Niveauduiding Generalist GGP op basis best fit NLQF LFNP Functiekenmerken Generalist GGP Best Fit NLQF Criteria (citaten uit het functieprofiel en het competentieprofiel) NLQF 3 NLQF 4 NLQF 6 (beargumenteerd vanuit LFNP) Context Gebiedsgebonden Politie (GGP) draagt bij aan de handhaving van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid in de samenleving. GGP richt zich op de uitvoering van operationele politietaken, met name ten behoeve van de processen Noodhulp verlenen, Toezicht en Handhaven en Opsporen (VVC) uit RBP in de frontlinie van de samenleving. Binnen het vakgebied GGP komt een aantal werkterreinen 1 voor waarop stelselmatig wordt ingezet. Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving. Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving, ook Een onbekende, wisselende leef- en werkomgeving, ook Een onbekende, wisselende leef- en werkomgeving, ook Het werk van de Generalist GGP speelt zich af in de frontlinie van de samenleving in al zijn variëteit en verscheidenheid, complexiteit en onvoorspelbaarheid. Politiewerk wordt sterk beïnvloed door ontwikkelingen en gebeurtenissen in van wijk tot wereld (en virtueel) De Generalist GGP draagt bij aan de handhaving van de openbare orde en aan veiligheid en leefbaarheid door het zelfstandig uitvoeren van (werkterreingerelateerde) operationele politietaken. De Generalist GGP participeert in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken (met burgers, bedrijven en instellingen) ten behoeve van gezamenlijke aanpak van veiligheidsproblematiek en maakt afstemmingsafspraken. Hij doet voorstellen vanuit de uitvoeringspraktijk tot verbeteringen in de aanpak van (werkterreingerelateerde) veiligheidsproblematiek en in de uitvoering van operationele politietaken. De Generalist GGP geeft instructies en handreikingen aan (Assistenten en) Medewerkers GGP. Specifieke informatie ten aanzien van de aanduiding van de status (politietaak-ath), de aanduiding van werkterrein, aandachtsgebied en/of specifieke functionaliteit, het opleidingsprofiel en het competentieprofiel zijn opgenomen in koppelingen LFNP en maakt integraal deel uit van deze LFNP-functiebeschrijving. De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen het kader van: het gehele vakgebied, die zelfstandig binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies kan worden aangepakt; participatie in bestaand netwerk; het toezicht op en de handhaving van de openbare orde; de opsporing van daders/aanhouding van verdachten van misdrijven VVC; conflicterende partijen; incidenten en calamiteiten; netwerken waaraan bestuurlijke, maatschappelijke, politieke, multinationale en multiculturele aspecten verbonden kunnen zijn. De resultaten (output) die in deze functie (zelfstandig op de volle te van het vakgebied) moeten kunnen worden behaald, zijn: participatie in bestaande netwerken, maken van afstemmingsafspraken, gericht op het realiseren van vastgestelde resultaten; verbetervoorstellen vanuit en voor de uitvoeringspraktijk; geïnstrueerde medewerkers; betrokken burgers, bedrijven en instellingen bij (werkterreingerelateerde) veiligheidsproblematiek; gehandhaafde openbare orde; oplossingen tussen conflicterende partijen; aangehouden, in verzekeringgestelde en voorgeleide verdachten; hulp aan hen die deze behoeven bij incident of calamiteit; tevreden klanten bij aangifte op locatie en bij afhandeling van de melding; processen-verbaal; dossiers VVC. Binnen het vakgebied GGP komt een aantal werkterreinen 2 voor waarop de Generalist stelselmatig wordt ingezet, zoals wijkagent, hondenbegeleiding, doelgroepen (communities of policing), jeugd, milieu, dierenwelzijn, gevaarlijke stoffen, spoor, verkeer, vreemdelingen, beredenen, nautisch, luchtwaarneming. De context beschrijving van lijkt het best passend door: (1) de bestuurlijke, maatschappelijke, politieke, multinationale en multiculturele netwerken waarbinnen de generalist GGP geacht wordt te werken (2) de sterke invloed van onvoorspelbare gebeurtenissen in wijk tot wereld (en virtueel) (2) Dynamiek De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen de context van: de frontlinie van de samenleving in al zijn variëteit en verscheidenheid, complexiteit en onvoorspelbaarheid. De problematiek die met het instellen van deze functie wordt beoogd tot oplossing te brengen, speelt zich af binnen het kader van: het gehele vakgebied, die zelfstandig binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies kan worden aangepakt; participatie in bestaand netwerk; het toezicht op en de handhaving van de openbare orde; de opsporing van daders/aanhouding van verdachten van misdrijven VVC; conflicterende partijen; incidenten en calamiteiten; netwerken waaraan bestuurlijke, maatschappelijke, politieke, multinationale en multiculturele aspecten verbonden kunnen zijn. Rollen Kan, mits daarvoor gecertificeerd en aangewezen, optreden in teamverband (ME, FLEX, GBO, GRIP e.d.). 1 Deze werkterreinen zijn formeel gedefinieerd en vastgesteld en opgenomen in de lijst Werkterreinen LFNP. 2 Deze werkterreinen zijn formeel gedefinieerd en vastgesteld en opgenomen in de lijst Werkterreinen LFNP.
(1) Werkterreinen Wijkagent, hondenbegeleiding, doelgroepen (communities of policing), jeugd, milieu, dierenwelzijn, gevaarlijke stoffen, spoor, verkeer, vreemdelingen, beredenen, nautisch, luchtwaarneming Criterium 1 Kennis (deskundigheid) Kennisontwikkeling Nieuwe (toekomstige) inzichten die het vakgebied en/of werkterrein van deze functie raken komen voor een belangrijk deel voort uit ontwikkelingen in: wet- en regelgeving en beleid met betrekking tot GGP; techniek: methoden, technieken en procedures; wetenschap: sociale en andere veiligheidsgerelateerde wetenschappen. Kennisterrein De kennis en vaardigheden die tot het vakgebied en/of werkterrein behoren en voor deze functie relevant zijn, zijn: het strafrecht, het strafprocesrecht, het bestuursrecht; conflictbemiddeling; noodhulp en incidentmanagement; inzicht in gedrag; documentatie- en registratiesystemen; netwerken; geven van instructie.; De functionaris neemt binnen het kader van het oplossen van problem speelveld, aantoonbare initiatieven die ook de problematiek in de context efficiënter en effectiever aanpakt. De functionaris lost problemen op door deze vanuit een perspectief te benaderen; investeert in interne en externe oriëntatie. Context en speelveld zoals vermeld onder niveau-indicator Dynamiek/Complexiteit. Bezit kennis van materialen, middelen, feiten, kernbegrippen, eenvoudige theorieën, ideeën, methoden en processen van en gerelateerd aan een Bezit brede en specialistische kennis van materialen, middelen, feiten, abstracte begrippen, theorieën, ideeën, methoden en processen van en en kennisdomein Bezit ruime, verdiepte of gespecialiseerde kennis van een Bezit gedetailleerde kennis van enkele beroepen en kennisdomeinen en begrip van een beperkte reeks van basis theorieën, principes en concepten. Bezit beperkte kennis en begrip van enkele specialismen gerelateerd aan het Bezit ruime, verdiepte of gespecialiseerde kennis van een Bezit brede, geïntegreerde kennis en begrip van de omvang, de belangrijkste gebieden en grenzen van een beroep, Bezit kennis en begrip van enkele specialismen gerelateerd aan het beroep of De generalist GGP heeft kennis/deskundigheid nodig op het gebied van: het strafrecht, het strafprocesrecht, het bestuursrecht; conflictbemiddeling; noodhulp en incidentmanagement; inzicht in gedrag; documentatie- en registratiesystemen; netwerken; geven van instructie.; Daarnaast vereist deze functie ook kennis en inzicht in andere culturen en bestuurlijke, maatschappelijke, politieke, multinationale en multiculturele netwerken. De medewerker Generalist GGP kan ingezet worden op verschillende werkterreinen. Dit vereist dat de Generalist GGP kennis moet hebben van meerdere kennisdomeinen. De begeleidende rol die de Generalist heeft ten opzichte van de Assistent en de Medewerker veronderstelt het bezit van ruime, verdiepte of gespecialiseerde kennis van het beroep. De inzet op werkterreinen naast de basis inzet veronderstelt gedetailleerde kennis van meerdere kennisdomeinen en begrip van een beperkte reeks van basis theorieën, principes en concepten. Het participeren in netwerken veronderstelt beperkte kennis en begrip van andere beroepen en enkele specialismen. Daarnaast zijn kennisdomeinen omtrent recht en gedrag zijn te kenschetsen als abstract en komen over het algemeen terug in opleidingen vanaf minimaal NLQF 4. De meeste opleidingen die deze domeinen betreffen bevinden zich echter op NLQF 6 en 7. lijkt hier het best passende niveau NLQF 4 is niet passend aangezien dit niveau gericht is op één beroep of NLQF 6 is niet passend aangezien de Generalist niet verondersteld wordt geïntegreerde kennis, begrip van de omvang, en een wetenschapsgebied te hebben. Vaardigheden Criterium 2 Toepassen van kennis De functionaris neemt binnen het kader van het oplossen van problem speelveld, aantoonbare initiatieven die ook de problematiek in de context efficiënter en effectiever aanpakt. De functionaris lost problemen op door deze vanuit een perspectief te benaderen; investeert in interne en externe oriëntatie. Context en speelveld zoals vermeld onder niveau-indicator Dynamiek/Complexiteit. In dit kader: kiest de functionaris oplossingen die zelfstandig worden gegenereerd binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies de meest effectieve en efficiënte aanpak bij: participatie in netwerken; verbetervoorstellen voor en vanuit de uitvoeringspraktijk; instrueren van medewerkers; Neemt de functionaris het initiatief tot daadwerkelijke aanpak van problematiek bij: het vanuit de uitvoeringspraktijk formuleren van voorstellen tot verbeteringen; het participeren in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken; het maken van afstemmingsafspraken met netwerkpartners; het geven van werkinstructies en handreikingen medewerkers; het melden van gesignaleerde onregelmatigheden als daarmee naar zijn oordeel normoverschrijdend gedrag kan worden tegengegaan; het inroepen van assistentie als hij inschat dat er risico s zijn op escalatie van situatie of gedrag; het documenteren van (overige) eigen waarnemingen en het delen van informatie over achtergronden van personen en omgeving wanneer daar naar zijn oordeel een basis mee ontstaat voor opvolging en/of vervolging; het in acht nemen van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit bij de toepassing van dwangmiddelen; Reproduceert de kennis en past deze toe. Signaleert bestaande kennis in de onderneemt actie. Voert (beroeps)taken die tactisch en strategisch inzicht vereisen uit met behulp van een eigen keuze uit en een combinatie van standaardproced ures en methodes. Reproduceert en analyseert de kennis en past deze toe. Evalueert en integreert gegevens en ontwikkelt strategieën voor het uitvoeren van diverse (beroeps)ta ken. Signaleert bestaande kennis in de onderneemt actie. Analyseert redelijk complexe (beroeps)taken en Reproduceert en analyseert de kennis en past deze toe, ook in andere contexten, om een antwoord te geven op problemen die gerelateerd zijn aan een Gebruikt procedures flexibel en inventief. Signaleert beperkingen van bestaande kennis in de onderneemt actie. Analyseert complexe (beroeps)taken en voert deze uit. Reproduceert en analyseert de kennis en past deze toe, ook in andere contexten zodanig dat dit een professionele en wetenschappelijke benadering in beroep en kennisdomein laat zien. Past complexe gespecialiseerde vaardigheden toe op de uitkomsten van onderzoek. Brengt met begeleiding op basis van methodologische kennis een praktijkgericht of fundamenteel onderzoek tot een goed einde. Stelt argumentaties op en verdiept die. Evalueert en combineert kennis en inzichten uit een Niet alleen het reproduceren maar juist het analyseren en toepassen van kennis komen veelvuldig voor tijdens de werkzaamheden van de Generalist GGP. Van de Generalist wordt verwacht dat hij het hele spectrum (volle te) aan kennis dat tot zijn beschikking staat, kan gebruiken in iedere situatie. Hiervoor is het nodig dat de Generalist GGP constant analyseert welke kennis het beste toepasbaar is en op welke manier hij dit kan aanpakken. De functionaris past Bevoegdheden zodanig toe dat deze de resultaten dienen maar zal (na overleg) ook afzien hiervan in situaties waar dit averechts kan uitpakken en verantwoordt zich voor deze beslissingen (het Dit betekent dat de Generalist procedures flexibel en inventief moet kunnen toepassen. Dit duidt op is ook het reproduceren, analyseren en toepassen in andere contexten (werkterreinen) naast de primaire context. NLQF 6 is minder passend omdat in deze functie geen sprake is van een professionele en wetenschappelijke benadering van het kennisdomein. Ook past de Generalist geen complexe gespecialiseerde vaardigheden toe op de uitkomsten van onderzoek.
de uitvoering van (werkterreingerelateerde) operationele politietaken, waarbij de aanpak is gebaseerd op handelen vanuit eigen inzicht binnen gestelde kaders (wetgeving, richtlijnen, (gewelds)instructies). De functionaris neemt, binnen het kader van het behalen van resultaten, aantoonbaar initiatieven die ook de gewenste (deel)effecten naderbij brengen, zoals: participeert actief in bestaande netwerken; formuleert vanuit de praktijk passende voorstellen ter verbetering van de uitvoering; instrueert actief medewerkers middels handreikingen en werkinstructies; voert accuraat alle operationele politietaken uit; werkt gericht aan de afname van onveiligheidsgevoelens en aan de toename van zelfredzaamheid van burgers, bedrijven en instellingen; valideert en documenteert feiten en omstandigheden over overtredingen en misdrijven VVC, en bij (werkterreingerelateerde) aangiften zodanig accuraat dat een solide basis ontstaat voor opvolging en/of vervolging; documenteert (overige) eigen waarnemingen en deelt informatie over achtergronden van personen en omgeving zodanig accuraat dat deze als basis voor opvolging en/of vervolging kunnen dienen; neemt de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit in acht bij de toepassing van dwangmiddelen. voert deze uit. specifiek domein kritisch. Signaleert bestaande kennis in de en in het kennisdomein en onderneemt actie. Analyseert complexe beroeps- en wetenschappelijke taken en voert deze uit. Criterium 3 Probleemoplossende vaardigheden Voor het oplossen van problemen binnen het speelveld van de functie kan de functionaris de meest vergaande oplossingen toepassen in relatie tot de zwaarste problemen. De functionaris kan: de problemen zelfstandig aanpakken binnen wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructie die zich voordoen bij: de uitvoering van alle operationele politietaken (toezicht en handhaving met aanwending van strafvorderlijke dwangmiddelen op verdachten, conflictbemiddeling, opsporing VVC en noodhulp); het vanuit de uitvoeringspraktijk formuleren van voorstellen tot verbeteringen; het participeren in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken; het maken van afstemmingsafspraken met netwerkpartners; het geven van werkinstructies en handreikingen naar medewerkers; op de juiste wijze: onderzoeksgegevens VVC verzamelen, valideren en vastleggen; dwangmiddelen aanwenden, directe hulp verlenen en regulerende en stabiliserende maatregelen nemen, aangiften, processen-verbaal en (overige) eigen waarnemingen opstellen/documenteren en vastleggen; participeren in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken; instrueren van medewerkers; het zelfstandig afhandelen van alle voorkomende situaties binnen het kader van wetgeving, richtlijnen en (gewelds)instructies. Onderkent ingewikkelde problemen in de Lost deze planmatig op door gegevens te identificeren en te gebruiken. Onderkent en analyseert redelijk complexe problemen in de Lost deze planmatig en op creatieve wijze op door gegevens te identificeren en te gebruiken. Onderkent en analyseert complexe problemen in de lost deze op creatieve wijze op door gegevens te identificeren en te gebruiken. Onderkent en analyseert complexe problemen in de en in het lost deze op tactische, strategische en creatieve wijze op door gegevens te identificeren en te gebruiken. De Generalist GGP veronderstelt vaardig te zijn in het aanpakken van problemen en conflicten die zich in de frontlijn voor doen. Een zwaar wegend aspect van de functies betreft de beroepsrisico s. De Generalist GGP zal in een split second beslissingen moeten kunnen nemen die grote impact kunnen hebben op de eigen veiligheid en die van anderen. Dit vereist naast IBT vaardigheden, veel parate kennis van bevoegdheden, professionele weerbaarheid en het kunnen nemen van beslissingen (problem solving) in de frontline. Dit maakt het handelen in de frontline complex. Er is naast een goede opleidingsbasis vele jaren ervaring en/of training nodig om hier adequaat mee om te kunnen gaan. Gezien het feit dat de Generalist GGP een beroep moet kunnen doen op creativiteit en er een groot risico is met impact door en tijdens het handelen lijkt het best passende opleidingsniveau als het gaat om probleemoplossende vaardigheid. Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure. Criterium 4a Leer en ontwikkelvaardigheden Kennisgerichtheid / inspanningsverplichting De functionaris houdt aantoonbaar zijn kennis en vaardigheden van het kennisterrein op peil op een wijze dat hij daar ook nieuwe kennis en vaardigheden in meeneemt. De functionaris: raadpleegt zelfstandig actief kennisbronnen voor uitbreiding vakgebied; volgt zelfstandig opfriscursussen op het vakgebied; houdt zicht op de ontwikkelingen binnen de uitvoeringspraktijk. Vraagt ondersteuning bij verdere ontwikkeling na reflectie en beoordeling van eigen Ontwikkelt zich door reflectie en beoordeling van eigen Ontwikkelt zich door reflectie en beoordeling van eigen Ontwikkelt zich door zelfreflectie en zelf beoordeling van eigen(leer) resultaten. Van de Generalist GGP wordt verwacht dat deze zelfstandig actief kennisbronnen raadpleegt voor uitbreiding vakgebied, zelfstandig opfriscursussen op het vakgebied volgt, en zicht houdt op de ontwikkelingen binnen de uitvoeringspraktijk. Zowel NLQF 4 als zijn passend NLQF 3 is niet actief genoeg gericht op de eigen ontwikkeling. (Bron competentieprofiel) Laat blijken eigen gedrag en standpunten kritisch te evalueren en open te staan voor evaluatie door anderen. Toont te leren van deze evaluaties door wijzigingen van eigen gedrag of de standpunten. Beschikt over inzicht in eigen kwaliteiten en leerpunten, durft hulp te vragen. Laat blijken eigen gedrag kritisch te evalueren. Kan de eigen gevoelens goed herkennen en beschrijven. Laat blijken open te staan voor feedback en evaluatie van anderen.
Toont te leren van feedback en evaluatie van anderen door wijziging van eigen gedrag of standpunten. Criterium 4b Informatievaardigheden Verkrijgt inzicht in de informatie- en hulpbehoefte van klanten, zodat klantverzoeken direct worden afgehandeld en klanten direct worden geholpen (intake op locatie). Kan feiten en omstandigheden valideren en documenteren over overtredingen en misdrijven en kan aangiften opnemen, zodat een basis ontstaat voor opvolging en/of vervolging. Kan (overige) eigen waarnemingen documenteren in feiten en omstandigheden, zodat actuele informatie beschikbaar is en een basis ontstaat voor opvolging en/of vervolging. Verkrijgt en verwerkt basisinformatie over feiten, ideeën, processen, materialen, middelen en begrippen van en gerelateerd aan een Verkrijgt, verwerkt en combineert brede en specialistische informatie over materialen, middelen, feiten, abstracte begrippen, theorieën, ideeën, methoden en processen van en en Verkrijgt, verwerkt, combineert en analyseert brede, verdiepte en gedetailleerde informatie over een beperkte reeks van basis theorieën, principes en concepten, van en en kennisdomein evenals beperkte informatie over enkele specialismen, gerelateerd aan het geeft deze informatie weer. Verzamelt en analyseert op een verantwoorde, kritische manier brede, verdiepte en gedetailleerde beroepsgerelateerde of wetenschappelijke informatie over een beperkte reeks van basis theorieën, principes en concepten van en gerelateerd aan een beroep of kennisdomein, evenals beperkte informatie over enkele specialismen gerelateerd aan het geeft deze informatie weer. De Generalist GGP verkrijgt, verwerft, valideert en combineert informatie die hij/zij van klanten krijgt (context, aangiften, verhoor ed), feiten uit eigen waarneming, gegevens uit BPS met informatie over procedures en wet-en regelgeving om hiermee een proces verbaal op te kunnen stellen als basis voor opvolging of vervolging. Het gaat hierbij om het kunnen verzamelen, valideren, verwerken, en combineren van spectrum aan specialistische informatie over feiten, waarnemingen en procedures omtrent wet- en regelgeving. NLQF 4 lijkt hier het best passend Criterium 6 Communicatievaardigheden (bron competentieprofiel) Netwerk Kan participeren in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken ten behoeve van een gezamenlijke aanpak van veiligheidsproblematiek en het maken van afstemmingsafspraken, zodat de zelfredzaamheid van burgers, bedrijven en instellingen wordt gestimuleerd en hun veiligheidsgevoel wordt verhoogd. Werkinstructie Kan instructies en handreikingen aan (Assistenten en) Medewerkers GGP in de dagelijkse praktijk geven, zodat de kwaliteit van de uitvoering van operationele politietaken wordt gewaarborgd. Conflictbemiddeling Kan in dialoog treden met conflicterende partijen en het bemiddelen in de oplossing van conflicten, zodat de leefbaarheid tussen groepen en individuen in de samenleving verbetert. Communiceert op basis van in de context en geldende conventies Communiceert op basis van in de context en geldende conventies Communiceert doelgericht op basis van in de context en de geldende conventies met gelijken, Communiceert doelgericht op basis van in de context en geldende conventies specialisten en nietspecialisten, Het feit dat de medewerker GGP geacht wordt op te treden als conflict bemiddelaar of conflict oplosser in de frontline van de samenleving vraagt dat deze doelgericht kan communiceren op basis van geldende conventies. lijkt hier het best passend Sociale vaardigheden (bron competentieprofiel): Beweegt zich tactvol en gemakkelijk in contacten met anderen. Is in staat met zijn optreden emoties en de sociale interactie te beïnvloeden. Maakt gemakkelijk contact met anderen, ook uit andere culturen, kan zich verplaatsen in de beleving van en is bedacht op misverstanden met mensen van andere culturen. Laat blijken goed op de hoogte te zijn van de geldende sociale regels en verhoudingen. Handelt en communiceert tactvol, houdt rekening met de gevoelens van anderen. Vermindert met zijn optreden spanning of emotie. Toont de juiste hoeveelheid medeleven met verdriet of problemen van anderen om contact tot stand te brengen. Ziet wat anderen raakt en sluit daarbij aan. Criterium 7 Verantwoordelijkheid en Zelfstandigheid (bron competentieprofiel) De Generalist GGP - voert zelfstandig (werkterreingerelateerde) operationele politietaken uit: participeert in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken met burgers, bedrijven en instellingen voor een gezamenlijke aanpak van veiligheidsproblematiek en maakt afstemmingsafspraken; doet vanuit de uitvoeringspraktijk voorstellen tot verbetering in de aanpak van (werkterreingerelateerde) veiligheidsproblematiek; doet vanuit de uitvoeringspraktijk voorstellen tot verbetering in de uitvoering van de operationele politietaken; geeft instructies en handreikingen aan (Assistenten en) Medewerkers GGP. (Bron Competentieprofiel Generalist GGP) Netwerken Kan participeren in bestaande (werkterreingerelateerde) netwerken ten behoeve van een gezamenlijke aanpak van veiligheidsproblematiek en het maken van afstemmingsafspraken, zodat de zelfredzaamheid van burgers, bedrijven en instellingen wordt gestimuleerd en hun veiligheidsgevoel wordt verhoogd. Werkinstructie Kan instructies en handreikingen geven aan (Assistenten en) Medewerkers GGP in de dagelijkse praktijk, zodat de kwaliteit van de uitvoering van operationele politietaken wordt gewaarborgd. Conflictbemiddeling Kan in dialoog treden met conflicterende partijen en het bemiddelen in de oplossing van conflicten, zodat de leefbaarheid tussen groepen en individuen in de samenleving verbetert. Werkt samen leidinggevenden en Draagt verantwoordelijk heid voor resultaten van eenvoudige taken en studie. Draagt gedeelde verantwoordelijk heid voor het resultaat van het routinewerk van anderen. Werkt samen met gelijken, leidinggevenden en Draagt voor resultaten van eigen activiteiten, werk en studie. Draagt gedeelde voor het resultaat van het werk van anderen. Werkt samen met gelijken, Draagt voor resultaten van eigen activiteiten, werk en studie. Draagt gedeelde voor het resultaat van activiteiten en werk van anderen en voor het aansturen van processen. Werkt samen specialisten en niet-specialisten, leidinggevenden en Draagt verantwoordelijkh eid voor resultaten van eigen werk en studie en het resultaat van het werk van anderen. Draagt gedeelde verantwoordelijkh eid voor het aansturen van processen en de professionele ontwikkeling van De Generalist GGP - voert zelfstandig (werkterreingerelateerde) operationele politietaken uit waarbij deze moet samenwerken leidinggevenden, burgers en specialisten en niet-specialisten (in het kader van netwerken). Er is een kans op afbreuk aanwezig bij het netwerken waarin de Generalist functioneert. Effecten blijven dan uit en dat vertaalt zich terug in een verminderde inzetbaarheid op een werkterrein. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk. De mate (en impact) van samenwerking met andere partijen wijst op NLQF 6 De voor resultaten van eigen activiteiten, werk en studie wijzen naar NLQF 4 en De Generalist draagt voor het eigen werk en studie en gedeelde voor het werkt van de Assistent en de medewerker GGP, maar stuurt geen processen aan. Dit wijst op NLQF 4. Geen van de NLQF descriptoren passen goed. De best fit zal ergens liggen tussen NLQF 4 - NLQF 6.
Opsporing-VVC Kan eenvoudige misdrijven afhandelen c.q. het onderzoeken van feiten en omstandigheden op het gebied van Veel Voorkomende Criminaliteit (VVC) en het delen van informatie over de achtergronden van personen en de omgeving, zodat een basis ontstaat voor opvolging en/of vervolging. Samenwerken Heeft oog voor het groepsbelang en draagt actief bij aan het gemeenschappelijke resultaat. Zoekt samenwerking en overleg. Geeft het gezamenlijke resultaat voorrang boven het persoonlijke belang, is zich zeker in een gevaarsetting bewust van de onderlinge afhankelijkheid in het team. Deelt uit eigen beweging informatie met anderen. Staat open voor ideeën en inbreng van anderen. Is collegiaal; ondersteunt collega s waar mogelijk en nodig. Benut specialistische mogelijkheden binnen de organisatie; werkt samen met anderen om zaken en problemen op te lossen. personen en groepen. Geen onderdeel NLQF Fysiek risico Psychisch risico Risico op slachtofferschap Afbreukrisico Aan de functie kleeft de Hoge Omschakelfrequentie met externe exposure. Kans op overbelasting van het gestel is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als zich dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk. Kans op trauma na incident of calamiteit is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk. Kans op tegen de persoon gericht verbaal en/of fysiek geweld is in deze functie aanwezig. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk. Kans op afbreukrisico is aanwezig bij enerzijds beslissingen die bij incident of calamiteit onder tijdsdruk moeten worden genomen en verstrekkende gevolgen kunnen hebben, anderzijds dat effecten in netwerken waarin hij functioneert, uitblijven en dit zich terugvertaalt in een verminderde inzetbaarheid op een werkterrein. De ernst hiervan als dit zich voordoet is op een schaal gering/aanmerkelijk ingeschat op aanmerkelijk. Volgens het NCP NLQF moeten 5 van de 6 descriptoren aan het niveau voldoen, waarbij leer-, ontwikkel- en informatievaardigheden zijn samengevoegd in één descriptor. De descriptoren samen bepalen het niveau van de kwalificatie. Wegingsfactoren Generalist GGP Context Telt niet mee in de beoordeling Kennis (1) Moet altijd voldoen Vaardigheden Toepassen van kennis (2) Probleemoplossende vaardigheden (3) Leer-, ontwikkel- en informatievaardigheden (4) Communicatievaardigheden (5) 3 van de 4 vaardigheden moeten voldoen, waaronder altijd toepassen van kennis NLQF 4 5 Verantwoordelijkheid en zelfstandigheid (6) Moet altijd voldoen NLQF 4-6 Eind oordeel best passend opleidingsniveau