In de kas
inhoud blz. 1. Inleiding 3 2. Kassen en tuinbouw 4 3. Soorten kassen 6 4. In de kas 8 5. Voor en nadelen 12 6. Het Westland 13 7. Bijzondere kassen 14 8. Filmpjes 16 Pluskaarten 17 Bronnen en foto s 19 Colofon en voorwaarden 20
1. Inleiding Veel van de groenten die tijdens een maaltijd op je bord liggen, komen uit een kas. In Nederland hebben tuinders vaak kassen. In dit boek neem je een kijkje in een kas. Je krijgt antwoord op vragen als: Wat zijn de voor-en nadelen van het kweken in een kas. Welke soorten kassen zijn er? Je leest ook meer over problemen die tuinders tegenkomen in hun kassen. Tot slot lees je ook nog over twee zeer bijzondere kassen.
2. Kassen en tuinbouw Tuinbouw en tuinders Kassen worden gebruikt in de tuinbouw. Iemand die zich met tuinbouw bezig houdt, noem je een tuinder. Tuinders telen groenten, fruit, bloemen, planten, bollen of zaden. Die gewassen kunnen ook buiten geteeld worden. Dat noem je ook wel vollegrondstuinbouw. Het kweken van bomen, fruit of bloembollen gebeurt buiten. licht temperatuur water bloemen groenten bollen fruit zaden Licht, water temperatuur Elke plant heeft licht, water en een bepaalde temperatuur nodig om te kunnen groeien. De hoeveelheid licht, water of temperatuur hangt heel erg af van de soort plant. Een tuinder die planten (groenten) buiten teelt is afhankelijk van het weer. Het weer bepaalt de hoeveelheid licht, water en temperatuur.
Alles geregeld In een kas kan de tuinder het licht, de temperatuur en het water helemaal zelf regelen. De tuinder is niet meer afhankelijk van het weer. In de kas is de temperatuur vanzelf al hoger. Het zonlicht kan in de donkere winter vervangen worden door lampen. En met een waterinstallatie krijgt elke plant zijn dagelijk portie water met voedingstoffen. Lampen geven licht in de winter Bij teveel warmte gaan de ramen open. Gevangen warmte De zon schijnt op de glazen kas. Binnen in de kas wordt de lucht en de grond verwarmd. Die warme lucht blijft gevangen onder het glas. Zo blijft de temperatuur hoger in de kas. Door ramen in de kas open te zetten kan de tuinder warme lucht laten ontsnappen. Op die manier kan de tuinder de temperatuur laten dalen.
3. Soorten kassen A. de onverwarmde kas In een onverwarmde kas kan de temperatuur niet geregeld worden, want er wordt geen kachel gestookt. De temperatuur binnen hangt af van de buitentemperatuur. Dat betekent dat het in de winter in deze kassen ook kan vriezen. Ze worden daarom meestal gebruikt in het warme seizoen vanaf de maand maart. B. De koude kas De koude kas wordt ook wel de vorstvrij verwarmde kas genoemd. In deze kas stookt de tuinder in de winter een minimumtemperatuur tussen de 5 tot 8 graden Celsius. Het is een kas voor vetplanten, sommige orchideeën, citrusplanten en laurier. Die planten rusten vaak in de winter bij een lagere temperatuur en hebben dan bijna geen water nodig. In de zomer hebben deze planten vochtige lucht, warmte en licht nodig.
C. de gematigde kas In deze kas houdt de tuinder de kas op een temperatuur van tussen de 12 tot 15 graden Celsius. In deze kas worden ook vetplanten, orchideeën en verschillende soorten kamerplanten gekweekt. In de zomer hebben deze planten veel beschutting, warmte en vocht nodig. D. De warme kas In de warme kas is het in de winter op zijn minst 18 graden Celius. In deze kas kunnen zelfs tropische planten gekweekt worden. Je begrijpt dat in deze kas de hele winter door allerlei groenten, bloemen, kamerplanten en fruitsoorten geteeld kunnen worden.
4. In de kas Warmte Kassen hebben in de winter hoge energiekosten. De lichten en de verwarming draaien in de winter op volle toeren. Tuinders proberen hun energierekening zo laag mogelijk te houden. De laatste jaren lukt dat steeds meer door nieuwe technieken. een verwarmde kas de elektriciteitscentrale warmte-krachtkoppeling Grote elektriciteitscentrales maken elektriciteit. Daarvoor is brandstof nodig. Uit die brandstof kan men maar 60% elektriciteit winnen. De rest gaat verloren als warmte. Verloren? Nee, vroeger wel, maar nu wordt deze restwarmte geleverd aan o.a de tuinbouw. Met die verloren restwarmte kan de tuinder zijn kas stoken. Je noemt dat warmte-krachtkoppeling.
CO 2 Planten maken hun eigen voedsel. Het is een soort suiker. Om die suiker te maken heeft de plant water, zonlicht en CO 2 nodig. CO 2 is de afkorting voor het gas koolstofdioxide. Hoe meer CO 2 in de kas komt des te harder de plant gaat groeien. Koolstofdioxide ontstaat o.a. na de verbranding van fossiele brandstoffen. Tuinders stookten vroeger hard om veel CO 2 in hun kas te krijgen. Nu betrekken veel kassen CO 2 van chemische bedrijven. Die willen ervan af, want het is afval. Als de plant het CO 2 opneemt via de bladeren verandert de plant het CO 2 in een ander bekend gas: zuurstof. En zuurstof is een onmisbaar gas voor mens en dier op aarde. Koolstofdioxide CO 2 zonlicht In het blad maakt de plant: zijn voedsel: suiker zuurstof water Zo maken groene planten hun voedsel
Water en voeding In de kas krijgen de planten water met daarin voedingsstoffen. Soms is elke plant apart aangesloten op een watersysteem. Een slangetje loopt naar de plant. Die plant groeit vaak op steenwol. In het water zitten alle voedingsstoffen van de plant. Ondere elke plant met steenwol loopt een afvoerbak. Die vangt al het overtollige water op. Dat water wordt weer opnieuw gebruikt. Zo gaat er geen druppel verloren. steenwol als bodem Planten krijgen automatisch hun voeding Het hangt heel erg af van de plantensoort hoe de plant water krijgt. Sommige soorten worden even helemaal onder water gezet en dan wordt het water afgevoerd. Andere soorten worden weer van boven besproeid. Het water geven in een kas gaat meestal helemaal automatisch.
Ziekte Een tuinder zal er alles aan doen om ziektes buiten zijn kas te houden. Ziektes in een kas kunnen ontstaan door schimmels, bacteriën en insecten. Ook kunnen insecten de oogst in een kas als voedsel gebruiken. Schimmels zoals roest, schurft en meeldauw tasten de planten aan. Bacteriën in een kas zijn heel schadelijk. Ze verspreiden zich snel. Luizen, bladmineerders en rupsen zijn het meest schadelijk voor gewassen in kassen. Deze insecten werden vroeger met gif bestreden. Tegenwoordig kiezen steeds meer tuinders ervoor om natuurlijke vijanden in de kas te laten. roest bacterievuur schurft Larve lieveheersbeestje eet bladluizen mineerder meeldauw Sluipwesp valt rups aan
5. Voor en nadelen Over de voordelen van het telen van planten heb je al iets kunnen lezen: 1. De tuinder is niet meer afhankelijk van het weer. 2. De tuinder weet daardoor ook precies hoeveel tijd hij nodig heeft om een gewas te kweken. Het kweken in kassen heeft ook nadelen: 1. Het kweken in kassen kost veel energie. De kas moet verwarmd wor-den en vaak moet er in de winter kunstlicht branden. Je hebt gelezen dat veel tuinders op slimme manieren op die kosten bezuinigen. 2. Ook worden er in kassen veel meststoffen en bestrijdingsmiddelen gebruikt. Die zijn schadelijk voor het milieu. Bij de bestrijding van on-gedierte gaan tuinders steeds meer over op het loslaten van natuurlijke vijanden in de kas. Het weer buiten telt niet meer hoge energiekosten
6. Het Westland Een beroemde streek, maar ook een gemeente in Nederland met veel glastuinbouw is het Westland in Zuid- Holland ten zuiden van den Haag. Deze streek heeft ook wel de bijnaam De Glazen Stad. Het Westland heeft zeer vruchtbare grond. Bovendien ligt het aan de kust waardoor het gebied meer uren zon heeft dan andere delen in Nederland. het Westland Het Westland: De Glazen Stad Het is daarom ook niet zo vreemd dat je hier meer dan de helft van de Nederlandse tuinbouw kunt vinden. Heel vroeger was het Westland vooral bekend om haar druiventeelt. Nu vind je in het Westland allerlei gewassen.
7. Bijzondere kassen Zuidpoolkas Op de Zuidpool is een Amerikaans onderzoeksstation. In het onherbergzame gebied wonen en werken wetenschappers. Ze doen er onderzoek in dit bijzondere gebied waar geen enkele plant groeit. Het voedsel moet dus ingevlogen worden, maar sinds 2004 is er in het station een kas. In de kas groeien planten in de warmte en bij kunstlicht, omdat er op de Zuidpool onvoldoende zonlicht is. Planten kweken op de Zuidpool Biosfeer 2 Onze aarde heeft een gebied waarin leven voor planten, dieren en mensen mogelijk is. Dat gebied noem je de biosfeer. Als je de ruimte ingaat, raak je buiten deze biosfeer en daar is alleen leven mogelijk als je zuurstof meeneemt. De rijke Amerikaan Edward Bass had eem gedachte over de verre toekomst: Kunnen mensen in de verre toekomst op de maan of op Mars gaan wonen? Om die vraag te kunnen beantwoorden moest er veel onderzoek gedaan worden.
Bass liet daarom in de woestijn van Arizona een reusachtige kas bouwen. In deze kas liet hij de biosfeer van de aarde namaken. Hij noemde de kas Biosfeer 2 De kas bestond uit verschillende afgesloten delen van elkaar: woestijn, moeras, savanne, oceaan, en landbouwterreinen met alle planten die bij elk gebied hoorden. biosfeer 2 binnen in biosfeer 2 In totaal kwamen er 3000 levensvormen in de kas, van mossen tot bananenbomen en van plankton tot geiten en apen. In de kas leefden 8 mensen. Planten in de kas moesten voor de zuurstof zorgen. Water moest gerecycled worden. Van deze proeven hebben geleerden veel op-- gestoken. Tijdens de eerste proef kregen de bewoners te weinig zuurstof. Er moest zuurstof in de kas gebracht worden. De bewoners kregen met veel onverwachte problemen te maken. In 1994 eindigden de proeven. Biosfeer 2 ging toen open voor het publiek.
8. Filmpjes Paprika s Bloemen Klik hier https://schooltv.nl/video/degrootste-paprikakassen-ter-wereldmiljoenen-paprikas-uit-noordholland/#q=kassen Klik hier https://schooltv.nl/video/hoeworden-gerberas-gekweektkleurrijke-bloemen-op-een-langesteel/#q=kassen
Bronnen en foto s http://en.wikipedia.org/wiki/biosphere_2 http://nl.wikipedia.org/wiki/glastuinbouw
Copyright Age Cnossen 2012