UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Vergelijkbare documenten
UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE. mr. F.A. van Brussel. [ Betrokkene ] Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessbond.

HERSTELUITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE. mr. O.J.H.M. van Eijndhoven mr. R.M. Maanicus dr. M.A. Dutrée T / [ Betrokkene ] [...] [...

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE COMMISSIE VAN BEROEP

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAKVAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE COMMISSIE VAN BEROEP

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

1 S R 6 l 6 ~~~~!spraak

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

A A N G I F T E F O R M U L I E R

A A N G I F T E F O R M U L I E R

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

HERSTELBESCHIKKING VAN DE TUCHTCOMMISSIE

VERWEERSCHRIFT. 1. Verweerder (tevens betrokkene )

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Behandeling van tuchtzaken door Koninklijke Nederlandsche Kegelbond

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE. Zaaknummer: T /

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

UITSPRAAK VAN DE COMMISSIE VAN BEROEP

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld op 5 februari 2013 en treedt in werking op 1 maart 2013.

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld op 18 december 2014 en treedt in werking op 1 januari 2015.

UITSPRAAK VAN DE COMMISSIE VAN BEROEP

Beknopte samenvatting Tuchtrechtspraak Badminton Nederland

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Tuchtcommissie Commissie van Beroep

STATUTEN VAN DE NEDERLANDSE BOWLING FEDERATIE

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld 18 december 2014 en treedt in werking op 1 januari 2015.

Aansluiting bij Instituut Sportrechtspraak

TUCHTREGLEMENT VAN DE KONINKLIJKE NEDERLANDSE GOLF FEDERATIE

Nederlandse Tafeltennisbond

in het tuchtrecht en de verplichtingen vanuit de Minimale Kwaliteitseisen rond Matchfixing de volgende artikelen te wijzigen:

Dopingreglement. Koninklijke Nederlandse Krachtsport & Fitnessbond

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld op 5 februari 2013 en treedt in werking op 1 maart 2013.

RAAD VAN TOEZICHT VOOR DE OCTROOIGEMACHTIGDEN Postbus 3219, 2280 GE Rijswijk telefoon fax

Dopingreglement Instituut Sportrechtspraak 30 december 2011

Tuchtrechtspraak NVM. Stichting RvT Zuid 203 ERECODE 202 TAXATIE. Taxatie uitgevoerd door medewerker die geen lid NVM was.

VONNIS VAN DE ARBITRAGECOMMISSIE van het Instituut Sportrechtspraak

Reglement Tuchtrechtspraak. TUCHTREGLEMENT (zoals bedoeld in artikel 31 van de statuten) Artikel 1 Tuchtrechtspraak. Artikel 2 Bevoegdheid

Dit reglement is door het bestuur van de Stichting Instituut Sportrechtspraak vastgesteld op 5 februari 2013 en treedt in werking op 1 maart 2013.

DOPINGREGLEMENT. Dopingreglement NHV d.d

UITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: mevrouw mr. N.R.H.

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: G MAKELAARS, NVM-lid, kantoorhoudende te A, beklaagde in hoger beroep

Ontvankelijkheid. Belangenbehartiging niet-opdrachtgever. Ongepast optreden. Misleiding.

NTFU Tuchtreglement Artikel 1 Tuchtrecht Artikel 2 Tuchtcommissie en commissie van beroep Artikel 3 Onverenigbaarheden Artikel 4 Voorzitters

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE

Uitgave november 2014 ANTI-DOPINGREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND

VONNIS VAN DE ARBITRAGECOMMISSIE van het Instituut Sportrechtspraak

NATIONAAL DOPINGREGLEMENT 2016

Dit Dopingreglement is gebaseerd op het Nationaal Dopingreglement 2016 van de Dopingautoriteit (versie maart 2016).

Raad van Toezicht Haarlem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in onroerende goederen en vastgoeddeskundigen NVM

Beslissing op bezwaar

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE

Klachtenregeling VeWeVe

DE COMMISSIE GEDRAGSCODE BOUWEND NEDERLAND

Koepel Nederlandse Traditionele Schutters

MON STRAFREGLEMENT. Motorsport Organisatie Nederland. Veldweg 15a Postbus AH Cuijk. Tel.: / Fax.

MAKELAARDIJ ONROEREND GOED L B.V.

POSTBUS 303, 3830 AJ LEUSDEN TUCHTREGLEMENT. KNSA Tuchtreglement (2016), blz. 1

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K

3. Tegen het besluit werd op 10 oktober 2006 een bezwaarschrift ingediend. 2

SAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.

TUCHTREGLEMENT. Tuchtreglement NHV d.d

DOPINGREGLEMENT KNKV versie 2016

1. Onderwerp van de klacht schending van wetenschappelijke integriteit bij uitbrengen deskundigenbericht aan rechtbank

NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND Tuchtcommissie

ANTI-DOPINGREGLEMENT NEDERLANDSE TAFELTENNISBOND

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

REGLEMENT COMMISSIE VAN BEROEP NEDERLANDS SHETLAND PONY STAMBOEK

Nederlandse Tafeltennisbond

1. Het verloop van de procedure

Reglementen bondsvergadering. Seizoen 2014/ 15

Begripsbepalingen: Artikel 1 Tuchtreglement Artikel 2 Tuchtrechtspraak Artikel 3 Bevoegdheid Artikel 4 Strafbaarheid...

Tuchtcommissie Nederlandse Rugby Bond

UITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita

Transcriptie:

UITSPRAAK VAN DE TUCHTCOMMISSIE Kamer : Doping Leden van de kamer : (kamervoorzitter) : mr. O.J.H.M. van Eijndhoven (lid) : mr. A.S. Hulster (lid) : mr. J.P.R. Scholten (Juridisch secretaris) : mr. K. Meijer Zaaknummer : T 2017005/2017-11-01 In de zaak van: 1. Betrokkene Naam : [betrokkene] Adres : [adres] PC/Gemeente : [woonplaats] Lid van de sportbond : Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessbond Registratienummer sportbond : [registratienummer betrokkene bij bond] 2. Aangever Naam sportbond : Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessbond Vertegenwoordigd door : [vertegenwoordiger bond] gevestigd te : [adres en woonplaats bond] 3. De procedure - Op 6 juni 2017 heeft de Koninklijke Nederlandse Krachtsport en Fitnessbond (hierna KNKF) bij aangifteformulier gedateerd 29 mei 2017 aangifte gedaan van een overtreding van het Dopingreglement door betrokkene. - Op 17 mei 2017 heeft de Dopingautoriteit (hierna DA) het op de aangifte betrekking hebbende statusrapport ingediend. - Op 8 juni 2017 zijn bij aangetekende brief het aangifteformulier en de daarbij ontvangen documenten aan betrokkene verstuurd en is betrokkene geïnformeerd over de mogelijkheid een verweerschrift in te dienen. Op dezelfde datum is van deze correspondentie een afschrift aan de KNKF en de DA verstuurd. - Van betrokkene is géén verweerschrift ontvangen. - Op 17 juli 2017 heeft de DA een conclusie, gedateerd 13 juli 2017, genomen. - Op 20 juli 2017 heeft de KNKF per e-mail een conclusie genomen. Zowel de KNKF als de DA hebben van elkaars conclusie een kopie toegestuurd gekregen. Uitspraak Tuchtcommissie 1

- Op 25 juli 2017 zijn de conclusies van de KNKF en de DA aan betrokkene verstuurd. - De tuchtcommissie heeft de zaak schriftelijk behandeld. 4. Aangifte/grondslag van de tuchtzaak en verweer: De KNKF heeft van de volgende overtreding aangifte gedaan: Op 18 februari 2017 te 14:35 uur is er in Amsterdam bij betrokkene een dopingcontrole uitgevoerd. Het analyserapport van het dopingcontrolelaboratorium vermeldt dat bij analyse van het A-deel van het urinemonster van betrokkene met nummer [nummer urinemonster betrokkene] de stof Carboxy-THC in een concentratie hoger dan 180 ng/ml is aangetroffen. Deze stof komt voor op de Dopinglijst 2017 behorende bij het Nationaal Dopingreglement van het Instituut Sportrechtspraak. De aanwezigheid hiervan vormt een overtreding van artikel 3 van het Dopingreglement. De KNKF heeft verzocht de betrokkene volledig in de kosten te veroordelen. Betrokkene heeft geen schriftelijk verweer gevoerd. De DA heeft geconcludeerd dat er zijdens betrokkene sprake is van een overtreding van artikel 3 van het Dopingreglement. Omdat het gaat om een specifieke stof en betrokkene niet heeft aangetoond dat de verboden stof buiten wedstrijdverband is gebruikt, maar evenmin is komen vast te staan dat er aan de zijde van betrokkene sprake is van opzet, geldt dat de periode van uitsluitsel op grond van artikel 37 lid 3 van het Dopingreglement in beginsel twee jaar bedraagt, aldus de Dopingautoriteit. Naar het oordeel van de Dopingautoriteit komt betrokkene niet in aanmerking voor strafreductie, zodat aan betrokkene een periode van uitsluiting van twee jaar moet worden opgelegd. 5. Beoordeling door de tuchtcommissie 5.1. bevoegdheid en ontvankelijkheid: 5.1.1 Betrokkene was ten tijde van de overtreding bij de KNKF als lid geregistreerd. Krachtens de statuten van de KNKF is een lid van de KNKF onderworpen aan de tuchtrechtspraak van de KNKF. De KNKF heeft deze tuchtrechtspraak bij overeenkomst opgedragen aan het ISR. De tuchtcommissie verklaart zich bevoegd om van de onderhavige tuchtzaak kennis te nemen. 5.1.2 De tuchtcommissie merkt op dat de aangifte twee onvolkomenheden bevat. Zo heeft de KNKF allereerst in zijn aangifte nagelaten aan te geven of de dopingovertreding binnen of buiten wedstrijdverband heeft plaatsgevonden. Aan de aangifte zit echter wel een door de KNKF op 29 mei 2017 aan betrokkene verzonden brief gehecht waarin aan betrokkene wordt medegedeeld, dat er bij hem op 18 februari 2017 tijdens het NK Gewichtheffen een dopingcontrole is uitgevoerd en dat de KNKF van de DA heeft vernomen, dat bij analyse van het afgenomen urinemonster [nummer urinemonster betrokkene] de stof carboxy-thc in een concentratie hoger dan 180 ng/ml is aangetroffen. Uit eigen onderzoek is het de tuchtcommissie bovendien gebleken dat op 18 februari 2017 te Amsterdam het NK Gewichtheffen plaatsvond. Nu betrokkene ook niet heeft ontkend dat de dopingcontrole tijdens, althans in het kader van de wedstrijd NK Gewichtheffen te Amsterdam is uitgevoerd, en betrokkene hierdoor ook niet in zijn (processuele) belangen is geschaad, ziet de tuchtcommissie geen reden om de zaak niet in behandeling te nemen. Dat geldt ook voor de kennelijke verschrijving van de KNKF in de aangifte daar waar de KNKF onder 7. Aangifte bondsbestuur van een overtreding van het Dopingreglement heeft geantwoord dat er eerder tegen betrokkene aangifte is gedaan van overtreding van het Dopingreglement. Deze vraag had naar het oordeel van de tuchtcommissie ontkennend moeten worden beantwoord. De tuchtcommissie heeft bij controle van Uitspraak Tuchtcommissie 2

de aangifte namelijk geen eerdere aangifte van een overtreding van het Dopingreglement aangetroffen. Dat neemt evenwel niet weg dat ook deze onvolkomenheid van zodanig geringe aard/betekenis is, waarbij betrokkene evenmin in zijn (processuele) belangen is geschaad, dat de tuchtcommissie van oordeel is dat de aangifte voldoet aan de eisen die daaraan in het Nationaal Dopingreglement Instituut Sportrechtspraak 2015 (herziene versie) (hierna te noemen: Dopingreglement) en het Tuchtreglement Dopingzaken Instituut Sportrechtspraak versie 1 januari 2015 (hierna te noemen: Tuchtreglement Dopingzaken) worden gesteld. 5.1.3 Verder zijn er geen formele bezwaren om de zaak in behandeling te nemen. 5.1.4 De tuchtcommissie besluit tot schriftelijke afdoening overeenkomstig artikel 14 lid 3 en artikel 15 leden 1 en 3 Tuchtreglement Dopingzaken. Betrokkene heeft niet binnen veertien dagen na ontvangst van de schriftelijke aangifte bij de KNKF aangegeven gebruik te willen maken van zijn recht op een mondelinge behandeling. De tuchtcommissie komt daarom tot het oordeel dat betrokkene afziet van zijn recht op een mondelinge behandeling. 5.2. de overtreding: 5.2.1. De betrokkene heeft op 18 februari 2017 in Amsterdam deelgenomen aan het NK Gewichtheffen en is door de dienstdoende dopingcontroleofficial van de DA ingeloot om een dopingcontrole te ondergaan. Hij heeft het dopingcontroleformulier ondertekend en zich daarmee akkoord verklaard met de procedure tijdens de monsterafname. De procedures rond de monsterafname en het resultaatmanagement staan nauwkeurig omschreven in het statusrapport van de DA dat deel uitmaakt van de aangifte. De betrokkene heeft geen verweer gevoerd en dus geen argumenten aangevoerd waaruit zou kunnen blijken dat de procedure niet volgens de regels of onjuist zou zijn verlopen. Ook de tuchtcommissie constateert geen onregelmatigheden. De tuchtcommissie is van oordeel dat de procedures rond de monsterafname en het resultaatmanagement hebben plaatsgevonden in overeenstemming met de daarvoor geldende voorschriften. 5.2.2. Uit het statusrapport blijkt dat in het urinemonster van betrokkene met nummer [nummer urinemonster betrokkene] Carboxy-THC (gerelateerd aan THC) in een concentratie groter dan 180 ng/ml is aangetroffen. Bij betrokkene is een carboxy-thc waarde van 201 ng/ml aangetroffen. Dit is volgens de Dopinglijst (2017) behorende bij het Dopingreglement, een specifieke verboden stof. De aanwezigheid van een verboden stof in een (urine)monster van een aangewezen sporter vormt een overtreding van het Dopingreglement. 5.2.3. De betrokkene heeft niet binnen de reglementair vastgestelde termijn laten weten gebruik te willen maken van zijn recht om het B-deel van zijn urinemonster te laten analyseren. Daarmee is de uitslag van het A- monster definitief geworden en staat de aanwezigheid van de aangetroffen verboden stof vast. 5.2.4. Betrokkene heeft niet gesteld noch aangetoond dat er bij de analyse van zijn urinemonster zou zijn afgeweken van enige International Standard. De positieve uitslag vormt zodoende het betrouwbaar en onomstotelijk bewijs van de aanwezigheid van de verboden stof in het lichaam van betrokkene. 5.2.5. Niet is gebleken dat betrokkene op het moment van de controle in het bezit was van een geldige dispensatie voor het gebruik van de aangetroffen stof. Ook is niet gebleken dat betrokkene na de dopingcontrole een dispensatie voor het gebruik van de aangetroffen stof heeft aangevraagd. 5.2.6. De verplichtingen van de sporter zijn in het Dopingreglement duidelijk en strikt geformuleerd: - het is de persoonlijke plicht van elke sporter om ervoor te zorgen dat geen verboden stoffen zijn of haar lichaam binnenkomen; - de sporter is verantwoordelijk voor alle verboden stoffen die in zijn of haar urinemonster worden aangetroffen en om een overtreding van artikel 3 Dopingreglement te kunnen vaststellen behoeft geen opzet, schuld, nalatigheid of bewust gebruik door de sporter te worden aangetoond. 5.2.7. De tuchtcommissie concludeert dat het bewijs van overtreding van artikel 3 van het Dopingreglement door betrokkene is geleverd. Uitspraak Tuchtcommissie 3

5.3. de strafmaat: 5.3.1. Aangezien de overtreding van artikel 3 van het Dopingreglement is bewezen, moet worden besloten over de op te leggen sanctie. De aangetroffen stof is een specifieke stof die alleen verboden is binnen wedstrijdverband. 5.3.2. Artikel 37 van het Dopingreglement brengt mee dat indien de dopingovertreding verband houdt met een specifieke stof, zoals bij deze dopingovertreding het geval is, de periode van uitsluiting twee jaar bedraagt tenzij de DA kan aantonen dat sprake is van opzet bij betrokkene. 5.3.3. De DA geeft aan dat zij niet kan aantonen dat bij het begaan van de dopingovertreding zijdens betrokkene sprake was van opzet. Dit brengt mee dat de periode van uitsluiting op grond van artikel 37.3 Dopingreglement in beginsel twee jaar bedraagt. 5.3.4. Vervolgens moet worden onderzocht of betrokkene in aanmerking komt voor een reductie van de periode van uitsluiting van twee jaar op grond van afwezigheid van schuld of nalatigheid (artikel 44 Dopingreglement), of afwezigheid van aanmerkelijke schuld of nalatigheid (artikel 45 Dopingreglement). 5.3.5. Voor de mogelijke toepassing van zowel artikel 44 als artikel 45 Dopingreglement geldt de ingangseis dat betrokkene moet aantonen hoe de verboden stof in zijn lichaam is gekomen. De betrokkene heeft geen verweer gevoerd en dus niet aangetoond hoe de verboden stof in zijn lichaam is gekomen. Wel heeft betrokkene op het dopingcontroleformulier aangegeven wietolie te hebben gebruikt. Met de DA is de tuchtcommissie van oordeel dat deze informatie weinig tot geen aanknopingspunten biedt om de positieve uitslag te verklaren, en geeft ook geen enkel inzicht in het moment van het gebruik, de context van het gebruik en de duur van het gebruik. Betrokkene heeft aldus niet afdoende aangetoond hoe de verboden stof in zijn lichaam is gekomen. 5.3.6. Om die reden komt aan betrokkene geen reductie van de op te leggen straf op grond van de artikelen 44 en 45 Dopingreglement toe. 5.3.7. De tuchtcommissie stelt voorts vast dat geen van de in de artikelen 46 t/m 49 Dopingreglement bedoelde situaties zich in deze zaak voordoet. 5.3.8. De periode van uitsluiting van twee jaar wordt daarom niet gereduceerd. 5.3.9. Gelet op deze overwegingen besluit de tuchtcommissie tot een uitsluiting van betrokkene voor een periode van twee jaar. 5.4. de kostenveroordeling De overtreding waarvan aangifte is gedaan, is bewezen verklaard. Op grond daarvan wordt een sanctie opgelegd. De tuchtcommissie bepaalt - met verwijzing naar het gestelde in artikel 18 lid 12 van het Tuchtreglement Dopingzaken - dat de aan de behandeling van deze zaak verbonden kosten ten laste van de betrokkene worden gebracht. 6. Uitspraak: De tuchtcommissie: - besluit tot afdoening zonder hoorzitting; - verklaart bewezen dat betrokkene de onder 4. vermelde overtreding heeft begaan met de toevoeging dat de dopingovertreding plaatsvond binnen wedstrijdverband; - legt op de straf van uitsluiting voor een periode van twee jaar. Op grond van het bepaalde in artikel 51.1 van het Dopingreglement vangt deze periode aan op de datum van deze uitspraak. De periode van uitsluiting loopt derhalve af op 18 september 2019. - stelt de aan de behandeling van dezer zaak verbonden kosten vast op 340,-. Dit bedrag dient binnen een maand na deze uitspraak door de betrokkene aan de KNKF te zijn voldaan, bij gebreke waarvan er sprake is van een overtreding van het Algemeen Tuchtreglement van het ISR. Uitspraak Tuchtcommissie 4

7. Beroep in geval van een uitspraak van de tuchtcommissie Van deze uitspraak kunnen zowel de betrokkene als de overige in artikel 60.3 Dopingreglement genoemde partijen en organisaties beroep instellen bij de commissie van beroep van het Instituut Sportrechtspraak. Voor betrokkene bedraagt de beroepstermijn 21 dagen te rekenen vanaf de dag waarop betrokkene schriftelijk van de uitspraak in kennis is gesteld. Het beroep dient schriftelijk in vijfvoud te worden ingediend, bij voorkeur met gebruikmaking van een standaardberoepschrift dat kan worden verkregen bij het ambtelijk secretariaat of door het te downloaden van de website van het Instituut Sportrechtspraak: www.instituutsportrechtspraak.nl. Amsterdam, 18 september 2017 mr. O.J.H.M. van Eijndhoven (kamervoorzitter) mr. K. Meijer (juridisch secretaris) Afschrift verzonden d.d.: 27 september 2017 Paraaf ambtelijk secretaris: Uitspraak Tuchtcommissie 5