1. INLEIDENDE BEPALINGEN VAN ALGEMENE AARD

Vergelijkbare documenten
waarbij, ter plaatse van de aanduiding karakteristiek, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm wordt nagestreefd;

Artikel 6: Woondoeleinden 4

BESTEMMINGSBEPALINGEN

GEMEENTE GAASTERLAN SLEAT / BESTEMMINGSPLAN BAKHUIZEN UITBREIDING INHOUDSOPGAVE

Bestemming Verblijfsrecreatieve

BIJLAGE 2. Van toepassing zijnde regels na wijziging in de bestemming

Artikel 4: Woondoeleinden 2

R e g e l s rgl

GEMEENTE LEEUWARDEN / BESTEMMINGSPLAN LEEUWARDEN - KLANDERIJBUURT/TULPENBURG INHOUDSOPGAVE VOORSCHRIFTEN. Link naar de TOELICHTING

Wonen. 1.2 Bouwregels

het project het projectbesluit Loo, Husselarijstraat 46 in de gemeente Duiven.

GEMEENTE GAASTERLAN - SLEAT / BESTEMMINGSPLAN BALK - VERBINDINGSWEG INHOUDSOPGAVE

1. INLEIDENDE BEPALINGEN VAN ALGEMENE AARD

Balk - Verbindingsweg

GEMEENTE HEERENVEEN UITWERKING 3 e FASE SKOATTERWÂLD (WONINGBOUW TEN OOSTEN VAN DE BOSVELDEN, DEEL 1) INHOUDSOPGAVE

Bestemming 2 ^1 kapwoningen W-B2 De Opslach Ryptsjerk

Bestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk

BIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte

2. BESTEMMINGSBEPALINGEN

1. Artikel 12 Horeca. De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: - print d.d.

wijzigingsplan Nieuwveenseweg 36a Inhoudsopgave Regels vastgesteld

GEMEENTE NIJEFURD / BESTEMMINGSPLAN BESCHERMD STADSGEZICHT HINDELOOPEN. INHOUDSOPGAVE Blz

Regels Bestemmingsplan Uitbreiding zorgcentrum Dekelhem, Gieten

Bestemmingsplan Leeuwarden Hempens Teerns / Zuiderburen / Froskepolle. Gemeente Leeuwarden

Inhoudsopgave. Heerde Dorp, Brede School Heerde West, 1 e herziening Vastgesteld

Ossenwaard (perceel tussen 3 en 5) - Cothen

Uw eigen bouwkavel Roordahiem, Terkaple

PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 5

Artikel 22: Wonen Bestemmingsomschrijving

Hoofdstraat 120 Stadskanaal

LTS - park in Musselkanaal

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE REGELS... 2 Artikel 1 Begripsbepalingen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

Artikel 8 Centrum Bestemmingsomschrijving

1.1 plan: het bestemmingsplan 'Varkenshouderij Laarstraat' van de gemeente Oude IJsselstreek; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde

Regels bestemmingsplan Headyk 8 te Dronrijp

Regels bestemmingsplan Headyk 8 te Dronrijp

Cultuur en ontspanning. Bestemmingsomschrijving

Inhoudsopgave. Bestemmingsplan Bestemmingsplan Luttermolenveld, 4e partiële herziening Vastgesteld

B i j l a g e 5 : R e g e l s b e h o r ende bij de ruimtelijke onderbouwing projectb es l u i t rgl

GEMEENTE LELYSTAD / BESTEMMINGSPLAN BOSWIJK REGELS INHOUDSOPGAVE

INHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1: Begrippen 1 Artikel 2: Wijze van meten 5

De op de plankaart voor "Wonen" (W) aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woningen en woongebouwen; b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen;

Bijlage 2: Bestemming Wonen - 1

GEMEENTE LELYSTAD / BESTEMMINGSPLAN LELYSTAD-HAVEN WERKEILAND INHOUDSOPGAVE

Regels bestemmingsplan Camperstandplaatsen Balk. Planstatus: ontwerp Datum: Plan identificatie: NL.IMRO.0653.BPL ON01 Auteur: Ontwikkeling

GEMEENTE GAASTERLAN - SLEAT / ONTWERP BESTEMMINGSPLAN BALK - BOSLUST INHOUDSOPGAVE

Regels bestemmingsplan Uitbreidingen Sloten

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Hoofdstuk 1 Bestemmingsregels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 5

INHOUDSOPGAVE. 1. INLEIDENDE REGELS VAN ALGEMENE AARD 1 Artikel 1: Begrippen 1 Artikel 2: Wijze van meten 9

GEMEENTE ASSEN / WERKLANDSCHAP ASSEN - ZUID REGELS INHOUDSOPGAVE. blz HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS

Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. educatieve instellingen met inbegrip van kinderopvang;

B i j l a g e 2 : B e s t e m m i n g G e m e n g d

Regels Buitengebied Noord, deelplan Kinholtweg 1 Fluitenberg 2010 NL.IMRO.0118.BP VG02 vastgesteld februari 2011

Rypsterdyk 43 in Marsum. Menameradiel Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Regels. Groene Scheg- Oldenzaalsestraat

R e g e l s rgl

bestemmingsplan Ossehaar, uitwerkingsplan fase B VOORSCHRIFTEN februari

bijlage 3 bestemming(en) na wijziging

Verkeers- en verblijfsdoeleinden. Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening Algemene vrijstellingsbevoegdheid

Van Alewijkstraat Beerzerveld

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS... 2 Artikel 1 Begrippen... 2 Artikel 2 Wijze van meten... 5

GEMEENTE GAASTERLAN - SLEAT / BESTEMMINGSPLAN BALK - HAVENDIKEN / GROENE WAL INHOUDSOPGAVE

a. op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

INLEIDENDE BEPALINGEN VAN ALGEMENE AARD. In deze regels wordt verstaan onder: 3. bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak;

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Voorschriften februari 2008

Bestemmingsplangebied. Legenda

INHOUDSOPGAVE. 1. INLEIDENDE BEPALINGEN VAN ALGEMENE AARD 1 Artikel 1: Begripsbepalingen 1 Artikel 2: Wijze van meten 5

INHOUDSOPGAVE VAN DE VOORSCHRIFTEN

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS

GEMEENTE WESTSTELLINGWERF / BESTEMMINGSPLAN BLESDIJKE INHOUDSOPGAVE

Piet Mondriaanstraat - Wolvega

Voorschriften b.vrs

... Voorschriften vrs

HOOFDSTUK 1 Inleidende regels

Detailuittreksel bestemmingsplan

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN 1 Artikel 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 1 Artikel 2 WIJZE VAN METEN 5

Uw eigen bouwkavel Nij Sân Ro en, Ro um

1.1 plan: het Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden. van de gemeente Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.

Bestemmingsplan Luttermolenveld, 1e partiële herziening: Regels

A r t i k e l 1 T u i n

REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug

BIJLAGE 1 tekst herziene voorschriften van Wipstrik

GEMEENTE ASSEN Vincent van Gogh, locatie Lariks

R e g e l s. Projectbesluit vervanging woning Achterwei 3 in De Falom

HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN 1 Artikel 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 1 Artikel 2 WIJZE VAN METEN 5

Voorschriften. vastgesteld 55

Regels Grooterkamp-Gorssel Gemeente Lochem

Waterfront-Zuid Watersportboulevard. Vastgesteld uitwerkingsplan

Voorschriften NL.IMRO OH01

R e g e l s rgl

... Voorschriften vrs

Regels. Kenmerk: R05

Hertog Reinaldlaan 2, Horst

Voorthuizerstraat 5(vastgesteld) Regels 3. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 8

Wijzigingsplan: `Heide 45 Swalmen

1 Inleidende regels Bestemmingsregels Algemene regels Overgangs- en slotregels... 11

Transcriptie:

04-18-03 blz 1 1. INLEIDENDE BEPALINGEN VAN ALGEMENE AARD Artikel 1: Begripsbepalingen In deze voorschriften wordt verstaan onder: 1. het plan: het Bestemmingsplan Balk - Zuid van de gemeente Gaasterlân-Sleat; 2. de kaart: de kaart van het Bestemmingsplan Balk - Zuid; 3. aan- of uitbouw: een aan een (hoofd)gebouw aanwezig bouwwerk, dat ruimtelijk ondergeschikt is aan dat (hoofd)gebouw, maar in functioneel opzicht deel uitmaakt van dat (hoofd)gebouw; 4. aan-huis-verbonden beroep: een beroep dat in of bij een woonhuis met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, dat is gericht op het verlenen van diensten en waarbij: a. geen aantasting plaatsvindt van de uitstraling van het gebruik van het perceel voor het wonen; b. geen afbreuk wordt gedaan aan het woonkarakter van het perceel dan wel de directe (woon)omgeving; c. er voldoende parkeergelegenheid op het eigen erf aanwezig is; d. er geen sprake is van een onevenredige verkeers- en/of publieksaantrekkende functie; e. er geen buitenopslag van materieel plaatsvindt; 5. agrarisch bedrijf: een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen (houtteelt daaronder begrepen) en/of het houden van dieren; 6. agrarisch dienstverlenend bedrijf: een bedrijf waarbinnen uitsluitend of overwegend arbeid wordt verricht ter productie of levering van goederen of diensten ten behoeve van agrarische bedrijven; 7. archeologisch waardevol gebied: een terrein waarin zich voorwerpen of bewoningssporen van vroegere samenlevingen bevinden, die (ter plaatse) behouden dienen te worden; 8. bar: een horecabedrijf waar de bedrijfsuitoefening hoofdzakelijk is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van dranken, met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie gedurende de avond, waarbij de bedrijvigheid zich voornamelijk binnen de lokaliteit voltrekt;

blz 2 04-18-03 9. bar-/dancing: een bar, waar tevens gelegenheid wordt geboden tot dansen, en naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijven, zoals discotheken en nachtclubs; 10. bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 11. bebouwingspercentage: een in de voorschriften aangegeven percentage dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd; 12. bedrijf: onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren en verhandelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij eventueel productiegebonden detailhandel plaatsvindt; 13. bedrijfsgebouw: een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf; 14. bedrijfsvloeroppervlakte: de totale vloeroppervlakte van de ruimte binnen een functie die wordt gebruikt voor een bedrijf, een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke; 15. bedrijfswoning/dienstwoning: een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is; 16. bestaand: a. ten aanzien van de bij of krachtens de Woningwet aanwezige bouwwerken, en werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden: bestaand ten tijde van de eerste terinzagelegging van dit plan; b. ten aanzien van het overige gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van dit plan; 17. bestemmingsgrens: een op de kaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak; 18. bestemmingsvlak: een op de kaart aangegeven vlak met eenzelfde bestemming;

04-18-03 blz 3 19. bijgebouw: een gebouw dat zowel ruimtelijk als functioneel ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen (hoofd)gebouw en ten dienste staat van dat (hoofd)gebouw; 20. bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk; 21. 21. bouwgrens: een op de kaart aangegeven lijn die niet door gebouwen mag worden overschreden, behoudens krachtens deze voorschriften toegelaten afwijkingen; 22. bouwlaag: een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder; 23. bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; 24. (bouw)perceelgrens: een grens van een (bouw)perceel; 25. bouwvlak: een op de kaart aangegeven, door bouwgrenzen omsloten vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn toegelaten; 26. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of enig ander materiaal, hetzij direct of indirect met de grond verbonden, hetzij direct of indirect steun vindend in of op de grond; 27. cultuurgrond: grasland, akkerbouw- en tuinbouwgronden; 28. dak: iedere bovenbeëindiging van een gebouw; 29. detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit; 30. dienstverlenend bedrijf of dienstverlenende instelling:

blz 4 04-18-03 een bedrijf of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden; 31. eerste bouwlaag: de bouwlaag op de begane grond; 32. erotisch getinte vermaaksfunctie: een vermaaksfunctie welke is gericht op het doen plaats vinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal; 33. gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt; 34. geluidbelasting vanwege het wegverkeer: de etmaalwaarde van het equivalente geluidniveau in db(a) op een bepaalde plaats, veroorzaakt door het gezamenlijke wegverkeer op een bepaald weggedeelte of een combinatie van weggedeelten, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder; 35. geluidgevoelige gebouwen: gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een functie als bedoeld in het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen; 36. geluidzoneringsplichtige inrichting: een inrichting bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld; 37. grondgebonden agrarische bedrijfsvoering: een agrarische bedrijfsvoering die hoofdzakelijk niet in gebouwen plaatsvindt, waarbij het gebruik van agrarische gronden noodzakelijk is voor het functioneren van het bedrijf; 38. hogere grenswaarde: een maximale waarde voor de geluidbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen; 39. hoofdgebouw: een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt; 40. horecabedrijf en/of -instelling: een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

04-18-03 blz 5 41. intensief veehouderijbedrijf: een bedrijf met een in hoofdzaak niet grondgebonden agrarische bedrijfsvoering die is gericht op het houden van dieren, zoals rundveemesterij (exclusief vetweiderij), varkens-, vleeskalver-, pluimvee-, of pelsdierhouderij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen; 42. 42. kampeermiddel: c. een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan; d. enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde; één en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf; 43. kantine: een ruimte waarin de bedrijfsuitoefening is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van maaltijden, eenvoudige etenswaren en dranken; 44. kantoor: een gebouw of een gedeelte daarvan, dat uitsluitend of in hoofdzaak dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch of naar de aard daarmee gelijk te stellen gebied; 45. kap: een dak dat voor minder dan 50% in het horizontale vlak ligt; 46. kleinschalige bedrijfsmatige activiteit: de in bijlage 1 genoemde bedrijvigheid, dan wel naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door zijn beperkte omvang in of bij een woonhuis met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend en waarbij: a. geen aantasting plaatsvindt van de uitstraling van het gebruik van het perceel voor het wonen; b. geen afbreuk wordt gedaan aan het woonkarakter van het perceel dan wel de directe (woon)omgeving; c. er voldoende parkeergelegenheid op het eigen erf aanwezig is; d. er geen sprake is van een onevenredige verkeers- en/of publieksaantrekkende functie; e. er geen buitenopslag van materieel plaatsvindt; 47. maatschappelijke voorzieningen: educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;

blz 6 04-18-03 48. niet-grondgebonden agrarische bedrijfsvoering: een agrarische bedrijfsvoering die hoofdzakelijk in gebouwen plaatsvindt, en dat als zodanig niet afhankelijk is van agrarische gronden als productiemiddel; 49. peil: a. indien op de grond wordt gebouwd: - voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: - de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; - voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: - de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; b. indien in of op het water wordt gebouwd: - het Normaal Amsterdams Peil; 50. productiegebonden detailhandel: detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, geteeld, gerepareerd en /of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie; 51. prostitutie: het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen voor of met een ander tegen vergoeding; 52. prostitutiebedrijf: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie wordt verricht. Onder een prostitutiebedrijf wordt in ieder geval verstaan: een erotische massagesalon, een sekstheater, een bordeel of een parenclub, of een daarmee gelijk te stellen bedrijf, al dan niet in combinatie met elkaar; 53. risicogevoelig bouwwerk c.q. object: een bouwwerk c.q. object als bedoeld in het Besluit kwaliteitseisen externe veiligheid inrichtingen milieubeheer, dat kan worden aangemerkt in de zin van dat besluit als een kwetsbaar of beperkt kwetsbaar object; 54. risicovolle inrichting: een inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten; 55. stacaravan: een caravan, die als een gebouw valt aan te merken;

04-18-03 blz 7 56. voorkeursgrenswaarde: de maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen; 57. winkel: een gebouw dat een ruimte omvat, welke door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel; 58. woning: een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden; 59. woongebouw: een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat, al dan niet in combinatie met bergruimte, en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden; 60. woonhuis: een gebouw dat één woning omvat, dan wel twee of meer naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden.

blz 8 04-18-03 Artikel 2: Wijze van meten Bij toepassing van deze voorschriften wordt als volgt gemeten: 1. de (bouw)hoogte/de nokhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van het bouwwerk; 2. de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; 3. de dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; 4. de oppervlakte van een bouwwerk: buitenwerks, bovengrondse bouwonderdelen vanaf 1,00 m boven peil meegerekend; 5. de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane vloerconstructie, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.

04-18-03 blz 9 2. BESTEMMINGSBEPALINGEN Artikel 3: Woondoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor woondoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aanhuis-verbonden beroep dan wel een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, zoals genoemd in bijlage 1; 2. aan- en uitbouwen en bijgebouwen; waarbij, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de aanduiding "karakteristiek", de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm wordt nagestreefd; met de daarbijbehorende: 3. tuinen, erven en terreinen; 4. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 5. water. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen: a. als hoofdgebouw mogen uitsluitend de in lid A sub 1 genoemde gebouwen worden gebouwd; b. een hoofdgebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd; c. een hoofdgebouw zal vrijstaand worden gebouwd, tenzij op de kaart in het bouwvlak een maximum aantal aaneen te bouwen hoofdgebouwen is aangegeven, in welk geval het aantal aaneen te bouwen hoofdgebouwen ten hoogste het op de kaart in het bouwvlak aangegeven aantal zal bedragen; d. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende bepalingen: a. aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen niet worden gebouwd binnen de gronden die op de kaart zijn voorzien van de aanduiding geen erfbebouwing toegestaan ; b. de aan- en uitbouwen en bijgebouwen zullen achter de naar de weg(en) gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw dan wel het verlengde daarvan worden gebouwd; c. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen per hoofdgebouw zal ten hoogste 60 m² bedragen; d. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen zal ten hoogste 80% van de oppervlakte van het hoofdgebouw bedragen;

blz 10 04-18-03 e. de goothoogte van een aan- of uitbouw of bijgebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen; f. de dakhelling van een aan- of uitbouw of bijgebouw zal ten hoogste 60 bedragen. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Vrijstelling van de bebouwingsbepalingen D. Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, vrijstelling verlenen van: 1. het bepaalde in lid B sub 1 onder b en toestaan dat een hoofdgebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits: a. het grootste gedeelte van het hoofdgebouw binnen het bouwvlak zal blijven; b. bij de beoordeling van de voorgenomen uitbreiding van een hoofdgebouw, vooraf gekeken is of de bouw van een (aangebouwd) bijgebouw wenselijker is; c. de geluidbelasting van geluidgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde; 2. het bepaalde in lid B sub 1 onder d en toestaan dat, indien in het bouwvlak een bouwklasse "A" is aangegeven, de maximale goothoogte van hoofdgebouwen over ten hoogste 50% van de gootlengte wordt verhoogd tot ten hoogste 5,50 m;

04-18-03 blz 11 Aanlegvergunningen E. 1. Indien de gebouwen op de kaart zijn voorzien van de aanduiding "karakteristiek", is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning), de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: - het slopen van gebouwen. 2. Het bepaalde in sublid 1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, die: a. het normale onderhoud betreffen; b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan. 3. De in sublid 1 genoemde vergunning wordt uitsluitend verleend, indien: a. de karakteristieke hoofdvorm niet langer aanwezig is en niet zonder ingrijpende wijzigingen kan worden hersteld; b. de karakteristieke hoofdvorm in redelijkheid niet te handhaven is; c. het delen van een pand of bijgebouwen betreft, die op zichzelf niet als karakteristiek zijn aan te merken, en door sloop daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke hoofdvorm plaatsvindt. Strijdig gebruik F. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: 1. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning; 2. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel; 3. het gebruik van woonhuizen in combinatie met een aan-huisverbonden beroep dan wel een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, zodanig dat de bedrijfsvloeroppervlakte: a. meer bedraagt dan 30% van de vloeroppervlakte van de begane grond van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen op het bouwperceel; b. meer bedraagt dan 50 m².

blz 12 04-18-03 Artikel 4: Woongebouw Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor woongebouw aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. woongebouwen; met de daarbijbehorende: 2. tuinen, erven en terreinen; 3. wegen en paden; 4. parkeervoorzieningen; 5. groenvoorzieningen; 6. verhardingen; 7. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

04-18-03 blz 13 Artikel 5: Wooncentrum Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor wooncentrum aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van: a. een bejaarden-, verpleeg- en/of verzorgings(te)huis; b. aanleunwoningen; c. sociale en medische voorzieningen; met de daarbijbehorende: 2. tuinen, erven en terreinen; 3. wegen en paden; 4. parkeervoorzieningen; 5. groenvoorzieningen; 6. verhardingen; 7. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

blz 14 04-18-03 Artikel 6: Gemengde doeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor gemengde doeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van: a. winkels; b. woningen; voorzover het de eerste bouwlaag betreft; c. dienstverlenende bedrijven en/of dienstverlenende instellingen; met de daarbijbehorende: 2. parkeervoorzieningen; 3. groenvoorzieningen; 4. tuinen, erven en terreinen; 5. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen het bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de milieusituatie; 3. de verkeersveiligheid; 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: 1. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van horecabedrijven; 2. het gebruik van de tweede en hogere bouwlaag ten behoeve van detailhandel en/of dienstverlening.

04-18-03 blz 15 Artikel 7: Detailhandelsdoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor detailhandelsdoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van detailhandel; met de daarbijbehorende: 2. parkeervoorzieningen; 3. tuinen, erven en terreinen; 4. waterlopen; 5. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de milieusituatie; 3. de verkeersveiligheid; 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: - het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van horecabedrijven.

blz 16 04-18-03 Artikel 8: Maatschappelijke doeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor maatschappelijke doeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van maatschappelijke voorzieningen; met de daarbijbehorende: 2. tuinen en terreinen; 3. parkeervoorzieningen; 4. groenvoorzieningen; 5. paden; 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. indien op de kaart een bebouwingspercentage is aangegeven, zal het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan het op de kaart in het bouwvlak als zodanig aangegeven percentage; c. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen; b. in afwijking van het bepaalde onder a mag, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de aanduiding antennemast toegestaan, één antennemast met een hoogte van maximaal 50,00 m worden geplaatst. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: - het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van zelfstandige horecabedrijven.

04-18-03 blz 17 Artikel 9: Bedrijfsdoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor bedrijfsdoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van: a. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 2 onder de categorieën 1 en 2, met uitzondering van geluidzoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen; b. bedrijven die zijn genoemd in bijlage 2 onder de categorieën 1 en 2, alsmede ten behoeve van: 1. bouwbedrijven, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de categorie-aanduiding "II"; 2. garagebedrijven met inbegrip van detailhandel in auto s en daarbijbehorende accessoires, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de categorie-aanduiding III ; 3. meubelmakerijen, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de categorie-aanduiding IV ; met uitzondering van geluidzoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen; c. dienstverlenende bedrijven en/of dienstverlenende instellingen; d. een bedrijfswoning, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de aanduiding bedrijfswoning toegestaan ; 2. aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de dienstwoning; met de daarbijbehorende: 3. tuinen, erven en terreinen; 4. parkeervoorzieningen; 5. groenvoorzieningen; 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van de in lid A sub 1 genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. het aantal bedrijfswoningen zal ten hoogste één bedragen; c. indien op de kaart een bebouwingspercentage is aangegeven, zal het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan het op de kaart in het bouwvlak als zodanig aangegeven percentage; d. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen: a. de aan- en uitbouwen en de bijgebouwen zullen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van de bedrijfswoning dan wel het verlengde daarvan worden gebouwd;

blz 18 04-18-03 b. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en de bijgebouwen bij de bedrijfswoning zal ten hoogste 60 m² bedragen; c. de goothoogte zal ten hoogste 3,00 m bedragen; d. de dakhelling zal ten hoogste 60 bedragen. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: - het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, met uitzondering van de gronden die op de kaart zijn voorzien van de categorie-aanduiding III, in welk geval detailhandel in auto s en daarbijbehorende accessoires is toegestaan. Vrijstelling op het gebruik E. Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, vrijstelling verlenen van: 1. het bepaalde in lid A sub 1 onder a en b juncto artikel 31 lid A en toestaan dat tevens bedrijven worden gevestigd die naar de aard en de invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijven genoemd in bijlage 2 onder de categorieën 1 en 2, mits: a. het gaat om bedrijven die niet zijn genoemd in bijlage 2, maar die qua milieubelasting gelijkwaardig zijn aan de bedrijven die wel worden genoemd of bedrijven die wel zijn genoemd in bijlage 2 onder een hogere categorie dan 2, maar in een individueel geval feitelijk een lagere milieubelasting kunnen hebben; b. het geen geluidzoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen betreft; 2. het bepaalde in lid D juncto artikel 31 lid A en toestaan dat de gronden en bouwwerken worden gebruikt voor de uitoefening van productiegebonden detailhandel, mits:

04-18-03 blz 19 a. vestiging in bestaande bebouwing zal plaatsvinden; b. er sprake is van detailhandel voor een lokaal verzorgingsgebied; c. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de invloed op het winkelapparaat in de kern van Balk. Wijzigingsbevoegdheid F. Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, het plan wijzigen in die zin dat: - een op de kaart aangegeven categorie-aanduiding "II", "III" of IV wordt gewijzigd in de categorie-aanduiding "I", mits: - de betreffende bedrijfsfunctie ter plaatse is beëindigd.

blz 20 04-18-03 Artikel 10: Kantoordoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor kantoordoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. kantoren; met de daarbijbehorende: 2. tuinen en terreinen; 3. parkeervoorzieningen; 4. groenvoorzieningen; 5. paden; 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: - het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandels- en horecabedrijven.

04-18-03 blz 21 Artikel 11: Horecadoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor horecadoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van: a. horecabedrijven, niet zijnde bars en/of bar-/dancings; b. horecabedrijven met inbegrip van bars en/of bar-/dancings, indien de gronden op de kaart zijn voorzien van de aanduiding bar-/dancing toegestaan ; met de daarbijbehorende: 2. tuinen en terreinen; 3. parkeervoorzieningen; 4. groenvoorzieningen; 5. paden; 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: 1. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een bar of een bar-/dancing, met uitzondering van de gronden die op de kaart zijn voorzien van de aanduiding bar-/dancing toegestaan ; 2. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel.

blz 22 04-18-03 Artikel 12: Agrarisch bedrijf Bestemmingsbepaling A. De op de kaart voor agrarisch bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van: a. een agrarisch bedrijf met een in hoofdzaak grondgebonden agrarische bedrijfsvoering; b. een bedrijfswoning; 2. aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij een bedrijfswoning; met de daarbijbehorende: 3. groenvoorzieningen; 4. wegen en paden; 5. tuinen, erven en terreinen; 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. er mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van één agrarisch bedrijf worden gebouwd; c. de afstand van een gebouw tot de bouwperceelgrens zal ten minste 5,00 m bedragen; d. per agrarisch bedrijf zal ten hoogste één bedrijfswoning worden gebouwd; e. de maatvoering van de gebouwen zal voldoen aan de eisen die in het volgende bouwschema zijn gesteld: functie van een gebouw (gezamenlijke) oppervlakte in m² goothoogte in m dakhelling in hoogte in m bedrijfsgebouw bedrijfswoning aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij de bedrijfswoning min. max. min. max. min. max. max. - - - 4,00 15 60 15,00-150 3,00 6,50 30 60 - - 60-3,00-60 - 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

04-18-03 blz 23 Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de woonsituatie; 2. de milieusituatie; 3. de verkeersveiligheid; 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Vrijstelling van de bebouwingsbepalingen D. Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken, vrijstelling verlenen van: 1. het bepaalde in lid B sub 1 onder e en toestaan dat de goothoogte van een bedrijfsgebouw wordt verhoogd tot ten hoogste 6,50 m; 2. het bepaalde in lid B sub 1 onder e en toestaan dat de dakhelling van een gebouw wordt verlaagd dan wel dat een gebouw wordt voorzien van een plat dak; 3. het bepaalde in lid B sub 1 onder e en toestaan dat de dakhelling van een gebouw wordt vergroot tot ten hoogste 80. Strijdig gebruik E. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: 1. het gebruik van gronden en bouwwerken voor verblijfsrecreatieve doeleinden; 2. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning; 3. het gebruik van gronden en bouwwerken voor bedrijfsactiviteiten ten behoeve van een intensief veehouderijbedrijf. Vrijstelling op het gebruik F. Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen van: - het bepaalde in lid E sub 1 juncto artikel 31 lid A en toestaan dat de gronden worden gebruikt als standplaats voor kampeermiddelen, mits: - het aantal kampeermiddelen ten hoogste 15 zal bedragen.

blz 24 04-18-03 Artikel 13: Jachthaven Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor jachthaven aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. terreinen en water ten behoeve van aanleggelegenheid; 2. gebouwen ten behoeve van: a. dienstverlening; b. detailhandel in watersport gerelateerde producten; c. bedrijven, voor zover het betreft het vervaardigen, repareren of anderszins bewerken van schepen of andere vaartuigen dan wel onderdelen daarvan, niet zijnde geluidzoneringsplichtige en risicovolle inrichtingen; d. de stalling van vaartuigen; e. schiphuizen; f. een bedrijfswoning 3. aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij een bedrijfswoning; met de daarbijbehorende: 4. kaden; 5. groenvoorzieningen; 6. bebossing en beplanting; 7. parkeervoorzieningen; 8. wegen en paden; 9. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder steigers. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van de in lid A sub 2 onder a tot en met e genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen zal ten hoogste 4200 m² bedragen; b. de hoogte van de gebouwen zal ten hoogste 6,00 m bedragen; c. de dakhelling van de gebouwen zal ten hoogste 30 bedragen; d. de maximale oppervlakte die voor detailhandel in watersport gerelateerde producten gebruikt mag worden zal niet groter zijn dan de bestaande oppervlakte.. 2. Voor het bouwen van een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen: a. er zal ten hoogste één bedrijfswoning worden gebouwd; b. de oppervlakte van de bedrijfswoning zal ten hoogste 150 m² bedragen; c. de goothoogte van de bedrijfswoning zal ten hoogste 6,00 m bedragen; d. de bedrijfswoning zal zijn voorzien van een kap, waarvan de dakhelling ten minste 30 en ten hoogste 60 zal bedragen.

04-18-03 blz 25 3. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij een bedrijfswoning gelden de volgende bepalingen: a. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en de bijgebouwen bij de bedrijfswoning zal ten hoogste 60 m² bedragen; b. de goothoogte zal ten hoogste 3,00 m bedragen; c. de dakhelling zal ten hoogste 60 bedragen. 4. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: a. de hoogte van steigers zal ten hoogste 3,00 m bedragen; b. de hoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Strijdig gebruik D. Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, zoals bedoeld in artikel 31 lid A, wordt in ieder geval gerekend: 1. het gebruik van de gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) voer- en/of vliegtuigen; 2. het gebruik van de gronden voor de opslag van schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond, bodemspecie en puin en voor het storten van vuil.

blz 26 04-18-03 Artikel 14: Doeleinden van sport en recreatie Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor doeleinden van sport en recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. voorzieningen ten behoeve van sport- en recreatieve doeleinden, zoals sport- en speelvelden en naar de aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen; 2. gebouwen voor zover ten dienste van sport- en recreatieve doeleinden, ten behoeve van: a. kantines; b. kleedruimtes; c. onderhoud en beheer; d. kassahokjes; met de daarbijbehorende: 3. parkeervoorzieningen; 4. groenvoorzieningen; 5. verhardingen; 6. paden; 7. sloten en bermen; 8. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder een tribune. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van de in lid A sub 2 onder a en b genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gebouwen zullen binnen het bouwvlak worden gebouwd; b. per op de kaart in het bouwvlak aangegeven bouwklasse zal de maatvoering voldoen aan de daaraan in het op de kaart opgenomen bouwschema gestelde eisen. 2. Voor het bouwen van de in lid A sub 2 onder c en d genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen zal ten hoogste 10 m² bedragen; b. de hoogte van een gebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: a. de hoogte van lichtmasten zal ten hoogste 20,00 m bedragen; b. de hoogte van ballenvangers zal ten hoogste 15,00 m bedragen; c. de hoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

04-18-03 blz 27 1. een goede landschappelijke inpassing; 2. de milieusituatie; 3. de verkeersveiligheid; 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

blz 28 04-18-03 Artikel 15: Openbare nutsdoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor openbare nutsdoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. gebouwen ten behoeve van het openbaar nut, zoals transformatorgebouwen, gebouwen ten behoeve van de gasvoorziening en naar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwen; 2. erven en terreinen; met de daarbijbehorende: 3. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. de hoogte van een gebouw zal ten hoogste 5,00 m bedragen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen; b. de hoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de milieusituatie; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

04-18-03 blz 29 Artikel 16: Begraafplaats Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor begraafplaats aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. een begraafplaats; 2. gebouwen ten behoeve van onderhoud en beheer; 3. bebossing; 4. groenvoorzieningen; 5. water; 6. verhardingen; met de daarbijbehorende: 7. terreinen; 8. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. als gebouw mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van het onderhoud en het beheer van de begraafplaats worden gebouwd; b. de gezamenlijke oppervlakte zal ten hoogste 60 m² bedragen; c. de hoogte zal ten hoogste 3,00 m bedragen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. een goede landschappelijke inpassing; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

blz 30 04-18-03 Artikel 17: Cultuurgrond Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor cultuurgrond aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. cultuurgrond; 2. sloten, bermen en beplanting; waarbij de instandhouding van de landschappelijke en natuurlijke waarden wordt nagestreefd; met de daarbijbehorende: 3. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de landschappelijke en natuurlijke waarden; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Aanlegvergunningen D. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijk vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren: a. het ophogen en afgraven van gronden; b. het verwijderen en/of aanbrengen van (opgaande) beplanting; c. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen. 2. Het in sublid 1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a. het normale onderhoud betreffen; b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan. 3. De in sublid 1 genoemde vergunning zal uitsluitend worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke en natuurlijke waarden van het agrarisch gebied.

04-18-03 blz 31 Artikel 18: Bosgebied Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor bosgebied aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. bos / bebossing; 2. paden; waarbij de instandhouding van de landschappelijke en natuurlijke waarden wordt nagestreefd; met de daarbijbehorende: 3. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de landschappelijke en natuurlijke waarden; 2. de verkeersveiligheid; 3. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken. Aanlegvergunningen D. 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijk vergunning van Burgemeester en Wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren: a. het kappen en/of rooien van bomen; b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen. 2. Het in sublid 1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke: a. het normale onderhoud betreffen; b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan. 3. De in sublid 1 genoemde vergunning zal uitsluitend worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke en natuurlijke waarden van het bosgebied.

blz 32 04-18-03 Artikel 19: Groenvoorzieningen Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor groenvoorzieningen aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. plantsoenen, groenstroken en beplanting; 2. waterlopen en waterpartijen; 3. speelvoorzieningen; 4. paden; 5. sloten en bermen; met de daarbijbehorende: 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen. Bebouwingsbepalingen B. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 2,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de verkeerssituatie; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

04-18-03 blz 33 Artikel 20: Doeleinden van verkeer en verblijf Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor doeleinden van verkeer en verblijf aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. woonstraten; 2. paden; 3. parkeervoorzieningen; 4. groenvoorzieningen; 5. sloten, bermen en beplanting; 6. gebouwen ten behoeve van bergingen c.q. garageboxen; met de daarbijbehorende: 7. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: a. als gebouw mogen uitsluitend bergingen c.q. garageboxen worden gebouwd; b. de gebouwen zullen uitsluitend worden gebouwd binnen de gronden die op de kaart zijn voorzien van de aanduiding garageboxen toegestaan ; c. de hoogte van een gebouw zal ten hoogste 3,00 m bedragen. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de verkeerssituatie; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

blz 34 04-18-03 Artikel 21: Verkeersdoeleinden Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor verkeersdoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. wegen en straten; 2. paden; 3. groenvoorzieningen; 4. sloten, bermen en beplanting; waarbij gestreefd wordt naar een inrichting hoofdzakelijk gericht op de afwikkeling van het verkeer; met daaraan ondergeschikt: 5. parkeervoorzieningen; met de daarbijbehorende: 6. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de verkeerssituatie; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

04-18-03 blz 35 Artikel 22: Parkeerterrein Bestemmingsomschrijving A. De op de kaart voor parkeerterrein aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. parkeerterrein; met de daarbijbehorende: 2. wegen en straten; 3. paden; 4. groenvoorzieningen; 5. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Bebouwingsbepalingen B. 1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd. 2. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende bepaling: - de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zal ten hoogste 5,00 m bedragen. Nadere eisen C. Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van: 1. de verkeerssituatie; 2. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.