SKB Project. Kunnen δ 18 O-PO 4 gebruikt worden om fosfaatbronnen te herkennen. Marc Verheul



Vergelijkbare documenten
Haalbaarheidstudie gebruik van d 18 O-PO 4 voor bronherkenning van fosfaat in het watersysteem: bodem, landbouw of RWZI?

Alette Langenhoff. Anaërobe afbraak van benzeen; Het ultieme bewijs

Adapting to drought and salinisation in the coupled groundwater surface water system. Joost Delsman

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Resultaten onderzoek relatieve bronnen. B-ware en Royal Haskoning (proefsloten) HH Stichtse Rijnlanden en Aequator (polderanalyse)

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

Sturen op Nutriënten. Sturen op Nutriënten. Doel. Sturen met Water. Sturen op Nutriënten. Waar kijken we naar. Bijeenkomst 19 februari 2015

Potenties voor vegetaties van Natte duinvalleien in het plangebied Hanenplas

Projectnummer: C /LB. Opgesteld door: Tristan Bergsma. Ons kenmerk: :0.2. Kopieën aan: Cees-Jan de Rooi (gd)

SKB-project 6416 Nieuwe processen achterna. Demonstratielocatie Venlo

Waterkwaliteit 2: Natuur/chemie

LMM e-nieuws 12. Inhoud. Inleiding. Geen seizoenseffecten op nitraat- en anorganisch fosforconcentraties in het grondwater.

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Verzilting in Laag Nederland Themabijeenkomst Verzilting en Waterkwaliteit. Joost Delsman, Deltares

Nota. Betreft : Samenvatting statistische analyse waterkwaliteit. Inhoudstafel. Datum: 19/12/17 0. INLEIDING STATISTISCHE ANALYSE...

The Freshmaker. 1. Inleiding. 2. Beschrijving van de maatregel. 3. Hydrologische haalbaarheid Methoden Metingen Modellen. 4.

Landbouwkundige en milieukundige trends akkerbouw in relatie tot 6 e AP Nitraatrichtlijn

SAMENVATTING. en funderingen

Mesdag Zuivelfonds NLTO

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar

MTO Case Study: NIOO. Effecten van MTO op de bodem en grondwaterkwaliteit. 4 juni 2019 Workshop HTO bij Koppert Cress Gebruikersplatform Bodemenergie

Een klein jaar onderzoek. Joost Delsman

Aantal pagina's 5. Doorkiesnummer +31(0)

Dirksen Management Support John Baars

algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.9. is opgenomen

Bodem en Water, de basis

Opbouw van presentatie: Plantsapmetingen verminderen teeltrisico s. Bemesting en productkwaliteit. Hoe groeit een plant?

Emergente Vegetatie in relatie tot nutriëntenconcentraties in het sediment

Beheer van een grensoverschrijdende aquifer : studie aquifer van de kolenkalk

1 Voedingselementen Voedingselementen Zuurgraad Elektrische geleidbaarheid (EC) Afsluiting 14

Projectnummer/Kenmerk _oho 15 april Onderwerp Grondwateronttrekking Delft-Noord: quickscan 1 vóór de afbouwstap van 2019

VLM. Studiemoment grondwater. 29 maart 2019

Indeling presentatie. Onderzoeksvragen (I) Onderzoeksvragen (II) Hypothese

Informatieblad grondwaterkwaliteit Natte Natuurparel. Strabrechtse Heide

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N BTM-V

Kernteam overleg. Jouke Velstra en Sieger Burger A PRIL 2016

Toepassing klimatologische data binnen de water sector National consultation on Climate Services September 8 th 2015

bron van leven en ontwikkeling

Grondwater in stedelijk gebied

Natuurkunde in het veld

KEURING KUNSTGRASVELDEN. Uitloging zink in het drainage water en de drainage laag.

Open en gesloten WKO systemen. Open systemen

Plaggen ten behoeve van natuurontwikkeling. Fosfaatverzadiging als uitgangspunt

Milieu. Waterkwaliteit: Denk aan: nitraat uitspoeling / erfwater / gewasbeschermingsmiddelen / alles wat oppervlakte- en grondwater kan vervuilen

Grondwaterstanden juni 2016

BAGGERNUT. Leon van den Berg Moni Poelen Leon Lamers

Trends in bodemvruchtbaarheid in Nederlandse landbouwgronden

r > ZZW B Zandputten als spaarbekkens Waterhuishoudkundige aspecten \ J

SKB-project 6416 Nieuwe processen achterna. Demonstratielocatie Geleen

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Nat schraalland

BAM - Bemonsterings- en analysemethodes voor bodem in het kader van het mestdecreet Bodem Bepaling van nitraatstikstof

Pilot nitraatmetingen grondwater prei Vredepeel, 14 maart 2017 Janjo de Haan, Harry Verstegen (WPR) Robin van Melis (HAS)

Historie van melkvee en mineralen.

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : September 2007.

Bert Bellert, Waterdienst. 5 september 2011

Emissiemanagement en grondgebonden teelt

Erfafspoeling en groene zuivering

Hoe doorspoeling niet helpt en tijdens regenbuien de sloot zouter wordt...

Verkenning milieueffecten rubbergranulaat bij kunstgrasvelden. Resultaten RIVM en STOWA onderzoek

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant

Organische stof: stof tot nadenken

Project: Kennisdocument Onderwerp: p90 Datum: 23 november 2009 Referentie: p90 onzekerheid Wat betekent de p90 (on)zekerheid?

RESULTATEN DIOXINE-ANALYSES HARLINGEN, februari 2016

2 Bemesting Meststoffen Soorten meststoffen Grondonderzoek Mestwetgeving 49

LMM e-nieuws 16. Inhoud. Inleiding. Het nieuwe LMM-programma vanaf Bezuinigingen. Het nieuwe LMM. Februari 2011 Heruitgave augustus 2018

Invloed Waterkwaliteit op de Onderwater Flora en Fauna

Nederlandse droogteperiodes vanaf 1906 in beeld Bart Vreeken, Logboekweer.nl

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

Wat Wanneer Gegevens doorgeven aan Dienst Regelingen

Effecten van steenmeel op de bodemecologie gefinancierd door provincies Noord-Brabant en Gelderland

Is spuiwater een volwaardig alternatief voor minerale meststoffen in de aardappelteelt?

FeNeLab vakdeskundigenoverleg Juni 2008 CONSERVERING VAN TIN IN WATER MET SALPETERZUUR

Goede bemesting geeft gezonde planten

Resultaten pilot 2018/2019 Groene Weide Meststof H. Canter Cremers

Presentatie tekst Velddag. Verdrogingsbestrijding Groote Peel. Peilopzet in combinatie met peilgesturde drainage

grondwater doorgrond wat kunt u doen tegen grondwateroverlast?

Haven van Harlingen. Rob Berbee

Stand van zaken na een half jaar opvolging van de grondwaterpeilen

Veldwerkplaats vochtige bossen

Vlaanderen is milieu VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJ

Duiding van trends in uit- en afspoeling

Samenvatting rapport Oorzaken en oplossingen kweloverlast omgeving Twentekanaal

Winnen van brak grondwater om brakke kwel te beperken?

Begeleidingscommissie Bodem Vredepeel. 15 december 2015 Janjo de Haan, Harry Verstegen, Marc Kroonen

Klimaatbestendige zoetwatervoorziening Greenport regio Boskoop

MIRA-T Kwaliteit oppervlaktewater. Belasting van het oppervlaktewater met zuurstofbindende stoffen en nutriënten DPSIR

Werkboek van: Den Haneker Educatie Streekonderwijs

De Gouden Ham. Onderzoek blauwalgen. Rapportage : Augustus 2007.

Report 1695.N.17. Mestbewerking en Waterkwaliteit. een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas.

Plantsapmeting ter bevordering van vitaliteit van de planten

Opzet veldproeven. Greet Ghekiere, Inagro Céline Vaneeckhaute, Ugent

Advies Actualisatie bijlage I Uitvoeringsregeling Meststoffenwet

Chemisch wateronderzoek 1. klimaatstad. water leeft 2. Abio. klimaatstad

Bemestingsonderzoek Grasland voor paarden voor de sloot

LMM e-nieuws 9. Inhoud. Modelleren van grondwateraanvulling. Neerslag vult vanaf de herfst het grondwater aan

Memo. Datum 21 december 2016 Aantal pagina's 5 Van Bas van der Zaan. Doorkiesnummer +31(0)

Nitraat in het grondwater

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

Watertoets. Bermen en waterinfiltratie. Wim Verhaegen

Infraroodmetingen Hoogwater Januari 2018

Transcriptie:

SKB Project Kunnen δ 18 O-PO 4 gebruikt worden om fosfaatbronnen te herkennen Marc Verheul

Indeling Inleiding wat zijn isotopen? gedrag van fosfaat Fosfaatbronnen karakteriseren Pilotgebieden Conclusies Discussie toepasbaarheid/ vervolg stappen

Wat zijn isotopen? Protonen in een atoomkern = element Protonen + neutronen = massa element P- 1 stabiel isotoop O- 3 stabiele isotopen (2 worden er gemeten) Manier van noteren (deltanotatie): 18 O/ 16 O standaard =SMOW

Zuurstofisotopen, water Fractioneren= veranderen van isotoopsamenstelling In de winter zwaar water en in de zomer licht water. Isotopen: You are what you eat In dit project wordt er specifiek gekeken naar de δ 18 O-PO 4 ratio. Bron: Mook 2000

Fosfaatdynamiek 1. Bronnen karakteriseren 2. Invloed bodem processen 3. Pilot, herkennen fosfaatbron Fig 1 Schematische weergave van de fosfaatstromen in een (polder)gebied

Locaties Mestmonsters Dierlijke mest Type Locatie bijzonderheid 1 Melkkoe Noord Nederland, nabij Laurensmeer 2 Melkkoe Zuid Nederland, nabij Helmond Voornamelijk gras Voornamelijk maïs en krachtvoer 3 Biologische melkkoe Midden Nederland, nabij Bennekom Alleen gras 4 Vleesvarkens Midden Nederland, nabij Bennekom 5 Vleesbiggen Midden Nederland, nabij Bennekom krachtvoer krachtvoer 6 Gesloten systeem varkens 7 Legkippen (scharrel) Midden Nederland, nabij Bennekom Midden Nederland, nabij Bennekom Wisselend krachtvoer krachtvoer 8 Vleeskippen Midden Nederland, nabij Bennekom 9 Vleeskalveren Midden Nederland, nabij Bennekom krachtvoer -

Veldfoto s

Resultaten overzicht Relatief grote variatie in mestmonster Rivier en inlaat locatie lichte 18O-PO4 Veen/grondwater te onderscheiden van koeien/varkensmest en eventueel kippenmest vragen te verminderen door specifiek naar 1 type te kijken? Welke kunstmest is dominant

Wat beïnvloed de isotoopratio Geen invloed geochemische processen 18 111.4 T w 18 4 2 O PO even O H O 4.3 Probleem: Temperatuur invloed! Variatie in 18O-H2O (micro) biologische processen fractioneren Meerderheid van de watermonsters is uit evenwicht Positieve waardes, alleen bekend in planten

Conclusie fase 1 Maximale gemeten verschil tussen de bronnen ~13 De 18 O-PO 4 ( ) in mest voornamelijk beïnvloed door voeding en leefomgeving i.p.v. geografische ligging, water Binnen de verschillende mestgroepen worden grote verschillen gemeten, hierdoor in elk studiegebied lokale mestmonsters mee analyseren Meerderheid van de bemonsterde watermonsters zijn niet in evenwicht met omgeving (positieve waardes) Temperatuur en 18 O-H 2 O variatie zijn een reden tot zorg, bij bronherkenning maar temperatuur variatie wel te onderzoeken De resultaten geven aanleiding om door te gaan met fase 2 van het project!

Pilot gebieden 5 locaties geselecteerd Veluwe, omgeving Putten Krimpenerwaard, Vlist, Nooitgedacht en Stolwijk Bollengebied, Voorhout Overige analyses: Anionen, Kationen PO 4 concentratie REE (Gd anomalie, La-anomalie) [B], B-isotopen 18 O-H 2 O Waarmogelijk: 15 N-NO 3, 18 O-NO 3 18 O-SO 4, 34 S-SO 4

Veluwe Pilotlocatie 1 Veluwe (zand ) Doel: Invloed hydrologische processen op de 18 O-PO 4 isotoopratio herkennen van de meest significante fosfaatbron Blarinckhorsterbeek (BB), Veldbeek (VB) en de Knapzaksteeg (KS)

Veluwe Boorisotopen: twee grondwaterstromen

Veluwe

Nitraat isotopen Alleen Nitraat in oppervlakte water Geen Gd-anomalie aanwezig!

Korte samenvatting Boorisotopen geven aan 2 duidelijk onderscheidbare grondwaterstromingen. Oppervlaktewater VB (bijna) uitsluitend gevoed door NO- Grondwater Sulfaat in oppervlaktewater beinvloed door sulfaat reductie, toch nitraat aanwezig. Sulfaat moet van ver komen en nitraat van dichtbij Nitraat aan het begin natuurlijk (of kunstmest), daarna mest als bron

PO4 isotopen, Veluwe Concentratie PO4

PO4 isotopen Waterbodemmonster: Water 17.9 HCl 16.3 Mestmonster Water 16.3 Grondwater NO 15,9 tot 16,7 ZW 17,3 tot 17,9 Oppervlaktewater: 253160 +26 253220-180 12-13

PO4- Isotopen diff.

Veluwe De δ 18 O- PO 4 van het grondwater lijkt te worden bepaald door de HCl en water extraheerbare fosfaat fracties. De δ 18 O- PO 4 in het NO- grondwater komen overeen met het genomen mestmonster Het fosfaat in het oppervlaktewater komt niet uit het grondwater Andere fosfaatbron in de Knapzaksteeg (geen koeienmest) dan in de Veldbeek/Blarinkhorsterbeek (evt kunstmest) De oppervlaktewatermonsters zijn niet microbieel in evenwicht, dus er is sprake van een bronsigaal, bron kan niet goed worden geidentificeerd

Krimpenerwaard

Krimpenerwaard, nabij Vlist

Krimpenerwaard, nabij Vlist In de twee oppervlaktewatermonsters was een Gd- anomalie aanwezig RWZI beïnvloeding? [B] δb 10 /B 11 δ 18 O-H 2 O

Krimpenerwaard, nabij Vlist RWZI Δδ 18 O-PO 4 [PO 4 ] δ 18 O-PO 4 Fosfaat in de kopsloot moet komen van diep Vlist minder duidelijk, mengsel tussen RWZI, mest en veen? Alleen 12m diep grondwater in evenwicht, de rest heeft een bron signaal.

Krimpenerwaard, nabij Stolwijk Problemen tijdens bemonstering. Peilbuizen hadden niet de aangegeven diepte Drie peilbuizen gaven heel beperkt (stationair) water (bevestigt door de aanwezigheid van sulfaten) Van de locatie zelf geen PO 4 conc. Trends

Krimpenerwaard, nabij Stolwijk δ 18 O-H 2 O laat infiltratie van oppervlaktewater zien in drainage buizen, om deze waardes te bereiken moet water extreem zijn ingedampt. Dus GEEN locaal oppervlaktewater δ 10 B/ 11 B geeft vreemde waardes op 2m diepte, kunstmest beinvloeding?

Krimpenerwaard, nabij Stolwijk Geen correlatie tussen de lage δ 10 B/ 11 B en fosfaat concentratie!

Krimpenerwaard, nabij Stolwijk δ 18 O-PO 4

Krimpenerwaard, alle data overzicht alle genomen monsters in de Krimpenerwaard 1/[B] uitgezet tegen de δ 18 O-H 2 O isotoopratio. De groene bollen zijn het diepegrondwater in PB1202, de rode bollen zijn het diepegrondwater PB1243. De locaties met een δ 18 O-H 2 O~ 0 zijn de oppervlaktewater monsters. De grote van de bollen is de boorisotoopratio in de desbetreffende monsters.

Krimpenerwaard, alle data Veen PB1202 Vlist Alle data 2011 en 2012 KW Alleen mogelijk bij conservatief gedrag Veen 1243 Gr.w. PB1243 RWZI, 2011 Fig xxx, De meerderheid van de monsters bevind zich op de zogenaamde mixlijn. Aan de onderkant van de mixlijn is diepkwelwater met een fosfaatconcentratie van ~1ppm, linksboven is veenwater op de locatie nabij PB 1202. De twee monsters aan de onderkant van de lijn zijn de veenwatermonsters nabij PB 1243. De Grote van de rodenbollen geeft de δ 18 O-H 2 O weer, de groenebollen de grote van de gadoliniumanomalie. Ter verduidelijking zijn de oppervlaktewatermonsters in een solide bol weergegeven. Lichtblauw voor de sloot nabij Vlist, donkerblauw voor de Vlist zelf, groen voor de locatie nabij Stolwijk en oranje voor Nooitgedacht. De horizontale lijn geeft de isotoopratio van het mestmonster weer.

Krimpenerwaard, samenvatting δ 18 O-H 2 O laat zien dat er actief kwel optreed naar de kopsloot, het water in de Vlist is wel beinvloed door verdamping. Gd-anomalie laat zien dat de kopsloot alswel de Vlist beivloed zijn door een RWZI. De fosfaatbron kan bepaald worden in de kopsloot in de Vlist minder duidelijk. Locatie nabij Stolwijk, wordt beinvloed door infiltratie van oppervlaktewater, compliceerd de data interpretatie Bij de bemonstering is van alles mis gegaan. Op 2m diepte beinvloeding van kunstmest, correleert niet met fosfaat Om de δ 18 O-PO 4 isotoopratios te verklaren moet de data van PB1243 gebruikt worden. Of δ 18 O-PO 4 tegen 1/[PO 4 ] gebruikt kan worden is twijfelachtig

Rijnland, Voorhout Doel: Invloed geochemische- microbiële processen op de 18 O-PO 4 isotoopratio Herkennen van meest significante fosfaatbron, diepe kwel - (kunst-) mest

Rijnland, Voorhout

Rijnland, Voorhout 18 O-SO 4 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0 S-oxidatie SO 4 -reductie 0 5 10 15 20 25 30 35 34 S-SO 4 In opp. Water heel positief, in ondiep gr. Water (0.5-1.5m) minder positief, in diep gr.water(>1.5m) is sulfaat verdwenen zonder fractionering. Is hier een barriere? Op ~1.5m diepte Groenebollen grondwater, rodebollen oppervlaktewater, zwartebol diep grondwater (>1.5) De grote van de bollen geeft de sulfaat concentratie weer

Rijnland, Voorhout Even. Temp. (0C) RGP103 verzamel drain; bemest land 11.6 RGP080-1 13.3 RGP080-4 13.0 RGP080-2 9.5 RGP081-1 9.8 RGP081-4 9.0 RGP100 verzamel drain; onbemest land 13.9 RGP080-3 11.6 PB 3458 4.4 Opvang compartiment RGP103 10.1 Centrale sloot 12.3 Doodlopende sloot west zijde 13.4

Rijnland, Voorhout Variatie in de δ 18 O-PO 4 isotoopratios in het grondwater liggen tussen de Waterextraheerbare en HCl extraheerbare fosfaatwaardes Waardes lijken niet op kunstmest, of compost. Geen bron signaal in de isotoopratio van fosfaat. Lijkt iets vreemds te gebeuren onder 1.5 m diepte, lijkt niet verbonden te zijn (B-iso, Sulfaat iso, maar ook K, Mg, etc )

Conclusies/ aanbevelingen δ 18 O-PO 4 isotoopratios kunnen met wisselend succes worden toegepast om de bron van het fosfaat vast te stellen. De bronnen zijn nog niet voldoende gekarakteriseerd, ook voor overige isotopen uitvoeren Bij kwelzones gaat het vaststellen beter, dan bij infiltratiezones Ondersteunende analyses (B-iso, REE, SO 4 -iso, NO 3 -iso) geven veel en nuttig inzicht in de processen die spelen in een gebied In meer detail kijken naar de (water-)bodem als buffer, kan wellicht goed gebruikt worden voor proces begrip ipv snap waterbemonstering Het kijken naar tijdstrends kan veel meer informatie opleveren De potentiele bronnen moeten beter in kaart gebracht worden