig gebruik van opioïden Gelijktijdig gebruik van Lorazetop en opioïden kan leiden tot sedatie, ademhalingsdepressie, coma en overlijden. Vanwege deze risico s dient het gelijktijdig voorschrijven van sedativa zoals benzodiazepines of daaraan verwante geneesmiddelen zoals Lorazetop met opioïden te worden voorbehouden aan patiënten voor wie alternatieve behandelingsopties niet mogelijk zijn. Als beslist wordt Lorazetop gelijktijdig met opioïden voor te schrijven, dient de laagste effectieve dosis te worden gebruikt en de duur van de behandeling zo kort mogelijk te zijn (zie ook de algemene dosisaanbevelingen in rubriek 4.2). De patiënten dienen van nabij te worden gevolgd op tekenen en symptomen van ademhalingsdepressie en sedatie. In dit opzicht wordt sterk aanbevolen de patiënten en hun zorgverleners te informeren (waar toepasselijk) dat zij zich van deze symptomen bewust moeten zijn (zie rubriek 4.5). Oudere patiënten Voorzichtigheid is geboden bij het gebruik van Lorazetop Apotex bij ouderen vanwege het risico op sedatie en/of skeletspierzwakte waardoor het risico op vallen verhoogd kan zijn, met ernstige gevolgen SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 4 of 11

in deze populatie. Aan oudere patiënten dient een verlaagde dosis te worden gegeven (zie rubriek 4.2 Dosering). Dit geneesmiddel bevat lactose. Patiënten met zeldzame erfelijke aandoeningen als galactose-intolerantie, algehele lactasedeficiëntie of glucose-galactose malabsorptie, dienen dit geneesmiddel niet te gebruiken. 4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Potentiëring van de deprimerende effecten op het centraal zenuwstelsel kan optreden met: alcohol, andere stoffen met deprimerende werking op het centraal zenuwstelsel (hypnotica, psychotropen, analgetica, neuroleptica, anxiolytica, sedativa, antidepressiva, narcotische analgetica, anti-epileptica, anesthetica en sedatieve antihistaminica) en myorelaxantia. Er bestaat een verhoogd risico op psychose in geval van gelijktijdige inname van valproïnezuur. Valproïnezuur vermindert de klaring van lorazepam, waardoor de dosis van lorazepam met 50% verminderd dient te worden. Gevallen van uitgesproken sedatie, belangrijke speekselvloed en ataxie werden gerapporteerd na de gelijktijdige toediening van lorazepam en clozapine. Er werden gevallen gemeld van overmatige stupor, een significante vermindering van de ademhalingsfrequentie en, bij één patiënt, van hypotensie na simultane toediening van lorazepam en loxapine. Het gelijktijdige gebruik van lorazepam en probenecid kan, als gevolg van de verlenging van de halveringstijd en de vermindering van de totale klaring, een snellere of verlengde werking van lorazepam veroorzaken. De doses lorazepam zullen ongeveer gehalveerd moeten worden in geval van gelijktijdige toediening met probenecid. Middelen die bepaalde leverenzymen remmen (meer bepaald de cytochromen P450) kunnen de werking van benzodiazepinen versterken. Theofylline is een antagonist van de benzodiazepinen. De toediening van theofylline of aminofylline kan de kalmerende effecten van benzodiazepinen, lorazepam inbegrepen, verminderen. Er werden tijdens een behandeling met Lorazetop geen interacties met laboratoriumtesten waargenomen of gemeld. Opioïden Het gelijktijdige gebruik van sedativa zoals benzodiazepines of daaraan verwante geneesmiddelen zoals Lorazetop met opioïden verhoogt het risico op sedatie, ademhalingsdepressie, coma en overlijden ten gevolge van het additieve onderdrukkende effect op het centrale zenuwstelsel. De dosering en duur van het gelijktijdige gebruik dient te worden beperkt (zie rubriek 4.4). 4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding Benzodiazepines mogen niet gebruikt worden gedurende de zwangerschap, vooral niet in het eerste en het laatste trimester. Als de stof wordt voorgeschreven aan een vrouw op vruchtbare leeftijd, dient zij verwittigd te worden dat ze haar arts dient te contacteren om de behandeling stop te zetten als ze wenst zwanger te worden of als ze vermoedt zwanger te zijn. Verschillende studies laten een verhoogd risico op congenitale misvormingen in verband met het gebruik van benzodiazepinen tijdens het eerste trimester van de zwangerschap vermoeden. SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 5 of 11

Benzodiazepines en hun glucuronidemetabolieten passeren de placenta. Het is bewezen dat de kinderen waarvan de moeder op het einde van de zwangerschap gedurende meerdere weken een benzodiazepine nam, fysieke afhankelijkheid kunnen hebben ontwikkeld, met risico op ontwenningsverschijnselen in de postnatale periode. Pasgeborenen, waarvan de moeder benzodiazepines heeft genomen gedurende de late fase van de zwangerschap of gedurende de bevalling, kunnen symptomen vertonen zoals hypoactiviteit, respiratoire depressie, hypothermie, apnoe, voedingsproblemen, hypotonie en een afname van de metabolische reactie bij lage temperaturen. Bij pasgeborenen, blijkt de conjugatie van lorazepam langzamer te verlopen. Het glucuronide kan gedurende meer dan zeven dagen in de urine worden aangetoond. De glucuronidatie van lorazepam kan de conjugatie van bilirubine remmen en kan resulteren in een hyperbilirubinemie bij de pasgeborene. Gebruik tijdens de borstvoeding Lorazepam werd in de moedermelk gevonden. Lorazetop mag bijgevolg niet toegediend worden aan vrouwen die borstvoeding geven, tenzij de arts van oordeel is dat de te verwachten voordelen voor de moeder opwegen tegen de mogelijke risico's voor het kind. Zuigelingen van zogende moeders die benzodiazepinen innemen kunnen sedatie en onmogelijkheid tot zuigen vertonen. Zuigelingen van zogende moeders moeten onder toezicht blijven wat betreft de farmacologische effecten (met inbegrip van sedatie en prikkelbaarheid). 4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen Sedatie, amnesie, verstoorde concentratie en verstoorde spierfunctie kunnen het vermogen om te rijden of machines te bedienen negatief beïnvloeden. De kans op een verstoorde alertheid kan verhoogd zijn als de duur van de slaap onvoldoende is (zie ook Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie ). 4.8 Bijwerkingen Eventuele bijwerkingen worden gewoonlijk in het begin van de behandeling met benzodiazepinen waargenomen. Ze worden in het algemeen minder ernstig of verdwijnen bij voortzetting van de behandeling of verlaging van de dosis. Anterograde amnesie kan optreden bij gebruik van therapeutische doseringen, het risico wordt hoger bij hogere doseringen. Geheugenstoornissen kunnen geassocieerd worden met onaangepast gedrag (zie Bijzondere waarschuwingen en bijzondere voorzorgen bij gebruik ). De volgende bijwerkingen kunnen optreden: Zeer vaak ( 111 0) Vaak ( 11100, <1110) Soms ( 111000, <1/100) Zelden ( 1110000, <1/1000) Zeer zelden (<1/10000) (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald) Bloed- en lymfestelselaandoeningen: Bloeddyscrasie, met inbegrip van trombocytopenie, agranulocytose, pancytopenie. Immuunsysteemaandoeningen: Overgevoeligheidsreacties, anafylactische/anafylactoïde reacties. SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 6 of 11

Endocriene aandoeningen: SIADH Voedings- en stofwisselingsstoornissen: Hyponatremie, verandering van de eetlust. Psychiatrische stoornissen: Emotionele vervlakking, ongeremdheid, euforie,zelfmoordneigingen/zelfmoordpoging. Paradoxale reacties zoals angst, agitatie, zenuwachtigheid, prikkelbaarheid, opwinding, vijandelijkheid, agressiviteit, wanen, woedeaanvallen, slaapstoornissen/slapeloosheid, nachtmerries, seksuele stimulatie, hallucinaties, psychose en onaangepast gedrag werden beschreven tijdens behandelingen met benzodiazepinen. Dergelijke reacties zijn eerder te verwachten bij kinderen en bij bejaarde personen. Vaak Verwardheid, depressie, uiting van een vooraf bestaande gemaskeerde depressie Soms Verandering in de libido, impotentie, vermindering van het orgasme Verminderde alertheid Zenuwstelselaandoeningen: Een zeker verlies van doeltreffendheid van het sedatief en hypnotisch effect van benzodiazepinen kan optreden na een herhaald gebruik gedurende meerdere weken. De effecten van benzodiazepinen op het centrale zenuwstelsel zijn afhankelijk van de dosis; de depressie van het CZS neemt toe wanneer hogere doses worden gebruikt. Zeer vaak Sedatie, draaierigheid Vaak Ataxie Extrapiramidale symptomen, beven, duizeligheid, dysartrie/spraakstoornissen, hoofdpijn, stuipen/ convulsieve aanvallen, geheugenverlies of -stoornis, coma, slaperigheid, aandachts-/ concentratiestoornissen, evenwichtsstoornissen. Oogaandoeningen: Gezichtsstoornissen, met inbegrip van diplopie en troebel zicht. Hart- en bloedvataandoeningen: Hypotensie, verlaging van de bloeddruk. Ademhalingsstelsel-, borstkas- enmediastinumaandoeningen: Respiratoire depressie, apnoe, verergering van slaap-apnoe, verergering van een obstructieve longziekte. SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 7 of 11

De omvang van de respiratoire depressie door benzodiazepinen is dosisafhankelijk en neemt toe wanneer hogere doses worden gebruikt. Maagdarmstelselaandoeningen: Soms Gastro-intestinale stoamissen (misselijkheid, braken) Constipatie. Lever-en galaandoeningen: Verhoging van bilirubine, geelzucht. Huid- en onderhuidaandoeningen: Allergische huidreacties, alopecia, angio-oedeem. Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen Vaak Spierzwakte Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen: Zeer vaak Vermoeidheid Vaak Asthenie Hypotensie Onderzoeken Verhoging van levertransaminasen, verhoging van alkaline fosfatase MISBRUIK EN AFHANKELIJKHEID Het gebruik van benzodiazepinen kan tot lichamelijke en geestelijke afhankelijkheid leiden. Het risico op afhankelijkheid neemt toe met een hogere dosis en een langere behandelingsduur, meer bepaald bij patiënten met een voorgeschiedenis van alcoholisme of geneesmiddelenmisbruik en bij patiënten met belangrijke persoonlijkheidsstoornissen. Ontwenningsverschijnselen, en vooral de meer ernstige, komen vaker voor bij patiënten die gedurende een lange periode met hoge doses werden behandeld. Ontwenningsverschijnselen zijn nochtans ook gemeld na de stopzetting van een voortgezette behandeling met benzodiazepinen in therapeutische doses, vooral als de behandeling abrupt wordt gestaakt. Symptomen die werden gemeld na stopzetting van een behandeling met benzodiazepinen zijn oudenneer: hoofdpijn, spierpijn, angst, spanning, depressie, slapeloosheid, zenuwachtigheid, agitatie, verwardheid, prikkelbaarheid, zweten, dysforie, versuftheid, en reboundverschijnselen waarbij de symptomen die aanleiding gaven tot de behandeling met benzodiazepinen, in versterkte mate terugkeren. Het kan moeilijk zijn om deze symptomen te onderscheiden van de oorspronkelijke symptomen waarvoor het product werd voorgeschreven. In ernstige gevallen kunnen volgende symptomen optreden: derealisatie, depersonalisatie, hyperacusis, tinnitus, gevoelloosheid en tintelingen in de extremiteiten, overgevoeligheid voor licht, SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 8 of 11

geluid en lichamelijk contact/wijzigingen van de perceptie, onwillekeurige bewegingen, misselijkheid, braken, diarree, verlies van eetlust, buikkrampen, hallucinaties/wanen, convulsies/convulsieve aanvallen, beven, panische aanvallen, duizeligheid, hyperreflexie, korte termijn geheugenverlies, hyperthermie, hartkloppingen, tachycardie. Convulsies/convulsieve aanvallen kunnen vaker voorkomen bij patiënten met een voorgeschiedenis van convulsies of bij patiënten die andere geneesmiddelen gebruiken die de convulsiedrempel verlagen, zoals antidepressiva. Melding van vermoedelijke bijwerkingen Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden via: Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten Afdeling Vigilantie EUROSTATION II Victor Hortaplein, 40/40 B-1060 Brussel Website: www.fagg.be e-mail: adversedrugreactions@fagg-afmps.be 4.9 Overdosering Bij behandeling van overdosering met gelijk welk geneesmiddel met men er steeds aan denken dat de patiënt verschillende geneesmiddelen kan ingenomen hebben. Een intoxicatie met benzodiazepines, in combinatie met andere sedatieve geneesmiddelen, met alcohol of in geval van de aanwezigheid van een onderliggende aandoening, kan fataal zijn. Symptomen: een overdosering met benzodiazepines manifesteert zich over het algemeen door een depressie van het centraal zenuwstelsel, gaande van slaperigheid tot coma. In weinig ernstige gevallen bestaan de symptomen uit slaperigheid, verwardheid en lethargie. In ernstiger gevallen zijn de symptomen: ataxie, hypotonie, hypotensie, respiratoire depressie, coma (stadia 1 tot 3) en zeer zelden het overlijden van de patiënt. Behandeling: na een recente overdosering moet een braakreflex opgewekt worden en/of een maagspoeling uitgevoerd worden indien nodig, gevolgd door algemene ondersteunende maatregelen, een controle van de vitale tekens en een strikte observatie van de patiënt. Als een maagspoeling geen voordeel biedt, kan actieve kool worden toegediend om de absorptie te verminderen. Hypotensie is weinig waarschijnlijk maar ze kan behandeld worden met noradrenaline. Lorazepam wordt slecht gedialyseerd. In geval van een ernstige intoxicatie met coma of respiratoire depressie, kan het nuttig zijn flumazenil, een antagonist van benzodiazepines, toe te dienen. Men dient eerst de productinformatie van flumazenil te lezen. Het gebruik van dit antidoot is gecontra-indiceerd bij patiënten onder behandeling van tricyclische antidepressiva, alsook in geval van gebruik van geneesmiddelen die convulsies kunnen uitlokken en in geval van ECG-anomaliën zoals een verlenging van het QRS- of het QT-interval (wat een gelijktijdig gebruik van tricyclische antidepressiva laat vermoeden). 5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1 Farmacodynamische eigenschappen Farmacotherapeutische groep: benzodiazepinederivaten, ATC-code: N05B A06 SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 9 of 11

Lorazetop (lorazepam), een dichloorderivaat van 1,4 benzodiazepine, bezit de anxiolytische, sedatieve, hypnotische, anticonvulsieve en spierverslappende eigenschappen van deze therapeutische klasse. Het onderliggende werkingsmechanisme is nog niet geheel opgehelderd. Zijn werking is waarschijnlijk gebonden aan een verhoging van de binding van het gamma-aminoboterzuur (GABA) ter hoogte van de GABA(A) receptoren. De inhiberende kracht van het GABA op het centraal zenuwstelsel is daardoor versterkt. 5.2 Farmacokinetische eigenschappen Lorazepam wordt snel en nagenoeg totaal geabsorbeerd door het maagdarmkanaal. De perorale biodisponibiliteit bedraagt 90-95 %. De maximale plasmaconcentratie wordt ongeveer 1,5 h na de toediening verkregen en bedraagt gemiddeld 17 ng/ml voor een inname van 1 mg. Lorazepam is sterk gebonden aan de plasmaproteïnen (ongeveer 85 %) en zijn distributievolume bedraagt 1,3 l/kg. Lorazepam wordt hoofdzakelijk via de urine uitgescheiden onder de vorm van nietactieve glucurono-geconjugeerde derivaten. De plasma-halfwaarde tijd ligt tussen 11 en 16 uur. Zoals alle benzodiazepines diffundeert lorazepam door de foeto-placentaire barrière en wordt het uitgescheiden in de moedermelk. 5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Geen gegevens bezorgd. 6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1 Lijst van hulpstoffen Elke tablet bevat maïszetmeel, microkristallijne cellulose, natrium carboxymethylzetmeel, lactose monohydraat, povidon, magnesiumstearaat. 6.2 Gevallen van onverenigbaarheid Niet van toepassing. 6.3 Houdbaarheid 32 maanden. 6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Buiten het zicht en bereik van kinderen houden. Bewaren op kamertemperatuur (15-25 C). 6.5 Aard en inhoud van de verpakking Lorazetop 1 mg Tabletten: blisterverpakkingen met 20, 50 en 60 tabletten Lorazetop 2,5 mg Tabletten: blisterverpakkingen met 20, 50 en 60 tabletten Het is mogelijk dat niet alle presentaties gecommercialiseerd zijn. 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen. Geen bijzondere vereisten. SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 10 of 11

7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Apotex Europe B.V. Archimedesweg 2 2333 CN Leiden Nederland 8. NUMMERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Lorazetop 1 mg: BE 193602 Lorazetop 2,5 mg: BE 193356 9. DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN DE VERGUNNING Datum van eerste verlening van de vergunning: 27/04/1998 Datum van laatste verlenging: 27/04/2003 10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST 02/2019 Datum goedkeuring: 04/2019 SPC-NL-Lorazetop-Var. IB/123 Vers. 02/2019 Page 11 of 11