. Dat kun je het beste doen in een donkere ruimte. Dan gebruik je een stroboscooplamp die de hele korte licht fitsen maakt van 0,5 sec.

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk

Samenvatting NaSk H7 geluid

Goed voorbeeld is muziekinstrumenten. Snaar gitaar trilt, blokfluit lucht trilt, trommel, vlies trilt.

Tabellenboek. Gitaar

Theorie: Eigenschappen van geluid (Herhaling klas 2)

Golven. 4.1 Lopende golven

voorbeelden geven dat je geluid kunt versterken met een klankkast.

4VMBO H5 LES.notebook January 27, Geluid. BINAStabellen: 6, 7, 8, 27, 28, 29 en 30. Luidspreker. Drukverschillen

Opgave 2 Amplitude = afstand tussen de evenwichtsstand en de uiterste stand.

Cieluid maken en. horen

NaSk overal en extra opgaven

Als de lijn een sinusvorm heeft spreek je van een harmonische trilling of een zuivere toon.

Samenvatting NaSk Hoofdstuk t/m 4.5

Geluid - oscilloscoop

B = 3. Eenparig vertraagde beweging B = 4. Stilstand C = 3. Eenparig vertraagde beweging

Lawaai & occasionele blootstelling

Samenvatting Natuurkunde Samenvatting 4 Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen

Voorbeelden van geluid die voor mensen erg belangrijk zijn: - voor onderlinge communicatie (spraak en gehoor) - als waarschuwingssignaal (claxon van

Samenvatting NaSk Hoofdstuk 4 en Hoofdstuk 2, paragraaf 1, 4 en 5

4 Geluid Noordhoff Uitgevers bv

: Tekstboek. Hoofdstuk 5

Examen ste tijdvak Vinvis zingt toontje lager

Toets Communicatie (eindtoets) 1

Samenvatting Natuurkunde H3 Beweging

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten

4 Geluid. 4.1 Geluid horen en maken

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2

2.1 Onderzoek naar bewegingen

Cursus 3, geluid. Janny de Kleijnen. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

C.V.I. 9.5 Geluid in de vleeswarenindustrie

6 Bewegen. Bewegingen vastleggen. Nova

OntdekZelf - geluid. Met bijgaande materialen kunt u (een deel van) onderstaande experimenten uitvoeren, afhankelijk van wat u heeft aangeschaft.

4 Geluid. 4.1 Een knikker als lawaaimaker 4.3 Zelf een muziekinstrument maken

Trillingen en Golven. Samenvatting natuurkunde Hoofdstuk 3 & 4 Joris van Rijn

Naam Klas: Repetitie trillingen en geluid HAVO ( 1 t/m 6)

Geluid. 1 Wat zie gebeuren met het stipje van de laser? Leg uit waardoor dat komt. ...

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2, Beweging

FAQ Lawaai Prof. J. Malchaire

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

N A T U U R K U N D E S A M E N V A T T I N G H 1 T / M H 4

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 4

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Thema: Multimedia/IT. Audio

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

6,6. Werkstuk door een scholier 2147 woorden 10 oktober keer beoordeeld. Natuurkunde

Samenvatting snelheden en

9 De ruimtevaarders maken gebruik van straalzenders. Daarvoor is geen tussenstof nodig.

Een snaar vertoont de bovenstaande staande trilling. Met welke toon hebben we hier te maken? 1. De grondtoon; 2. De vijfde boventoon; 3. De zesde bove

Hoofdstuk 9 Golven. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

natuur- en scheikunde 1 CSE BB

ET uitwerkingen.notebook May 20, 2016

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

De horizontale lijnen geven de normale luchtdruk weer. Boven de horizontale lijn verhoogt de luchtdruk, onder de lijn vermindert de luchtdruk.

Extra opdrachten Module: bewegen

Kernvraag: Hoe kunnen we onszelf beschermen tegen te veel lawaai?

Een mooi voorbeeld om de drie manieren waarop een trilling zich voortplant te illustreren is de volgende:

Het thermisch stemmen van een gitaar

Oefenopgaven versnelling, kracht, arbeid. Werk netjes en nauwkeurig. Geef altijd berekeningen met Gegeven Gevraagd Formule Berekening Antwoord

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk Lopende golven

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2000-II

Examentraining Leerlingmateriaal

Viool RVDH Rob van der Haar Sneek Blz. 1

Inleiding opgaven 3hv

Brede opgaven bij hoofdstuk 2

Eindexamen havo natuurkunde II

10 m/s = 36 km/h 5 km = 5000 m 4 m/s = 14,4 km/h. 15 m/s = 54 km/h 81 km/h = 22,5 m/s 25 m/s = 90 km/h

Eindexamen havo natuurkunde pilot II

BEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode

HOGESCHOOL ROTTERDAM:

natuurkunde oud programma havo 2015-I

Examen VMBO-BB 2006 NATUUR- EN SCHEIKUNDE 1 CSE BB. tijdvak 2t dinsdag 20 juni uur. Naam kandidaat Kandidaatnummer

Videoclub Bedum. Geluid in video

Deel 21:Geluid en Normen

m C Trillingen Harmonische trilling Wiskundig intermezzo

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd.

Hoofdstuk 6: Veiligheid in het verkeer

Naam: Klas: Repetitie Golven VWO (versie A) Opgave 2 Leg uit wat het verschil is tussen een transversale golf en een longitudinale golf.

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Geluid 10/6/2014. dr. Brenda Casteleyn

Overal NaSk 1-2 havo / vwo Uitwerkingen Hoofdstuk 4 Beweging

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 11 Golven

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Geluid. 4 november Brenda Casteleyn, PhD

Invloeden van schok en trillingen op product en verpakkingen

Inleiding tot de natuurkunde

Proeven geluid. Wat is geluid? Doel: Met dit proefje ervaar je wat geluid is. Materiaal: -Ballon -Eigen stem

Eindexamen vmbo gl/tl nask1 compex I

Correctievoorschrift HAVO 2015

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies

MENS & NATUUR. Inleiding

hoort bij activiteiten: praten, muziek informatiedrager: bel, telefoon, sirene Effecten van geluid op een mens:

bij het oplossen van vraagstukken uit Systematische Natuurkunde deel VWO Hoofdstuk 2

Een kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:

Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 3

VoIP is een oorzaak. Deel 1: geluid en het menselijk gehoor

Glas en akoestische isolatie Decibels berekenen

Examentraining HAVO5 Oriëntatietoets 1

Acoustics. The perfect acoustics of a car. Jan Hoekstra

1.2 Het oor, opvangen van geluiden HB p.32-35

Ga je mee om de wonderlijke wereld van de zintuigen te ontdekken? Linda van de Weerd

Transcriptie:

Samenvatting door Jelino 1367 woorden 19 oktober 2015 7 3 keer beoordeeld Vak NaSk Natuur-scheikunde H7 + H8 7.1 beweging vastleggen Bewegingen vastleggen doe je met een stroboscoopcamera. Dat kun je het beste doen in een donkere ruimte. Dan gebruik je een stroboscooplamp die de hele korte licht fitsen maakt van 0,5 sec. Tijdens de hele beweging staat de sluiter van de camera open, elke keer als de lamp een flits geeft wordt er een momentopnamen van de beweging vastgelegd. Zo komen alle opnames op één foto. Om de afstand makkelijk te kunnen bepalen, wordt vaak een meetlat mee gefotografeerd. Aan de hand van zo n foto, kun je een afstand-tijd tabel maken. De beweging begint bij A dus in de tabel zet je dan A is 0,5. En ook 0 cm, want dan lees je de afstand tussen A en B enz. Tijd (s) Afstand (cm) A 0 s 0 cm B 0,5 s 3 cm C 1,0 s 10 cm D 1,5 s 21 cm E 2,0 s 37 cm F 2,5 s 57 cm G 3,0 s 80 cm Vervolgens lees je de afstand tussen A en C. je ziet dat de bal in 1 sec een afstand aflegt van 10 cm. En met een lijn dia gram moet de lijn ALTIJD een vloeiende lijn zijn 7.2 gemiddelde snelheid. Gemiddelde snelheid = afstand : tijd Afstand = gemiddelde snelheid x tijd Tijd = afstand : gemiddelde snelheid Afstand in meters, tijd in seconde = m/s https://www.scholieren.com/verslag/87544 Pagina 1 van 5

Afstand in kilo meters, tijd in uren = km/u Omrekenen: van m/s naar km/u = 3,6 Omrekenen: van km/u naar m/s = : 3,6 1 km = 1000 meter 1 uur = 60 minuten = 3600 seconde. 7.3 versneld - eenparig - vertraagt In deze paragraaf hebben ze het over 3 verschillende bewegingen: < > versneld: de snelheid wordt steeds groter eenparig: de snelheid blijft gelijk vertraagt: de snelheid wordt steeds kleiner Versneld: Op de meetlat onder de tekening in je boek kun je aflezen hoe groot de afgelegde snelheid is. De tussen ruimtes worden steeds groter. Dat betekend dat de scooter steeds sneller beweegt. In een grafiek krijg je dan een lijn die steeds steiler omhoog loopt. Eenparig: In de tekening in je boek zijn de tussen ruimtes even groot. De snelheid van de wandelaar veranderd niet. Hij legt steeds de zelfde afstand in dezelfde tijd af. De snelheid is dan constant. In een grafiek krijg je dan een schuin omhoog lopende lijn. Vertraagd: De tussen ruimte wordt steeds kleiner je krijgt een kromme lijn die steeds minder stijl loopt. 7.4 remmen en botsen De remweg is de afstand die de auto aflegt nadat er op het rempedaal is gedrukt. Hoe langer de remweg is, hoe meer kans op een ongeluk. Als de snelheid X keer zo groot wordt, wordt de remweg X 2 keer zo lang. Hoe harder de beginsnelheid, hoe langer de remweg. Hoe meer massa, hoe langer de rem weg. Hoe harder je op de rempedaal trapt, hoe korter de remweg. Stopafstand berekenen: stopafstand = reactieafstand + remweg. Normale reactie tijd van een mens zit tussen de 0,7 en 1,0 sec. https://www.scholieren.com/verslag/87544 Pagina 2 van 5

7.5 de fietsversnelling Versnelling berekenen: versnelling = aantal omwentelingen van het tandwiel bij de wielas als het tandwiel bij de trapas één keer ronddraaid. Of Versnelling = aantal tandjes tandwiel trapas : aantal tandjes tandwiel wielas De afstand die een fiets aflegt bij één omwenteling van de trapas, wordt het verzet genoemd. Verzet = versnelling x wielomtrek Wielomtrek = π x d (d = diameter) 8.1 Geluid maken en horen Geluid wordt geproduceerd door geluidsbronnen. Geluid onstaat door de trillingen in een geluidsbron bijv. bij een stem trillen de stembanden. Om het geluid te kunnen horen heb je een tussenstof nodig. Geluid heeft tijd nodig om te verplaatsen, dit wordt de geluidssnelheid genoemd. Voor iedere stof is de geluidssnelheid anders. Met een formule kan je ook de afstand berekenen, nameljik s = v x t oftewel: Afstand = Geluidssnelheid x Tijd Je kan geluid horen doordat het trommelvlies met de geluidstrillingen gaan meetrillen. Als de luchtdruk lager word beweegt het trommelvlies naar buiten en andersom. Het werkt zo: gehoorbeentjes vloeistof in slakkenhuis gehoorcellen vertalen de trillingen in elektrische signalen via gehoorzenuw naar hersenen. 8.2 Toonhoogte en frequentie Frequentie is het aantal trillingen per seconde. Frequentie wordt gemeten in Hz. Als je bijv. een stemvork hebt met een frequentie van 440 Hz dan gaan de benen van de stemvork dus 440 keer per seconde heen en weer. Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon. De tijd die voor één trilling nodig is heet de trillingstijd. Om die te berekenen is er de formule t = 1 : f oftewel: Trillingstijd = 1 : frequentie Je kan ook de fraquentie berekenen: Frequentie = 1 : Trillingstijd https://www.scholieren.com/verslag/87544 Pagina 3 van 5

Met een oscilloscoop kan je trillingen waarnemen. Dit doet hij met behulp van een microfoon. Mensen kunnen tonen tussen de 20 Hz en 20.000 Hz horen. Met een toongenerator kun je de toon zelf instellen en zo het frequentiebereik van je gehoor bepalen. Geluid met een frequentie hoger dan 20.000 Hz is ultrasoon geluid. Geluid met een frequentie lager dan 20 Hz is infrasoon geluid. 8.3 Geluidssterkte Als de maximale uitwijking van een trilling (amplitude) groter wordt, neemt de geluidssterkte toe. Met een decibelschaal kun je weergeven hoe sterk (hard) een geluid is. De eenheid van geluidssterkte is decibel en het symbool is Lp. Het apparaat waarmee je de geluidssterkte meet heet de decibelmeter. De pijngrens is de grens waarbij je oren pijn beginnen te doen en de gehoordrempel begint bij het geluid dat je niet meer kunt horen. Je hebt verschillende filters in decibelmeters: A-filter is minder gevoelig voor hele hoge en lage frequenties net als het menselijk gehoor. Het bootst eigenlijk het menselijke gehoor na. C-filter wordt gebruikt om mechanische/industriële geluiden reëel te meten. D-filter wordt toegepast bij metingen van vliegtuiglawaai. Als het aantal geluidsbronnen (dat ieder evenveel decibel maakt) twee keer zo groot wordt, neemt de geluidssterkte met 3 decibel toe. 8.4 Geluidsoverlast bestrijden Als je langdurig wordt blootgesteld aan geluid van meer dan 80 db of als de geluidssterkte hoger is dan de pijngrens, kun je gehoorschade oplopen. Een arts kan een audiogram laten maken als je gehoorschade hebt opgelopen. Op een audiogram kun je zien hoeveel iemands gehoordrempel afwijkt van de normale waarde. Een audiogram werkt zo: 1. Je krijgt via een koptelefoon een toon te horen (bijv. van 500Hz). 2. Deze toon wordt steeds met 5 db verminderd. 3. Als je de toon niet meer hoort moet je dit aangeven en dan is dat de gehoordrempel van jou voor die toon (van 500 Hz). Geluid dat niet schadelijk is kan nog wel hinderlijk zijn. Bijv. verkeerslawaai of geluidsoverlast van de buren. Er zijn wel maatregelen tegen geluidshinder, namelijk: Bij de bron kun je maatregelen nemen bijv. Als iemand vind dat je de radio te hard aan hebt doe je hem zachter. Tussen de bron en de ontvanger kun je maatregelen nemen bijv. als iemand vind dat je de radio te hard aan hebt kun je de deur dicht doen zodat degene het minder hard hoort. Bij de ontvanger kun je ook maatregelen nemen bijv. als iemand vind dat je de radio te hard aan hebt zeg je dat hij oordopjes in moet doen, zo hoort de ontvanger minder (hard) geluid. https://www.scholieren.com/verslag/87544 Pagina 4 van 5

Geluidsisolatie wordt vaak gebruikt bij het bestrijden van geluidshinder bijv. dat je oorkappen draagt. Soms wordt het geluid ook teruggekaatst. Bijv. langs de snelweg is er soms niet genoeg ruimte voor een geluidwal. Voor terugkaatsing van geluid heb je een hard en glad oppervlak nodig en voor het absorberen van geluid heb je een zacht en onregelmatig oppervlak nodig. 8.5 Blaasinstrumenten Met snaarinstrumenten kan je de toonhoogte veranderen doordat je: De dikte van de snaar. Hoe dikker de snaar, des te lager de toon. De lengte van de snaar: Hoe langer de snaar, des te lager de toon. De spanning van de snaar: Hoe lager de spanning, des te lager de toon. Bij blaasinstrumenten is het anders. Als de lucht in de buis van het blaasinstrument gaat meetrillen met één van de frequenties klinkt de frequentie een stuk harder. Dit noemen we resonantie. Bij blaasinstrumenten kun je de frequentie veranderen door de buislengte te veranderen. Langer wordt lager en korter wordt hoger. Tonen boven de 20.000 Hz noemen we ultrasoon geluid en tonen onder de 20 Hz noemen we infrasoon geluid. De laagste toon die bij een trilling hoort noem je de grondtoon. https://www.scholieren.com/verslag/87544 Pagina 5 van 5