Parlementsspel: *verkiezingsspecial*

Vergelijkbare documenten
Wie beslist wat? Duur: minuten. Wat doet u?

Tweede Kamerverkiezingen. groep 7 en 8

HANDLEIDING Leerkracht

Module 7 Staatsinrichting en rechtsstaat

Workshop Tweede Kamerverkiezingen

Derde Kamer. Derde Kamer. Handboek Politiek 1. der Staten-Generaal

Mocht jij bij deze verkiezingen stemmen? Heb je bij deze verkiezingen ook gestemd? Ja 55,9% Nee 44,1% Totaal. Ja 98,5% Nee 1,4% Zeg ik niet 0,1%

Handboek Politiek. Derde Kamer der Staten-Generaal

DEMOCRATIE OF DICTATUUR?

De leerlingen herhalen op speelse wijze voorkennis over Prinsjesdag. De leerlingen worden uitgedaagd om verbanden te herkennen.

Herziene versie 2012 MET WERKBLAD EN PUZZEL. groepen 6-8

Verklarende woordenlijst

STEM JIJ OOK? VERKIEZINGEN TWEEDE KAMER WAAROM IS STEMMEN BELANGRIJK? OP WIE KAN IK STEMMEN? WAAROVER BESLIST DE TWEEDE KAMER? HOE MOET IK STEMMEN?

Militairen naar Afghanistan en de Nederlandse politieke crisis

DE EUROPESE UNIE EERSTE EN DE WERKVORM IN HET KORT

Handboek Politiek 1. Derde Kamer der Staten-Generaal

Polderen voor beginners

VERKIEZINGEN EUROPEES PARLEMENT Donderdag 23 mei 2019 BEPAAL MEE WIE IN DE EUROPESE UNIE BESLISSINGEN GAAN NEMEN. Den Haag

Workshop A Hoe werkt de gemeenteraad?

200 JAAR STATEN-GENERAAL

Gemeenteraadsverkiezingen. Stem ook!

Derde Kamer Handboek Politiek 1

Workshop B Hoe kan ik stemmen?

Instructie: Quiz EU - Test je kennis!

Stem ook! Woensdag 12 september Tweede Kamerverkiezingen

CONTROLERENDE TAAK TWEEDE KAMER

DE WERKVORM IN HET KORT

Tweede Kamerverkiezingen

Je kunt op internet ook kijken op: We hopen dat het boek je verder helpt.

Ik ben de Hamer. Een wat strenge stem, hij wil graag officiëler klinken dan hij in wezen is. HET BESTUUR VAN DE EUROPESE UNIE GROEP 7 8

VERKIEZINGSUITSLAG 2017

Handboek Politiek 2. Derde Kamer der Staten-Generaal

Kindergemeenteraad Leerlingenboek

Aantekening Geschiedenis Hoofdstuk 6: Staatsinrichting

Stem ook! Woensdag 18 maart kiezen we twee keer

Ookjij kan meebeslissen - Lesboek. Ookjij kan. Meebeslissen. Lesboek. Een programma over politiek en staatsinrichting

Stemmen Verkiezingen Europees Parlement 2019

AAN DE SLAG MET POLITIEKE TAAL

Verdieping Verkiezingen Eerste Kamer

5,8. Par 1: Staat! Par 2: Rechtstaat! Stelling door een scholier 1818 woorden 3 november keer beoordeeld.

Jubileumonderzoek Maurice de Hond

5.9. Boekverslag door E woorden 23 oktober keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

Stemmen Provinciale Staten en waterschapsverkiezingen 2019

5,9. Samenvatting door een scholier 1292 woorden 15 februari keer beoordeeld. Maatschappijleer

e Kamer Derde Kamer Handboek Politiek 2 der Staten-Generaal

Instructie Machtenscheidingsquiz

KONING OF PRESIDENT?

VERKIEZINGSKRANT 15 MAART 2017 TWEEDE KAMERVERKIEZINGEN STEM OOK!

Wie bestuurt het land?

Na het aftreden van Minister de Graaf

Wie bestuurt het land?

Verkiezingen. Mensen met dezelfde ideeën vormen gemeenten besturen.

mi nis ter pre si dent minister president

Inhoud. Mijn leven. de democratie en ik

Politiek in Nederland

Politiek op het VMBO: Leerlingen activeren

Verdieping Hoe zorg je dat er meer mensen stemmen?

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 3

Puzzel: het parlementaire jaar

Samenvatting Maatschappijleer Maatschappijleer voor jou Hoofdstuk 3 Politiek

PRAKTISCHE HANDLEIDING. voor de organisatie van de KINDERVERKIEZINGEN

Verkiezingen 2010! Waarom kiezen? Overal foto's. Auteur: Stef Van Malderen. In ons land zijn er veel ministers. Zij zorgen er samen met hun

Van-A-3 Verkiezingen

Stemmen Gemeenteraadsverkiezingen 2018

Puzzel: Wie zit waar in de Ridderzaal?

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

DEBAT. Debat over het Amerikaanse kiesstelsel OMSCHRIJVING

Derde Kamer Handboek Politiek 2

Vergeet je stempas niet!

Test je kennis! Lees de tekst over de Tweede Kamer op Wikikids en doe daarna de quiz op

Handboek Politiek deel 2

Stemmen Europese verkiezingen 2014

Verkiezingen 2010! Vóór de verkiezingen... Auteur: Stijn Dekelver. parlement. Maar hoe werken die. verplicht naar de stembus.

Stemmen Provinciale Staten en waterschapsverkiezingen 2015

WIJ STEMMEN! JIJ OOK?

Een wat strenge stem, hij wil graag officiëler klinken dan hij in wezen is.

Nieuwsbrief CliëntAanZet

Een democratie is een staatsvorm waarbij de bevolking direct of indirect invloed uitoefent op de politieke besluitvorming.

DEBAT. Debat over het Amerikaanse kiesstelsel OMSCHRIJVING

Maatschappijleer Parlementaire Democratie 10 VWO

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

5.4. Boekverslag door B woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer. Inhoudsopgave

DEBAT DEBAT OVER HET AMERIKAANSE KIESSTELSEL HANDLEIDING OMSCHRIJVING

Onderzoek stemgedrag jongeren Door NCRV Rondom 10 en Netwerk 28 mei 2010

2.1 Omcirkel het juiste antwoord.

Handboek Politiek 2. Derde Kamer der Staten-Generaal

Puzzel Historische ontwikkelingen parlementair stelsel

Samenvatting Resolutie. Democratie van Nu. D66 krijgt het voor elkaar

Welke lijsttrekker zou volgens jou de beste minister-president zijn?

Raad van de Europese Unie

AAN DE SLAG MET DICTATUUR

HANDLEIDING WORKSHOP STEM JIJ OOK? VERKIEZINGEN VOOR DE PROVINCIALE STATEN EN DE WATERSCHAPPEN 2019

Kijktip: NOS Persconferentie Rutte en Samsom over regeerakkoord

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming, paragraaf 1 t/m 6

Handleiding voorbereidende les bij Provinciespel. basisonderwijs. Versie 26 april 2018

LESBRIEF GROEP THEMA: DEMOCRATIE Verwerkingsopdrachten & kopieerbladen voor Samsam nr. 2, 2017

MODULE III BESLISSINGEN NEMEN IN EUROPA? BEST LASTIG!!!

Het bestuur. Thema 5 Emancipatie. Les 5.1 Op wie stem jij?(nodig woordenboeken) WOORDVELD : het bestuur.

40 jaar Vlaams parlement

Waarom komt er een leerlingenraad (LR)? Wat is een leerlingenraad? Wat doet de leerlingenraad? Waarover kan een leerlingenraad beslissen?

Transcriptie:

Parlementsspel: *verkiezingsspecial* Korte beschrijving Een spelletje dat lijkt op ren je rot. De leerlingen krijgen vragen met elk drie antwoordmogelijkheden. Voor elke antwoordmogelijkheid is er een vak waarin de leerlingen kunnen gaan staan (aangegeven met de letters A, B en C). De leerlingen krijgen tien seconden de tijd om te overleggen en lopen dan naar het juiste antwoord. Winnaars en verliezers? Die zijn er niet. Het totaal aantal goede antwoorden wordt geteld. Het doel is om met z n allen een zo n hoog mogelijke score neer te zetten. Leerdoel Leerlingen doen kennis op over de politiek en in het bijzonder de verkiezingen. Materiaal Print drie letters uit: A, B en C. Duur 15 20 minuten Wat doet u? Stap 1: Laat de leerlingen de tafels en stoelen aan de kant schuiven en leg de drie letters op de grond of hang ze op in de klas. Stap 2: Leg uit dat u vragen gaat stellen met steeds drie antwoorden. Eén van de antwoorden is goed. De leerlingen moeten een antwoord kiezen en bij de bijbehorende letter gaan staan. Stap 3: Wanneer de leerlingen een letter gekozen hebben, geeft u het goede antwoord en bespreekt u de vraag na met de klas.

Vragen Parlementsspel: *verkiezingsspecial* 1) Hoe oud moet je zijn om te mogen stemmen in Nederland? a. 16 jaar b. 18 jaar c. 21 jaar 2) Waarom is het stempotlood rood? a. Rood is de kleur van de PvdA en de SP. Toen we een kleur kozen, waren deze partijen heel groot b. Rood is de kleur van bloed. Heel vroeger stemde je door een druppel bloed achter te laten op het stembiljet c. Rood is een kleur die moeilijk uit te gummen is 3) Waarom wordt er tegenwoordig weer met het potlood gestemd? a. De stemcomputers bleken gehackt te kunnen worden b. Veel stemcomputers liepen op de verkiezingsdag vast c. Een potlodenfabrikant heeft besloten aan alle stembureaus gratis potloden te geven. 4) Hoeveel mensen mogen in Nederland stemmen? a. Ongeveer 16 miljoen b. Ongeveer 12,5 miljoen (iedereen boven de 18 jaar) c. Ongeveer 6 miljoen 5) Wat betekent het kabinet is gevallen? a. Dat een minister van het bordes is gevallen b. De ministers zijn afgetreden c. Dat het kabinet een grote fout heeft gemaakt 6) Waarom is het kabinet gevallen? a. Ze werden het niet eens over de plannen om te bezuinigen b. Ze hadden ruzie over de oorlog in Afghanistan c. De ministers vonden dat het tijd werd voor nieuwe verkiezingen 7) Wie is nu nog de Minister-President van Nederland? a. Geert Wilders b. Mark Rutte c. Jan Peter Balkenende 8) Waarvoor stemmen we in Nederland? a. De Minister-President b. De regering c. De Tweede Kamer 9) Wat is niet waar over stemmen in Nederland? a. Je moet altijd alleen het stemhokje in b. Je hoeft aan niemand te vertellen op wie je stemt c. Je bent verplicht om te stemmen vanaf 18 jaar. 10) Wat betekent campagne voeren? a. Champagne uitdelen, om de overwinning te vieren b. Reclame maken zodat mensen op jouw politieke partij stemmen c. Een partij oprichten.

Vragen parlementsspel 1) Wie bepaalt welke mensen er in de Tweede Kamer zitten? A. Wij door de verkiezingen B. De koningin C. De ministers 2) Hoe vaak zijn er verkiezingen voor de Tweede Kamer? A. Elke 2 jaar B. Elke 4 jaar C. Elke 6 jaar 3) Hoe noem je een land waarin mensen op andere mensen stemmen die hen dan vertegenwoordigen? A. Dictatuur B. Parlementaire democratie C. Vertegenwoordigersland 4) Wat is democratie? A. Dat er één persoon de baas is over het land B. Dat de macht bij het volk ligt C. Dat niemand macht heeft 5) Hoeveel leden heeft de Tweede Kamer? A. 150 B. 75 C. 200 6) Wat is de taak van de Tweede Kamer en Eerste Kamer? A. De ministers controleren B. Zorgen dat alle burgers zich netjes gedragen C. Verkiezingen organiseren 7) Wie beslist er welke vakken op scholen gegeven moeten worden? A. Schooldirectie B. Gemeenteraad C. Tweede Kamer 8) Welke van de antwoorden klopt over het verschil tussen een Kamerlid en een minister? = moeilijke vraag A. Een lid van de Tweede Kamer is gekozen door burgers; een minister niet B. Een minister bedenkt vaak een wet en de Tweede Kamer bekijkt daarna of ze het een goede wet vinden. C. Zowel antwoord A als antwoord B kloppen

9) Wat gebeurt er als een minister een voorstel heeft voor een nieuwe wet, maar de meerderheid van de Tweede Kamer wil die wet niet? = moeilijke vraag A. De wet komt er toch, want de minister is belangrijker dan de Tweede Kamer B. De wet komt er niet, want een meerderheid van de Tweede Kamer moet het er mee eens zijn C. De wet komt er niet, want zowel ministers als de leden van de Tweede Kamer moeten de wet goed vinden 10) Wie beslist er of het Nederlandse leger meedoet aan een vredesmissie in een ander land? A. Europese Unie B. Tweede Kamer C. Gemeenteraad 11) Wie bedenken meestal wetten? A. Leden van de Eerste Kamer B. Burgers C. Ministers 12) Wie bepaalt of wetten ook echt doorgaan? A. Ministers B. Daar mogen we allemaal over stemmen C. De leden van de Tweede en Eerste Kamer 13) Zijn ze het in de Tweede Kamer altijd met elkaar eens? A. Ja, want ze horen allemaal bij elkaar B. Ja, want ze willen allemaal het beste voor ons land C. Nee, want ze horen bij verschillende partijen 14) Wat doen ze in de Tweede Kamer als sommige partijen wel iets willen en andere niet? A. Ruzie maken B. Erover stemmen, meeste stemmen gelden C. Net zo lang vergaderen totdat ze het met elkaar eens zijn 15) Wat gebeurt er op Prinsjesdag? A. Dan gaan de prinsen spelletjes doen op TV B. Dan bezoekt de koningin de Eerste en de Tweede Kamer C. Dan leest de koningin de plannen van de regering voor het komende jaar voor 16) Hoe oud moet je zijn om in Nederland te mogen stemmen? A. 17 jaar B. 18 jaar C. 21 jaar 17) Wie is de baas in de Tweede Kamer? A. Niemand er is wel een voorzitter die zorgt dat er goed vergadert wordt B. De grootste politieke partij C. De minister-president

18) Kun jij ook je ideeën vertellen aan de Tweede Kamer? A. Nee, daar hebben ze het veel te druk voor B. Ja, je kunt altijd zo de vergaderzaal in een meepraten C. Ja, je kunt altijd met leden van de Tweede Kamer mailen, bellen of afspreken