! " #" Gemeente Venlo maart 1996
$ %&'() blz. 1. Ontwikkelingsgeschiedenis 2. Geomorfologie. Wegenpatroon en ruimtelijke structuur 4. Beeld 4 5. Waardering en motivering 4 6. Conclusie 5 Bijlage A.: Literatuuroverzicht 6
* +,%-. / 0 0 12 / %4 14 5&/ 1)1%/ 4 De Kaldenkerkerweg loopt van de binnenstad richting steilrand, zie afbeelding A. Het eerste gedeelte van de Kaldenkerkerweg valt in het stadsbeeld evenals een gedeelte van de Burgemeester van Rijnsingel, de Heutzstraat, een gedeelte van de Stalbergweg en de Maagdenbergweg. De Kaldenkerkerweg is geen echte Napoleonsweg zoals de Straelseweg e.d.. Het is een andere rechte weg, waarvan het rechte karakter in de Napoleonstijd waarschijnlijk versterkt is. De meeste bebouwing is van rond de eeuwwisseling, zie afbeelding B. Aan de Kaldenkerkerweg heeft van 1865 tot 1958 het station gestaan tegenover een inspringing in de bebouwing waarachter de splitsing van de Panhuisstraat en de Parallelweg is. Tot de Tweede Wereldoorlog waren tegenover het station verschillende hotels te vinden (Oranjehotel, Hotel Zwijnshoofd, Hotel Pollen nu Wilhelmina). Het te beschermen gebied is aangegeven op afbeelding C. 6 + 781'9': ; '2 '/ 1 In het gebied Kaldenkerkerweg e.o. zijn geen duidelijke hoogteverschillen waarneembaar. Wel is het noordelijk gebied rond de Panhuismolen duidelijk lager, zodat geconstateerd mag wor-den, dat het hier om een stroomrug (Kaldenkerkerweg e.o.) en -geul (gebied Panhuis) gaat. < + =>11%?@- : ''%1% : (/ 9-12 / A 0 14 - : (5- ((: De Heutzstraat, Maagdenbergweg, Panhuisstraat en Parallelweg liggen op de rand van hoogteverschillen (door de stroomrug en - geul) in het gebied. Waarschijnlijk zijn dit zeer oude wegen. Bij oudere wegen die op stad zijn gericht, is vaak de kerkto-ren zichtbaar. Vanaf de Parallelweg is dit ook het geval (zie afbeelding D). De Kaldenkerkerweg heeft een groen karakter, enerzijds door de wegbeplanting anderzijds door de zichtbaarheid van de steilrand. Vanaf het stationsplein is achter de villa van Henri Seelen, Kaldenkerkerweg 56, de steilrand zichtbaar (zie afbeelding E). Bij de splitsing op het punt Kaldenkerkerweg 56 wordt via de Maagdenbergweg eenzelfde soort beeld ervaren, doordat achter Hotel Maagdenberg ook de steilrand zichtbaar is (zie afbeelding G). De Kaldenkerkerweg verandert op dit punt van richting, onge-veer in de richting van de Parallelweg (zie afbeelding H). Bij het vervolgen van de Kaldenkerkerweg wordt bovenop de steilrand in andere richting de binnenstad en met name de kerktoren en het stadhuis zichtbaar. Mogelijk was 100 jaar geleden bij een lagere bebouwing ook de afbuiging in de rivier zichtbaar (zie afbeelding F). De Heutzstraat (afbeelding J en K), de Maagdenbergweg (afbeelding G), Parallelstraat (afbeelding D) en Stalbergweg (afbeelding L) zijn gesloten straten waarvan alleen de Maagdenbergweg
een groen karakter heeft. De Kaldenkerkerweg en Burgemeester van Rijnsingel zijn aan een zijde onbebouwd of sporadisch bebouwd. Het Julianapark vormt de onbebouwde kant van de Burgemeester van Rijnsingel en draagt bij tot het groene karakter van het gebied (zie afbeel-ding M). Ook de entree van de Stalbergweg met villa Eik en Beek speelt een rol in het groene karakter (afbeelding N). B + C8112 ) Een architect die een belangrijke rol heeft gespreeld bij de relatie tussen het architectonische object en stad en landschap is Henri Seelen. In navolging van Pierre Cuypers en Jo-hannes Kayser probeerde deze architect vat te krijgen op het totale beeld van de stad (zie afbeelding F). Op strategische punten werden in veelal eclectische stijl nieuwe architectonische objecten gerealiseerd. In dit eclectisisme kwam vaak tot uitdrukking de relatie met bestaande monumentale gebouwen als het stadhuis. Het laatste is bijvoorbeeld te zien aan het pand Burgemeester van Rijnsingel 1 (1905), op de overgang binnenstadrandbebouwing waarbij de uivormige toren van het stadhuis wordt gebruikt in de, voor het overige Jugendstilarchitectuur van het pand. Bij de verbouwing van de villa Goltzius in het Wilhelminapark in 1904 was Seelen hetzelfde torenelement al eens tegengekomen aan de andere kant van de binnenstad (zie stadsbeeld Wilhelminapark). Langs de Burgemeester van Rijnsingel en de Kaldenkerkerweg komt de meeste monumentale architectuur voor in veelal neo-stijlen (zie afbeelding E, M, O, P: ook Henri Seelen, Q en R). De architectuur in de andere straten is eenvoudiger (Heutzstraat, afbeelding J; Stalbergweg, afbeelding L) en soms van later datum (Heutzstraat 0er jaren, afbeelding K). Voor een gedetailleerde beschrijving van monumenten en beeldbepalende panden zie het M.I.P.-rapport nrs. 1/4-0; 16/28-; 17/7-24; 4/-4. D + =>@@: )1: / %1%9'- / E 1: / % De situering is cultuurhistorisch van redelijk belang door de structurele betekenis van dit soort wegen voor Venlo. Het feit dat het een weg is, mogelijk uit de renaissance periode (vgl. met Fossa Eugeniana), maakt het cultuurhistorisch aspect in dit opzicht extra van belang. De architectuur is van redelijk belang door het diverse karakter en de aanhaking op de stedebouwkundig/landschappelijke situatie. De historie is van redelijk belang door de aanwezigheid van een aantal specifieke objecten zoals het station, een voorma-lig klooster op de hoek Stalbergweg/Burgemeester van Rijnsin-gel (villa Eik en Beek) en de voormalige woning van De Brial-mont en Jonkheer Roëll (nu Grand-café Maagdenberg). De gaafheid van de omgeving is negatief beïnvloed door de
grootschalige bebouwing in de buurt van het station. De hoofdvorm is redelijk gaaf. De doorsnijding van de Maagdenbergweg door de Groeneveldsingel verstoort de relatie tussen de twee zijden op die weg en heeft dus een negatieve invloed op de totaalvorm. De detaillering is redelijk gaaf, het aantal vernieuwingen in straatwanden is beperkt. In de straatwand van de Kaldenkerkerweg vormt het voormalig GAK-gebouw een dissonant. De situering is uniek door het betrekken van een landschappelijk element, de steilrand, in het stedelijk beeld. De architectuur is redelijk zeldzaam door het redelijk grote aantal stijltypen in relatie met het redelijk grote aantal beeldbepalende panden en monumenten. Ook bepaalde architectonische typen als villa Eik en Donk en Grand-café Maagdenberg zijn in relatie met de context uniek en verhogen daarom de architectonische zeldzaamheidswaarde in dit gebied. De historie is redelijk zeldzaam door de relatie met het spoor. +------------------------------------------------------------+ Cultuurhistorie Gaafheid Zeldzaamheid +-----+situering +-----+omgeving +-----+situering +-+-+- architectuur +-+-+- hoofdvorm +-+-+- architectuur +-+-+- historie +-+-+- detaillering+-+-+- historie +-----+ +-----+ +-----+ +------------------------------------------------------------+ Waardering: +-----+ laag +-+-+- redelijk +-+-+- hoog +-----+ F + G8'%52 (4 / 1 De Kaldenkerkerweg e.o. is van belang als verbindend monumentaal (architectonisch en stedebouwkundig) element tussen landschap (steilrand) en (binnen)stad.
-------------------------------------------------------------- I J K L8M NK O8O8M PQ L8M R J ST8K C8/ A 2 @1 H * Monumenten in Venlo en Blerick (199), gemeentearchief Venlo en gemeentelijke monumentencommissie. * De ideale stad (1980), L.A. de Klerk.