Spanje. Staten en kiesstelsels



Vergelijkbare documenten
Polen. Staten en kiesstelsels

Oostenrijk. Staten en kiesstelsels

partijpolitieke landschap. Maar beide veranderingen zorgden niet voor meer politieke stabiliteit.

In maart 2011 telde het Verenigd Koninkrijk inwoners, als volgt verdeeld over de vier gebiedsdelen:

voor onder meer buitenlandse zaken, defensie, nationale veiligheid, monetaire zaken, belastingheffing en de olie-industrie.

Frankrijk. Staten en kiesstelsels

Zwitserland. Staten en kiesstelsels

Nordrhein-Westfalen Rheinland-Pfalz. Schleswig-Holstein

Gewesten en gemeenschappen

Verenigde Staten van Amerika

voor onder meer buitenlandse zaken, defensie, nationale veiligheid, monetaire zaken, belastingheffing en de olie-industrie.

door de bevolking gekozen. Hij benoemt en ontslaat de leden van het regionale bestuur en is verantwoordelijk voor het beleid.

Wat is een constitutie?

Wat is een constitutie?

Samenvatting Geschiedenis Staatsinrichting H3+4

Vrouwen in de politiek geactualiseerde versie, januari 2011

Wie bestuurt het Caribisch deel van ons Koninkrijk?

Verkiezingen - Methodologie

Wat is een democratie?

Debat: Het Duitse kiesstelsel is beter dan dat van Nederland

Quiz: welke staat past bij jou?

Debat: Het Duitse Kiesstelsel is beter dan dat van Nederland

Verdieping: welke staat past bij jou?

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Puzzel Historische ontwikkelingen parlementair stelsel

Bestuurslagen in Nederland rijksoverheid provinciale overheid gemeentelijke overheid

Nederland is helemaal geen representatieve democratie

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

De Kiesraad. Organisatie en taken

Leve de democratie? HAVO / VWO

Diversiteit in de Provinciale Staten

Nieuw Haags Peil van 14 oktober 2007

Inhoudstafel. Hoofdstuk 1 Classificatie van kiesstelsels 37

Wie beslist wat? Duur: minuten. Wat doet u?

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 2003 Nr. 16

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Maatschappijleer par. 1!

Constitutioneel recht

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek

STATUUT VAN DE HAAGSE CONFERENTIE VOOR INTERNATIONAAL PRIVAATRECHT

Wie bestuurt de Europese Unie?

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

Doe mee en test je kennis. Stuur je antwoorden naar mij en ik informeer je over de scoren.

Wie bestuurt de Europese Unie?

Samenvatting door M woorden 15 januari keer beoordeeld. Thema's maatschappijleer. Hoofdstuk 1. Algemeen belang:

Samenvatting Maatschappijleer Politiek

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming

Verslag aan de Provincieraad

Wie bestuurt de Europese Unie?

ledenvergadering gehouden te Utrecht op twaalf december tweeduizend-

Onderzoek. Diversiteit in de Tweede Kamer 2012

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!!

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Inhoud. Voorwoord XI. 3 Staatshoofd en ministers De liefde van een crimineel De Grondwet Het Statuut 50

Consultatieversie. Memorie van toelichting. Algemeen. 1. Inleiding

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

Samenvatting Maatschappijleer 1 Politiek

Kijktip: Nieuwsuur in de Klas

Samenvatting Resolutie. Democratie van Nu. D66 krijgt het voor elkaar

Cursus Politiek Actief Bijeenkomst 1: Introductie, algemene staatsinrichting en verkiezingen

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk!

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld.

Zoals gewijzigd en vastgesteld door de Algemene Leden Vergadering van 23 april 2016.

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6

Verkiezingen en kiesrecht. Kiesstelsel

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Samenvatting Maatschappijleer Parlementaire democratie

Hoofdstuk 3. Algemene beoordeling

TRACTATENBLAD VAN HET

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

Stemmen Verkiezingen Europees Parlement 2019

Tijd van burgers en stoommachines Emancipatie en democratisering. Onderzoeksvraag: Hoe werd de politiek gedemocratiseerd?

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO

Opgave 2 Tweede Kamerverkiezingen 2006 en kabinetsformatie

36840 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

HC 5A, , Het Koninkrijk der Nederlanden en de internationale rechtsorde

Een wat strenge stem, hij wil graag officiëler klinken dan hij in wezen is.

Wie bestuurt de provincie?

Tweede Kamer der Staten-Generaal

DEBAT. Debat over het Amerikaanse kiesstelsel OMSCHRIJVING

Lesmateriaal voor het (V)MBO

Verdieping: De machtigste president

TOESPRAAK J.W. REMKES, VOORZITTER STAATSCOMMISSIE PARLEMENTAIR STELSEL, T.G.V. PERSCONFERENTIE TUSSENSTAND, OP 21 JUNI 2018, TE NIEUWSPOORT, DEN HAAG


6,9. Samenvatting door een scholier 2567 woorden 24 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer. Politieke Besluitvorming

DEBAT DEBAT OVER HET AMERIKAANSE KIESSTELSEL HANDLEIDING OMSCHRIJVING

Referendum. Het voorleggen van een vraag met betrekking tot wetgeving aan de kiesgerechtigden in een land of gebied. Gert Beijer 09/11/2016

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 december 2002 (OR. en) 14052/2/02 REV 2 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0046 (COD)

Lestips & werkvormen over de Amerikaanse

Schets van het systeem van Burger Democratie Op basis van mijn reacties op het discussiestuk Naar een slagvaardige democratie april 2003

Functie en bevoegdheden Sociale raad

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Deze brochure is een uitgave van: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Postbus EA Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Roosendaal kiest. Hoe werkt het bij de gemeenteraadsverkiezingen?

6,6. Samenvatting door een scholier 1139 woorden 2 mei keer beoordeeld. Maatschappijleer POLITIEK

Aan Zijne Majesteit Koning Albert, Koning der Belgen.

Transcriptie:

Spanje Staten en kiesstelsels Evenals in België staat in Spanje de verdeling van taken en bevoegdheden tussen de centrale regering enerzijds en de autonome regio s anderzijds voortdurend op de politieke agenda. Beide landen hebben ook gemeen dat de autonomiestructuur erg ingewikkeld is, hoewel België formeel een federatie is en Spanje niet. Dit dossier gaat over de ontwikkeling van het staatsbestel en het kiesstelsel in Spanje. 1. De structuur Vergeleken met landen als Frankrijk, België, Nederland en het Verenigd Koninkrijk is Spanje een betrekkelijk jonge democratie. De Spaanse burgeroorlog van 1936 tot 1939 leidde tot een langdurige militaire dictatuur onder leiding van generaal Francisco Franco. Pas na zijn dood in 1975 kwam in Spanje een proces van democratisering en decentralisatie tot stand. In 1977 vonden verkiezingen voor het Spaanse parlement plaats, terwijl in 1978 een nieuwe grondwet van kracht werd. In deze grondwet wordt Spanje een parlementaire monarchie genoemd. Spanje is een land met een grote historische, culturele en taalkundige verscheidenheid. In sommige landen met dergelijke verschillen tussen regio s komt dit tot uitdrukking in een federatieve opbouw van de staat dat is bijvoorbeeld het geval in België en Duitsland. Spanje daarentegen is formeel gesproken geen federatie. De grondwet voorziet niet in een territoriale indeling van Spanje op grond van bepaalde regionale kenmerken. Dat betekent dat Spanje na de inwerkingtreding van de grondwet geen duidelijk afgebakende regio s met vormen van zelfbestuur kreeg. Wel spreekt de grondwet over zogenoemde autonome gemeenschappen. Het bijzondere hiervan is dat het initiatief in het proces van decentralisatie uitdrukkelijk bij de regio s zelf werd gelegd. De belangrijkste reden hiervan is dat de kwestie van de regionale autonomie in Spanje erg gevoelig lag (en ligt) en dat de centrale regering de regio s niet voor voldongen feiten wilde stellen. De grondwet beschreef daarom vooral de weg naar autonomie en niet het eindstation zelf. Tegelijkertijd wordt onderscheid gemaakt tussen drie verschillende niveaus van autonomie. Omdat de drie historische regio s Catalonië, Baskenland en Galicië al voor de militaire dictatuur van Franco over een soort autonomiestatuut beschikten, kregen zij al heel snel het hoogste niveau van zelfbestuur met de daarbij behorende organen. Op grond van bepaalde

uitzonderingsbepalingen in de grondwet drongen vier regio s spoedig daarna tot het hoogste autonomieniveau door, terwijl tien regio s de normale weg bewandelden. Momenteel kent Spanje dus zeventien autonome gemeenschappen, meestal autonome regio s genoemd, die allemaal hun eigen autonomiestatuten hebben. Wijziging van een autonomiestatuut vereist de instemming van het Spaanse parlement en van de inwoners van de betreffende regio via een bindend referendum. Als gevolg van de historische ontwikkelingen hebben niet alle autonome regio s dezelfde mate van zelfbestuur. De grondwet bevat niet alleen een opsomming van de taken en bevoegdheden van de centrale staat, maar ook van die van de regio s. Maar omdat de grondwet deze kwestie niet volledig heeft dichtgetimmerd en de verdere overdracht van bepaalde competenties naar de regio s tot de mogelijkheden behoort, vindt er voortdurend politieke strijd plaats tussen de centrale instellingen enerzijds en een aantal regio s anderzijds. De regio's treden geenszins gezamenlijk op. Vooral de historische regio's wijzen op hun geprivilegieerde positie ten opzichte van de andere regio's. Zo kreeg Catalonië na lang touwtrekken in juni 2006 een nieuw autonomiestatuut, waardoor de regio nog meer financiële armslag heeft gekregen en waarin Catalonië (in de preambule) zelfs wordt omschreven als een natie. De laatste tijd wordt de roep om staatkundige onafhankelijkheid steeds luider. Ook de autonomie van Baskenland gaat sommige nationalisten in deze regio lang niet ver genoeg. Hoewel de gewapende strijd voor Baskische onafhankelijkheid is stopgezet, blijven veel inwoners en partijen in politieke zin strijden voor dit ideaal. Naast de zeventien autonome regio s kent Spanje overigens nog twee autonome steden in Noord-Afrika, namelijk Ceuta en Melilla. De grote mate van diversiteit in Spanje vindt niet alleen haar weerslag in bestuurlijke autonomie, maar blijkt ook uit het feit dat de drie historische regio s Galicië, Baskenland en Catalonië officieel tweetalig zijn. Zoals gezegd, Spanje is formeel geen federatie, maar in de praktijk heeft het land hier veel van weg; bijzonder blijft evenwel het asymmetrische karakter van de staat, waarin de regio s niet allemaal elkaars gelijke zijn. De autonome regio s in Spanje zijn onderverdeeld in vijftig provincies. Zij hebben geen wetgevende bevoegdheden, maar alleen uitvoerende taken. Medio juli 2012 telde Spanje ruim 47.000.000 inwoners. Iets meer dan 45 procent van de bevolking leeft in zeven van de vijftig provincies. 2. De organen Het Spaanse parlement bestaat uit twee kamers: het Huis van Afgevaardigden (Congreso de los Diputados) en de Senaat (Senado). Volgens de grondwet beschikt het Huis over minimaal 300 en maximaal 400 leden momenteel zijn dat er 350. Zij worden voor een periode van vier jaar gekozen, maar de premier heeft evenals zijn Britse ambtgenoot het recht om het parlement eerder te ontbinden.

De Senaat vertegenwoordigt de verschillende Spaanse territoria. Zij telt 264 leden, van wie er 208 rechtstreeks in de provincies worden gekozen en 56 door de regioparlementen worden benoemd, en wel op basis van evenredigheid. De Senaat is minder belangrijk dan het Huis van Afgevaardigden. Zo is de regering alleen afhankelijk van politieke steun in het Huis en kan zij niet door de Senaat worden weggestuurd. Ook op het gebied van wetgeving vervult het Huis een prominentere rol dan de Senaat. Spanje is een constitutionele monarchie. De koning heeft vooral ceremoniële en representatieve functies; daarnaast speelt hij een (zeer) bescheiden rol bij de benoeming van een nieuwe regering. De premier is de regeringsleider. Hij wordt door de koning benoemd als hij in de eerste stemronde de steun van de absolute meerderheid van de parlementariërs of in de tweede ronde die van een gewone meerderheid heeft gekregen. De premier stelt zelf zijn kabinet samen. Het aftreden van de premier leidt automatisch tot de val van de gehele regering. In Spanje kunnen ministers tegelijkertijd lid zijn van het parlement. De autonome gemeenschappen hebben hun eigen wetgevende en uitvoerende organen. De parlementen van de autonome gemeenschappen hebben één Kamer. Het aantal zetels per parlement verschilt sterk: van 33 in La Rioja tot 135 in Catalonië. Zij worden ook voor vier jaar gekozen, maar niet tegelijkertijd. De drie historische regio s en Andalusië houden verkiezingen volgens een eigen tijdschema. In de overige dertien regio s worden ze tezamen met de gemeenteraadsverkiezingen in geheel Spanje gehouden. Deze dertien parlementen kunnen ook niet tussentijds worden ontbonden. Als de regering in één van deze regio s valt, moet er een nieuwe regering worden gevormd op basis van de bestaande partijpolitieke verhoudingen. De regeringen van de autonome gemeenschappen zijn verantwoording verschuldigd aan de regionale parlementen. Een provincie wordt bestuurd door een deputatie, bestaande uit een voorzitter en een aantal gedeputeerden (afhankelijk van het aantal inwoners). De deputatie heeft geen wetgevende bevoegdheid, doch alleen uitvoerende taken. De gedeputeerden worden gekozen door de leden van de gemeenteraden. Er zijn ook regio s die uit één provincie bestaan; dan is er natuurlijk geen deputatie. Elke gemeente heeft een rechtstreeks door de bevolking gekozen gemeenteraad. Het aantal raadsleden varieert van 5 tot 25. De gemeenteraad kiest uit zijn midden een burgemeester, die op zijn beurt een bestuurscollege samenstelt. De afzonderlijke eilanden van de Balearen en de Canarische Eilanden ten slotte hebben hun eigen democratisch gekozen raden en burgemeesters.

3. De verkiezingen Voor de verkiezingen van het Huis van Afgevaardigden maakt Spanje gebruik van kiesdistricten, die bestaan uit de vijftig provincies en de twee autonome steden in Noord-Afrika. In elk kiesdistrict, zo stelt de grondwet, vinden de verkiezingen plaats op basis van een stelsel van evenredige vertegenwoordiging. De omvang van de provincies annex kiesdistricten loopt sterk uiteen. Het aantal afgevaardigden per provincie is afhankelijk van het aantal inwoners van die provincie, maar elk kiesdistrict levert ten minste twee afgevaardigden (de Noord-Afrikaanse steden leveren elk één afgevaardigde). In een kiesdistrict bestaat een kiesdrempel van 3 procent. De kiesdistricten die relatief weinig inwoners tellen worden bevoordeeld als het gaat om de verhouding tussen het aantal stemmen en het aantal afgevaardigden. Doordat het aantal stemmen op het niveau van het kiesdistrict wordt vastgesteld, zijn sterke regionale partijen ook in het nationale parlement vertegenwoordigd. Bij verkiezingen werkt Spanje met gesloten lijsten. Dat betekent dat de kiezer zijn stem op een partijlijst uitbrengt en dat voorkeurstemmen op kandidaten niet mogelijk zijn. De opkomst bij verkiezingen voor het Huis van Afgevaardigden was als volgt: Jaar Percentage 2011 68,9 2008 73,8 2004 75,7 Ook voor de Senaat vormen de provincies de kiesdistricten. De inwoners van elke provincie kiezen vier senatoren. Bovendien benoemen de parlementen van de autonome gemeenschappen allemaal één senator plus een senator voor elke miljoen inwoners in hun regio. Het kiesstelsel voor de verkiezingen van de autonome parlementen wordt niet door de grondwet voorgeschreven. Elke autonome regio bepaalt zelf volgens welk kiesstelsel het regionale parlement wordt gekozen. Alle regio s hanteren echter het stelsel van evenredige vertegenwoordiging. In dertien van de zeventien autonome regio s zijn de provincies de kiesdistricten. In de overige vier regio s vormen afzonderlijke eilanden of een deel van de provincie een kiesdistrict. De autonome regio s werken met een bepaald aantal vaste zetels per kiesdistrict, terwijl de rest van het aantal zetels wordt verdeeld naar evenredigheid van de bevolking in het kiesdistrict. Baskenland vormt hierop een uitzondering: de drie provincies hebben elk 25 vaste zetels in het Baskische parlement hier wordt dus niet gekeken naar het aantal inwoners per provincie. Evenals voor de verkiezingen voor het Spaanse parlement varieert in de regionale verkiezingen het aantal stemmen dat nodig is om een zetel te krijgen. De Spaanse provincies zijn op hun beurt opgedeeld in 8.116 gemeenten (cijfer 2012), waarvan 84,5 procent minder dan 5.000 inwoners telt. Anders dan bijvoorbeeld in

Duitsland is de landelijke overheid verantwoordelijk voor de organisatie en het verloop van de lokale verkiezingen. Voor heel Spanje geldt een uniform kiesstelsel voor gemeenteraadsverkiezingen (evenredige vertegenwoordiging), dat in nationale wetgeving is geregeld. In andere zaken vallen de gemeenten overigens grotendeels onder de competentie van de regio s. 4. Het referendum Een grondwetswijziging moet aan een nationaal referendum worden onderworpen. Daarnaast kan voor politieke besluiten van bijzonder belang een raadplegend referendum worden gehouden. Het referendum wordt in een dergelijk geval uitgeschreven door de koning op voorstel van de premier en na toestemming van de absolute meerderheid van de leden van het Huis van Afgevaardigden. Sinds het herstel van de democratie is er twee keer een nationaal referendum geweest: in 1986 over het lidmaatschap van Spanje van de NAVO en in 2005 over de Europese grondwet. Er kunnen ook regionale referenda worden gehouden, maar de nationale regering moet hier toestemming voor geven. Dat houdt verband met de vrees dat regionale referenda tot een voor de centrale regering onwelgevallige uitslag kunnen leiden. Er bestaat ook iets van een volksinitiatief: 500.000 burgers kunnen het initiatief nemen tot het indienen van een wetsvoorstel, waarop het Huis binnen vijftien dagen moet reageren. Het Huis is evenwel niet verplicht om het wetsvoorstel in behandeling te nemen. Het initiatief kan bovendien slechts een beperkt aantal onderwerpen betreffen - zo mag het niet gaan over belastingen, internationale zaken, amnestie en over bestaande wetten. Bronnen Paloma Román Marugán (red.), Sistema Político Espanol, Madrid 2002, tweede druk, ISBN 84-481-3216-5. Harald Barrios, Das politische System Spaniens, in: Wolfgang Ismayr (Hrsg.), Die politischen Systeme Westeuropas, Wiesbaden 2009, pp. 713-764, ISBN 978-3- 531-16200-3. Spaanse constitutie, onder meer in het Spaans, Engels en Frans te vinden op http://narros.congreso.es/constitucion/constitucion/indice/index.htm. Enrique Sánchez Goyane, Constitución Espanola comentada, Madrid 2005, ISBN 84-283-2903-6. Luis Moreno, Subnational constitutionalism in Spain, te vinden op http://camlaw.rutgers.edu/statecon/subpapers/moreno.pdf Website www.citymayors.com. R. Soriano en L. Rasilla, 'El referendum en Espana', in: Comares (red.), Democracia Vergonzante y Ciudadanos de Perfil, Granada 2002, ISBN 978-84- 8444-573-9.

Meer informatie Dit dossier wordt onderhouden door Anna Domingo en Harm Ramkema. Heeft u een opmerking of een vraag over de informatie in dit dossier, stuur dan een e-mail naar a.domingo@prodemos.nl of h.ramkema@prodemos.nl Voor het laatst bijgewerkt op 28 januari 2013.